3. Model van Hellinckx
• Probeert manier te zijn om opvoeding te
analyseren
• Hoe kunnen we nagaan wat goed loopt in de
opvoeding en wat niet?
Ilse Mariën CVO-SSH
4. Model van Hellinckx
• Opvoeden toont zich niet als apart fenomeen in
een gezin, het krijgt vorm in het samenleven
• domeinen waarin het opvoeden een geprefereerde
plaats kan innemen en dus “zichtbaar” is
• Verzorgen
• werken
• samen spreken
• ontspannen
Ilse Mariën CVO-SSH
6. Wat bepaalt de pedagogische vraag
van het kind?
• Genetische factoren
• Neurobiologische factoren
• Temperament
• Persoonlijkheid
Bepalen hoe dit kind nood heeft aan
• Affectie
• Structuur
• Ondersteuning
• Sociale noden
Ilse Mariën CVO-SSH
7. Oefening
• Lees de volgende casussen:
• Beschrijf de pedagogische vraag van het kind
• Wat heeft het kind nodig op vlak van affectie, structuur,
ondersteuning en op sociaal vlak?
Ilse Mariën CVO-SSH
8. Wat bepaalt het pedagogisch
aanbod van de ouders
1. Persoonlijkheid
2. Echtelijke relatie
3. Sociale context
4. Genetische factoren
5. Opvoedingsgeschiedenis
Ilse Mariën CVO-SSH
9. Wat is het pedagogisch aanbod van
de ouders?
1. Pedagogisch besef
• betekent dat ouders opvoedingsverantwoordelijkheid nemen, zicht
hebben op wat hun kind nodig heeft en hun eigen handelen daarop
kunnen afstemmen.
2. Inzicht
• Begrip van de situatie, begrijpen hoe interacties in elkaar zitten,
inzicht in ontwikkeling van kinderen, …
3. Waarden
• wat wil ik meegeven aan mijn kind
4. Pedagogische vaardigheden
positieve betrokkenheid
positieve bekrachtiging
monitoring
leiding geven en grenzen stellen
problemen oplossen
Ilse Mariën CVO-SSH
10. Model van Hellinckx
• Twee invalshoeken
• Situatiehantering
• Klimaat
Ilse Mariën CVO-SSH
11. Oefening
• Bekijk de casussen van de vorige oefening terug:
wat bieden de ouders op vlak van
• pedagogisch besef
• Inzicht
• Waarden
• Pedagogische vaardigheden
Ilse Mariën CVO-SSH
15. Uitwerking TGI-model
• Ik: verschillende individuen, gezinsleden,
teamleden
• Wij: cohesie, groepsgevoel
• Het: concrete taken, opdrachten
• Context: verschillende lagen, breder en nauwer op
groep betrokken (zie vorige les en verder)
• Thema: waarrond wij en ik bezig zijn, wat ons
verbindt/ontbindt
Ilse Mariën CVO-SSH
16. Uitwerking TGI-model
• Met plus en min kan je aangeven wat meer belang
krijgt in dit systeem
Ik
++
het
-
Wij
-
thema
context
Ilse Mariën CVO-SSH
17. Oefening:
• Kies een groep waar jij deel van uitmaakt en stel
er een TGI-schema voor op en licht toe…
Ilse Mariën CVO-SSH
18. Oefening
• Hoe zie je dan een los-zand-gezin, een
kluwengezin?
Ilse Mariën CVO-SSH
19. Bewerking van Jo Voets voor
gezinnen
thema
Thema
kind
vadermoeder
context
Ilse Mariën CVO-SSH
20. Actoren
• Kwaliteit van de relatie tussen de actoren
• Onderbroken lijn: verbroken of geschonden
verbinding
• Stippellijn: bemoeilijkte verbinding
• Doorlopende lijn: werkbare verbinding
• Dubbele lijn: symbiotische verbinding
Ilse Mariën CVO-SSH
21. Oefening
• Stel een TGI-model op voor het gezin uit volgende
film?
• (kindersurprise)
Ilse Mariën CVO-SSH
22. Hulpverlening
• Gezin ervaart een probleem
• Ik of wij –niveau
• Heeft invloed op thema, op kwaliteit van de
verbindingen
gezinsfunctioneren wordt negatief
en dat toont zich in symptomen
• Hulpverlening wordt ingeschakeld
Ilse Mariën CVO-SSH
25. Verbinding
• Om te werken moet een groep constructieve
verbindingen met elkaar aangaan
als hulpverlener moeten wij ook
voldoende investeren in de hulpverleningsrelatie
met ouders
Ilse Mariën CVO-SSH
26. Thema
• Verbindend vs ontbindend thema
• Constructieve thema’s zijn
ontwikkelingsbevorderend
• vb. individuatie, loslaten, zorg
• Destructieve thema’s verstoren de balans en
effectiviteit van pedagogische vaardigheden
• Vb. controle, macht, symbiose, onveiligheid
werken op 2 niveaus : versterken van
pedagogische vaardigheden en ombuigen van het
thema naar constructief
Ilse Mariën CVO-SSH
27. Thema
• Hoe vind je het thema?
• Breed genoeg kijken
• Al doende ontwikkelen: hiërarchie en timing
• Emoties wijzen de weg
• TGI is slechts schets, kan voortdurend bijgesteld
worden
• Voldoende “diep”, niet oppervlakkig
Ilse Mariën CVO-SSH
28. Thema
• Eigenaar van het thema
• Wie bepaalt?
• In conflictsituaties verschillende thema’s bij
verschillende actoren
• Onzichtbare thema’s, cfr. zondebok-fenomeen
Ilse Mariën CVO-SSH
29. Thema
• Thema’s, hiërarchie en timing
• Timing en doseren
• Belang van de constructieve relatie HV - cliënt
Ilse Mariën CVO-SSH
30. oefening
• Bekijk in groep voor casus van Lien, Els of Dario
wat het thema zou kunnen zijn!
Ilse Mariën CVO-SSH