Behandeling van agressie in gezin met gehadicapt kind
1. Putting Parents in charge
Behandeling van gezinnen met
een gehandicapt kind met moeilijk
gedrag.
2. Uitgangspunten:
• Emoties/behoeften kunnen gestuurd worden en
veranderen van negatief naar positief en leiden tot
een gevoel van welbevinden
• Het menselijk potentieel wordt bepaald door
probleempatronen en ‘belief’ structuren, niet door
aangeboren neigingen
• Zes universele menselijke behoeften die zowel
positief als negatief bevredigd kunnen worden.
– Veiligheid
– Verscheidenheid
– Liefde
– Verbondenheid
– Betekenis
– Groei
3. Uitgangspunten:
- vervolg -
Gerichtheid, betekenis en fysiologie zijn essentieel om
de menselijke drijfveren te begrijpen
• Vier fasen in geestelijke ontwikkeling:
– De behoefte om te beheersen
– De behoefte om bemind te worden
– De behoefte om liefde te geven
– De behoefte om berouwvol te zijn en te vergeven.
4. Uitgangspunten: interacties
• Gezinnen hebben een levenscyclus met fase-
specifieke obstakels.
• Mensen veranderen als de sociale context
verandert en de sociale context verandert als
individuen veranderen.
• Hiërarchische incongruenties (als twee
onverenigbare machtsstructuren tegelijkertijd
aanwezig zijn) zijn veel voorkomende
obstakels in effectief functioneren van het
gezin.
• Metaforen, hiërarchische structuren en
interactiereeksen herhalen en
vermenigvuldigen zich binnen verschillende
5. Veranderingsstrategieën
• In elk conflict is het mogelijk om een metaframe
van overeenkomst te definiëren.
• Verantwoordelijkheid, berouw en herstel zijn
wezenlijk om vrede te handhaven in een gezin.
• In elk conflict is er een derde kant: zij die vrede
waarderen boven een particuliere positie. Deze
derde kant moet geïdentificeerd, ontwikkeld en
ondersteund worden.
• Interventies kunnen de vorm krijgen van richtlijnen,
iets wat mensen moeten doen. Richtlijnen kunnen
direct, indirect, metaforisch of paradoxaal zijn.
6. Veranderingsstrategieën –
vervolg -
Eerst moet invloed of macht verworven zijn alvorens
een richtlijn te kunnen geven.
• Onderscheid wordt gemaakt tussen (1) het
identificeren van een probleem en (2) het scheppen
van een probleem door een individu of groep op
een bepaalde manier te karakteriseren.
• De manier waarop een probleem wordt
gedefinieerd en hoe het metaforisch door
probleemgedrag wordt geuit is wezenlijk voor de
oplossing.
• Onderhandelingen in conflictsituaties kunnen direct
of indirect zijn
8. probleem
• Ernstige problemen
– Agressief of destructief gedrag
– Bizarre communicatie
– Extreme apathie of depressie
• Gevolg: verstoorde gezinsstructuur die in
stand gehouden wordt door zich herhalende
cyclische interacties
9. Ouderlijke klem
• De moeilijkheden gaan overheersen,
eigen problemen vallen in het niet
• Beschikbaarheid wordt hoofddoel
• Ouders beklemd tussen passieve
dreiging van beschadiging kind en zelf
beschadigd worden
10. Incongruente hiërarchieën
• Het kind is afhankelijk en incompetent;
ouders zijn in superieure positie door
voor hem te zorgen
• Ouders worden door de jongere
gedomineerd vanwege zijn
hulpeloosheid en gevaarlijk gedrag
11. hiërarchische incongruentie
(definitie)
• Een gelijktijdige coëxistentie van twee
conflicterende hiërarchieën binnen het
raamwerk van één hiërarchische
organisatie waar de ene hiërarchie de
andere veroorzaakt en waar dezelfde
mensen binnen beide hiërarchieën
betrokken zijn
12. proces
• Aanvankelijk heeft afwijkend
(passief/agressief) gedrag een
beschermende werking, maar gaandeweg
wordt het gedrag een functie van het systeem
• de dominantie van het kind blijft als enige
hiërarchie over
• Ouders proberen weer hun plek in te nemen
door maatschappelijke ondersteuning
(ambulante hulpverlening) of opname
(geestelijke
gezondheidszorg/gehandicaptenzorg)
• Gevolg vaak: kind nog hulpelozer en ouders
13. parallel proces
• Vaak(?) overeenkomst te zien gedrag kind en
ouders
– Kind apathisch/ouder depressief
– Kind gewelddadig/passief/vader en moeder
relatieproblemen
• Gestoorde gedrag kind staat in relatie
gestoorde gedrag ouders
14. herstel
• Interventies gericht op basale thema’s:
school, werk, vrienden: herstal van het
gewone leven
• Hiërarchische omkering: negeren van
de hiërarchie waar het kind ‘in charge’
is en benadrukken van boodschappen
die ouders beschrijven als
verantwoordelijke competente ouders.
15. therapieproces
• Ouders bereiken overeenstemming wat betreft
hun verwachtingen en spreken deze expliciet uit.
• Verwachtingen worden omgezet in regels en zijn
concreet en praktisch geformuleerd hebben
consequenties als zij niet worden nageleefd.
• Hiërarchie krijgt vorm in communicatiereeksen (A
en B overleggen tot zij overeenstemming bereiken
en zeggen wat C moet doen, zo zetten A en B zich
in leidende positie).
16. Obstakels(vermijden van
leidende positie)
• Komen voort uit verworven
machteloosheid of angst hun kind pijn
te doen of te verliezen
– Ouder diskwalificeert zichzelf
– Ouder diskwalificeert andere ouder
– Ouders diskwalificeren de
hulpverlener/therapeut
17. Ouder diskwalificeert zichzelf
• Door regie aan experts over te laten
• Door regie aan het kind met storend
gedrag over te laten
• Door regie aan andere familie of
bekenden over te laten
• Door zichzelf als inadequaat te
beschrijven
• Door te dreigen met scheiding van kind
en/of partner