21. Lof zij de Heer (LvdK 434) v. J. Wit, J.W. Schulte Nordholt; m. J.A. Freylinghausen
22. Lof zij de Heer (LvdK 434) v. J. Wit, J.W. Schulte Nordholt; m. J.A. Freylinghausen
23. Lof zij de Heer (LvdK 434) v. J. Wit, J.W. Schulte Nordholt; m. J.A. Freylinghausen
24. Lof zij de Heer (LvdK 434) v. J. Wit, J.W. Schulte Nordholt; m. J.A. Freylinghausen
25. Lof zij de Heer (LvdK 434) v. J. Wit, J.W. Schulte Nordholt; m. J.A. Freylinghausen
26. Lof zij de Heer (LvdK 434) v. J. Wit, J.W. Schulte Nordholt; m. J.A. Freylinghausen
27. Lof zij de Heer (LvdK 434) v. J. Wit, J.W. Schulte Nordholt; m. J.A. Freylinghausen
28. Lof zij de Heer (LvdK 434) v. J. Wit, J.W. Schulte Nordholt; m. J.A. Freylinghausen
29. Wet & Israël
• De term 'Tien Geboden' = christelijke term
• 'Wet' = 'WOORD' = 'Levensinstructie'
• Samenvatting is: God is één ('Sjema')
• Wetten zijn IN de stenen platen geschreven
Ex. 32:16 “Die stenen platen (tafelen) waren
Gods eigen werk; ook was het schrift Gods
eigen schrift, in de tafelen gegraveerd”
Sjema Israel, Adonai Elohenu, Adonai
echad
31. Deuteronomium 6
Bevel om zich aan de geboden van God te houden
[1] Dit zijn de geboden, de verordeningen en de
bepalingen die de HEERE, uw God, geboden heeft u
te leren, om ze te doen in het land waar u naartoe
trekt om het in bezit te nemen,
[2] opdat u de HEERE, uw God, vreest door al Zijn
verordeningen en Zijn geboden, die ik u gebied, in
acht te nemen: u, uw kind en uw kleinkind, alle dagen
van uw leven; en opdat uw dagen verlengd worden.
[3] Luister dan, Israël, en neem ze nauwlettend in
acht! Dan zal het u goed gaan en zult u zeer talrijk
worden – zoals de HEERE, de God van uw vaderen,
tot u gesproken heeft – in het land dat overvloeit van
melk en honing.
[4] Luister, Israël! De HEERE, onze God, de HEERE is
één!
32. [5] Daarom zult u de HEERE, uw God, liefhebben met
heel uw hart, met heel uw ziel en met heel uw kracht.
[6] Deze woorden, die ik u heden gebied, moeten in
uw hart zijn.
[7] U moet ze uw kinderen inprenten en erover
spreken, als u in uw huis zit en als u over de weg gaat,
als u neerligt en als u opstaat.
33. Markus 12
Het grootste gebod
[28] En een van de schriftgeleerden, die hen hoorde
redetwisten en wist dat Hij hun goed geantwoord
had, kwam naar Hem toe en vroeg Hem: Wat is het
eerste van alle geboden?
[29] En Jezus antwoordde hem: Het eerste van alle
geboden is: Luister, Israël! De Heere, onze God, de
Heere is één.
[30] En u zult de Heere, uw God, liefhebben met heel
uw hart en met heel uw ziel en met heel uw verstand
en met heel uw kracht. Dit is het eerste gebod.
[31] En het tweede, hieraan gelijk, is dit: U zult uw
naaste liefhebben als uzelf. Er is geen ander gebod
groter dan deze.
41. Kinderlied:
Wij zingen van Jezus,
van Hem is alle macht.
Hij heeft op Golgotha
de wereld heil gebracht.
De Zoon van God is Hij,
en aller heren Heer.
Wij zingen van Jezus, meer en meer.
49. Leviticus 25
Sabbatsjaar en jubeljaar
[1] De HEER zei tegen Mozes, op de Sinai: [2] ‘Zeg
tegen de Israëlieten: “Wanneer jullie eenmaal in het
land zijn dat ik je zal geven, moet het land rust
krijgen, een sabbatsrust gewijd aan de HEER. [3] Zes
jaar achtereen mogen jullie je land inzaaien, je
wijngaard snoeien en de oogst binnenhalen. [4] Maar
het zevende jaar moeten jullie het land laten rusten.
Het is een sabbatsjaar dat aan de HEER gewijd is. Je
mag dan je land niet inzaaien, je wijngaarden niet
snoeien,
50. [5] het koren dat vanzelf opkomt niet als oogst
binnenhalen en niet de druiven oogsten van je
ongesnoeide wijnstokken. Het moet een jaar zijn van
volstrekte rust voor het land. [6] Wat er in dat jaar op
het land groeit is voor jullie allen. Je mag er zelf van
eten, maar ook je slaven en slavinnen, je
loonarbeiders en de vreemdelingen die bij je te gast
zijn; [7] ook voor je veestapel en voor de in het wild
levende dieren kan het als voedsel dienen.
[8] Na verloop van zeven sabbatsjaren, na zeven maal
zeven jaar, wanneer er negenenveertig jaren
verstreken zijn, [9] moeten jullie op de tiende dag van
de zevende maand de ramshoorn luid laten schallen.
Op Grote Verzoendag moet in heel het land de
ramshoorn schallen.
51. [11] Elk vijftigste jaar zal voor jullie een jubeljaar zijn.
Je mag dan niet zaaien, het koren dat vanzelf opkomt
niet als oogst binnenhalen en niet de druiven oogsten
van je ongesnoeide wijnstokken. [12] Het is een
jubeljaar, dat als heilig beschouwd moet worden.
Jullie zullen dat jaar leven van wat er vanzelf opkomt.
[13] In het jubeljaar zal ieder naar zijn eigen grond
terugkeren. [14] Wanneer je een stuk grond aan een
ander verpandt of van een ander in pand neemt, mag
je elkaar niet benadelen. [15] Het aantal jaren dat na
een jubeljaar verstreken is, bepaalt de prijs die de
pandnemer moet betalen; het aantal jaren dat de
pandgever heeft kunnen oogsten, bepaalt de prijs die
hij mag vragen. [16] Hoe meer jaren er nog resten,
des te hoger de prijs; hoe minder jaren, des te lager,
want wat verhandeld wordt is het aantal oogsten.
52. [17] Benadeel je volksgenoten niet. Toon ontzag voor
je God; ik ben de HEER, jullie God.
[18] Leef mijn bepalingen na, houd je aan mijn regels
en handel ernaar, dan zul je onbezorgd in je land
kunnen leven. [19] Het land zal vruchtbaar zijn en
jullie zullen volop te eten hebben. Je zult er
onbezorgd kunnen wonen, [20] en mochten jullie je
afvragen waarvan je het zevende jaar moet leven als
je niet mag zaaien en oogsten, [21] bedenk dan dat ik
jullie het zesde jaar zal zegenen met een oogst die
voor drie jaar toereikend is, [22] zodat je in het
achtste jaar weer kunt zaaien en tot in het negende
jaar kunt leven van de oude oogst, totdat je dat jaar
de oogst kunt binnenhalen.
53. [23] Land mag nooit verkocht worden, alleen
verpand, want het land behoort mij toe en jullie zijn
slechts vreemdelingen die bij mij te gast zijn. [24] In
heel jullie land moet voor grond altijd het
lossingsrecht blijven gelden.
58. QR-code voor uw gift.
1/3 van de gift is voor de 1ste collecte
1/3 van de gift is voor de eigen gemeente
1/3 voor de vernieuwbouw van de kerk
Wordt aan het einde opnieuw getoond.
70. QR-code voor uw gift.
1/3 van de gift is voor de 1ste collecte
1/3 van de gift is voor de eigen gemeente
1/3 voor de vernieuwbouw van de kerk
Wordt aan het einde opnieuw getoond.