Joost Heijnis is opgeleid tot bouwtechnoloog en werkt bij architectenbureau cepezed. Robert Capel is architect en geeft sturing aan de engineering- en rekengroep bij Octatube, een productiebedrijf met uitgebreide engineeringafdeling.
Voor beiden zijn esthetiek en maakbaarheid onlosmakelijk met elkaar verbonden. Met de afronding van de derde workshop Ontwerpen in de Fabriek neemt Heijnis afscheid als voorzitter van Booosting en treedt Capel aan. Over gedeelde en persoonlijke ambities.
Dit is hoofdstuk 6 Nieuwe methodieken, consistente ambitie.
Interviewer/auteur: Caroline Kruit.
2016 Booosting Boek Digitaal Vakmanschap in de Archituur - Interview Joost Heijnis en Robert Capel
1. 56 - Digitaal Vakmanschap in de Architectuur 57 - Nieuwe methodieken, consistente ambitie - interview met Joost Heijnis & Robert Capel
Nieuwe methodieken,
consistente ambitie
Interview met scheidend en
aankomend Booosting voorzitters
Joost Heijnis & Robert Capel
Caroline Kruit
6
Joost Heijnis is opgeleid tot bouwtechnoloog en werkt bij architectenbureau
cepezed. Robert Capel is architect en geeft sturing aan de engineering- en
rekengroep bij Octatube, een productiebedrijf met uitgebreide engineering
afdeling. Voor beiden zijn esthetiek en maakbaarheid onlosmakelijk met elkaar
verbonden. Met de afronding van de derde workshop Ontwerpen in de Fabriek
neemt Heijnis afscheid als voorzitter van Booosting en treedt Capel aan. Een goed
moment om gedeelde en persoonlijke ambities te bespreken.
Maakbaarheid. Als er één woord is dat voor Joost Heijnis en Robert Capel synoniem
is voor hun professionele ambitie, dan moet dat toch maakbaarheid zijn. Beiden
studeerden in Delft bij de faculteit Bouwkunde, maar vonden de opleiding‘nogal
theoretisch’. Heijnis:“Regelmatig heb ik me erover verbaasd dat mede-studenten
hoge waardering kregen voor ontwerpen die overduidelijk niet maakbaar waren.
Voor mij was dat onbegrijpelijk.” Capel had soortgelijke ervaringen. Het kwartje viel
toen ze kozen voor een studiemodule bij de vakgroep Bouwtechniek, in wat nu het
Bucky Lab wordt genoemd. Heijnis:“Dat was voor mij het moment dat het eindelijk
klikte met mijn opleiding.” Capel vult daarop aan:“Voor mij ook! Het was een eerste
confrontatie met de maakindustrie. Learning by doing: kijken of je idee ook echt
kan worden gemaakt. Een heel belangrijk onderdeel van de opleiding.”
Het model als middel
De afstand van het idee tot het uitgevoerde plan is alleen maar groter geworden
met de digitalisering van de ontwerpinstrumenten, zo constateren Capel en
Heijnis.“We moeten oppassen dat we niet digitaal doorslaan”, waarschuwt
Heijnis.“Dat we alles uit een 3D-model denken te kunnen halen in plaats van
daadwerkelijk ook te meten of het kan. Soms lijkt het wel alsof het goed zetten van
de parameters in Revit voor ontwerpers een doel op zich wordt, terwijl een tekening
uiteindelijk tot doel heeft om anderen aan het werk te kunnen zetten. Affiniteit
met de man op de bouwplaats is er niet of nauwelijks.” Capel:“Zonder begrip van
het maken word je een stylist.” Heijnis:“Dat is killing voor het vak van de architect
en de kwaliteit van gebouwen. Dan heb je zometeen binnenhuisarchitecten én
‘buitenhuisarchitecten’.” Capel:“Je hoeft geen expert te zijn op constructief of
productietechnisch gebied, maar wel de gezonde zin hebben om te begrijpen
hoe het zit. De constructeur kritisch kunnen bevragen, met de maker de aanpak
bespreken, elkaar uitdagen.” Heijnis:“Het is tijd voor nieuwe bouwmeesters,
ontwerpers die controle hebben tot op het detail. Misschien heeft de kreet bouw
meester een iets te romantische voorstelling die refereert aan een tijd die niet meer
komt. Maar als je je deze kennis van digitalisering en productie niet eigen maakt,
dan heb je grote kans dat andere partijen met jouw ontwerp aan de haal gaan.
Of nog erger: zelf een ontwerp gaan maken.”
Capel:“Het doel van alles netjes in de computer zetten, is dat je het kunt gebruiken
voor productie. Een goede tekening kan de productie efficiënter maken en de
kosten lager. Zeker bij de meer geautomatiseerde vormen van productie. De
vertaalslag van een architectonisch ontwerp naar productie of interpretatie van
RobertCapel(links)enJoostHeijnis(rechts)foto’s:LeonvanWoerkom
2. 58 - Digitaal Vakmanschap in de Architectuur 59 - Nieuwe methodieken, consistente ambitie - interview met Joost Heijnis & Robert Capel
tekeningen door andere bouwpartners geeft risico’s, zeker als er onvoldoende
rekening is gehouden met de uitvoeringsaspecten.”
Verschillende niveaus van automatisering
Binnen de verschillende vakgebieden in de bouw is de mate van automatisering
verschillend en volgt elke discipline eigen automatiseringstrajecten, zo constateren
beide bouwkundigen. Capel:“Octatube is een maakbedrijf met een flinke
engineeringafdeling.We proberen al zoveel mogelijk toegevoegde waarde en
informatie in de tekeningen te krijgen, zodat de producten efficiënt gemaakt
kunnen worden. Daarom verlangen we ook dat onze toeleveranciers qua software
met onze engineeringafdeling synchroniseren. Het is de enige manier om goede
digitale bouwpakketten te kunnen maken.” Heijnis werkt met zijn team bij
architectenbureau cepezed met BIM:“De modellen die wij maken kan de aannemer
direct doorsturen naar zijn onderaannemers. Dan krijgen we iets aangepaste
tekeningen terug om te toetsen. Een papierloze bouwplaats zie ik voorlopig nog
niet: een timmerman pakt nog steeds die tekening en zijn zwaaihaak.”
Mass customization
Toch is de digitalisering niet te stoppen, weten zij. Ook op andere aspecten van
het bouwproces komen er andere en nieuwe instrumenten. Heijnis:“Langzaam
druppelen nieuwe tools door. De waterpas wordt vervangen door de laser. Er zijn
drones die je staalconstructie checken.” Capel vult aan:“Je hebt laserprojectie:
een robotlaser die de maatvoering uitzet. Elementnummers die worden gelaserd.
Steeds meer handmatige handelingen verdwijnen uit het proces of worden
efficiënter. Maar ik zie dat allemaal als een goede ontwikkeling. Het maakt dat je
makkelijker unieke elementen maakt. De tijd van series maken, maatrepetities
en het beperken van de unieke elementen is echt voorbij. Het tijdperk van mass
customization is echt aangebroken.” Heijnis houdt nog een slag om de arm:“Al
heeft een staalbouwer waarmee wij werken zojuist weer een nieuwe knipper
en ponser gekocht.Veel werk wordt nog traditioneel uitgevoerd.” Capel:“Het
duurt ook lang voordat je een lasermachine hebt terugverdiend. Het wordt in de
productiewereld een kwestie van‘survival of the most agile”: er zal altijd worden
gekozen voor de meest efficiënte productiemethode.”
Digitale ontwerpkracht
De koppeling van digitale ontwerpkracht aan (nieuwe) productiemethoden was
de aanleiding voor Booosting om de derde workshop in de reeks Ontwerpen in de
Fabriek te wijden aan het Digitaal Vakmanschap in de Architectuur. Heijnis:“Na
een discussie en een rondetafel over het onderwerp leek het de juiste stap om
met Studio RAP een workshop op te zetten. Zij maken al die koppeling en laten
zien dat de kennis van materiaal en uitvoeringstechnieken juist heel hard nodig is
om een volledig digitaal ontwerp- en productietraject op te tuigen.” Capel:“Door
met multidisciplinaire teams te werken, zie je ook de verschillen in digitalisering
van de verschillende bouwprofessionals.Voor architecten en engineers is begrip
van het maakproces een belangrijke ontwerptool. Maar de kennis van het maken
ontwikkelt zich bij een architect niet vanzelfsprekend en niet zo snel: projecten
duren vaak lang en de daadwerkelijke productie vindt meestal niet onder hun neus
plaats. Ruimte voor experimenten binnen een project is vaak niet mogelijk.
3. 60 - Digitaal Vakmanschap in de Architectuur 61 - Digitaal Vakmanschap in de Architectuur
Deze workshop was een goede oefening om te zien wat de uitdagingen en
limitaties zijn. En dan specifiek met robotarm met snijdraad en slimme software.
Het geeft de deelnemers de gelegenheid om frisse ideeën uit te werken in een
ontwerp en dat meteen te maken.”
In de Booosting-genen
Na het afrondende symposium over deze workshop, neemt Joost Heijnis afscheid
als voorzitter van Booosting. Heijnis:“Mijn voorzitterschap is een ontzettend
leerzame periode geweest. Er zijn veel discussies geweest over het bestaansrecht
van Booosting, over de manier waarop de kennis binnen Booosting naar buiten
zou kunnen worden gebracht. Daartoe zijn er heel veel gesprekken geweest met
de aangeslotenen bij Booosting. Zou er een volledig digitaal platform moeten
komen, een online Booosting Forum? Uit de vele gesprekken blijkt dat het gesprek,
de letterlijke discussie, het meest op prijs wordt gesteld.Tegen alle digitalisering
in is de persoonlijke uitwisseling van informatie nog steeds het meest waardevol.”
Robert Capel, die het stokje van Heijnis overneemt, beaamt dat:“De energie komt
uit de persoonlijke interactie.” Heijnis ziet de kracht van Booosting in het uitlokken
van discussies:“Het is het leukst als de discussie fel is, als mensen het roerend
met elkaar oneens zijn. Daarom proberen we tijdens bijeenkomsten ook altijd
tegenlezingen te organiseren. Na zo’n felle discussie gaan mensen opgeladen naar
huis en denken er nog eens over na.” Capel:“Het uitdagen, stimuleren en kietelen
van de vakgenoten zit in de genen ven Booosting. Onderwerpen maximaal kritisch
tegen het licht houden. Niet ja-knikkend het pand verlaten.”
Nieuwe inzichten
Na een reeks onderwerpen die vooral een maatschappelijke ambitie hadden, is
Booosting nu weer klaar voor een reeks pittige discussies, zo is bij Capel en Heijnis
te beproeven. Heijnis:“Met de workshops Ontwerpen in de Fabriek bereik je in
eerste instantie een kleine groep, maar zeker het onderwerp Digitaal Vakmanschap
in de Architectuur heeft betrekking op een veel breder publiek. De discussie
hierover houdt natuurlijk niet op na deze workshop.” Capel:“De grote uitdaging
voor Booosting wordt om meer eye-openers te vinden, te delen en de discussie
erover aan te gaan.We willen zoveel mogelijk aangeslotenen kunnen betrekken
bij de activiteiten die we organiseren. Deze activiteiten trekken je uit je dagelijkse
waarheid: je leert andere mensen kennen, je hoort over nieuwe onderwerpen en
invalshoeken. Persoonlijk kijk ik daar enorm naar uit.” Heijnis kan beamen dat
het deelnemen aan workshops, rondetafels en lezingen je als vakman verrijkt.
“Het geeft je als vakman nieuwe inzichten. En natuurlijk kost het tijd. Maar dit is
niet een kwestie van tijd hebben voor dergelijke activiteiten, het is een kwestie
van tijd maken.” Capel:“De sleutel zit in het enthousiasme waarmee Booosting
onderwerpen kiest en bijeenkomsten organiseert.We moeten de vakgenoten
prikkelen, dat is het belangrijkste.”<