MVO Nederland organiseerde op 18 november de landelijke Dag van de Sociale Innovatie. In totaal werkten er zo’n 300 verschillende bedrijven aan 37 Innovatietafels door heel Nederland hard aan concrete oplossingen op het gebied van sociale innovatie. Zij wisselden ervaringen uit over de vraag: hoe houd ik mijn bedrijf innovatief en hoe onderneem ik slim in een veranderende economie?
In deze presentatie geeft Henk Volberda uitleg bij de Innovatie Monitor van de Erasmus Universiteit. Hieruit blijkt de noodzaak voor deze dag: Nederlandse bedrijven investeren aanzienlijk minder in sociale innovatie dan een jaar geleden.
Rabobank financiering voor duurzame innovatie, Koploperbijeenkomst maart 2014
Erasmus concurrentie en innovatie monitor 2014
1. ERASMUS CONCURRENTIE
EN INNOVATIE MONITOR
2013 - 2014
Prof.dr. Henk W. Volberda
Rotterdam School of Management, Erasmus
University
Academic director INSCOPE
Dag van de Sociale Innovatie, 18 november 2014
2. Welkom!
Bij de presentatie van de bevindingen
van de Erasmus Concurrentie en Innovatie Monitor 2013 - 2014
De Erasmus Concurrentie en Innovatie Monitor is
…..
… sinds het jaar 2006 een jaarlijks grootschalig onderzoek
naar innovatie onder Nederlandse bedrijven
… een graadmeter voor de innovativiteit van Nederlandse
bedrijven
… meer recentelijk ook in specifieke sectoren uitgevoerd, zoals
de zorg
… ook in andere landen uitgevoerd, waaronder België, Italië,
en het Verenigd Koninkrijk
3. Enkele achtergrondgegevens
van survey
Omvang steekproef:
≈ 10.000
Aantal
respondenten: 692
Algemeen
directeur/Voo
rzitter van
Raad van
Anders, 18%
HR (of P&O)
manager, 3%
Financieel
manager, 5%
Operations
manager, 5%
Innovatieman
ager, 7%
Marketingma Bestuur, 49%
nager, 14%
4. Agenda
Innovatievermogen
Nederlandse bedrijven:
Technologische innovatie
versus sociale innovatie:
Offshoring versus
onshoring:
Groei en
werkgelegenheidseffecten:
Kenmerken
innovatieve organisaties:
7. Aanzienlijke daling van aantal
product-en
dienstinnovaties in Nederland
5.3
5.2 5.2 5.2
5.2 5.2
5.3
5.4
5.1
4.3
4.2
4.3 4.3
4.1
4.2
4.3
4.4
4.2
5.6
5.4
5.2
5.0
4.8
4.6
4.4
4.2
4.0
-4%
2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015
Score op radiclae innovatie cq. incrementele innovatie
(op een schaal van 1 tot 7)
Jaar
incrementele innovatie
radicale innovatie
-6%
8. Daling in radicale innovatie is het
minst bij het middengrootbedrijf
-6.9%
-3.6%
-4.5% -4.3% -4.5%
-5.9%
0.0%
-1.0%
-2.0%
-3.0%
-4.0%
-5.0%
-6.0%
-7.0%
-8.0%
minder dan 50 tussen de 50 en 250 meer dan 250
Hoeveelheid radicale innovaties cq. incrementele
innovaties in 204 t.o.v. 2013 (in %)
Aantal medewerkers
radicale innovatie incrementele innovatie
9. Agri & Food scoort
relatief hoog op radicale
innovatie en incrementele
innovatie
12%
8%
7%
-1%
-2%
-5%
-5%
-11%
8%
1%
-2%
2%
-2%
-2%
5%
-3%
Agri & Food
Creatieve industrie
Zakelijke dienstverlening
High Tech en Energie
Overig
Life Sciences & Health, chemie, tuinbouw, water
Logistiek
Bouw
-15% -10% -5% 0% 5% 10% 15%
Mate van radicale innovatie cq. incrementele innovatie in een sector
t.o.v. score van alle onderzochte sectoren tezamen (in %)
Sectoren geordend op basis van de mate van
radicale innovatie
radicale innovatie
incrementele innovatie
10. Hoeveelheid radicale en
incrementele innovaties varieert
per regio
4.0%
-5.5% 2.8%
2.5%
-1.1%
-3.6%
4.9%
-4.7%
0.9%
-2.4%
0.0%
-1.3%
3.5%
-0.7%
1.9%
-1.9%
- Noord-Oost Nederland
- Drenthe/Achterhoek/Twente
- Zuid-Limburg/Arnhem/Nijmegen
- Midden-/Oost-Brabant
- Zeeland/West-Brabant
- Utrecht/Rijnmond-gebied
- Haaglanden/Leiden
- Noord-Holland
-6.0% -4.0% -2.0% 0.0% 2.0% 4.0% 6.0%
Score op radicale innovatie cq. incrementele innovatie per postcodegroep
t.o.v. scores van alle observaties tezamen (in %)
Postcodegroep
incrementele innovatie
radicale innovatie
12. Investeringen in technologische
innovatie nemen weer toe
4.1%
4.7%
5.7%
6.6%
4.9%5.2%
4.6%
3.0%
4.2%
5.2% 5.3%
6.6%
7.0%
4.3%
3.5%
2.2%
3.2%
8.0%
7.0%
6.0%
5.0%
4.0%
3.0%
2.0%
1.0%
0.0%
2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015
Investeringen in R&D of in
ICT (als % van de omzet)
Jaar
R&D-investeringen
ICT-investeringen
Ontwikkeling R&D- en ICT-investeringen
2013 – 2014:
R&D: + 1,2%
ICT: + 1,0%
13. Wat is Sociale Innovatie?
Relatieve effecten:
59% – 75%
Fasen innovatie Type innovatie
Nieuwe kenniscreatie Technologische
innovatie: R&D, ICT,
technologie
Herkennen,
verwerven integreren
en toepassen van
kenniseconomie
Sociale innovatie:
management,
organisatie en arbeid
25% – 41%
14. Sociale innovatie is van
doorslaggevend belang
100%
50%
0%
41% 38% 28% 34% 25%
59% 62% 72% 66% 75%
relatief effect van sociale innovatie en
technologische innovatie op diverse
prestatiemaatstaven
Prestatiemaatstaf
technologische innovatie
sociale innovatie
N.B.: de som van de gestandaardiseerde effecten op een
prestatiemaatstaf is gelijk gesteld aan 100%.
Technologische innovatie is hier gemeten als de som
van R&D-investeringen en ICT-investeringen.
15. Sociale innovatie barometer
Barometer Sociale Innovatie in Nederland:
+ 12% tussen 2006 en 2014 (cumulatief)
- 8% tussen 2013 en 2014
2.5
5.2
12.8
14.7
18.15
21.6
12
25
20
15
10
5
0
2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014
Toename sociale innovatie t.o.v. niveau in het jaar
2006 (in %)
Jaar
16. Agri & Food, High Tech en Energie
scoren bovengemiddeld op sociale
innovatie
7.3%
5.0%
1.2%
0.7%
-0.3%
-0.5%
-0.1%
-0.3%
-2.0%
-7.1%
3.0%
1.5%
-2.1%
-1.4%
0.1%
0.7%
-1.8%
-0.4%
0.6%
-0.7%
0.2%
0.7%
-0.5%
0.0%
-8.0% -6.0% -4.0% -2.0% 0.0% 2.0% 4.0% 6.0% 8.0% 10.0%
Agri & Food
High Tech en Energie
Creatieve industrie
Logistiek
Life Sciences & Health, chemie, tuinbouw, water
Zakelijke dienstverlening
Bouw
Overig
Mate van sociale innovatie cq. R&D-investeringen, en ICT-investeringen in een sector t.score van alle onderzochte sectoren tezamen (in %)
Sectoren geordend op basis van
de mate van sociale innovatie
sociale innovatie
R&D-investeringen
ICT-investeringen
17. Met name regio Midden en Oost-
Brabant scoort bovengemiddeld op
sociale innovatie èn technologische
innovatie
-2.1%
0.2%
0.2%
-2.1%
1.5%
0.5%
-0.2%
1.0%
0.9%
1.2%
0.6%
-3.2%
- Noord-Oost Nederland
- Drenthe/Achterhoek/Twente
- Zuid-Limburg/Arnhem/Nijmegen
2.5%
-0.4%
0.8%
-5.2%
- Midden-/Oost-Brabant
- Zeeland/West-Brabant
- Utrecht/Rijnmond-gebied
- Haaglanden/Leiden
- Noord-Holland
-6.0% -5.0% -4.0% -3.0% -2.0% -1.0% 0.0% 1.0% 2.0% 3.0%
Score op sociale innovatie cq. technologische innovatie per postcodegroep
t.o.v. scores van alle observaties tezamen (in %)
Postcodegroep
sociale innovatie
technologische innovatie
19. Nederlandse bedrijven verplaatsen
netto 4,4% meer activiteiten naar het
buitenland (dan dat zij activiteiten terug
verplaatsen naar NL)
17.0%
12.3%
7.8%
N.B.: alleen bedrijven met minimaal 20 medewerkers
hebben deze stellingen voorgelegd gekregen
4.1%
3.3%
2.2%
ICT-activiteiten
Productie/dienstverlening
Inkoopactiviteiten
Product-/dienstverbetering
Financiële activiteiten
Onderzoek en ontwikkeling
-1.5%
-2.0%
4.4%
Klantenservice (bijv. callcenter)
Human resource activiteiten
algemeen
-5.0% 0.0% 5.0% 10.0% 15.0% 20.0%
Mate waarin Nederlandse bedrijven activiteit naar buitenland verplaatsen
t.o.v. dat activiteit terug naar Nederland wordt verplaatst (in %)
20. Met name de grote bedrijven
verplaatsen meer activiteiten
naar het buitenland
Product-/dienstverbetering
Inkoopactiviteiten
-6.3%
Onderzoek en ontwikkeling
Productie/dienstverlening
Klantenservice (bijv. callcenter)
-4.9%
ICT-activiteiten
-5.4%
-15.6%
Human resource activiteiten
-8.5%
Financiële activiteiten
-4.8%
0.0%
-3.5%
1.8%
-8.2%
-9.8%
4.1%
-8.3%
10.7%
-7.4%
1.7%
34.2%
34.6%
40.9%
46.3%
81.8%
20.1%
54.7%
27.8%
-40.0% -20.0% 0.0% 20.0% 40.0% 60.0% 80.0% 100.0%
Mate waarin Nederlandse bedrijven activiteit naar buitenland verplaatsen
t.o.v. dat activiteit terug naar Nederland wordt verplaatst (in %)
meer dan 250 medewerkers
tussen de 50 en 250 medewerkers
minder dan 50 medewerkers
21. Vooral in Noord-Oost Nederland, Zeeland
en West-Brabant komen er netto
activiteiten bij
2.0%
21.0%
9.6%
-10.0%
4.8%
20.7%
0.9%
-9.1%
-15.0% -10.0% -5.0% 0.0% 5.0% 10.0% 15.0% 20.0% 25.0%
Mate waarin bedrijven in een bepaalde regio activiteiten naar buitenland verplaatsen t.o.v.
dat bedrijven in die regio activiteiten terug verplaatsen naar Nederland (in %)
Regio
- Noord-Oost Nederland
- Drenthe/Achterhoek/Twente
- Zuid-Limburg/Arnhem/Nijmegen
- Midden-/Oost-Brabant
- Zeeland/West-Brabant
- Utrecht/Rijnmond-gebied
- Haaglanden/Leiden
- Noord-Holland
23. Sociaal innovatieve bedrijven
presteren beter
36%
29%
19%
18%
13%
0% 5% 10% 15% 20% 25% 30% 35% 40%
businessmodel-vernieuwing
radicale innovatie
businessmodel-replicatie
incrementele innovatie
bedrijfsprestaties
score op maatstaf bij sociaal innovatieve bedrijven t.o.v.
score van niet-sociaal innovatieve bedrijven op betreffende maatstaf (in %)
Maatstaf
24. Economische groei door
technologische én sociale innovatie
veel
weinig
10.0%
8.0%
6.0%
4.0%
2.0%
0.0%
-2.0%
-4.0%
-6.0%
niet
wel
-4.2%
-0.7%
-5.8%
8.3%
Mate van technologische
innovatie
Toename aantal medewerkers
(als % van totaal aantal medewerkers)
Mate van sociale innovatie
25. Kenmerken innovatieve organisaties
Cross
functionele
teams
Experimenteer
vaardigheden
en individuele
trekkers
Nauwe
samenwerking
met klanten
Vakmanschap en een
sterke identificatie met
de organisatie
26. Cross-functionele teams
de mate waarin medewerkers van verschillende
subsystemen
met elk hun eigen expertise worden samen gebracht
‘Strategic crop teams’
Nunhems BV
27. Goed presterende bedrijven
worden gekenmerkt door veel
cross-functionele teams
veel
weinig
14%
12%
10%
8%
6%
4%
2%
0%
-2%
-4%
weinig
veel
0%
-3%
10%
12%
Cross-functionele teams
Verschil in bedrijfsprestaties t.o.v.
bedrijfsprestaties bij weinig opsplitsing in
teams en weinig cross-functionele teams (in %)
Opsplitsen in teams
N.B.: alleen bedrijven met minimaal 20 medewerkers
hebben deze stellingen voorgelegd gekregen
28. Experimenteervaardigheden
en individuele trekkers
Experimenteervaardigheden: vrijblijvende
en meer generieke coördinatie binnen een bedrijf
Individuele trekkers: de mate waarin medewerkers
bestaande protocollen/richtlijnen van bedrijfsactiviteiten
ter discussie stellen en nieuwe ontplooien
‘Coördinatie op basis van vertrouwen
en een open werkomgeving’
Triple IT
29. Experimenteervaardigheden zijn vooral
gunstig voor bedrijfsprestaties; individuele
trekkers zijn vooral gunstig voor
vernieuwing van bedrijf
N.B.: de som van de gestandaardiseerde effecten op een
prestatiemaatstaf is gelijk gesteld aan 100%.
100%
90%
80%
70%
60%
50%
40%
30%
20%
10%
0%
62%
38%
41%
59%
Bedrijfsprestaties Vernieuwing van bedrijf
Relatief effect op maatstaf
Maatstaf
experimenteervaardigheden
individuele trekkers
30. Vakmanschap en een sterke
identificatie met de organisatie
Vakmanschap: kennis, vaardigheden, en capaciteiten van
medewerkers
Organisatorische identiteit: de ervaren mate van
saamhorigheid binnen een organisatie, de mate waarin
medewerkers successen en fouten van de organisatie als hun
eigen successen en fouten zien
‘Vernieuwing door verjonging’
YoungCapital
31. Een sterke organisatorische
identiteit en veel vakmanschap
versterkt bedrijfsprestaties
veel
beperkt
35%
30%
25%
20%
15%
10%
5%
0%
beperkt
veel
0%
19%
27%
35%
Mate van organisatorische
identiteit
Verschil in bedrijfsprestaties t.o.v. bedrijfsprestaties bij
beperkte mate van vakmanschap en beperkte
organisatorische identiteit (in %)
Mate van vakmanschap
32. Nauwe samenwerking met
klanten
45%
40%
35%
30%
25%
20%
15%
10%
5%
0%
29%
43%
Bedrijfsprestaties Vernieuwing van bedrijf
Score op prestatiemaatstaf bij intensieve
samenwerking met klanten t.o.v. weinig
samenwerking met klanten
Maatstaf
‘Franchise-concept met telers in Brazilië’
Incotec Group
33. De sector Agri & Food werkt
relatief intensief samen met
klanten
9.7%
4.1%
3.3%
0.8%
-1.9%
-3.7%
-4.7%
-4.8%
-6.0% -4.0% -2.0% 0.0% 2.0% 4.0% 6.0% 8.0% 10.0% 12.0%
Agri & Food
Logistiek
Zakelijke dienstverlening
High Tech en Energie
Life Sciences & Health, chemie, tuinbouw, water
Overig
Bouw
Creatieve industrie
Mate van samenwerking met klanten in een sector t.o.v.
score van alle onderzochte sectoren tezamen (in %)
Sectoren geordend op basis van de mate van
samenwerking met klanten
35. Conclusie
Innovatiegraad Nederlandse bedrijven is
afgenomen
◦ Ondanks meer investeringen in R&D scoren Nederlandse
bedrijven gemiddeld lager op diverse typen innovatie, zoals
sociale innovatie (-8%), radicale innovatie (-6%), en incrementele
innovatie (-4%)
Nederlandse bedrijven verplaatsen 4% meer
activiteiten naar het Buitenland dan dat er
activiteiten terug naar Nederland komen
Zet in op Groeiagenda door Sociale Innovatie
◦ Het aantal arbeidsplaatsen neemt gemiddeld met 8% toe als
bedrijven intensief met technologische en sociale innovatie actief
zijn
36. ERASMUS CONCURRENTIE
EN INNOVATIE MONITOR
2013 - 2014
Prof.dr. Henk W. Volberda
Rotterdam School of Management, Erasmus
University
Academic director INSCOPE
Dag van de Sociale Innovatie, 8 november 2014
Editor's Notes
Let op: het betreft het verschil in omzetgroei dan wel REV.
Gem. omzetgroei in survey 2014 is 6,17% en de REV 6,74%
Afname bij zowel radicaal als incrementeel is significant (5%)