12. Machtig God, sterke rots,
U alleen bent waardig.
Aard' en hemel prijzen U:
glorie voor Uw naam!
Lam van God, hoogste Heer,
heilig en rechtvaardig,
stralend licht, Morgenster,
niemand is als U.
[Prijst de Vader, …]
13. Prijst de Vader; prijst de Zoon
om Zijn geest, die in ons woont.
Prijst de koning der heerlijkheid.
Prijst Hem tot in eeuwigheid.
[Machtig God, …]
14. Machtig God, sterke rots,
U alleen bent waardig.
Aard' en hemel prijzen U:
glorie voor Uw naam!
Lam van God, hoogste Heer,
heilig en rechtvaardig,
stralend licht, Morgenster,
niemand is als U.
[Prijst de Vader, …]
15. Prijst de Vader; prijst de Zoon
om Zijn geest, die in ons woont.
Prijst de koning der heerlijkheid.
Prijst Hem tot in eeuwigheid.
[●]
18. Hij is verheerlijkt,
als Koning verheven, zo hoog,
'k zal Hem prijzen.
Hij is verheerlijkt,
voor eeuwig verheerlijkt
en ik verhoog Zijn naam.
[Hij is mijn God, …]
19. Hij is mijn God,
Zijn waarheid houdt eeuwig stand.
Hemel en aard'
verheugen zich in Zijn naam.
Hij is verheerlijkt,
als Koning verheven, zo hoog.
[Hij is verheerlijkt, …]
20. Hij is verheerlijkt,
als Koning verheven, zo hoog,
'k zal Hem prijzen.
Hij is verheerlijkt,
voor eeuwig verheerlijkt
en ik verhoog Zijn naam.
[Hij is mijn God, …]
21. Hij is mijn God,
Zijn waarheid houdt eeuwig stand.
Hemel en aard'
verheugen zich in Zijn naam.
Hij is verheerlijkt,
als Koning verheven, zo hoog.
Hij is verheerlijkt,
als Koning verheven, zo hoog.
[●]
24. Zing, zing wat je zingen kan,
zing je lied voor de Heer.
Zing, zing wat je zingen kan,
zing je lied voor de Heer,
want Hij is goed en Hij is trouw;
Hij zegt zo vaak: Ik hou van jou.
Zing daarom, zing wat je zingen kan,
zing je lied voor de Heer.
[Wat er komen mag, …]
25. Wat er komen mag,
zing het elke dag;
zing je lied voor de Heer,
zing je lied voor de Heer.
Wat er komen mag,
zing het elke dag;
zing je lied voor de Heer,
zing je lied voor de Heer.
[●]
28. De tempel ligt al stil,
een stem klinkt door de nacht.
Roept Eli onverwacht,
net nu je slapen wilt?
Nee, Eli is het niet
- tot tweemaal, driemaal toe -
Ach, Eli is te moe
om wonderen te zien.
Samuel, Samuel, Samuel!
[Maar weet je, …]
29. Maar weet je, Samuel,
die stem is van de Heer.
Hij roept vast nog een keer.
Wacht maar, je hoort Hem wel.
Zeg dan: "Hier is Uw knecht.
Ik heb Uw stem gehoord.
Ik luister woord voor woord
naar alles, wat U zegt."
Samuel, Samuel, Samuel!
[●]
32. Hoe wonderlijk mooi
is Uw eeuwige Naam.
Verborgen aanwezig
deelt U mijn bestaan.
Waar ik ben, bent U:
wat een kostbaar geheim.
Uw naam is "Ik ben" en
"Ik zal er zijn".
[Een boog in de wolken ...]
33. Een boog in de wolken
als teken van trouw,
staat boven mijn leven,
zegt: "Ik ben bij jou!"
In tijden van vreugde,
maar ook van verdriet,
ben ik bij U veilig,
U die mij ziet.
tussenspel
34. De toekomst is zeker,
ja eindeloos goed.
Als ik eens moet sterven,
als ik U ontmoet,
dan droogt U mijn tranen,
U noemt zelfs mijn naam.
U blijft bij mij Jezus,
laat mij niet gaan.
["Ik ben Die Ik ben"...]
35. "Ik ben Die Ik ben"
is uw eeuwige naam.
Onnoembaar aanwezig
deelt U mijn bestaan.
Hoe adembenemend,
ontroerend dichtbij:
Uw naam is "Ik ben" en
"Ik zal er zijn".
tussenspel
36. O Naam aller namen,
aan U alle eer!
Niets kan mij ooit scheiden
van Jezus mijn Heer:
geen dood en geen leven,
geen moeite of pijn.
Ik zal eeuwig zingen,
dicht bij U zijn.
["Ik ben Die Ik ben"...]
37. "Ik ben Die Ik ben"
is Uw eeuwige naam.
Onnoembaar aanwezig
deelt U mijn bestaan.
Hoe adembenemend,
ontroerend dichtbij:
Uw naam is "Ik ben" en
"Ik zal er zijn".
Uw naam is "Ik ben" en "Ik zal er zijn".
[●]
40. 4 Want alles wat God geschapen heeft,
is goed en niets daarvan is verwerpelijk,
als het met dankzegging aanvaard wordt:
5 want het wordt geheiligd door het woord
Gods en door gebed.
6 Als gij dit de broeders voorhoudt, zult gij
een goed dienaar van Christus Jezus zijn,
wèl onderlegd in de woorden des geloofs
en der goede leer, die gij gevolgd zijt;
7 maar wees afkerig van onheilige
oudevrouwenpraat.
41. Oefen u in de godsvrucht. 8 Want de
oefening van het lichaam is van weinig nut,
doch de godsvrucht is nuttig tot alles,
daar zij een belofte inhoudt van leven,
in heden en toekomst.
9 Dit is een betrouwbaar woord en alle
aanneming waard.
44. God is mijn herder, Die mij weidt;
in groene velden vind ik rust.
Hij gaat mij voor naar stille wateren.
Zijn goedheid verkwikt mijn ziel.
Refrein [Heer, ik vertrouw …]
45. Refrein:
M: Heer, ik vertrouw op U alleen.
V: Ik vertrouw, ik vertrouw op U.
M: Heer, ik vertrouw op U alleen.
V: Ik vertrouw, ik vertrouw op U.
M: Want Uw trouw en goedheid volgen mij;
V: Trouw en goedheid volgen mij;
Allen: genade leidt mij naar huis.
[Hij leidt mijn voeten …]
46. Hij leidt mijn voeten in het spoor
van recht en waarheid, tot Zijn eer.
Hij zalft mijn hoofd
en schenkt mijn beker vol;
een feestmaal staat voor mij klaar.
Refrein [Heer, ik vertrouw …]
47. Refrein:
M: Heer, ik vertrouw op U alleen.
V: Ik vertrouw, ik vertrouw op U.
M: Heer, ik vertrouw op U alleen.
V: Ik vertrouw, ik vertrouw op U.
M: Want Uw trouw en goedheid volgen mij;
V: Trouw en goedheid volgen mij;
Allen: genade leidt mij naar huis.
[Al moet ik door …]
48. Al moet ik door een donker dal,
ook dan vrees ik de boze niet;
want U bent bij mij en Uw stok en staf
vertroosten mij steeds opnieuw.
Refrein [Heer, ik vertrouw …]
49. Refrein:
M: Heer, ik vertrouw op U alleen.
V: Ik vertrouw, ik vertrouw op U.
M: Heer, ik vertrouw op U alleen.
V: Ik vertrouw, ik vertrouw op U.
M: Want Uw trouw en goedheid volgen mij;
V: Trouw en goedheid volgen mij;
Allen: genade leidt mij naar huis.
Refrein [Heer, ik vertrouw …]
50. Refrein:
M: Heer, ik vertrouw op U alleen.
V: Ik vertrouw, ik vertrouw op U.
M: Heer, ik vertrouw op U alleen.
V: Ik vertrouw, ik vertrouw op U.
M: Want Uw trouw en goedheid volgen mij;
V: Trouw en goedheid volgen mij;
Allen: genade leidt mij naar huis.
Want Uw trouw en goedheid volgen mij;
genade leidt mij naar huis.
Genade leidt mij naar huis. [●]
54. Gods weg is de beste, de beste, altijd!
Gods weg is de beste,
waarheen hij jou ook leidt.
Gehoorzaam Zijn roepstem;
neem je kruis op en volg Hem.
Gods weg is de beste, de beste, altijd!
[Gods weg …]
55. Gods weg is de beste, de beste, altijd!
Gods weg is de beste,
waarheen hij jou ook leidt.
Gehoorzaam Zijn roepstem;
neem je kruis op en volg Hem.
Gods weg is de beste, de beste, altijd!
[●]
58. Kom, nu is de tijd: aanbid Hem.
Kom, nu is de tijd: ontmoet je God.
Kom, zoals je bent: aanbid Hem.
Kom, zoals je bent en geef je hart.
Kom.
[Eens zal elke …]
59. Eens zal elke tong U belijden als Heer,
buigt zich elke knie voor U neer.
Toch heeft U het beste aan hem beloofd
die nu in U gelooft.
[Kom, nu is …]
60. Kom, nu is de tijd: aanbid Hem.
Kom, nu is de tijd: ontmoet je God.
Kom, zoals je bent: aanbid Hem.
Kom, zoals je bent en geef je hart.
Kom.
[Eens zal elke …]
61. Eens zal elke tong U belijden als Heer,
buigt zich elke knie voor U neer.
Toch heeft U het beste aan hem beloofd
die nu in U gelooft.
[Kom, nu is …]
62. Kom, nu is de tijd: aanbid Hem.
Kom, nu is de tijd: ontmoet je God.
Kom, zoals je bent: aanbid Hem.
Kom, zoals je bent en geef je hart.
Kom.
Kom.
[●]