Presentatie voor VLEVA in Brussel over computationeel denken in het curriculum van Nederland. Computational thinking is onderdeel van digitale geletterdheid
2. Mijn telefoon
• Hoe bedien ik computers?
• Hoe krijg ik informatie te horen
of te zien?
• Welke informatie krijg ik te zien?
• Waar komt informatie vandaan?
• Staat deze informatie lokaal of
online?
• Wie is eigenaar van die
informatie?
• Wie beslist wat ik zie?
• Mag iedereen over deze
informatie beschikken?
• Hebben computers humor?
3. Computers
• Google home
• Scanauto's
• Smartwatches
• Robot stofzuigers
• Domotica verlichting
• Smartphones
• Robots die straten leggen
• Chatbots
• Koelkasten
4. Onderzoek 21e eeuwse vaardigheden
2014: wat wilden we weten:
• Wat zijn de vaardigheden van de toekomst?
• Hoeveel aandacht is er voor deze
vaardigheden in het primair onderwijs en in
de onderbouw van het voortgezet onderwijs,
in kerndoelen, methodes en de lespraktijk?
http://www.slo.nl/toekomstgerichtonderwijs
KNAW (2012)
5. Conclusies 2014
• Maar: 21e eeuwse vaardigheden komen
nog weinig structureel en doelgericht aan
de orde
• leraren hebben meer
houvast nodig
• Gegeven het belang van
de vaardigheden is meer
aandacht wenselijk
• Inbedden in bestaande leergebieden meest
kansrijke optie http://curriculumvandetoekomst.slo.nl/
9. Doelen
• Komen tot een curriculum waarin duidelijk wordt wat leerlingen
moeten kennen en kunnen om goed voorbereid te zijn op hun
toekomst.
• Samenhang in de onderwijsinhoud bevorderen
• Zorgen voor doorlopende leerlijnen: een soepele overgang van
de voorschoolse periode naar het po, van po naar vo en van vo
naar het vervolgonderwijs
• Overladenheid in het onderwijsprogramma terugdringen
• Duidelijkheid bieden aan scholen: wat moeten alle leerlingen
leren en hoeveel ruimte is er over voor eigen invulling?
• Een betere balans brengen in de hoofddoelen van het onderwijs
11. Werkopdracht
• Formuleren van een visie (1) op de vernieuwing van hun
leergebied en deze te concretiseren in grote opdrachten (2)
en in bouwstenen (3) van kennis en vaardigheden.
• De opbrengsten vormen de basis voor de herziening van het
landelijk curriculum, dat wil zeggen de doelen en inhouden
die wettelijk zijn vastgesteld voor scholen en leerlingen.
• In 2019 worden de opbrengsten van de ontwikkelteams
overhandigd aan de Minister van Onderwijs. Na politieke
bespreking vormen ze de basis voor de herziening van de
huidige kerndoelen en eindtermen.
15. Digitale geletterdheid Visie
• Digitale geletterdheid is het
geheel van:
– ICT-(basis)vaardigheden
• kunnen omgaan met ICT
– Informatievaardigheden
• zoeken, selecteren, verwerken en
gebruiken van relevante informatie
– Mediawijsheid
• Bewust, actief en kritisch omgaan met
media
– Computational thinking
• het (her)formuleren van problemen
zodat ze op te lossen zijn met de
computer
16. Computational thinking
• Dit is het oplossen van problemen, het ontwerpen van systemen en
het begrijpen van menselijk gedrag, gebruik makend van concepten
en werkwijzen uit de informatica, werkend vanuit een persoonlijk
perspectief.
• Bij computational thinking zijn dus drie dimensies te onderscheiden:
– De dimensie van de concepten: Deze dimensie betreft het omgaan met
concepten die in de informatica worden gebruikt, zoals abstractie,
algoritmes, decompositie, patroonherkenning, parallellisatie.
– De dimensie van werkwijzen: Deze dimensie betreft de werkwijzen die
typerend zijn voor het werken met digitale technologie, zoals iteratief
werken, testen en fouten verbeteren, hergebruiken en aanpassen.
– De dimensie van het persoonlijk perspectief: Deze dimensie betreft de
persoonlijke verhouding van de ontwerper van digitale technologie, tot
anderen en tot de technologische wereld. Daarbij spelen zaken zoals kritisch
denken, reflecteren, oog hebben voor mogelijkheden
De definitie van computational thinking combineert de definitie van Wing (2006 en 2008) en de dimensies
van (Brennan en Resnick (2012).
In navolging van Wing (2008) vatten we het begrip informatica breed op. Daar valt onder:
computerwetenschap, computer- engineering, communicatie, informatiekunde en informatietechnologie.
17. Inhoud
Vier domeinen in samenhang en balans
• Kennis over digitale
technologie
• Omgaan met digitale
technologie
• Nadenken over digitale
technologie
• Creëren met digitale
technologie
18. Brede vaardigheden
• Manieren van denken en
handelen.
– Creatief denken en (praktisch) handelen
– Probleemoplossend denken en (praktisch)
handelen
– Kritisch denken
• Manieren van omgaan met
anderen
– Communiceren
– Samenwerken
– Sociale en culturele vaardigheden
• Manieren van jezelf leren kennen
– Zelfregulering
– Oriëntatie op jezelf en je loopbaan
– Ondernemend denken en handelen.
19. Doelen van onderwijs
• Socialisatie – Maatschappij
• Kwalificatie – Studie en beroep
• Persoonsvorming – Persoonlijk
leven