De kloof tussen voedselproducent en -consument is nog nooit zo groot geweest. Consumenten, en zeker jongeren, kennen de herkomst van vele levensmiddelen niet meer. Het project "Wat eten we morgen?" startte in 2006 en wilde jongeren uit de derde graad van het secundair onderwijs laten kennismaken met de land- en tuinbouwsector in België en hen informeren over onze eetgewoonten en de voedingssector die hiermee verbonden zijn. Met een knipoog naar het verleden werd ingezoomd op de creativiteit die in deze sectoren leeft. Innoveren is een must met het oog op de toekomst. Steeds opnieuw worden we door wetenschap en media overtuigd van het belang van een gezonde voeding. Toch blijkt uit onderzoek dat de praktijk niet altijd even makkelijk is.
In dit zesjarig educatieve project stond elk jaar een welomschreven thema centraal. Zo werd er dieper ingegaan op Europa, gezonde voeding, groenten en fruit, vlees, vis en vervangers en zuivel. Met de voorstelling van het thema graanproducten en aardappelen in november 2012 kwam er een einde aan de thematische uitwerking van lesmateriaal.
De projectwebsite met lesmateriaal www.watetenwemorgen.be en de Facebookpagina blijven ook na afronding van het project beschikbaar.
De kloof tussen voedselproducent en -consument is nog nooit zo groot geweest. Consumenten, en zeker jongeren, kennen de herkomst van vele levensmiddelen niet meer. Het project "Wat eten we morgen?" startte in 2006 en wilde jongeren uit de derde graad van het secundair onderwijs laten kennismaken met de land- en tuinbouwsector in België en hen informeren over onze eetgewoonten en de voedingssector die hiermee verbonden zijn. Met een knipoog naar het verleden werd ingezoomd op de creativiteit die in deze sectoren leeft. Innoveren is een must met het oog op de toekomst. Steeds opnieuw worden we door wetenschap en media overtuigd van het belang van een gezonde voeding. Toch blijkt uit onderzoek dat de praktijk niet altijd even makkelijk is.
In dit zesjarig educatieve project stond elk jaar een welomschreven thema centraal. Zo werd er dieper ingegaan op Europa, gezonde voeding, groenten en fruit, vlees, vis en vervangers en zuivel. Met de voorstelling van het thema graanproducten en aardappelen in november 2012 kwam er een einde aan de thematische uitwerking van lesmateriaal.
De projectwebsite met lesmateriaal www.watetenwemorgen.be en de Facebookpagina blijven ook na afronding van het project beschikbaar.
8. BEREIDINGEN
De bereidingstechnieken zijn in het algemeen kort
en bij een relatief lage temperatuur.
Lange bereidingstijden en hoge temperaturen
zorgen voor een droog eindproduct.
9. BEREIDINGEN
Pocher - pocheren
Sauter – bakken in de pan
Frire – frituren
Griller – roosteren
Etuver - stoven
10. POCHER
In visfond/water
temperatuur pocheervocht 70° - 80° C.
geschikt voor geportioneerde vis: filets, moten
pocheervocht verwerken tot saus.
11. POCHER
Au court bouilon
temperatuur pocheervocht 70° - 80° C.
geschikt voor hele vis als forel e.d.
12. SAUTER
Sauter à la meunière
grote e/o dikke stukken cisseleren
bloemen
bakken in boter
met peterselie en schuimende boter serveren
16. ETUVER
Het stoven van vis is een techniek die in de
klassieke keuken niet voorkomt.
Stoven lijkt in de uitvoering sterk op pocheren.
Het stoven gebeurt in de oven, waarbij zoveel vocht
gebruikt wordt, dat er een saus ontstaat.
Vaak wordt het gerecht met paneermeel bestrooid
om een gratineer effect te krijgen.
17. EN PAPILLOTE
Bij de bereiding en papillote wordt de vis op een
bedje van aromatische groenten ingepakt in
papier of alufolie.
Het garen vindt in de oven plaats.