2. Wat is subfertiliteit ?
Wat is normaal vruchtbaar?
Welk percentage van de paren
De mens is een relatief
onvruchtbaar zoogdier
Wel elke maand een kans
Succesvolle soort (?)
9. Leeftijd Europese vrouw bij
geboorte eerste kind
22.0
24.0
26.0
28.0
30.0
NEDERLAND Zweden Rusland Polen
10. Subfertiliteit
Thuis zwanger worden lukt niet
Welke termijn ??
Initiatief ligt bij de patiënt
Vruchtbaarheidsonderzoek
Diagnostiek
Diagnose
Therapie
11. Een helicopterview
Begrip voor en inzicht in de
lichamelijke en psychische
belasting van het niet zwanger
worden en na gedegen onderzoek
de juiste en minst belastende
therapie selecteren en toepassen
13. Een wezenlijk deel van infertiliteits-
onderzoek en -behandeling dient te
zijn het paar voor te bereiden op de
mogelijkheid van het niet zwanger
worden
Stelling 11:
Transvaginal sonography in early human
pregnancy
Erasmus Universiteit Rotterdam
Dr. R. Schats, 30 januari 1991
29. Samenlevingstest (PCT)
Beoordelen overleving zaadcellen in
cervixslijm ± 10 uur na coitus
Zaad- en slijmkwaliteit
Midcyclisch: dwz rond de ovulatie
Wat wordt getest ?
Prognostische waarde
Er is geen betere test
55. Wat is ovulatie-inductie
Het induceren van een eisprong bij:
• Patiënten met anovulatie
• Patiënten met kinderwens
Verschil met hyperstimulatie:
• Patiënten met ovulatoire cyclus
• Meerdere follikels
56. WHO indeling anovulatie
Groep 1:
— hypogonadotroop hypooestrogeen:
FSH , E2
Groep 2:
— Normogonadotroop normooestrogeen
FSH =, E2 =
Groep 3:
— Hypergonadotroop hypo-oestrogeen
FSH , E2
64. PCO: de diagnose
Oligomenorrhoe vanaf menarche
Verhoogd serum LH
Polycysteuze ovaria (echoscopie)
Adipositas
Hirsutisme (hyperandrogenisme)
Insulineresistentie
subfertiliteit door anovulatie
65. PCO: de oorzaken
Onbekend !, 4% van alle vrouwen
Erfelijk
Enzymdeficiënties
Te veel eicellen
66. PCO: de gevolgen
Vaak subfertiliteit
Adipositas, hirsutisme
Diabetes mellitus type II
Verhoogde kans op
endometriumcarcinoom
Lange termijn: verhoogde kans
op hart en vaatziekten
67. PCO: de behandeling
Geen kinderwens:
—OAC (Diane)
Wel kinderwens:
—Ovulatie-inductie
71. PCO: Samenvatting
Meest voorkomende oorzaak
van cyclusstoornissen
subfertiliteit
Lange termijn effecten
72. Hirsutisme
Beharingspatroon bij de vrouw in
mannelijke richting
Gestoorde interactie tussen androgenen
en hun receptoren
Balans spiegels en gevoeligheid
83. Strandell A et al.
Hum Reprod 1999; 14: 2762-9
Laparoscopic
sapingectomy
No intervention
before IVF
Aantal Patiënten 108 79
Eenheden FSH 2231 895 2186 781
Duur Stimulatie Fase
11.4 2.2
(7-20)
11.6 2.9
(5-25)
Aantal Oöcyten 10.6 5.9 10.6 6.1
ICSI procedures (%) 14 (13.1) 10 (12.6)
Aantal embryo‟s (%) 6.8 4.8 7.0 4.9
Cyclus Karakteristieken
84. Strandell A et al.
Hum Reprod 1999; 14: 2762-9
Laparoscopische
salpingectomie
Geen interventie
voor IVF
P Relatief
risico (RR)
95% CI
voor RR
Patiënten 116 88
CPR, N (%) 40 (34.5) 22 (25.0) 0.17 1.34 0.9-2.1
OGPR, N (%) 31 (26.7) 15 (17.0) 0.13 1.57 0.9-2.7
Gest. Cyclus 110 82
CPR, N (%) 38 (34.5) 21 (25.6) 0.21 1.35 0.9-2.1
OGPR, N (%) 30 (27.3) 14 (17.1) 0.12 1.60 0.9-2.8
Per ET 107 77
IR, N/N (%) 46/210 (21.9) 28/151 (18.5) 0.51 1.18 0.8-1.8
CPR, N (%) 38 (35.5) 21 (27.3) 0.26 1.30 0.8-2.0
AR, N/IUG (%) 6/36 (16.7) 5/19 (26.3) 0.48 0.63 0.2-1.8
EUG 2 2
OGPR, N (%) 30 (28) 14 (18.2) 0.16 1.54 0.9-2.7
IR & PR in 204 patiënten:
1e cyclus: intention to treat analysis
85. Strandell A et al.
Hum Reprod 1999; 14: 2762-9
Laparoscopische
salpingectomie
Geen interventie
voor IVF
P Relatief
risico (RR)
95% CI for
RR
Bilat. Hydros. 63 34
IR, N/N (%) 31/121 (25.6) 8/65 (12.3) 0.038 2.08 1.02-4.26
CPR, N (%) 25 (39.7) 7 (20.6) 0.07 1.92 0.93-3.99
OGPR, N (%) 21 (33.3) 5 (14.7) 0.057 2.27 0.94-5.47
US zichtbaar 35 40
IR, N/N (%) 21/70 (30.0) 13/78 (16.7) 0.077 1.80 0.98-3.32
CPR, N (%) 16 (45.7) 9 (22.5) 0.029 2.13 1.08-4.22
OGPR, N (%) 14 (40.0) 7 (17.5) 0.038 2.40 1.09-5.28
Bilat. + US 20 19
IR, N/N (%) 16/39 (41.0) 4/37 (10.8) 0.004 3.80 1.40-10.31
CPR, N (%) 12 (60.0) 3 (15.8)
0.00
8
3.80
1.27-
11.40
OGPR, N (%) 11 (55.0) 3 (15.8) 0.019 3.48 1.15-10.59
Patiënten met bilaterale en/of US zichtbare hydrosalpingen
86. Strandell A et al.
Hum Reprod 1999; 14: 2762-9
Enige (multicentre) prospectieve
gerandomiseerde studie (PRT)
Diagnose hydrosalpinx gesteld door
gynaecoloog die het paar verwees voor
IVF
Randomisatie: geen interventie of
interventie: laparoscopische tubectomie
(unilateraal of bilateraal) voorafgaande
aan IVF behandeling
87. Strandell A et al.
Hum Reprod 1999; 14: 2762-9
CONCLUSIES:
Geen statistisch significante verschillen
MAAR, subgroep analyse:
Bilaterale hydrosalpingen:
IR: 25.6% versus 12.3%, P = 0.038
CPR: 45.7% versus 22.5%, P = 0.029
Bilateraal + US zichtbaar:
OGPR: 55.0 versus 15.8%, P = 0.019
88. Eindconclusie
Echoscopisch te visualiseren
hydrosalpingen geven een significante
reductie in zwangerschapskans (bij IVF)
Salpingectomie alvorens IVF te starten
is daarom aan te raden
89. Endometriose chirurgie
Vaak voorbehandeling met GnRH-
agonist (maandelijks depot)
Adhaesioloysis
Verwijdering cysten
Et cetera
102. IUI in de spontane cyclus:
urine LH-testen
Geen hormonen !
Eenmaal echoscopie rond CD 10
om dag van start urine testen te bepalen
Urine testen op LH 2 maal per dag:
„s ochtends om 7.00 uur,
„s avonds om 19.00 uur
Inseminatie 20 – 30 uur na positieve test
103. IUI in de spontane cyclus:
met hCG-injectie
Echoscopie rond 10e dag van de cyclus
Zonodig vervolg follikelgroei met
echoscopie om dag Pregnyl 10.000 IE
(hCG) injectie bij grootste follikel van
18 mm te bepalen
Inseminatie ±42 uur na Pregnyl injectie
104. IUI in de gestimuleerde cyclus:
stimulatie met FSH
Stimulatie met FSH
Zorgvuldige echoscopische controles
Afsluitende injectie met hCG
bij grootste follikel van 18 mm
Maximaal 3 follikels groter dan 18 mm of
in totaal 5 groter dan 12 mm !!
Inseminatie ±42 uur na hCG
105. IUI in de gestimuleerde cyclus
CAVE !!
Ovarieel hyperstimulatie
syndroom (OHSS)
Grote meerlingen
108. De IVF behandeling
De start van de behandeling
De stimulatie van de eierstok(ken)
Het aanprikken van de follikels
De laboratorium fase
De plaatsing van embryo‟s
De fase na de terugplaatsing
De zwangerschapstest
109. Medicijnen bij een
IVF behandeling
(OAC)
GnRH agonist / antagonist
FSH
hCG
Progesteron
110. Monitoring stimulatie
Grootte en aantal follikels
Bepaling serum oestradiol
Oveenstemming:
- Echobeeld
- Oestradiolspiegel
138. Conclusies Embryo Transfer
Zeker een hoofdzaak
Nog relatief slecht geanalyseerd
Nog te verbeteren
Belangrijke vraag: ET onder
echoscopisch zicht echt zinvol ?
139. A
C
B
A= lengte endometrium plaat
B= afstand catheter-fundus
C= afstand luchtbellen-fundus
CA-ratio= positie luchtbellen
tov endometrium
VUmc onderzoek
147. HTDM
Hoogtechnologisch draagmoederschap
Strict indicatie gebied:
— Afwezigheid uterus:
Aangeboren
Verworven
— Contraïndicatie voor zwangerschap
Strenge selectie procedure
— Wensouders en draagouders
Alleen in VUmc in Nederland
148. Conclusies
OFO stelt niet zo veel voor
Beperkte prognostische waarde
van testen (PCT)
ART steeds belangrijker
Tegenwoordig veel mogelijk:
— KID, eiceldonatie, IVF, ICSI,
PESA, TESE, HTDM