9. jongere gebruikers
Maar liefst 91 procent van de Nederlandse jongeren is
actief op sociale media (= top EU).
Het aantal jongeren (16 tot 25) dat gebruik maakt van
sociale netwerken stijgt nog steeds en neemt af met
leeftijd na 25e.
Tussen hoog- en lager opgeleiden bestaat vrijwel
geen verschil in deelname.
Er zijn net zoveel vrouwen als mannen actief al is er
wel verschil in gebruik.
10. oudere gebruikers
Nederland telt inmiddels zo’n 6 miljoen senioren
(1 op 3 is ouder dan 50).
Van de 55-65 jarigen zit ruim 8 op de 10 mensen
regelmatig op internet, waarvan ruim drie kwart
dagelijks.
Van de 65-75 jarigen is bijna 6 op de 10 online,
94 procent van deze groep zelfs dagelijks of wekelijks.
De helft gebruikt sociale netwerken.
Het snelst groeiende segment op social media?
De 65-plusser!
21. Strategische doelen
Activiteiten starten op social media kan iedereen. Het gericht
starten op social media is een stuk lastiger. Toch hebben
bedrijven vaak de neiging om hun strategische doelen te
negeren en ‘zomaar’ een reeks KPI’s (Key Performance
Indicators) te definiëren voor hun social media activiteiten… als
ze al KPI’s definiëren!
Het is niet vreemd dat er daardoor een mismatch kan ontstaan
tussen de hogere doelen van de organisatie en de resultaten
die social media marketing opleveren. Immers, KPI’s zijn in
grote mate leidend voor de wijze waarop social media worden
ingezet. Kortom: het opstellen van KPI’s begint met de strategie
van de organisatie. Die kun je vertalen in (marketing)doelen en
daar kun je KPI’s voor definiëren.
23. KPI simpel
Je ziet vaak dat de vertaling van strategische (marketing)doelen naar
concrete social media KPI’s leidt tot relatief simpele KPI’s. Ze passen
misschien nog wel bij de marketingdoelen, maar tegelijkertijd zeggen ze
nauwelijks iets.
Voorbeelden voor Twitter:
Aantal volgers
Aantal tweets
Voorbeelden voor Facebook
Aantal fans
Aantal posts op de fanpage
Aantallen kunnen gemakkelijk vergroot worden, zonder dat er sprake is
van waardecreatie. Je kunt wel 1000 mensen in je winkel hebben maar
als niemand iets koopt, heb je daar weinig aan. Liever 10 mensen die
authentiek in je geïnteresseerd zijn, waarvan er 3 iets kopen.
24. KPI kwaliteit
Je hebt dus KPI’s nodig die je meer vertellen en die daardoor betere
richting geven aan de activiteiten en die iets meer zeggen over de
waarde van een social media-account.
Voorbeelden voor Twitter:
Aantal mentions
Aantal retweets
Aantal kliks op links in tweets
Voorbeelden voor Facebook:
Aantal shares per dag
Aantal reacties op updates
Aantal kliks op links in updates
Dit geeft al meer inzicht in de kwaliteit van de geplaatste content en
komt de focus niet op aantallen, maar op de kwaliteit van het account.
Uiteindelijk wil je mensen die authentiek in je merk geïnteresseerd zijn.
25. KPI doelgroepgericht
Het is nu mogelijk om opnieuw een stap verder te gaan en de
doelgroep te gaan betrekken bij de KPI’s.
Voorbeelden:
Aantal volgers met het woord ‘design’ in zijn bio
Aantal retweets van mensen met 1000+ volgers
Aantal mentions van mensen met een Klout score boven de 40
Aantal fans tussen de 25 en 30 jaar
Aantal fans dat ook klant wordt
Door dit type KPI’s te definiëren, wordt social media marketing steviger
in de richting van de doelgroep gestuurd. Dat heeft meestal een forse
(betere) impact op de wijze waarop marketing wordt toegepast.
Goede KPI’s dragen bij aan betere resultaten. Slechte KPI’s leiden tot
marketing die niet bijdraagt aan de strategische doelen van de
organisatie.
26. KPI slim
Door twee of meer KPI’s samen te voegen, kunnen interessante
getallen ontstaan.
Om het succes van sociale accounts te vergelijken wordt bijvoorbeeld
soms de ‘IPM’ gebruikt, ontwikkeld door het bedrijf Conversocial. IPM
staat voor aantal interacties per duizend fans. Met dat getal wordt een
indicatie verkregen van de mate waarin echte interactie plaatsvindt
rondom een pagina.
De formule deelt alle interacties (reacties, likes en posts) door het
aantal duizenden fans. Op die wijze kunnen verschillende pagina’s met
elkaar worden vergeleken. Een mooi voorbeeld van een samentrekking
van variabelen tot een nuttige KPI.
Ook kosten kunnen gekoppeld worden aan KPI’s om zo campagnes
kosteneffectief te doen verlopen. Denk aan zaken als Facebook CPC,
kosten per webcare actie en kosten per klik bij een promoted tweet.
31. Twitter
Twitter is een internetdienst waarmee je via je computer of
smartphone korte berichtjes publiceert die voor een
heleboel andere mensen tegelijk toegankelijk zijn. Het
plaatsen van berichtjes heet twitteren en een berichtje heet
een tweet. Dit verklaart ook het logo, namelijk een klein
vogeltje.
Het belangrijkste van Twitter: je bent voortdurend op de
hoogte hoe kennissen, klanten of collega's over iets
denken. En dat kan interessant zijn voor jezelf. Je hebt zelf
de regie over wat je wilt delen. Ook beslis je zelf wie je
volgt, dus wie interessant is voor jouw netwerk.
32. Twitter
De dingen die je doet:
Zorg voor interessante content in 140 tekens
Hou het bij 1 onderwerp (branding)
Ga de dialoog aan!
Webcare (er wordt over je gesproken)
Twitter correct (gedragscode is positief)
33. Twitter
De dingen die je niet doet:
Twitteren als je niks te melden hebt (goedemorgen)
Generaliseren (de Groninger is…)
Naar anderen wijzen (de gemeente moet…)
Belerend zijn (vrije mening)
Negatief zijn (schelden, mopperen, grove woorden)
34. Twitter
Retweeten stimuleren (om te zorgen dat mensen je
bericht lezen en nieuwe volgers te krijgen)
RoegenRoem
De flyer van 'Vuurtje?' nu online, check it out en
meld je aan: http://bit.ly/ij4Yax RT dit bericht en
maak kans op gratis deelname!
4 hours ago Favorite Retweet Reply
35. Twitter
Vraag en aanbod op gang brengen en houden
(zonder tegenprestatie)
SabineBurkunk
Kent iemand een jonge Groningse schilder?
Representatief type gezocht voor fotoreportage in
tijdschrift. #durftevragen
MarleenvdWerff
@SabineBurkunk De perfecte kandidaat: Michel
Velt. Maakt prachtige schilderkunst: kleurrijk,
3d etc. Leuke gast. http://ow.ly/52JT5
36. Twitter
Netwerken, informatie en tips uitwisselen (op basis
van interesse)
SergeArnold
@joskruit @MarleenvdWerff ik was vorige week
op een symposium vd NHL in Leeuwarden en toen
gebruikte ze jullie forum als voorbeeld.leuk!
JosKruit
@SergeArnold Leuk dat je er op terug komt. Zijn
jullie ook met vergelijkbare dingen bezig bij
#Woonfriesland?
37. Twitter
Naar je website en/of activiteit lokken (en zo een
grotere groep deelnemers krijgen)
GaaikeEuwema
Eerste digitale bewoneradviesgroep een succes!
'ik durfde veel meer te zeggen dan in een echte
vergadering' Lees het op:http://bit.ly/ijCFKx
8 Feb Favorite Reply Delete
39. Facebook
Facebook is een sociale netwerksite (opgebouwd rond
groepen) voor onder andere vrienden, scholieren, studenten
en werknemers. Je kunt gebruik maken van de netwerken
van vrienden om nieuwe contacten op te doen. Facebook
vooral voor informeel gebruik. Jonge mensen gebruiken het
steeds meer als dagboek.
Steeds meer professionals ontdekken FB. Er zijn tal van
apps om je kennis te delen, je successen zichtbaar te
maken of expertise in te winnen om je werk beter te doen of
om nieuwe mogelijkheden te ontdekken. Maar ook een
evenement of een groepspagina is heel makkelijk te
maken.
40. Facebook
Karakteristieken en tips:
Zorg voor interessante content in woord en beeld
Goed profiel geeft houvast (en geeft fans)
Cirkels van vrienden en bekenden (indelen)
Kan als site gebruikt worden
Zeer veel toepassingen en apps (check instellingen)
45. Waarom zou je gebruik moeten
gaan maken van social media?
Massamedia werken niet meer. Social media bieden, in
wisselwerking met offline contacten, een gouden kans om
(grootschalig) persoonlijk contact op te bouwen. We zien de
doelgroepen steeds meer gebruik maken van social media.
46. Welke kanalen zet je in voor
welke doelgroepen?
Daar is geen eenduidig antwoord op te geven. Kijk vooral
naar je doelgroep en hoe die zich beweegt over de media.
Vanuit de filosofie “social media organiseert zichzelf” is het
ook niet nodig om te controleren of alles wel precies volgens
de afspraken verlopen.
47. Mag je zeggen wat je wil of moet je
controle uitoefenen?
Controle en social media gaan niet samen. Je moet weten
waar je organisatie voor staat en je conformeren aan de
strategie. Dan kun je namens je organisatie vrijuit praten
en de reputatie helpen verhogen.
48. Welke risico’s kleven er aan?
Er is sprake is van een redelijk grote sociale controle.
Mensen corrigeren elkaar binnen de social mediakanalen.
Je moet er gewoon voor zorgen dat je doet wat je beloofd
en staat voor wat je zegt. Daar word je op afgerekend.
Dat bepaalt je reputatie.
49. Wat kost het?
Weinig. Vooral creativiteit en inventiviteit. Het is vooral een
mindset.
50. Wat levert het op?
Veel. Vooral een netwerk met mensen die je op een
andere manier niet of moeilijk bereikt. Het is ook een mooi
middel om mensen bij je product te betrekken die niet
alleen klant worden maar zelf ook zorgen voor nog meer
klanten.
52. 1. Bepaal je strategie
2. Luister naar wat men over je zegt
3. Leer van voorlopers / anderen: wat
doen ze, hoe communiceren ze en hoe
binden ze klanten?
4. Start in je eigen netwerk: reageer op
stellingen en discussieer mee
53. 5. Communiceer: start de dialoog en
reageer snel en open, in een vorm die
past bij het middel
6. Kijk breder: werk niet alleen aan je eigen
middelen, maar doe mee met anderen
7. Monitor je acties, maak ze meetbaar en
schaaf ze zonodig bij (na stap 1)