1. Indeling van hoofdstuk 1 Wat is marketing? § 1.1 De betekenis van marketing § 1.2 Commerciële economie of marketing? § 1.3 Het marketingconcept § 1.4 De rol van marketing in een bedrijf 1.0
2. Marketing of verkoop? marketing: ander woord voor verkoop (niet juist) Verkopen is ‘zien kwijt te raken wat je op de plank hebt liggen’, terwijl marketing is ‘ervoor zorgen dat je de juiste dingen voor je klanten op de plank krijgt’. Verkoop is één onderdeel van marketing (eigenlijk van ‘promotie’, één van de marketinginstrumenten). 1.1
3. Definitie van marketing Marketing omvat de – op de markt afgestemde – ontwikkeling, prijsbepaling, promotie en distributie van producten, diensten of ideeën, en alle andere activiteiten om planmatig de afzet te verhogen of transacties te bevorderen, een goede reputatie te creëren en duurzame relaties met de klanten op te bouwen, zodat alle partijen hun doelstellingen bereiken. Het accent in de marketing ligt op: • het creëren en overbrengen van iets waardevols • het opbouwen van zinvolle relaties met klanten. 1.2
5. De 4 P’s van de marketingmix: Product Goederen, diensten of ideeën Een product :meer dan het fysieke product. Ook het merkimago, de garantie en de service maken er deel van uit. Promotie Alle vormen van communicatie met de markt. Promotie-instrumenten zijn o.a. reclame, sponsoring, sales promotion, public relations, persoonlijke verkoop en direct marketing. 1.3
9. De ontwikkeling van het marketing denken 1900- 1930: Product en productievisie Veel en efficient produceren; product zo goed en goedkoop mogelijk produceren. klant komt vanzelf naar het verkooppunt. (Sellersmarket) Ford: “je kunt alle kleuren krijgen, als het maar zwart is” 1930-1950: Verkoopgeorienteerde visie Er is meer te koop dan kan worden verkocht, dus moet de producent de klant opzoeken. Reclame om het product onder de aandacht te brengen 1950-1955: Klassiek marketing visie Aandacht voor de wens van de klant d.m.v. de 4P’s. Segmentatie en differentiatie Aparte marketingafdeling die de strategie ontwikkelt. 1.4
10.
11. Marketing of commerciële economie? Commercieel denken: winst maken Economie: Algemene economie Leer van de keuzehandelingen: we kunnen de euro maar 1 keer uitgeven Vanuit de homo economicus: rationele mens en vaak onder gelijkblijvende omstandigheden: ceteris paribus - Macro: op groot niveau: landelijk/ mondiaal - Micro: op klein niveau: vanuit de individu Is de Moeder van de bedrijfseconomie en commerciële economie 1.5
12.
13. Het marketingconcept (1) Het marketingconcept is een marketinggerichte ondernemingsfilosofie gericht op: - Tevreden klanten ‘ De klant is koning.’ - Geïntegreerde werkwijze/organisatie - Breed geformuleerde ondernemingsmissie Een ambitieuze omschrijving van het werkterrein 1.6
14. Het marketingconcept (2) Andere pijlers van het marketingconcept zijn: Voortdurende concurrentieanalyse andere bedrijven die met hun producten inspelen op dezelfde of soortgelijke behoeften van de afnemers. Marktonderzoek en doelgroepkeuze Een systematische verzameling en analyse van voor de doelgroep relevante marketinginformatie Accent op winstbijdrage Niet omzet, maar winst is voor een bedrijf noodzakelijk om te overleven en te groeien. 1.7
16. Taken van marketing De taken van marketing zijn: • Het – door marktonderzoek – in kaart brengen van de wensen en behoeften van de doelgroep. • Het beïnvloeden van en inspelen op de vraag met een uitgekiend marketingbeleid. • Nazorg , zoals serviceverlening, klachtenbehandeling en het onderhouden van contacten. 1.8
19. De drie R’s Om een blijvend concurrentievoordeel te creëren moet – naast de vier P’s – gewerkt worden aan de drie R’s : Reputatie : bouw een merkimago op dat leidt tot positieve emoties Relatie : zorg voor voortdurende communicatie en interactie met de afnemers om klantenbinding te bevorderen. Ruil : bevorder de ‘ruilroutine’ (transacties) 1.9
20. Relatiemarketing als managementvisie Relatiemarketing: marketingbeleid waarbij de organisatie, een goede vertrouwensrelatie opbouwt met haar afnemers, maar ook met leveranciers, tussenpersonen en andere belangengroepen. Op lange termijn succesvol 1.10