Voorganger ds van der Mark Wolvega organist Johannes de Vries luister mee via www.kerknoordwolde.nl

1. Welkom
Voorganger ds van der Mark
organist Johannes de Vries
“Mijn God, mijn God, waarom
hebt Gij mij verlaten?”
Viering Heilig Avondmaal

2. VDD Aanschouw de
Schepper van ‘t heelal

3. Aanschouw de Schepper van ’t heelal,
genageld aan het hout,
o liefde, Godd'lijk onbegrensd,
’t was al voor uw behoud.
Ja ik geloof, ja ik geloof,
dat Jezus voor mij stierf
en dat Hij aan het smaad’lijk kruis,
mijn eeuwig heil verwierf.

4. Zie hoe de Man van smarten lijdt,
eens willend toch met God,
met welk een eindeloos geduld,
verdraagt Hij smaad en spot.
Ja ik geloof, ja ik geloof,
dat Jezus voor mij stierf
en dat Hij aan het smaad’lijk kruis,
mijn eeuwig heil verwierf.

5. Maar dan verwint Hij dood en
graf,
genade, wondergroot!
O liefde, teer en onbegrensd,
ja sterker dan de dood.
Ja ik geloof, ja ik geloof,
dat Jezus voor mij stierf
en dat Hij aan het smaad’lijk kruis,
mijn eeuwig heil verwierf.

6. Welkom
Voorganger ds van der Mark
organist Johannes de Vries
“Mijn God, mijn God, waarom
hebt Gij mij verlaten?”
Viering Heilig Avondmaal

7. P 140 – 1, 2, 4, 5
Bescherm mij, Heer,

8. Psalm 140 (LvdK) t. W.J. van der Molen, J. Wit; m. 1543 / Lyon 1548

9. Psalm 140 (LvdK) t. W.J. van der Molen, J. Wit; m. 1543 / Lyon 1548

10. Psalm 140 (LvdK) t. W.J. van der Molen, J. Wit; m. 1543 / Lyon 1548

11. Psalm 140 (LvdK) t. W.J. van der Molen, J. Wit; m. 1543 / Lyon 1548

12. Stil gebed
Bemoediging en groet
Gebed

13. 1ste lezing Psalm 116
De heerlijkheid van de HEERE
1151Niet ons, HEERE, niet ons,
maar geef Uw Naam ​eer,
om Uw goedertierenheid, om Uw trouw.
2Waarom zouden de heidenvolken zeggen:
Waar is toch hun God?
3Onze God is immers in de hemel,
Hij doet al wat Hem behaagt.

14. 4Hun ​afgoden​ zijn zilver en goud,
het werk van mensenhanden:
5zij hebben een mond, maar spreken niet;
zij hebben ogen, maar zien niet;
6zij hebben oren, maar horen niet;
zij hebben een neus, maar ruiken niet;
7hun handen, die tasten niet;
hun voeten, die gaan niet;
er komt geen geluid uit hun keel.
8Laat wie ze maken hun gelijk worden,
al wie op hen vertrouwt.

15. 9Israël, vertrouw op de HEERE,
Hij is hun hulp en hun ​schild.
10Huis​ van Aäron, vertrouw op de
HEERE,
Hij is hun hulp en hun ​schild.
11U die de HEERE vreest, vertrouw op
de HEERE,
Hij is hun hulp en hun ​schild.

16. 12De HEERE heeft aan ons gedacht: Hij
zal ​zegenen,
Hij zal het ​huis​ van Israël ​zegenen,
Hij zal het ​huis​ van Aäron ​zegenen.
13Hij zal ​zegenen​ wie de HEERE vrezen,
de kleinen met de groten.

17. 14De HEERE zal u meer en
meer zegenen,
u en uw ​kinderen.
15U bent gezegend door de HEERE,
Die hemel en aarde gemaakt heeft.
16De hemel, de hemel is van de HEERE,
maar de aarde heeft Hij aan de
mensenkinderen gegeven.

18. 17De doden zullen de HEERE niet
prijzen,
evenmin al wie in de stilte neergedaald
zijn.
18Maar wíj zullen de HEERE loven,
van nu aan tot in eeuwigheid.
Halleluja!

19. P 116 – 1, 2, 5
God heb ik lief

20. Psalm 116 (LvdK) t. K. Heeroma; m. Genève 1562

21. Psalm 116 (LvdK) t. K. Heeroma; m. Genève 1562

22. Psalm 116 (LvdK) t. K. Heeroma; m. Genève 1562

23. 2de lezing: Mattheus 27 : 45 – 50
45En vanaf het zesde uur kwam er
duisternis over heel de aarde, tot het
negende uur toe.
46Ongeveer op het negende uur
riep ​Jezus​ met een luide stem: Eli, Eli,
lama sabachtani? Dat betekent: Mijn
God, Mijn God, waarom hebt U Mij
verlaten?

24. 47Sommigen van hen die daar stonden,
zeiden, toen zij dit hoorden: Hij roept ​Elia.
48En meteen snelde een van hen toe, nam
een spons, doordrenkte die met zure ​wijn,
stak hem op een rietstok en gaf Hem te
drinken.
49Maar de anderen zeiden: Houd op, laten
wij zien of ​Elia​ komt om Hem te verlossen.
50Jezus​ riep nogmaals met luide stem en gaf
de geest.

25. P 22 – 1, 3, 6
Mijn God, mijn God,

26. Psalm 22 (LvdK) t. K. Heeroma; m. Genève 1542/1543

27. Psalm 22 (LvdK) t. K. Heeroma; m. Genève 1542/1543

28. Psalm 22 (LvdK) t. K. Heeroma; m. Genève 1542/1543

29. Psalm 22 (LvdK) t. K. Heeroma; m. Genève 1542/1543

30. Psalm 22 (LvdK) t. K. Heeroma; m. Genève 1542/1543

31. Psalm 22 (LvdK) t. K. Heeroma; m. Genève 1542/1543

32. “Mijn God, mijn God,
waarom hebt Gij mij verlaten?”

33. G 195 – 1, 2, 3, 4, 5
Nu valt de nacht, het is volbracht

34. Nu valt de nacht (LvdK 195) t. A.C. den Besten, J. Wit; m. Mainz 1628

35. Nu valt de nacht (LvdK 195) t. A.C. den Besten, J. Wit; m. Mainz 1628

36. Nu valt de nacht (LvdK 195) t. A.C. den Besten, J. Wit; m. Mainz 1628

37. Nu valt de nacht (LvdK 195) t. A.C. den Besten, J. Wit; m. Mainz 1628

38. Nu valt de nacht (LvdK 195) t. A.C. den Besten, J. Wit; m. Mainz 1628

39. collecte: 1ste diaconie
2de eigen gemeente

40. Viering Heilig Avondmaal

41. rondgang met brood,
G 177 - 1, 2, 3, 4

42. Leer mij, o Heer, uw lijden recht betrachten (LvdK 177) v. J. Wit ; m. J. Crüger

43. Leer mij, o Heer, uw lijden recht betrachten (LvdK 177) v. J. Wit ; m. J. Crüger

44. Leer mij, o Heer, uw lijden recht betrachten (LvdK 177) v. J. Wit ; m. J. Crüger

45. Leer mij, o Heer, uw lijden recht betrachten (LvdK 177) v. J. Wit ; m. J. Crüger

46. rondgang met wijn,
G 177 - 5, 6, 7

47. Leer mij, o Heer, uw lijden recht betrachten (LvdK 177) v. J. Wit ; m. J. Crüger

48. Leer mij, o Heer, uw lijden recht betrachten (LvdK 177) v. J. Wit ; m. J. Crüger

49. Leer mij, o Heer, uw lijden recht betrachten (LvdK 177) v. J. Wit ; m. J. Crüger

50. Slotlied G 176
O Liefde die verborgen zijt

51. O liefde die verborgen zijt (LvdK 176) t. J.W. Schulte Nordholt; m. W.R. Talsma

52. O liefde die verborgen zijt (LvdK 176) t. J.W. Schulte Nordholt; m. W.R. Talsma

53. O liefde die verborgen zijt (LvdK 176) t. J.W. Schulte Nordholt; m. W.R. Talsma

54. O liefde die verborgen zijt (LvdK 176) t. J.W. Schulte Nordholt; m. W.R. Talsma

55. O liefde die verborgen zijt (LvdK 176) t. J.W. Schulte Nordholt; m. W.R. Talsma

56. Zegen,
3 x amen