Format 2 vertaling onderzoeksonderwerpen naar thema 1
1. Format 3 Vertaling uitkomsten onderzoeksonderwerpen en indicatoren naar bevindingen per thema van de rode draad- thema 1
Improvement Scan
Format 3
Vertaling
uitkomsten onderzoeksonderwerpen en
indicatoren
naar bevindingen per thema van de rode
draad
Thema 1
Positionering klant, positionering
organisatie en Good Governance
Naam organisatie:
Betreft periode:
2. Format 3 Vertaling uitkomsten onderzoeksonderwerpen en indicatoren naar bevindingen per thema van de rode draad- thema 1
Opmerking vooraf:
- Verwerk in dit formatde teksten uit format 1 (uitwerking van de 15 onderzoeksonderwerpen),die
betrekking hebben op dit thema.
- Controleer de deelvragen en indicatoren die bij ditthema horen op basis van de desbetreffende bijlage
van de beoordelingsrichtlijn.
- Maak per kopje zichtbaar of het onderdeel volledig,deels,ofnietaantoonbaar is conform de checklist1
‘Invullen ImprovementWizard’.
- Vat onderaan ditformat het thema samen.
- Gebruik deze informatie voor format 4 en vul op basis van deze informatie de ImprovementWizard
conform checklist1.
Klant – De opdracht van de klant
1. Kennen van de klantvraag per klant op alle leefgebieden en het passen van de opdracht van
de klant binnen de missie – de klant vraagt niet iets wat niet geboden kan worden (1.b.1.)
Stichting De Zorgorganisatie heeft de volgende klantgroepen:
Klantgroep 1: Oudere thuiswonende echtparen en/of alleenstaanden
Klantgroep 2: Chronisch zieken met verminderde zelfredzaamheid
Klantgroep 3: Palliatief terminale zorgvragers
De klanttypen zijn naast deze groepen verder verdeeld in ‘laag complex’ tot ‘hoog complex’ en de
volgende fasen: Oriënterend, Uitvoerend, Evaluerend.
De hulpvragen zijn omschreven in de productportfolio in brede zin vanuit het oog van de klant.
Een combinatie van “genezing, ondersteuning en participatie” zullen leiden naar het eind doel van
Stichting De Zorgorganisatie namelijk; de oudere is zelfredzaam met ondersteuning thuis, in een
passende woon – leefomgeving, voert eigen regie met of zonder ondersteuning, ervaart een mate van
autonomie en heeft zo min mogelijk beperkingen van zijn of haar lichamelijke gezondheid. Stichting
De Zorgorganisatie is van mening dat dit meer algemene einddoel meer specifiek en meetbaar
gemaakt kan gaan worden in de komende tijd. Zij zal dit gaan doen op basis van de uitkomsten die
zichtbaar gaan worden uit de klantdossiers na de eerste evaluatie en dus de tweede metingen. De
organisatie is nog minder bezig met ‘genezing’ dan ‘ondersteuning’, maar er doen zich meer en meer
revalidatievragen voor, en daarom zal de organisatie zich in de komende periode wel meer gaan
richten op het onderdeel ‘op genezing gerichte zorg’.
Op één klant na vallen alle klanten binnen de vastgestelde klantgroepen. Deze klant heeft een
hulpvraag waar Stichting De Zorgorganisatie niet specifiek voor is toegerust. Stichting De
Zorgorganisatie zal in de komende periode overwegen of deze klant in zorg kan blijven of niet.
3. Format 3 Vertaling uitkomsten onderzoeksonderwerpen en indicatoren naar bevindingen per thema van de rode draad- thema 1
De klanttypen zijn nog niet per klant ingedeeld in de individuele dossiers. Klanttypen zijn onlangs
opgesteld. De directie heeft voor ogen dat dit geen eenmalige actie was, maar dat er blijvend gekeken
moet worden naar de voor haar passende klanttypen, aansluitend op de mogelijkheden die Stichting
De Zorgorganisatie heeft en de klantvragen die zich bij haar aandienen.
Dit onderdeel is:
Volledig aantoonbaar,want er is een productportfolio waarbij de klantgroepen op basis van de huidige
klantvragen zijn beschreven.Het indelen van de klantgroepen op basis van de klantvraag is gebeurd,echter het
evalueren kan pas in een later stadium plaats vinden.
2. Verschillende rollen van de klant (1.b.2.)
De rol van de klant is patiënt, cliënt en burger op bepaalde leefgebieden waarin een eigen regie wordt
gevoerd. De insteek is van uit de basis voornamelijk patiënt/cliënt.
Aan de rol van burger wordt nog minder nadrukkelijk invulling gegeven, omdat veel klanten – gezien
hun leeftijd – ook veel meer een ondersteuningsvraag hebben, dan een participatievraag. De term
‘burgerschap’ refereert naar een algehele bejegening en insteek van de zorg. Deze is wel gericht op
het zo lang mogelijk zelfstandig en op basis van eigen regie de zorg verlenen. De organisatie is zich
hier de laatste tijd van bewust geworden en zal dit nadrukkelijker in haar zorgplannen zichtbaar gaan
maken. Ook heeft men oog gekregen voor eventueel private diensten die aangeboden kunnen gaan
worden in de toekomst.
Dit onderdeel is:
Volledig aantoonbaar,wanthet is zichtbaar in het productportfolio en in de doelen die gesteld worden.
3. Juridische positie en de inspraak van de klant (1.b.3.)
De inspraak van de klant regelt Stichting De Zorgorganisatie nadrukkelijk via de volgende
instrumenten;
- Individueel zorgplan
- Planning
- Formuleren stip op de horizon
- Cliëntenraad (Lelie zorggroep)
- Toestemmingsformulier (delen van informatie)
Stichting De Zorgorganisatie heeft geen beleid op wilsonbekwaamheid (en vrijheidsbeperkende
maatregelen) geformuleerd.
Het is van belang dit als een item bij de kennismaking met de klant wel op te nemen.
Stichting De Zorgorganisatie bemerkt wel een toenemende zorgvraag op basis van dementie, waarbij
inderdaad vraagstukken zich meer voordoen die linken aan deze juridische positie,
wilsonbekwaamheid en vrijheidsbeperkende maatregelen (bijvoorbeeld ‘rommelen’ met de medicatie
door de klant zelf). Beleid moet hiervoor nog nader ontwikkeld worden.
Dit onderdeel is:
Deels aantoonbaar,want er zijn wettelijke eisen rondom de inspraak van de klantafgehecht. Maar de juridische
positie van de klant is niet navolgbaar door het ontbreken van een wilsonbekwaamheidsbeleid en de praktische
uitwerking van het medicatiebeleid.
4. Format 3 Vertaling uitkomsten onderzoeksonderwerpen en indicatoren naar bevindingen per thema van de rode draad- thema 1
Missie – Typering van de klanten en missie conform de klantvraag
1. Verschillende rollen van de klant (2.a.1.)
Stichting De Zorgorganisatie heeft de volgende klantgroepen:
Klantgroep 1: Oudere thuiswonende echtparen en/of alleenstaanden
Klantgroep 2: Chronisch zieken met verminderde zelfredzaamheid
Klantgroep 3: Palliatief terminale zorgvragers
De klanttypen zijn naast deze groepen verder verdeeld in ‘laag complex’ tot ‘hoog complex’ en de
volgende fasen: Oriënterend, Uitvoerend, Evaluerend.
Aan de rol van burger wordt nog minder nadrukkelijk invulling gegeven, omdat veel klanten – gezien
hun leeftijd – ook veel meer een ondersteuningsvraag hebben, dan een participatievraag.
Dit onderdeel is:
Volledig aantoonbaar,wanthet is zichtbaar in het productportfolio en in de doelen die gesteld worden.
2. Onderscheid publiek en privaat (2.a.2.)
De zorgvragen die Stichting De Zorgorganisatie bedient, worden door het CIZ en/of WMO indicatie
formeel vastgesteld in de vorm van een indicatie en met publieke gelden betaald. Stichting De
Zorgorganisatie oog gekregen voor eventueel private diensten die aangeboden kunnen gaan worden
in de toekomst.
Dit onderdeel is:
Volledig aantoonbaar,want de huidige diensten die nu worden aangeboden zijn enkel vanuit publieke gelden
gefinancierd meteen onderbouwd metde afgegeven indicatie.
3. Evaluaties van klantopdrachten (2.a.3.)
Stichting De Zorgorganisatie zal dit gaan doen op basis van de uitkomsten die zichtbaar gaan worden
uit de klantdossiers na de eerste evaluatie en dus de tweede metingen. De organisatie is nog minder
bezig met ‘genezing’ dan ‘ondersteuning’, maar er doen zich meer en meer revalidatievrag en voor, en
daarom zal de organisatie zich in de komende periode wel meer gaan richten op het onderdeel ‘op
genezing gerichte zorg’. Individueel worden de zorgplannen wel regelmatig geëvalueerd.
Dit onderdeel is:
Deels aantoonbaar,want de klantvraag en klantgroepen zijn vastgelegd enkel de evaluatie van de opdrachten
moetnog plaats vinden. Op individueel niveau gebeurtdit al.
4. Benadering van de klant vanuit de kloppende rol per leefgebied (2.a.4.)
De term ‘burgerschap’ refereert naar een algehele bejegening en insteek van de zorg. Deze is wel
gericht op het zo lang mogelijk zelfstandig en op basis van eigen regie de zorg verlenen. Stichting De
Zorgorganisatie is zich hier de laatste tijd van bewust geworden en zal dit nadrukkelijker in haar
zorgplannen zichtbaar gaan maken.
Dit onderdeel is:
Deels aantoonbaar,want de bewustwording is er maar hetkan duidelijker naar voren komen vanuit de individuele
plannen van de klant.
5. Afgeleide eigen positie ten aanzien van publiek en privaat sluit hierop aan (2.a.5.)
Stichting De Zorgorganisatie maakt gebruik van de cliëntenraad van de hoofdaannemer Lelie
5. Format 3 Vertaling uitkomsten onderzoeksonderwerpen en indicatoren naar bevindingen per thema van de rode draad- thema 1
zorggroep. Zij wenst echter ook zelfstandig een cliëntenraad te starten. De eerste verkenning daartoe
is reeds gestart.
De klantwaarden worden vastgelegd in de stip op de horizon, de bejegening wordt meegenomen in de
titel en aanspreekvorm bij de intake
De organisatie neemt passende maatregelen om de doelen per individuele klant te behalen,
overstijgende informatie over het resultaat is nog niet beschikbaar.
Dit onderdeel is:
Deels aantoonbaar,want op individueel niveau is de informatie aanwezig,maar nog nietgeaggregeerd naar een
overstijgend niveau.
6. Maatschappelijke legitimatie zorgvraag (2.a.6.)
Hoewel de omvang van de indicaties in de afgelopen jaren landelijk gezien zijn afgenomen, worden de
huidige zorgvragen wel nog steeds vastgesteld. Er is een periode op komst waarbij niemand er zeker
van is hoe dit vanaf januari 2015 zal gaan plaatshebben en op welke wijze dan de zorgvraag zal
worden vastgesteld en óf er nog een grond voor een formele vaststelling is. De verwachting is wel dat
dit zo zal zijn, alleen is nog onduidelijk in welke vorm dit zal gaan plaatsvinden.
Overall kan gezegd worden dat er een grote verandering voor de deur staat. De begeleiding zal per 1-
1-2015 worden overgeheveld naar de gemeenten en de vraag is hoe er dan mee omgegaan zal
worden.
Er is geen trendbreuk; de vraag zal blijven bestaan , de mate waarin de klanten aanspraak houden op
zorg is onzeker, vooral voor de functie HBH.
Dit onderdeel is:
Volledig aantoonbaar,want ondanks de moeilijke markten veranderingen slaagt Stichting De Zorgorganisatie erin
om de groei vast te houden en de kwaliteitvan zorg te verbeteren.
Product – Productportfolio, producten conform principes
1. Onderscheid in publieke en private producten en duidelijkheid over wat wel en niet wordt
geboden (3.1.a.1.)
Stichting De Zorgorganisatie levert enkel zorg op basis van publieke AWBZ en WMO gelden, hierop is
zijn de leveringsvoorwaarden ingericht. Het onderscheid met PGB klanten is niet nader onderzocht.
In de visie van Stichting De Zorgorganisatie staan de concrete eindtermen benoemd in; Stichting De
Zorgorganisatie vindt dat een cliënt zolang mogelijk in de thuissituatie zichzelf en zelfredzaam moet
kunnen zijn.
6. Format 3 Vertaling uitkomsten onderzoeksonderwerpen en indicatoren naar bevindingen per thema van de rode draad- thema 1
De organisatie heeft scherp welke producten zij precies levert en welke doelgroepen of klanttype zij
deze producten niet aan kan leveren. De grenzen van haar eigen expertise liggen vast in de
exclusiecriteria.
Dit onderdeel is:
Volledig aantoonbaar,want er wordt enkel op basis van een geldige indicatie zorg geleverd met publieke gelden
en heeft haar exclusiecriteria duidelijk omschreven.
Middelen (huisvesting ) – Positionering van de middelen
1. Onderscheid in publieke en private middelen (5.a.1.)
De huisvesting voor de kantoor locatie is aanwezig, dit wordt gehuurd door de stichting vanuit de VOF
Stichting De Zorgorganisatie. Er is een overall visie op middelen; hierbij moet de praktische
toepassing nog gebundeld worden.
Een veiligheidsbeleid voor de middelen is aanwezig en er wordt jaarlijks een risico inventarisatie op
middelen gemaakt. De organisatie anticipeert op wetgeving en mogelijke wijzigingen, hoe dit exact
vorm wordt gegeven moet nader onderzocht worden.
Dit onderdeel is:.
Deels aantoonbaar,want de middelen zijn aanwezig,er is een overall beleid en de middelen zijn gepositioneerd
(huur publiek van privaat). Maar de praktische toepassing moetnog gebundeld worden.
Financiën – Begroting, begroting conform principes
1. Gescheiden publieke en private stromen in de begroting (6.1.a.1.)
Stichting De Zorgorganisatie beschikt over een begroting voor het huidige en de komende jaren. Er
wordt een groei in de omzet voorzien, met name vanwege de uitbreiding van de zorg in Zoetermeer in
de tweede helft van 2014, alsook de groei in Zomaarergens e.o. in de eerste helft van het jaar.
Stichting De Zorgorganisatie is in een groeifase en daarom is het begrote resultaat nog niet groot. De
organisatie heeft ervoor gekozen na de investeringen van vorig jaar nu een pas op de plaats te maken
en eerst te zorgen voor een stabiele basis.
De begroting van Stichting De Zorgorganisatie VOF is niet onderzocht.
Dit onderdeel is:
Volledig aantoonbaar,want de organisatie beschiktover een onderbouwde begroting waarin enkel de publieke
inkomsten en uitgaven tegen elkaar worden afgezet om het begrote resultaatte tonen.
Organisatie – Good Governance
1. Bestuur en toezicht bewust van gescheiden publieke en private stromen (6.1.a.1.)
Stichting De Zorgorganisatie heeft als rechtsvorm een stichting; met een raad van bestuur en een raad
van toezicht.
Stichting De Zorgorganisatie heeft geen eigen een personeelsvereniging, maar is hiertoe vanwege
haar omvang ook niet verplicht. De inspraak van de medewerkers is daarmee op individueel niveau.
7. Format 3 Vertaling uitkomsten onderzoeksonderwerpen en indicatoren naar bevindingen per thema van de rode draad- thema 1
Stichting De Zorgorganisatie hanteert hiermee de principes zoals in de Governance code voor de zorg
zijn vastgelegd. Uit de risicometingen blijkt dat de informatievoorziening richting de toezichthouders
nog verbetert kan worden.
Dit onderdeel is:
Volledig aantoonbaar,want de stichting heeftconform good governance het bestuur en toezichthouders die
volledig operationeel werken.
Samenvatting thema
Samenvattend kan worden gesteld:
- Dat de klant is ingedeeld in klantgroepen met een klantopdracht waarbij de doelen in het
individuele plan conform productportfolio worden gesteld. Echter, de evaluatie hiervan heeft
nog niet plaatsgevonden.
- Dat de missie van de organisatie overall kloppend is gesteld en is gericht op de participatie
van de burger. Een aandachtspunt is het stellen van de individuele doelen gericht op de
participatie. Hier is sinds kort meer aandacht voor, de evaluatie hiervan moet nog
plaatsvinden.
- Dat het product duidelijk is afgebakend door het stellen van overall doelen per klantgroep en
de grenzen van Stichting De Zorgorganisatie haar kunnen zijn vastgelegd.
- Dat de middelen zijn vastgelegd in een overall beleid; echter de praktische invulling hiervan
moet nog plaats vinden.
- Dat er binnen de financiën gescheiden stromen worden gehanteerd. Er is een onderbouwde
begroting waarin enkel de publieke inkomsten en uitgaven tegen elkaar worden afgezet om
het begrote resultaat te tonen.
- Dat de organisatie heeft als stichting een functionerend bestuur met toezichthouders conform
de Good Governance Code-richtlijnen.