De gemeente Deventer neemt bij haar strategische personeelsplanning nadrukkelijk het team als uitgangspunt. Met het management worden toekomstige ontwikkelingen geinventariseerd en instrumenten op ingezet.
Presentatie van Het Mobiliteitscentrum Regio West-Brabant over hun inspanningen op het gebied van strategische personeelsplanning.
Vooral interessant dat ze kritieke functies hebben benoemd en HR instrumenten inzetten om in die functies te voorzien.
Presentatie Strategische Personeelsplanning 'The Katwijk Way'Fred Jansen
Presentatie van de gemeente Katwijk die op basis van HR 21 een methodiek voor strategische personeelsplanning hebben ontwikkeld. Centraal daarin staat een route voor alle medewerkers van de gemeenten waarin zij het gesprek aangaan over kansen en ontwikkelingen in hun werk bij de gemeente.
Presentatie voor bijeenkomst HRM Borger-odoorn, Coevorden en Emmen (BOCE) over organisatieontwikkling Borger-Odoorn 2006 tot 2011 en rol toegevoegde waarde voor intergemeentelijke HRM
Presentatie van Het Mobiliteitscentrum Regio West-Brabant over hun inspanningen op het gebied van strategische personeelsplanning.
Vooral interessant dat ze kritieke functies hebben benoemd en HR instrumenten inzetten om in die functies te voorzien.
Presentatie Strategische Personeelsplanning 'The Katwijk Way'Fred Jansen
Presentatie van de gemeente Katwijk die op basis van HR 21 een methodiek voor strategische personeelsplanning hebben ontwikkeld. Centraal daarin staat een route voor alle medewerkers van de gemeenten waarin zij het gesprek aangaan over kansen en ontwikkelingen in hun werk bij de gemeente.
Presentatie voor bijeenkomst HRM Borger-odoorn, Coevorden en Emmen (BOCE) over organisatieontwikkling Borger-Odoorn 2006 tot 2011 en rol toegevoegde waarde voor intergemeentelijke HRM
Strategic Workforceplanning, de flexwerkers van ORANJE.
ORANJE speelt vrijdagmiddag 130614 opnieuw een cruciale Wereld Kampioenschap wedstrijd. Weinig mensen, m.u.v. Minister Asscher, beseffen dat de doelstelling van deze wedstrijd, namelijk een overwinning op Spanje, niet wordt uitgevoerd met vaste krachten maar met 11 flexwerkers. Sterker nog: op de bank zitten nog eens 12 van deze flex-krachten om ‘in geval van nood’ de klus alsnog te kunnen klaren.
Daar waar veruit de meeste organisaties juist vaste krachten inzetten om het Strategische Doel van de organisatie te kunnen behalen, volstaat ORANJE met flexwerkers. Het kan ook niet anders: het zou de organisatie, KNVB, een kapitaal kosten om deze talenten in vaste dienst te nemen terwijl zij in een paar jaar tijd maar enkele keren écht nodig zijn. Daarmee is ORANJE een mooi staaltje van Strategische Personeelsplanning.
De volledige entry vind je op ManagementPro.nl entry dd 100614
Symposium Koersen op de kracht van generaties: Presentatie Tinka van Vuuren e...Transvorm_ZenW
Presentatie Tinka van Vuuren en Gerard Evers: Strategisch plannen voor duurzame inzetbaarheid. Symposium Koersen op de kracht van generaties, 19 november 2014.
Tijdens de workshop Een waarderend perspectief op talent - De P&O-adviseur in de rol van ontwikkelcoach werd aan de hand van een praktische oefening ingegaan op de het belang van aandacht voor het (h)erkennen en ontwikkelen van talent en potentieel van medewerkers van het Rijk. Hierbij werd de relatie gelegd naar actuele ontwikkelingen op de externe en interne arbeidsmarkt, het Strategisch Personeelsbeleid Rijk 2025 en naar de rol van de P&O-adviseur in het adviseren over gebruik en toepassing van bestaande instrumenten.
Strategic Workforceplanning, de flexwerkers van ORANJE.
ORANJE speelt vrijdagmiddag 130614 opnieuw een cruciale Wereld Kampioenschap wedstrijd. Weinig mensen, m.u.v. Minister Asscher, beseffen dat de doelstelling van deze wedstrijd, namelijk een overwinning op Spanje, niet wordt uitgevoerd met vaste krachten maar met 11 flexwerkers. Sterker nog: op de bank zitten nog eens 12 van deze flex-krachten om ‘in geval van nood’ de klus alsnog te kunnen klaren.
Daar waar veruit de meeste organisaties juist vaste krachten inzetten om het Strategische Doel van de organisatie te kunnen behalen, volstaat ORANJE met flexwerkers. Het kan ook niet anders: het zou de organisatie, KNVB, een kapitaal kosten om deze talenten in vaste dienst te nemen terwijl zij in een paar jaar tijd maar enkele keren écht nodig zijn. Daarmee is ORANJE een mooi staaltje van Strategische Personeelsplanning.
De volledige entry vind je op ManagementPro.nl entry dd 100614
Symposium Koersen op de kracht van generaties: Presentatie Tinka van Vuuren e...Transvorm_ZenW
Presentatie Tinka van Vuuren en Gerard Evers: Strategisch plannen voor duurzame inzetbaarheid. Symposium Koersen op de kracht van generaties, 19 november 2014.
Tijdens de workshop Een waarderend perspectief op talent - De P&O-adviseur in de rol van ontwikkelcoach werd aan de hand van een praktische oefening ingegaan op de het belang van aandacht voor het (h)erkennen en ontwikkelen van talent en potentieel van medewerkers van het Rijk. Hierbij werd de relatie gelegd naar actuele ontwikkelingen op de externe en interne arbeidsmarkt, het Strategisch Personeelsbeleid Rijk 2025 en naar de rol van de P&O-adviseur in het adviseren over gebruik en toepassing van bestaande instrumenten.
Communicatie bij nieuwe vormen van (samen) werken vergt aanpassing bricks, bytes, behaviour. Gedragsverandering dient versterkt te worden door adequate aanpassingen aan fysieke omgeving en aanbod up to date apparaten (devices)
Het leren verandert in sneltreinvaart. Van de meester die als
onbetwiste autoriteit ons strafte met een twijgje tot leren via
‘e-learning’ zonder dat je fysiek nog iemand ziet. Er is een
revolutie gaande op dit terrein en dat heeft ook gevolgen
voor de ondersteuning aan ondernemingsraden.
Door Arend Compagner en Erik Klerks
Docenten zijn vaak maar twee van de vijf werkdagen bezig met het voorbereiden en geven van lessen. Overleg, administratie en bijkomende taken slokken de rest van de dagen op. Zonde, want de ervaren werkdruk is al hoog genoeg – en bovendien stellen studenten terecht steeds hogere eisen aan hun onderwijs. En juist op dat onderwijs ligt vaak te weinig de focus.
Wij helpen u in vier stappen weer scherp te stellen op waar het om draait. Samen met docenten analyseren we organisatie en samenwerking, vertalen we verbeterpunten in verbetervoorstellen, én zorgen we voor een breed gedragen plan van aanpak. Dat plan brengen we bovendien samen van het papier naar de praktijk. Maar uiteindelijk draait het niet om wat we doen, maar wat dat duurzaam oplevert. En dat is: focus, meer tijd voor onderwijs, overzicht en een effectief team.
Het kan écht: minder werkdruk in het onderwijsP5COM
Een hoog ziekteverzuim, veel burn-outs, en een meerderheid van docenten die de werkdruk onacceptabel hoog vinden. Dat is in het kort de uitdaging waar het onderwijs voor staat. Drie factoren spelen daarin een rol: de werklast, de organisatiegraad en de individuele belastbaarheid. Van die drie is de gebrekkige organisatiegraad in het onderwijs de belangrijkste. Dat hangt samen met onvoldoende samenwerking en teamcohesie, gebrek aan sturing op de werklastverdeling en het elkaar niet durven aanspreken.
Gelukkig kunnen organisaties daar voor een groot deel zelf iets aan doen. Wij helpen u in drie stappen de werkdruk te verlagen. Allereerst schetsen we mét uw medewerkers een helder en objectief beeld van de situatie (en delen we dat). Vervolgens bepalen we de grondoorzaak en ontwikkelen we meteen een aanpak om die weg te nemen. En tot slot monitoren we de werkdruk – en sturen we waar nodig bij. Zo zorgen we voor tijd en ruimte die uw mensen kunnen besteden aan waar het echt om draait: goed onderwijs.
Presentatie over trends in online Arbeidsmarktcommunicatie op het HR Festival 'Werkelijk Grenzeloos' van het A+O fonds Gemeenten.
Ronald van Schaik // Rhinofly
2. Huidige situatie
Pragmatische aanpak, niet vanuit een SPP instrument maar vanuit de
praktijk van de manager
Bewust niet vanuit een gemeentebrede vlootschouw maar vanuit wat is
het toekomstbeeld en wat moet daarvoor gebeuren
Vlootschouw en formatie/bezettingsinformatie is ondersteunend aan het
proces
Teamontwikkelplan is de basis
In ontwikkeling is:
Meerjarenformatie en loonsom online beschikbaar inclusief vastgestelde taakstellingen
Onderzoek naar instrumentarium die het proces kunnen ondersteunen
Teamontwikkelplan verplicht gesteld voor alle teams met taakstellingen, leegloop of
ontwikkelopgave
3. Teamontwikkelplan schetst het toekomstige beeld
Geeft aan hoe omgegaan wordt met
ontwikkelingen/taakstellingen/bezuinigingen/leegloop in werk
Beschrijft de weg van de IST naar SOLL situatie, inclusief
maatregelen en de effecten:
Meerjarig formatie en bezetting
Functies en medewerkers
Tijdspad
Maatregelen om de gewenste ontwikkelen te bereiken
Het teamontwikkelplan is een methode om vooraf na te denken
over het te realiseren doel en de weg er na toe. Tijdens het proces
heeft het ontwikkelplan een monitorings-/informatiefunctie
Teamontwikkelplan
5. Toekomstbeeld van een ondersteunend uitvoerend team
Visie op ander manier van werken in de toekomst
Werkwijze van het team verandert ingrijpend andere rol en andere
competentie (duidelijk ander functieprofiel)
Minder werk op lager niveau meer werk op hogere assistenten niveau
Aantal formatieve taakstellingen
Verwachting minder werk voor totale formatie
Beeld van het team
Lange dienstverbanden, medewerkers lang in dezelfde functie
Relatief hoge leeftijd bezetting in bepaalde functiegroepen
Deel van de bezetting laat nieuwe rol al zien
Oude patronen van werken zijn hardnekkig
Voorbeeld
6. Voorbeeld
Inzet HR instrumentarium
Medewerkers boventallig verklaard volgen VWNW-traject
Medewerkers volgen specifiek opleidingstraject inclusief nul en tussentijdse
voortgangsmeting
In PJC-cyclus specifieke afspraken met medewerkers over hun eigen ontwikkeling
Medewerkers worden uitgedaagd om op andere manieren te gaan werken, bijv:
elke maand organiseert een groep medewerkers een bijeenkomst over een thema
Hoe verloopt het
Praktijk is weerbarstig, oude cultuur is moeilijk te doorbreken bij sommige
functiegroepen
Grootste deel van medewerkers reageren positief op opleidingstraject
3 medewerkers zijn boventallig verklaard, daarvan heeft 1 na een half jaar
mogelijk ander werk.
7. Meerjarenformatie
overzicht
Meerjarige formatie, bezetting en loonsom
Schetst een beeld waar potentiele knelpunten zijn
Stuurinformatie voor directie en management
Formatie zijn bekende taakstellingen op formatie ingeboekt
Loonsom zijn alle taakstellingen ingeboekt
Bezetting is excl mw die in een jaar pensioen leeftijd bereiken
Knelpunten formatie
(in hele fte's)
Knelpunten loonsom
(x € 1.000)
2014 2015 2016 2017 2014 2015 2016 2017
Team 1 -1 -27 -9
Team 2 -1 -5 -5 -112 -45
Team 3 -119 -119 -124 -124
8. Huidige
ontwikkeling
Los van het voorbeeld, waar werken we gemeente breed aan:
Meerjarige formatie en bezettingsinformatie beschikbaar stellen voor de
hele organisatie
Onderzoek naar SPP instrumentarium die het proces kan ondersteunen
Teamontwikkelplan verplicht voor elk team met taakstelling, leegloop
en/of forse ontwikkelopgave
Inrichten mobiliteitscentrum voor gedwongen mobiliteit
Verder ontwikkelen bestaande loopbaanadviescentrum
Stimuleren flexibiliteit van medewerkers (loopbaanontwikkeling)
9. Knelpunten
& vragen
Wat is lastig in dit soort trajecten
Bewustwording medewerkers dat er echt iets gaat veranderen, het is een
meerjarig traject consequente en gestructureerde communicatie
Combinatie van taakstelling en ontwikkelopgave maakt het een complex
traject
Medewerkers in beweging krijgen naar buiten is lastig door lastige
arbeidsmarkt en lange dienstverband gemeente Deventer
Plaatsing volgens sociaal statuut, de medewerkers die je wilt behouden
gaan er als eerste uit kwalitatieve plaatsing niet mogelijk/lastig
Niet alle klanten zijn altijd overtuigd van het nieuwe beeld
Vragen????
Editor's Notes
In de businesscase wordt er zowel naar kwalitatieve als kwantitatieve aspecten gekeken.
Kwalitatief: wat is de focus van het mobiliteitscentrum, merendeel gericht op uitstroom. Maar wat doe je met de loopbaanontwikkeling en doorstroom op basis van vrijwillige mobiliteit. Dit is belangrijk om te behouden voor onze organisatie omdat het beweging in de organisatie brengt en houdt. In de businesscase kijk je naar verschillende verhoudingen (vrijwillige versus verplicht) in de dienstverlening die je daar aanbiedt.
Kwalitatief: wat voor een soort traject biedt je aan en wat zijn (op voorhand) aan te wijzen resultaten. Denk bijvoorbeeld aan percentage uitstroom.
Kwantitatief: hoeveel capaciteit is er beschikbaar (aantal uren en aantal mensen), wat zijn de kosten per traject, totaal kosten (wel huisvesting versus geen huisvesting) etc.
Deze vragen zijn nodig te beantwoorden om in de drie scenario’s appels met appels te kunnen vergelijken. Aan het einde zet je de baten tegen over elkaar in de drie scenario’s en de kosten zet je tot slot af tegen de baten. Dan kan er een keuze worden gemaakt.
Nu willen we van de directie een ja horen op het uitvoeren van de businesscase. Om een goede businesscase te kunnen maken, zijn een aantal vragen noodzakelijk om vooraf beantwoord te hebben. Dit is nodig om uiteindelijk de appels met de appels te kunnen vergelijken. Voorkeur gaat uit naar een afvaardiging uit de directie die als opdrachtgever(s) hierin sturen. Directie breed wordt op belangrijke momenten betrokken. De vragen waar ik in deze paragraaf naar verwijs zijn op de volgende slide geformuleerd.
In de businesscase wordt er zowel naar kwalitatieve als kwantitatieve aspecten gekeken.
Kwalitatief: wat is de focus van het mobiliteitscentrum, merendeel gericht op uitstroom. Maar wat doe je met de loopbaanontwikkeling en doorstroom op basis van vrijwillige mobiliteit. Dit is belangrijk om te behouden voor onze organisatie omdat het beweging in de organisatie brengt en houdt. In de businesscase kijk je naar verschillende verhoudingen (vrijwillige versus verplicht) in de dienstverlening die je daar aanbiedt.
Kwalitatief: wat voor een soort traject biedt je aan en wat zijn (op voorhand) aan te wijzen resultaten. Denk bijvoorbeeld aan percentage uitstroom.
Kwantitatief: hoeveel capaciteit is er beschikbaar (aantal uren en aantal mensen), wat zijn de kosten per traject, totaal kosten (wel huisvesting versus geen huisvesting) etc.
Deze vragen zijn nodig te beantwoorden om in de drie scenario’s appels met appels te kunnen vergelijken. Aan het einde zet je de baten tegen over elkaar in de drie scenario’s en de kosten zet je tot slot af tegen de baten. Dan kan er een keuze worden gemaakt.
Nu willen we van de directie een ja horen op het uitvoeren van de businesscase. Om een goede businesscase te kunnen maken, zijn een aantal vragen noodzakelijk om vooraf beantwoord te hebben. Dit is nodig om uiteindelijk de appels met de appels te kunnen vergelijken. Voorkeur gaat uit naar een afvaardiging uit de directie die als opdrachtgever(s) hierin sturen. Directie breed wordt op belangrijke momenten betrokken. De vragen waar ik in deze paragraaf naar verwijs zijn op de volgende slide geformuleerd.
In de businesscase wordt er zowel naar kwalitatieve als kwantitatieve aspecten gekeken.
Kwalitatief: wat is de focus van het mobiliteitscentrum, merendeel gericht op uitstroom. Maar wat doe je met de loopbaanontwikkeling en doorstroom op basis van vrijwillige mobiliteit. Dit is belangrijk om te behouden voor onze organisatie omdat het beweging in de organisatie brengt en houdt. In de businesscase kijk je naar verschillende verhoudingen (vrijwillige versus verplicht) in de dienstverlening die je daar aanbiedt.
Kwalitatief: wat voor een soort traject biedt je aan en wat zijn (op voorhand) aan te wijzen resultaten. Denk bijvoorbeeld aan percentage uitstroom.
Kwantitatief: hoeveel capaciteit is er beschikbaar (aantal uren en aantal mensen), wat zijn de kosten per traject, totaal kosten (wel huisvesting versus geen huisvesting) etc.
Deze vragen zijn nodig te beantwoorden om in de drie scenario’s appels met appels te kunnen vergelijken. Aan het einde zet je de baten tegen over elkaar in de drie scenario’s en de kosten zet je tot slot af tegen de baten. Dan kan er een keuze worden gemaakt.
Nu willen we van de directie een ja horen op het uitvoeren van de businesscase. Om een goede businesscase te kunnen maken, zijn een aantal vragen noodzakelijk om vooraf beantwoord te hebben. Dit is nodig om uiteindelijk de appels met de appels te kunnen vergelijken. Voorkeur gaat uit naar een afvaardiging uit de directie die als opdrachtgever(s) hierin sturen. Directie breed wordt op belangrijke momenten betrokken. De vragen waar ik in deze paragraaf naar verwijs zijn op de volgende slide geformuleerd.