2. Indeling
Blended learning en hybride leren
SAMR
T-Pack
Eindtermen ICT
Vier in balans
Fake news en clickbait
Auteursrecht en plagiaat
Flipped Classroom
Schrijven versus typen
Webquests
4. Blended learning
• leeromgeving waarin je doordacht en op een geïntegreerde manier
online leeractiviteiten combineert met offline leercontacten
• Face-to-face leeractiviteiten zijn essentieel
• Doordacht: heldere leerdoelen en noden van de leerlingen
• Geïntegreerd: beide methodes versterken elkaar en vullen elkaar
• Doel: creëren van een betere leeromgeving, beste van twee
werelden
6. Jan Elen:
Onderwijs
zal blended
zijn of zal
niet zijn
• Blended onderwijs is de toekomst
• Kwaliteit van het onderwijs
verhoogt hierdoor
• Men kan meer studenten bereiken
• Minder docenten nodig
7. Wat kan het
veranderen
in je school?
• Scholen moeten computers ter
beschikking stellen voor leerlingen
die zelf geen laptop hebben
8. Waarom is het zinvol om een cursus te redesignen
aan de hand van blended learning?
• Informatie wordt multimediaal aangeboden
• Meer leertijd
• Activerende werking
• Ondersteunt het zelfstandig werken
9. Wat
met
corona?
• Tijdens corona heeft men de
voordelen ontdekt van online
leren
• Studenten raakten vertrouwt met
het systeem
• Nu: voordelen van beide
combineren -> hybride learning
10. Wat is een MOOC?
• Massive Open Online Course
• Online cursus
• Massale deelname
• Speciaal ontwikkeld voor online lessen
12. Wat is SAMR?
• Model om na te gaan of en in welke mate
technologie een meerwaarde is
• Substitution: vervanging
• Augmentation: versterking
• Modification: verandering
• Redefinition: herdefiniëring
• Bij elke stap is technologie van grotere waarde
17. Modification
De leerkracht filmt de leerlingen tijdens
het zingen van het liedje en deelt dit
filmpje met de andere klassen zodat zij
ook kunnen oefenen
20. Wat is T-Pack?
• Technological Pedagogical Content Knowledge
• Een manier om je lessen te ontwerpen rekening houdend met 3 aspecten:
• Technological Knowledge (TK) = ICT
• Pedagogical Knowledge (PK) = vakdidactiek
• Content Knowledge (CK) = vakinhoud
• Idealiter zijn de 3 aspecten in balans
21. Wat betekent het voor jou als
leraar?
Specifieke deskundigheid om de kennis en de vaardigheden die
bij een vak horen, op een aantrekkelijke en begrijpelijke manier
te presenteren aan de leerling met behulp van ICT
22. Waarom loopt het nog zo vaak fout in lagere
scholen wanneer de ICT wordt geïntegreerd?
• Technologie is de laatste jaren enorm geëvolueerd
• (oudere) leerkrachten hebben vaak onvoldoende ICT-
vaardigheden
23. Op welke van de drie componenten moet ik
nog het meeste leerwinst boeken?
Vakdidactiek (Pedagogical Knowledge)
25. Wat zijn in Vlaanderen de eindtermen?
Informatie- en communicatietechnologie (ICT)
• De leerlingen hebben een positieve houding tegenover ICT en zijn bereid ICT te gebruiken om hen te
ondersteunen bij het leren.
• De leerlingen gebruiken ICT op een veilige, verantwoorde en doelmatige manier.
• De leerlingen kunnen zelfstandig oefenen in een door ICT ondersteunde leeromgeving.
• De leerlingen kunnen zelfstandig leren in een door ICT ondersteunde leeromgeving.
• De leerlingen kunnen ICT gebruiken om eigen ideeën creatief vorm te geven.
• De leerlingen kunnen met behulp van ICT voor hen bestemde digitale informatie opzoeken, verwerken en
bewaren.
• De leerlingen kunnen ICT gebruiken bij het voorstellen van informatie aan anderen.
• De leerlingen kunnen ICT gebruiken om op een veilige, verantwoorde en doelmatige manier te
communiceren.
26. Wat is er aan het gebeuren in
het secundair onderwijs?
• Hervorming van de ICT-teams
• ICT wordt steeds belangrijker
• School voorziet computer voor elke leerling (gelijke kansen)
28. Wat is het?
• Model met denkstappen om optimale keuzes voor ICT in het
onderwijs te bepalen
29. Wat loopt er vaak fout in
scholen?
• Veel leerkrachten integreren ICT niet in hun lessen omdat ze
zelf een tekort aan kennis hebben omtrent ICT.
• Alles staat of valt met een goede visie rond ICT.
30. Toepassing op school
• Elk kind krijgt een i-Pad op school.
• Indien de leerkracht deze niet gebruikt in de klas omdat ze er
zelf te weinig kennis van heeft, is deze investering natuurlijk
nutteloos.
32. Wat is het?
• Fake news: valse of onjuiste informatie verspreiden
• Clickbait: online content die gemaakt is om aandacht van
gebruikers te trekken
33. Krijg je als gewone mens nog
neutraal nieuws?
Nieuws op internet is vaak aangepast aan onze leefwereld en
interesses.
34. Zoekresultaten Google/Netflix
• In Google zijn je zoekresultaten automatisch gefilterd
door je eerdere zoekopdrachten.
• Ook bij Netflix hanteren ze dit principe en houden ze
rekening met de films en series die je al bekeken hebt.
35. Wat is deepfake en waarom
moet het je verontrusten?
Deepfake is een techniek waarbij bestaande beelden worden bewerkt of
gemanipuleerd op basis van artificiële intelligentie. Het zijn nepvideo’s.
Het is verontrustend omdat het moeilijk wordt om beelden te geloven omdat
we niet weten of deze al dan niet gemanipuleerd worden. De
geloofwaardigheid van de waarheid wordt aangetast.
36. Is het nog steeds een goed idee
om een tekst kritisch te bekijken
en beelden zomaar te aanvaarden?
• We moeten zowel teksten als de beelden kritisch bekijken
omdat er heel wat fakenews op het internet circuleert.
38. Wat mag wel en wat
niet?
• NIET: hele tekst van iemand overnemen
• WEL: citaat uit een tekst met daarbij een bronvermelding
39. Wat zijn de meest gemaakte
fouten in het onderwijs?
• Leerlingen kopiëren gegevens van het internet en plakken dit
in hun eigen werk zonder bronvermelding.
40. Hoe kan je nakijken of een leerling
iets al dan niet zelf heeft geschreven?
• Er bestaan bepaalde programma’s (bv. Scibbr) waarmee
leerkrachten kunnen controleren of er plagiaat gepleegd is.
42. Wat is het?
• De traditionele lesstructuur wordt omgedraaid.
• De klassikale uitleg wordt vervangen door een video of een
andere vorm van online instructie. Dat doet de leerling thuis.
• Het inoefenen en verwerken gebeurt in de klas.
• Interactieve activiteiten en discussies spelen zich af in de klas.
• Het huiswerk van de leerlingen wordt in de klas gemaakt en
de leerstof kan de leerling van thuis uit bestuderen.
43. Case voor mijn school
• Filmpje over de herfstkleuren (geel, rood, oranje en bruin)
laten zien
• Daarna in de klas oefenen op deze kleuren (categoriseren,
aanwijzen, benoemen,…)
44. Filmpjes maken
• Leerkracht zelf
• Online zijn er enorm veel filmpjes beschikbaar
• Jonatan academie: filmpjes gemaakt door leerlingen
• Makkelijk te raadplegen, ook via QR code
• Ingedeeld volgens verschillende thema’s
45. Is er een verband en/of
mogelijkheden bij verbeteren of
differentiatie?
• Flipped Classroom maakt het gemakkelijker om verschillende werkvormen te gebruiken en
aan te bieden.
• Leerlingen kunnen het materiaal kiezen dat het best aansluit bij hun leerstijl.
• Ze zijn minder afhankelijk van de leerstijl van de leraar.
• Doordat leerlingen thuis de basis van de leerstof verwerkt hebben, kan tijdens de les
gedifferentieerd worden naar sterke en zwakkere leerlingen.
46. Mogelijkheden bij corona
• Leerkracht stuurt filmpjes door die de leerlingen op voorhand
moeten bestuderen
• Tijdens het online contactmoment kunnen ze deze filmpjes
bespreken en er oefeningen rond maken
48. Hoe komt het
dat schrijven bij
het noteren in
de les
effectiever is
om leerstof te
onthouden dan
typen?
• Schrijven gaat trager en hierdoor ben je
bewuster met de leerstof bezig.
• Tijdens het schrijven worden de gebieden
in de hersenen geactiveerd die met
memoriseren te maken hebben.
• Bij typen ga je blindelings alles typen. Bij
schrijven moet je de belangrijkste leerstof
selecteren en noteren.
• Als leerkracht is het belangrijk om te
variëren in het soort medium (tekst,
stilstaand beeld, bewegend beeld en
geluid), kunnen de leerlingen de
informatie beter onthouden.
50. Wat is het?
• Het zijn educatieve lessen die ze
online uitvoeren.
• Webquests worden gebruikt om
studenten te betrekken bij een
onderzoek.
• Het helpt studenten met het
zelfstandig verwerken van informatie
51. Wat zijn de
bouwstenen?
1) Inleiding
2) Opdracht
3) Verwerking
4) Info-bron
5) Beoordeling
6) Afsluiting
7) Leerkracht
53. Onder welke
eindterm
valt dit?
• Eindterm 4: Zelfstandig leren
binnen een door ICT
ondersteunde leeromgeving.
• Eindterm 6: Zoeken, verwerken
en bewaren van informatie.
• Eindterm 7: De leerlingen
kunnen ICT gebruiken bij het
voorstellen van informatie aan
anderen.
54. Zijn er kansen
voor
differentiatie ?
• De leerkracht kan inderdaad
differentiëren door makkelijkere en
moeilijkere opdrachten uit te
delen.