1. FNV
Houttuinlaan 3
3447 GM WOERDEN
T 020 58 16 300
F 020 68 44 541
CNV
Tiberdreef 4
Postbus 2475
3500 GL Utrecht
T 030 751 11 00
F 030 751 11 09
VCP
Bezuidenhoutseweg 60
Postbus 90525
2509 LM ’s-Gravenhage
T 070 349 97 40
Aan de voorzitter en de leden van de Vaste Commissie voor Sociale Zaken
en Werkgelegenheid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
Datum
09 maart 2016
Ons kenmerk
046/LH/gv/ivdj
Onderwerp
Algemeen Overleg donderdag 16 maart 2016
Evaluatie SUWI
Uw kenmerk
Telefoonnr
06-22631073
E-mail:
Gerard.Veldhuis@fnv.nl
Geachte dames en heren,
Woensdag 16 maart a.s. heeft uw Kamer een algemeen overleg over het onderwerp
evaluatie SUWI. FNV,CNV en VCP reageren als volgt op de reactie van het Kabinet op de
evaluatie van de Wet SUWI en de Beleidsdoorlichting van uitvoeringsartikel 22 op de
begroting van het Ministerie van SZW.
Algemeen
FNV, CNV en VCP zijn het met het kabinet eens dat het onderzoeksbureau degelijk werk
heeft verricht en constateren dat het rapport een heldere analyse bevat waaruit duidelijke
knelpunten blijken. Wij zijn het daarom niet eens met de conclusie van het kabinet en de
onderzoekers (bladzijde 5, 6):
‘Onze analyse in dit rapport laat zien dat SUWI in grote lijnen aan deze verwachting heeft
beantwoord.’ Waarbij ‘deze verwachting’ in de conclusie wordt omschreven als
‘Het doel daarvan was een beter beheersbare uitvoeringspraktijk te realiseren, waarbij het
publieke belang nadrukkelijker zou zijn gewaarborgd.’
en
‘Het stelsel voldoet in grote lijnen aan de doelstellingen die de basis vormden voor de
ontwikkeling ervan.’ (bladzijde 8).
Met de onderzoekers constateren wij de nodige knelpunten ten aanzien van de
participatiebevordering, de arbeidsbemiddeling (onderlinge samenwerking en afstemming
2. Datum
01 maart 2016
Pagina('s)
2 van 3
tussen UWV en gemeenten) en de dienstverlening door UWV. Van het motto “werk boven
inkomen” blijkt ook bij deze evaluatie van de SUWI weer weinig terecht gekomen.
Hoogste tijd om het model achter SUWI aan te passen. Het thema “werk” vraagt om
betrokkenheid sociale partners, terwijl het SUWI-concept er nog altijd vanuit gaat dat het ook
zonder sociale partners wel goed komt.
Participatiebevordering en arbeidsbemiddeling
Wij zijn van opvatting dat het nog steeds niet goed gaat met de publieke dienstverlening aan
werkzoekenden en aan werkgevers. Zoals ook in de evaluatie helder is aangegeven kan en
moet de samenhang en de samenwerking tussen de verschillende actoren beter.
Zo vermeldt het onderzoek dat er geen sprake is van een eenduidig en herkenbaar concept
van werkgeversdienstverlening, dat tussen UWV en gemeenten sprake is van (schadelijke)
concurrentie bij de plaatsing van uitkeringsgerechtigden en dat het verschil in aansturing -
gemeentelijke autonomie tegenover het landelijk beleid van UWV - een effectieve
samenwerking belemmert. Bovendien blijken de systemen van gemeenten en UWV niet goed
op elkaar afgestemd te worden. Ruim 70% van de gemeenten is weliswaar aangesloten op
de applicaties van UWV voor de registratie en match van uitkeringsgerechtigden en
vacatures, maar slechts een derde van de gemeenten maakt daadwerkelijk gebruik van deze
applicaties. Hierdoor is de publieke dienstverlening ten aanzien van de arbeidsbemiddeling
volgens ons onder de maat.
Dit alles was dan ook voor de Stichting van de Arbeid in 2013 reden om het bevorderen van
samenwerking op de regionale arbeidsmarkt als een van de hoofdpunten in het Sociaal
Akkoord op te nemen. Vervolgens is dit uitgewerkt in het SER-advies Werkloosheid
voorkomen, beperken en goed verzekeren.
Wij zijn het eens met het kabinet dat in de arbeidsmarktregio’s de dienstverlening en de wijze
waarop dit wordt vormgegeven beter moet worden afgestemd op de behoeften van
werkgevers en werknemers en dat sociale partners hierbij een grotere rol gaan spelen.
In de Werkbedrijven lijkt de samenwerking tussen de verschillende partijen - waaronder
vakbonden en werkgeversorganisaties - nu goed van de grond te komen voor wat betreft de
doelgroep van de banenafspraak. Gezamenlijk kijken partijen welke organisaties in de regio
bepaalde taken het beste kunnen uitvoeren (inclusief de mogelijkheid van samenwerking met
private partijen).
Echter, wij willen voorkomen dat door de kabinetsreactie de indruk zou kunnen ontstaan dat
de Werkbedrijven deze opdracht op zich zullen nemen. Zij wijst er met nadruk op dat de
opdracht van de Werkbedrijven is om ervoor te zorgen dat de banenafspraak gerealiseerd
wordt. Daar moet de focus voorlopig op gericht blijven.
Om een activerende regionale arbeidsmarkt tot stand te brengen, zijn er de Werkpleinen
waar - afhankelijk van de regionale behoeften en ondersteund door de uitkomsten van de
pilots, net als die van de sectorplannen - de publieke - en private dienstverlening aan
werkzoekenden en werkgevers moet worden verbeterd. FNV, CNV en VCP gaan ervan uit
dat de pilots - waarvoor nu 10 miljoen euro aan cofinanciering gereserveerd wordt - helder
3. Datum
01 maart 2016
Pagina('s)
3 van 3
zullen maken hoe op praktische wijze de werking van de arbeidsmarkt kan worden bevorderd
door meer directe betrokkenheid van sociale partners bij dit proces. Wij willen afhankelijk van
de eerste uitkomsten van de pilots met SZW tijdig bezien of de pilots nog uitbreiding
behoeven.
In de kabinetsreactie ontbreekt overigens dat deze pilots niet alleen gaan over de
samenwerking in de regio tussen UWV, gemeenten, werkgevers en werknemers, maar dat
de pilots ook bestemd zijn om te bezien hoe sectorale samenwerking in de regio tussen
werkgevers en werknemers ervoor kan zorgen dat de VWNW-aanpak wordt verbeterd.
Bovendien missen wij ook de notie dat ook de bovenregionale werking van de arbeidsmarkt
moet verbeteren. De dienstverlening van UWV is hierop nauwelijks ingericht, laat staan de
dienstverlening door gemeenten. Terwijl een betere dienstverlening op dit vlak zeker in het
belang van hoger opgeleiden is, die vaker verder weg van hun woonplaats werk zoeken.
Dienstverlening UWV
De omschakeling van persoonlijke dienstverlening naar meer digitale dienstverlening heeft
volgens het onderzoek geleid tot minder maatwerk en een lagere uitstroom naar werk.
Al bij de introductie van deze wijziging in de werkwijze van UWV hebben sociale partners via
de Stichting van de Arbeid hiervoor gewaarschuwd en gevraagd om de effecten van deze
wijziging in de dienstverlening te monitoren.
Digitale dienstverlening kan bijdragen aan efficiency in de uitvoering, maar altijd zal de
effectiviteit om werkzoekenden (weer) naar een baan te begeleiden voorop moeten staan.
Met name voor werkzoekenden met een grotere afstand tot de arbeidsmarkt en werknemers
die net werkloos zijn geworden, is maatwerk en persoonlijke dienstverlening van belang.
Dit is mede van belang om een kwalitatief goed bestand met klantprofielen op te bouwen dat
bijvoorbeeld ook voor private intermediairs toegankelijk is.
FNV, CNV en VCP reageren dan ook instemmend op het voornemen van de minister om
meer financiële middelen voor het UWV vrij te maken voor persoonlijke dienstverlening als
aanvulling op de digitale dienstverlening. Wij onderschrijven hetgeen de minister in een
persbericht bij de Kamerbrief hoofdlijnen vervolg sectorplannen van 11 november 2015 heeft
verwoord, namelijk dat ‘Digitale begeleiding belangrijk is, maar dat we er in doorgeschoten
zijn en dat meer persoonlijk contact nodig is om mensen verder te helpen.’ Uit onderzoek
blijkt immers dat het zo snel mogelijk in contact komen met werkloze of met werkloosheid
bedreigde werknemers en het voeren van regelmatige (individuele - of groeps-) gesprekken
de kans op het vinden van een andere baan vergroot. Ook wordt hiermee uitvoering gegeven
aan de motie Vermeij/Krol, waarin wordt verzocht om meer persoonlijke en effectieve
begeleiding van werkloze werknemers door het UWV mogelijk te maken.
FNV, CNV en VCP zijn benieuwd hoe de extra middelen, die worden vrijgemaakt voor meer
persoonlijke dienstverlening door UWV zullen uitwerken. Uit de SUWI-jaarplannen blijkt dat
het UWV op dit moment werkt aan een businesscase, die gericht is op de kosten en baten
van een meer op persoonlijke dienstverlening gerichte aanpak, op grond waarvan bepaald
4. Datum
01 maart 2016
Pagina('s)
4 van 3
wordt of het wenselijk is dat hiervoor voor een langere periode middelen worden vrijgemaakt.
Wij zijn zeer benieuwd naar de uitkomst van deze businesscase.
In dit kader vragen we ook graag aandacht voor de eigen rol die sociale partners willen
vervullen in Pilots Regie WW en de adviescentra. Over de vormgeving van de regelingen zijn
wij in gesprek met SZW.
FNV, CNV en VCP missen in de kabinetsreactie genoegzame aandacht voor het faciliteren
van instrumenten die werkzoekenden kunnen gebruiken bij het richting geven aan hun
loopbaan zonder dat tussenkomst van UWV/gemeenten hiervoor nodig is. In de
Beleidsagenda 2020 heeft de Stichting van de Arbeid aangeven op welke wijze er
loopbaanondersteuning gegeven kan worden aan - al dan niet werkloze – werkzoekenden.
Wij wijzen erop dat in de kabinetsreactie aandacht voor de dienstverlening aan zieke
werkzoekenden (vangnetters) ontbreekt.
FNV, CNV en VCP verzoeken uw Kamer om bovengenoemde punten te betrekken bij uw
algemeen overleg over de evaluatie van de wet SUWI.
Met vriendelijke groet,
namens FNV,CNV en VCP,
Leo Hartveld Willem Jelle Berg Nic van Holstein
Bestuurder FNV Lid Dagelijks Bestuur CNV Bestuurder VCP
Cc :
- Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, dhr. L. F. Asscher
- Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, mevrouw. J. Klijnsma