SlideShare a Scribd company logo
1 of 56
26 jan. 2014
Zoetermeer
het voorafgaande hoofdstuk 36

EZECHIËL
Israël hersteld en gelouterd

36

1 Gij nu, mensenkind, profeteer over de bergen van
Israël en zeg: Bergen van Israël, hoort het woord des HEREN.
2 Zo zegt de Here HERE: omdat de vijand van u gezegd
heeft: ha, eeuwige hoogten zijn in ons bezit gekomen, 3
daarom profeteer en zeg: zo zegt de Here HERE: juist omdat
men u van alle kanten verwoest en vertreden heeft, opdat gij
het bezit zoudt worden van het overblijfsel der volken, en
omdat gij in opspraak gebracht en belasterd zijt door de
mensen – 4 daarom, bergen van Israël, hoort het woord van
de Here HERE. Zo zegt de Here HERE tot de bergen, de
heuvels, de beekbeddingen en de dalen, tot de woeste
puinhopen en de ontvolkte steden, die voor het overblijfsel
der omwonende volken tot buit en tot een voorwerp van spot
geworden zijn, 5 daarom, zo zegt de Here HERE, voorwaar, in
het vuur van mijn naijver heb Ik gesproken tot het
overblijfsel der volken en tot geheel Edom, die met
hartgrondige vreugde en diepe minachting mijn land voor
zichzelf ten erfdeel hadden bestemd om het volkomen uit te
EZECHIËL
Israël hersteld en gelouterd
Israël hersteld en

36

1 Gij nu, mensenkind, profeteer over de bergen van
Israël en zeg: Bergen van Israël, hoort het woord des HEREN.
2 Zo zegt de Here HERE: omdat de vijand van u gezegd
heeft: ha, eeuwige hoogten zijn in ons bezit gekomen, 3
daarom profeteer en zeg: zo zegt de Here HERE: juist omdat
men u van alle kanten verwoest en vertreden heeft, opdat gij
het bezit zoudt worden van het overblijfsel der volken, en
omdat gij in opspraak gebracht en belasterd zijt door de
mensen – 4 daarom, bergen van Israël, hoort het woord van
de Here HERE. Zo zegt de Here HERE tot de bergen, de
heuvels, de beekbeddingen en de dalen, tot de woeste
puinhopen en de ontvolkte steden, die voor het overblijfsel
der omwonende volken tot buit en tot een voorwerp van spot
geworden zijn, 5 daarom, zo zegt de Here HERE, voorwaar, in
het vuur van mijn naijver heb Ik gesproken tot het
overblijfsel der volken en tot geheel Edom, die met
hartgrondige vreugde en diepe minachting mijn land voor
zichzelf ten erfdeel hadden bestemd om het volkomen uit te
Ezechiël 36
Ik zal u weghalen uit de volken en u
bijeenvergaderen uit alle landen, en Ik
zal u brengen naar uw eigen land;
25 Ik zal rein water over u sprengen, en gij
zult rein worden; van al uw onreinheden
en van al uw afgoden zal Ik u reinigen;
26 een nieuw hart zal Ik u geven en een
nieuwe geest in uw binnenste; het hart
van steen zal Ik uit uw lichaam verwijderen
en Ik zal u een hart van vlees geven.
27 Mijn Geest zal Ik in uw binnenste
geven...
24
Ezechiël 36
Zo spreekt de Here HERE: Wanneer Ik u
reinig van al uw ongerechtigheden, zal Ik
de steden weer bevolken en zullen de
puinhopen herbouwd worden (...)
36 Dan zullen de volken die om u heen
overgebleven zijn, weten, dat Ik, de
HERE, herbouwd heb wat vernield (...)
37 ... Ik zal hen zo talrijk aan mensen
maken als een kudde schapen (...)
38 (...) zó vol zullen de verwoeste steden
zijn met mensenkudden. En zij zullen
weten, dat Ik de HERE ben.
33
Ezechiël 37

De hand van JAHWEH kwam op mij,
en JAHWEH voerde mij
in de geest naar buiten
en zette mij neer in een dal;
dat was vol beenderen.
1
Ezechiël 37

De hand van JAHWEH kwam op mij,
en JAHWEH voerde mij
in de geest naar buiten
en zette mij neer in een dal;
dat was vol beenderen.
1

het dal, de vallei
Ezechiël 37

Hij deed mij daar
aan alle kanten omheen lopen
en zie, zij lagen in grote menigte
door het dal verspreid,
en zie, zij waren zeer dor.
2
Ezechiël 37

Hij deed mij daar
aan alle kanten omheen lopen
en zie, zij lagen in grote menigte
door het dal verspreid,
en zie, zij waren zeer dor.
2
Ezechiël 37

En Hij zeide tot mij:
Mensenkind,
kunnen deze beenderen herleven?
En ik zeide: mijn Heer JAHWEH,
Gij weet het.
3

lett. zoon van Adam
Ezechiël 37

En Hij zeide tot mij:
Mensenkind,
kunnen deze beenderen herleven?
En ik zeide: mijn Heer JAHWEH,
Gij weet het.
3

lett. zullen
Ezechiël 37

En Hij zeide tot mij:
Mensenkind,
kunnen deze beenderen herleven?
En ik zeide: mijn Heer JAHWEH,
Gij weet het.
3

NBG/ SV:
Here HERE
Ezechiël 37

Toen zeide Hij tot mij:
Profeteer over deze beenderen
en zeg tot hen:
gij dorre beenderen,
hoort het woord van JAHWEH.
4
Ezechiël 37

Toen zeide Hij tot mij:
Profeteer over deze beenderen
en zeg tot hen:
gij dorre beenderen,
hoort het woord van JAHWEH.
4
Ezechiël 37

Zo spreekt mijn Heer JAHWEH
tot deze beenderen:
Zie, Ik breng geest in u,
en gij zult herleven;
5
Ezechiël 37

Zo spreekt mijn Heer JAHWEH
tot deze beenderen:
Zie, Ik breng geest in u,
en gij zult herleven;
5

hoe en in welke volgorde?
Zie het volgende vers...
Ezechiël 37

Ik zal spieren op u leggen,
vlees op u doen komen,
u met een huid overtrekken
en geest in u brengen,
zodat gij herleeft;
en gij zult weten,
dat Ik JAHWEH ben.
6
Ezechiël 37

Ik zal spieren op u leggen,
vlees op u doen komen,
u met een huid overtrekken
en geest in u brengen,
zodat gij herleeft;
en gij zult weten,
dat Ik JAHWEH ben.
6
Ezechiël 37

Ik zal spieren op u leggen,
vlees op u doen komen,
u met een huid overtrekken
en geest in u brengen,
zodat gij herleeft;
en gij zult weten,
dat Ik JAHWEH ben.
6
Ezechiël 37

Ik nu profeteerde zoals mij bevolen was,
en zodra ik profeteerde,
ontstond er een geruis,
en zie, een beweging,
en de beenderen voegden zich aaneen
zoals zij bij elkander behoorden;
7
Ezechiël 37

Ik nu profeteerde zoals mij bevolen was,
en zodra ik profeteerde,
ontstond er een geruis,
en zie, een beweging,
en de beenderen voegden zich aaneen
zoals zij bij elkander behoorden;
7
Ezechiël 37

Ik nu profeteerde zoals mij bevolen was,
en zodra ik profeteerde,
ontstond er een geruis,
en zie, een beweging,
en de beenderen voegden zich aaneen
zoals zij bij elkander behoorden;
7
Ezechiël 37

ik zag toe, en zie,
er kwamen spieren op, en vlees,
en er trok een huid overheen;
maar geest was er nog niet in hen.
8
Ezechiël 37

ik zag toe, en zie,
er kwamen spieren op, en vlees,
en er trok een huid overheen;
maar geest was er nog niet in hen.
8
Ezechiël 37

Daarop zeide Hij tot mij:
Profeteer tot de geest,
profeteer, mensenkind,
en zeg tot de geest:
9
Ezechiël 37

(...)
zo zegt mijn Heer JAHWEH:
kom van de vier windstreken, o geest,
en blaas in deze gedoden,
zodat zij herleven.
9

= waar Israël verstrooid was
Matteus 24

Terstond na de verdrukking dier dagen
zal de zon verduisterd worden (...)
30 En dan zal het teken van de Zoon des
mensen verschijnen aan de hemel en dan
zullen alle stammen van het land zich op de
borst slaan en zij zullen de Zoon des mensen
zien komen (...)
31 En Hij zal zijn engelen uitzenden met luid
bazuingeschal en zij zullen zijn
uitverkorenen verzamelen uit DE VIER
WINDSTREKEN, van het ene uiterste der
hemelen tot het andere.
29
Ezechiël 37

(...)
zo zegt mijn Heer JAHWEH:
kom van de vier windstreken, o geest,
en blaas in deze gedoden,
zodat zij herleven.
9
Ezechiël 37

Toen profeteerde ik,
zoals Hij mij bevolen had;
en de geest kwam in hen
en zij herleefden
en gingen op hun voeten staan,
een geweldig groot leger.
10
Ezechiël 37

Toen profeteerde ik,
zoals Hij mij bevolen had;
en de geest kwam in hen
en zij herleefden
en gingen op hun voeten staan,
een geweldig groot leger.
10
Ezechiël 37

Toen profeteerde ik,
zoals Hij mij bevolen had;
en de geest kwam in hen
en zij herleefden
en gingen op hun voeten staan,
een geweldig groot leger.
10

LXX: vergadering
Ezechiël 37

Voorts zeide Hij tot mij: Mensenkind,
deze beenderen zijn het gehele huis Israels.
11

NIET een gedeelte >
En zij zullen weten,
dat Ik de HERE hun God ben,
zowel wanneer Ik hen
in ballingschap wegvoer onder de volken,
als wanneer Ik hen weer
in hun eigen land verzamel,
zonder dat Ik iemand
van hen daarginds achterlaat.
Ezechiël 39:28
zie ook Deut.30:4; Jes.11:12; Mat.24:31
Ezechiël 37

(...) Zie, zij zeggen:
Onze beenderen zijn verdord
en onze hoop is vervlogen;
het is met ons gedaan.
11

aan het einde van de grote verdrukking
Mat.24:29-31
Ezechiël 37

Daarom profeteer en zeg tot hen:
Zo zegt mijn Heer JAHWEH:
zie, Ik open uw graven
en zal u uit uw graven doen opkomen,
o mijn volk,
en u brengen naar het land Israels.
12
Ezechiël 37

Daarom profeteer en zeg tot hen:
Zo zegt mijn Heer JAHWEH:
zie, Ik open uw graven
en zal u uit uw graven doen opkomen,
o mijn volk,
en u brengen naar het land Israels.
12
Ezechiël 37

Daarom profeteer en zeg tot hen:
Zo zegt mijn Heer JAHWEH:
zie, Ik open uw graven
en zal u uit uw graven doen opkomen,
o mijn volk,
en u brengen naar het land Israels.
12
Ezechiël 37

En gij zult weten,
dat Ik JAHWEH ben,
wanneer Ik uw graven open
en u uit uw graven doe opkomen,
o mijn volk.
13
Ezechiël 37

En gij zult weten,
dat Ik JAHWEH ben,
wanneer Ik uw graven open
en u uit uw graven doe opkomen,
o mijn volk.
13
Ezechiël 37

Ik zal mijn Geest in u geven,
zodat gij herleeft
en Ik zal u doen wonen in uw land;
en gij zult weten,
dat Ik, JAHWEH,
het gesproken en gedaan heb,
luidt het woord van JAHWEH.
14

zie ook:

Ezech.36:26; 39:29
Ezechiël 37

Ik zal mijn Geest in u geven,
zodat gij herleeft
en Ik zal u doen wonen in uw land;
en gij zult weten,
dat Ik, JAHWEH,
het gesproken en gedaan heb,
luidt het woord van JAHWEH.
14
Ezechiël 37

Ik zal mijn Geest in u geven,
zodat gij herleeft
en Ik zal u doen wonen in uw land;
en gij zult weten,
dat Ik, JAHWEH,
het gesproken en gedaan heb,
luidt het woord van JAHWEH.
14
samenvatting van de profetie in Ezech.37:
 gaat over het gehele huis van Israël;
 verzameld vanuit het buitenland;

 wanneer de toestand hopeloos is;
 en ná de verzameling: de Geest...
het herstel van Israël eerder in Ezechiël...
Ezechiël 20

Ik zal u voeren
uit het midden der volken
en u bijeenbrengen uit de landen
waarin gij verstrooid zijt,
met sterke hand,
met uitgestrekte arm
en met uitgestorte grimmigheid.
34
Ezechiël 20

Ik zal u voeren
uit het midden der volken
en u bijeenbrengen uit de landen
waarin gij verstrooid zijt,
met sterke hand,
met uitgestrekte arm
en met uitgestorte grimmigheid.
34
Ezechiël 20

Ik zal u brengen
naar de woestijn der volken
en daar met u in het gericht treden,
van aangezicht tot aangezicht.
35
Ezechiël 20

Ik zal u brengen
naar de woestijn der volken
en daar met u in het gericht treden,
van aangezicht tot aangezicht.
35
Ezechiël 20

Zoals Ik met uw vaderen
in het gericht getreden ben
in de woestijn van het land Egypte,
zo zal Ik ook met u in het gericht treden,
luidt het woord van mijn Heer JAHWEH.
36
Ezechiël 20

Zoals Ik met uw vaderen
in het gericht getreden ben
in de woestijn van het land Egypte,
zo zal Ik ook met u in het gericht treden,
luidt het woord van mijn Heer JAHWEH.
36
Ezechiël 20

Ik zal u onder
de herdersstaf doen doorgaan
en u brengen in de band van het verbond.
37
Ezechiël 20

Ik zal de weerspannigen uit u uitschiften
en hen die tegen Mij overtreden hebben;
wel zal Ik hen leiden uit het land
waarin zij als vreemdelingen vertoeven,
maar in het land van Israel
zullen zij niet komen.
En gij zult weten, dat Ik JAHWEH ben.
38
Ezechiël 20

Ik zal de weerspannigen uit u uitschiften
en hen die tegen Mij overtreden hebben;
wel zal Ik hen leiden uit het land
waarin zij als vreemdelingen vertoeven,
maar in het land van Israel
zullen zij niet komen.
En gij zult weten, dat Ik JAHWEH ben.
38
Ezechiël 20

Ik zal de weerspannigen uit u uitschiften
en hen die tegen Mij overtreden hebben;
wel zal Ik hen leiden uit het land
waarin zij als vreemdelingen vertoeven,
maar in het land van Israel
zullen zij niet komen.
En gij zult weten, dat Ik JAHWEH ben.
38
Ezechiël 20

Ik zal de weerspannigen uit u uitschiften
en hen die tegen Mij overtreden hebben;
wel zal Ik hen leiden uit het land
waarin zij als vreemdelingen vertoeven,
maar in het land van Israel
zullen zij niet komen.
En gij zult weten, dat Ik JAHWEH ben.
38
enkele conclusies:
 Israël wordt verzameld in de
woestijn, buiten het land;
 JAHWEH zal hen daar richten
van aangezicht tot aangezicht;

 een gelovig volk zal ingaan in het land;
 het verwoeste land zal worden opgebouwd;
 Israël en de volken zullen JAHWEH
(er)kennen.

More Related Content

What's hot (20)

Psalm 22 - van lijden tot heerlijkheid (1)
Psalm 22 - van lijden tot heerlijkheid (1)Psalm 22 - van lijden tot heerlijkheid (1)
Psalm 22 - van lijden tot heerlijkheid (1)
 
Preek van de Week
Preek van de WeekPreek van de Week
Preek van de Week
 
: Leven om te werken of werken om te leven !
: Leven om te werken of werken om te leven !: Leven om te werken of werken om te leven !
: Leven om te werken of werken om te leven !
 
Zie het Lam, dat de zonden der wereld wegneemt!
Zie het Lam, dat de zonden der wereld wegneemt!Zie het Lam, dat de zonden der wereld wegneemt!
Zie het Lam, dat de zonden der wereld wegneemt!
 
Presentatie f er 20171210
Presentatie f er 20171210Presentatie f er 20171210
Presentatie f er 20171210
 
Jezus redt!!
Jezus redt!!Jezus redt!!
Jezus redt!!
 
Hebreeen 4
Hebreeen 4Hebreeen 4
Hebreeen 4
 
Zondag 29 Maart 2009 Ochtenddienst
Zondag 29 Maart 2009 OchtenddienstZondag 29 Maart 2009 Ochtenddienst
Zondag 29 Maart 2009 Ochtenddienst
 
Waarom?
Waarom?Waarom?
Waarom?
 
De liefde voor Jezus
De liefde voor JezusDe liefde voor Jezus
De liefde voor Jezus
 
Prijzen kost wat
Prijzen kost watPrijzen kost wat
Prijzen kost wat
 
Kom
KomKom
Kom
 
Vergroot ons gebied
Vergroot ons gebiedVergroot ons gebied
Vergroot ons gebied
 
"de i van ijdelheid
"de i van ijdelheid"de i van ijdelheid
"de i van ijdelheid
 
De roeping van de gemeenteproef
De roeping van de gemeenteproefDe roeping van de gemeenteproef
De roeping van de gemeenteproef
 
Komt allen tot Mij
Komt allen tot MijKomt allen tot Mij
Komt allen tot Mij
 
LIefde voor Jezus
LIefde voor JezusLIefde voor Jezus
LIefde voor Jezus
 
oog in oog met God verandert ons hele blikveld
oog in oog met God verandert ons hele blikveldoog in oog met God verandert ons hele blikveld
oog in oog met God verandert ons hele blikveld
 
Startzondag.Ochtenddienst
Startzondag.OchtenddienstStartzondag.Ochtenddienst
Startzondag.Ochtenddienst
 
It 's a boy
It 's a boyIt 's a boy
It 's a boy
 

Similar to Doodsbeenderen (20)

Licht voor natiën
Licht voor natiënLicht voor natiën
Licht voor natiën
 
Liefde Voor Gods Volk
Liefde Voor Gods VolkLiefde Voor Gods Volk
Liefde Voor Gods Volk
 
Zondag 5-6-2016 ochtenddienst
Zondag 5-6-2016 ochtenddienstZondag 5-6-2016 ochtenddienst
Zondag 5-6-2016 ochtenddienst
 
Openbaring studie 15
Openbaring studie 15Openbaring studie 15
Openbaring studie 15
 
De Regenboog
De RegenboogDe Regenboog
De Regenboog
 
Petrus toespraak studie 1
Petrus toespraak studie 1Petrus toespraak studie 1
Petrus toespraak studie 1
 
Johannes studie 53
Johannes studie 53Johannes studie 53
Johannes studie 53
 
Het sterven van Aäron
Het sterven van AäronHet sterven van Aäron
Het sterven van Aäron
 
17 05-2015 ochtend dienst
17 05-2015 ochtend dienst17 05-2015 ochtend dienst
17 05-2015 ochtend dienst
 
20210422 openb65
20210422 openb6520210422 openb65
20210422 openb65
 
2014 03-15 eén god, schepper van alles
2014 03-15 eén god, schepper van alles2014 03-15 eén god, schepper van alles
2014 03-15 eén god, schepper van alles
 
Zondag 12 Juli 2009 Avonddienst
Zondag 12 Juli 2009 AvonddienstZondag 12 Juli 2009 Avonddienst
Zondag 12 Juli 2009 Avonddienst
 
Wie is de ware God?
Wie is de ware God?Wie is de ware God?
Wie is de ware God?
 
Gered door het Lam
Gered door het LamGered door het Lam
Gered door het Lam
 
1GOD_ deel1
1GOD_ deel11GOD_ deel1
1GOD_ deel1
 
hoge bomen
 hoge bomen hoge bomen
hoge bomen
 
Eetbare adventsletters op 5 december
Eetbare adventsletters op 5 decemberEetbare adventsletters op 5 december
Eetbare adventsletters op 5 december
 
De doop van Jezus
De doop van JezusDe doop van Jezus
De doop van Jezus
 
Is God hardhorend?
Is God hardhorend?Is God hardhorend?
Is God hardhorend?
 
Paulus in de profetie
Paulus in de profetiePaulus in de profetie
Paulus in de profetie
 

More from André Piet

Winnen of verliezen?
Winnen of verliezen?Winnen of verliezen?
Winnen of verliezen?André Piet
 
Paulus' voetsporen 17
Paulus' voetsporen 17Paulus' voetsporen 17
Paulus' voetsporen 17André Piet
 
Evangelie van mij
Evangelie van mijEvangelie van mij
Evangelie van mijAndré Piet
 
als muziek in de oren
als muziek in de orenals muziek in de oren
als muziek in de orenAndré Piet
 
Paulus' voetsporen 8
Paulus' voetsporen 8Paulus' voetsporen 8
Paulus' voetsporen 8André Piet
 
slaaf van Christus
slaaf van Christusslaaf van Christus
slaaf van ChristusAndré Piet
 
Johannes studie 1
Johannes studie 1Johannes studie 1
Johannes studie 1André Piet
 
het Evangelie van het Koninkrijk (2)
het Evangelie van het Koninkrijk (2)het Evangelie van het Koninkrijk (2)
het Evangelie van het Koninkrijk (2)André Piet
 
Evangelie van... deel 1
Evangelie van... deel 1Evangelie van... deel 1
Evangelie van... deel 1André Piet
 
het zaad van abraham
het zaad van abrahamhet zaad van abraham
het zaad van abrahamAndré Piet
 
Paulus voetsporen 6
Paulus voetsporen 6Paulus voetsporen 6
Paulus voetsporen 6André Piet
 

More from André Piet (20)

Winnen of verliezen?
Winnen of verliezen?Winnen of verliezen?
Winnen of verliezen?
 
Paulus' voetsporen 17
Paulus' voetsporen 17Paulus' voetsporen 17
Paulus' voetsporen 17
 
Evangelie van mij
Evangelie van mijEvangelie van mij
Evangelie van mij
 
als muziek in de oren
als muziek in de orenals muziek in de oren
als muziek in de oren
 
Paulus' voetsporen 8
Paulus' voetsporen 8Paulus' voetsporen 8
Paulus' voetsporen 8
 
slaaf van Christus
slaaf van Christusslaaf van Christus
slaaf van Christus
 
Johannes studie 1
Johannes studie 1Johannes studie 1
Johannes studie 1
 
Onvergeeflijk?
Onvergeeflijk?Onvergeeflijk?
Onvergeeflijk?
 
het Evangelie van het Koninkrijk (2)
het Evangelie van het Koninkrijk (2)het Evangelie van het Koninkrijk (2)
het Evangelie van het Koninkrijk (2)
 
Mefiboset
MefibosetMefiboset
Mefiboset
 
Voetsporen 7
Voetsporen 7Voetsporen 7
Voetsporen 7
 
Effata
EffataEffata
Effata
 
Korinthe 38
Korinthe 38Korinthe 38
Korinthe 38
 
dag Dagon!
dag Dagon!dag Dagon!
dag Dagon!
 
Evangelie van... deel 1
Evangelie van... deel 1Evangelie van... deel 1
Evangelie van... deel 1
 
het zaad van abraham
het zaad van abrahamhet zaad van abraham
het zaad van abraham
 
Paulus voetsporen 6
Paulus voetsporen 6Paulus voetsporen 6
Paulus voetsporen 6
 
Woord andre
Woord andreWoord andre
Woord andre
 
Woord - Gerard
Woord - GerardWoord - Gerard
Woord - Gerard
 
Woord goswin
Woord goswinWoord goswin
Woord goswin
 

Doodsbeenderen

  • 2. het voorafgaande hoofdstuk 36 EZECHIËL Israël hersteld en gelouterd 36 1 Gij nu, mensenkind, profeteer over de bergen van Israël en zeg: Bergen van Israël, hoort het woord des HEREN. 2 Zo zegt de Here HERE: omdat de vijand van u gezegd heeft: ha, eeuwige hoogten zijn in ons bezit gekomen, 3 daarom profeteer en zeg: zo zegt de Here HERE: juist omdat men u van alle kanten verwoest en vertreden heeft, opdat gij het bezit zoudt worden van het overblijfsel der volken, en omdat gij in opspraak gebracht en belasterd zijt door de mensen – 4 daarom, bergen van Israël, hoort het woord van de Here HERE. Zo zegt de Here HERE tot de bergen, de heuvels, de beekbeddingen en de dalen, tot de woeste puinhopen en de ontvolkte steden, die voor het overblijfsel der omwonende volken tot buit en tot een voorwerp van spot geworden zijn, 5 daarom, zo zegt de Here HERE, voorwaar, in het vuur van mijn naijver heb Ik gesproken tot het overblijfsel der volken en tot geheel Edom, die met hartgrondige vreugde en diepe minachting mijn land voor zichzelf ten erfdeel hadden bestemd om het volkomen uit te
  • 3. EZECHIËL Israël hersteld en gelouterd Israël hersteld en 36 1 Gij nu, mensenkind, profeteer over de bergen van Israël en zeg: Bergen van Israël, hoort het woord des HEREN. 2 Zo zegt de Here HERE: omdat de vijand van u gezegd heeft: ha, eeuwige hoogten zijn in ons bezit gekomen, 3 daarom profeteer en zeg: zo zegt de Here HERE: juist omdat men u van alle kanten verwoest en vertreden heeft, opdat gij het bezit zoudt worden van het overblijfsel der volken, en omdat gij in opspraak gebracht en belasterd zijt door de mensen – 4 daarom, bergen van Israël, hoort het woord van de Here HERE. Zo zegt de Here HERE tot de bergen, de heuvels, de beekbeddingen en de dalen, tot de woeste puinhopen en de ontvolkte steden, die voor het overblijfsel der omwonende volken tot buit en tot een voorwerp van spot geworden zijn, 5 daarom, zo zegt de Here HERE, voorwaar, in het vuur van mijn naijver heb Ik gesproken tot het overblijfsel der volken en tot geheel Edom, die met hartgrondige vreugde en diepe minachting mijn land voor zichzelf ten erfdeel hadden bestemd om het volkomen uit te
  • 4. Ezechiël 36 Ik zal u weghalen uit de volken en u bijeenvergaderen uit alle landen, en Ik zal u brengen naar uw eigen land; 25 Ik zal rein water over u sprengen, en gij zult rein worden; van al uw onreinheden en van al uw afgoden zal Ik u reinigen; 26 een nieuw hart zal Ik u geven en een nieuwe geest in uw binnenste; het hart van steen zal Ik uit uw lichaam verwijderen en Ik zal u een hart van vlees geven. 27 Mijn Geest zal Ik in uw binnenste geven... 24
  • 5. Ezechiël 36 Zo spreekt de Here HERE: Wanneer Ik u reinig van al uw ongerechtigheden, zal Ik de steden weer bevolken en zullen de puinhopen herbouwd worden (...) 36 Dan zullen de volken die om u heen overgebleven zijn, weten, dat Ik, de HERE, herbouwd heb wat vernield (...) 37 ... Ik zal hen zo talrijk aan mensen maken als een kudde schapen (...) 38 (...) zó vol zullen de verwoeste steden zijn met mensenkudden. En zij zullen weten, dat Ik de HERE ben. 33
  • 6. Ezechiël 37 De hand van JAHWEH kwam op mij, en JAHWEH voerde mij in de geest naar buiten en zette mij neer in een dal; dat was vol beenderen. 1
  • 7. Ezechiël 37 De hand van JAHWEH kwam op mij, en JAHWEH voerde mij in de geest naar buiten en zette mij neer in een dal; dat was vol beenderen. 1 het dal, de vallei
  • 8. Ezechiël 37 Hij deed mij daar aan alle kanten omheen lopen en zie, zij lagen in grote menigte door het dal verspreid, en zie, zij waren zeer dor. 2
  • 9. Ezechiël 37 Hij deed mij daar aan alle kanten omheen lopen en zie, zij lagen in grote menigte door het dal verspreid, en zie, zij waren zeer dor. 2
  • 10. Ezechiël 37 En Hij zeide tot mij: Mensenkind, kunnen deze beenderen herleven? En ik zeide: mijn Heer JAHWEH, Gij weet het. 3 lett. zoon van Adam
  • 11. Ezechiël 37 En Hij zeide tot mij: Mensenkind, kunnen deze beenderen herleven? En ik zeide: mijn Heer JAHWEH, Gij weet het. 3 lett. zullen
  • 12. Ezechiël 37 En Hij zeide tot mij: Mensenkind, kunnen deze beenderen herleven? En ik zeide: mijn Heer JAHWEH, Gij weet het. 3 NBG/ SV: Here HERE
  • 13. Ezechiël 37 Toen zeide Hij tot mij: Profeteer over deze beenderen en zeg tot hen: gij dorre beenderen, hoort het woord van JAHWEH. 4
  • 14. Ezechiël 37 Toen zeide Hij tot mij: Profeteer over deze beenderen en zeg tot hen: gij dorre beenderen, hoort het woord van JAHWEH. 4
  • 15. Ezechiël 37 Zo spreekt mijn Heer JAHWEH tot deze beenderen: Zie, Ik breng geest in u, en gij zult herleven; 5
  • 16. Ezechiël 37 Zo spreekt mijn Heer JAHWEH tot deze beenderen: Zie, Ik breng geest in u, en gij zult herleven; 5 hoe en in welke volgorde? Zie het volgende vers...
  • 17. Ezechiël 37 Ik zal spieren op u leggen, vlees op u doen komen, u met een huid overtrekken en geest in u brengen, zodat gij herleeft; en gij zult weten, dat Ik JAHWEH ben. 6
  • 18. Ezechiël 37 Ik zal spieren op u leggen, vlees op u doen komen, u met een huid overtrekken en geest in u brengen, zodat gij herleeft; en gij zult weten, dat Ik JAHWEH ben. 6
  • 19. Ezechiël 37 Ik zal spieren op u leggen, vlees op u doen komen, u met een huid overtrekken en geest in u brengen, zodat gij herleeft; en gij zult weten, dat Ik JAHWEH ben. 6
  • 20. Ezechiël 37 Ik nu profeteerde zoals mij bevolen was, en zodra ik profeteerde, ontstond er een geruis, en zie, een beweging, en de beenderen voegden zich aaneen zoals zij bij elkander behoorden; 7
  • 21. Ezechiël 37 Ik nu profeteerde zoals mij bevolen was, en zodra ik profeteerde, ontstond er een geruis, en zie, een beweging, en de beenderen voegden zich aaneen zoals zij bij elkander behoorden; 7
  • 22. Ezechiël 37 Ik nu profeteerde zoals mij bevolen was, en zodra ik profeteerde, ontstond er een geruis, en zie, een beweging, en de beenderen voegden zich aaneen zoals zij bij elkander behoorden; 7
  • 23. Ezechiël 37 ik zag toe, en zie, er kwamen spieren op, en vlees, en er trok een huid overheen; maar geest was er nog niet in hen. 8
  • 24. Ezechiël 37 ik zag toe, en zie, er kwamen spieren op, en vlees, en er trok een huid overheen; maar geest was er nog niet in hen. 8
  • 25. Ezechiël 37 Daarop zeide Hij tot mij: Profeteer tot de geest, profeteer, mensenkind, en zeg tot de geest: 9
  • 26. Ezechiël 37 (...) zo zegt mijn Heer JAHWEH: kom van de vier windstreken, o geest, en blaas in deze gedoden, zodat zij herleven. 9 = waar Israël verstrooid was
  • 27. Matteus 24 Terstond na de verdrukking dier dagen zal de zon verduisterd worden (...) 30 En dan zal het teken van de Zoon des mensen verschijnen aan de hemel en dan zullen alle stammen van het land zich op de borst slaan en zij zullen de Zoon des mensen zien komen (...) 31 En Hij zal zijn engelen uitzenden met luid bazuingeschal en zij zullen zijn uitverkorenen verzamelen uit DE VIER WINDSTREKEN, van het ene uiterste der hemelen tot het andere. 29
  • 28. Ezechiël 37 (...) zo zegt mijn Heer JAHWEH: kom van de vier windstreken, o geest, en blaas in deze gedoden, zodat zij herleven. 9
  • 29. Ezechiël 37 Toen profeteerde ik, zoals Hij mij bevolen had; en de geest kwam in hen en zij herleefden en gingen op hun voeten staan, een geweldig groot leger. 10
  • 30. Ezechiël 37 Toen profeteerde ik, zoals Hij mij bevolen had; en de geest kwam in hen en zij herleefden en gingen op hun voeten staan, een geweldig groot leger. 10
  • 31. Ezechiël 37 Toen profeteerde ik, zoals Hij mij bevolen had; en de geest kwam in hen en zij herleefden en gingen op hun voeten staan, een geweldig groot leger. 10 LXX: vergadering
  • 32. Ezechiël 37 Voorts zeide Hij tot mij: Mensenkind, deze beenderen zijn het gehele huis Israels. 11 NIET een gedeelte >
  • 33. En zij zullen weten, dat Ik de HERE hun God ben, zowel wanneer Ik hen in ballingschap wegvoer onder de volken, als wanneer Ik hen weer in hun eigen land verzamel, zonder dat Ik iemand van hen daarginds achterlaat. Ezechiël 39:28 zie ook Deut.30:4; Jes.11:12; Mat.24:31
  • 34. Ezechiël 37 (...) Zie, zij zeggen: Onze beenderen zijn verdord en onze hoop is vervlogen; het is met ons gedaan. 11 aan het einde van de grote verdrukking Mat.24:29-31
  • 35. Ezechiël 37 Daarom profeteer en zeg tot hen: Zo zegt mijn Heer JAHWEH: zie, Ik open uw graven en zal u uit uw graven doen opkomen, o mijn volk, en u brengen naar het land Israels. 12
  • 36. Ezechiël 37 Daarom profeteer en zeg tot hen: Zo zegt mijn Heer JAHWEH: zie, Ik open uw graven en zal u uit uw graven doen opkomen, o mijn volk, en u brengen naar het land Israels. 12
  • 37. Ezechiël 37 Daarom profeteer en zeg tot hen: Zo zegt mijn Heer JAHWEH: zie, Ik open uw graven en zal u uit uw graven doen opkomen, o mijn volk, en u brengen naar het land Israels. 12
  • 38. Ezechiël 37 En gij zult weten, dat Ik JAHWEH ben, wanneer Ik uw graven open en u uit uw graven doe opkomen, o mijn volk. 13
  • 39. Ezechiël 37 En gij zult weten, dat Ik JAHWEH ben, wanneer Ik uw graven open en u uit uw graven doe opkomen, o mijn volk. 13
  • 40. Ezechiël 37 Ik zal mijn Geest in u geven, zodat gij herleeft en Ik zal u doen wonen in uw land; en gij zult weten, dat Ik, JAHWEH, het gesproken en gedaan heb, luidt het woord van JAHWEH. 14 zie ook: Ezech.36:26; 39:29
  • 41. Ezechiël 37 Ik zal mijn Geest in u geven, zodat gij herleeft en Ik zal u doen wonen in uw land; en gij zult weten, dat Ik, JAHWEH, het gesproken en gedaan heb, luidt het woord van JAHWEH. 14
  • 42. Ezechiël 37 Ik zal mijn Geest in u geven, zodat gij herleeft en Ik zal u doen wonen in uw land; en gij zult weten, dat Ik, JAHWEH, het gesproken en gedaan heb, luidt het woord van JAHWEH. 14
  • 43. samenvatting van de profetie in Ezech.37:  gaat over het gehele huis van Israël;  verzameld vanuit het buitenland;  wanneer de toestand hopeloos is;  en ná de verzameling: de Geest...
  • 44. het herstel van Israël eerder in Ezechiël...
  • 45. Ezechiël 20 Ik zal u voeren uit het midden der volken en u bijeenbrengen uit de landen waarin gij verstrooid zijt, met sterke hand, met uitgestrekte arm en met uitgestorte grimmigheid. 34
  • 46. Ezechiël 20 Ik zal u voeren uit het midden der volken en u bijeenbrengen uit de landen waarin gij verstrooid zijt, met sterke hand, met uitgestrekte arm en met uitgestorte grimmigheid. 34
  • 47. Ezechiël 20 Ik zal u brengen naar de woestijn der volken en daar met u in het gericht treden, van aangezicht tot aangezicht. 35
  • 48. Ezechiël 20 Ik zal u brengen naar de woestijn der volken en daar met u in het gericht treden, van aangezicht tot aangezicht. 35
  • 49. Ezechiël 20 Zoals Ik met uw vaderen in het gericht getreden ben in de woestijn van het land Egypte, zo zal Ik ook met u in het gericht treden, luidt het woord van mijn Heer JAHWEH. 36
  • 50. Ezechiël 20 Zoals Ik met uw vaderen in het gericht getreden ben in de woestijn van het land Egypte, zo zal Ik ook met u in het gericht treden, luidt het woord van mijn Heer JAHWEH. 36
  • 51. Ezechiël 20 Ik zal u onder de herdersstaf doen doorgaan en u brengen in de band van het verbond. 37
  • 52. Ezechiël 20 Ik zal de weerspannigen uit u uitschiften en hen die tegen Mij overtreden hebben; wel zal Ik hen leiden uit het land waarin zij als vreemdelingen vertoeven, maar in het land van Israel zullen zij niet komen. En gij zult weten, dat Ik JAHWEH ben. 38
  • 53. Ezechiël 20 Ik zal de weerspannigen uit u uitschiften en hen die tegen Mij overtreden hebben; wel zal Ik hen leiden uit het land waarin zij als vreemdelingen vertoeven, maar in het land van Israel zullen zij niet komen. En gij zult weten, dat Ik JAHWEH ben. 38
  • 54. Ezechiël 20 Ik zal de weerspannigen uit u uitschiften en hen die tegen Mij overtreden hebben; wel zal Ik hen leiden uit het land waarin zij als vreemdelingen vertoeven, maar in het land van Israel zullen zij niet komen. En gij zult weten, dat Ik JAHWEH ben. 38
  • 55. Ezechiël 20 Ik zal de weerspannigen uit u uitschiften en hen die tegen Mij overtreden hebben; wel zal Ik hen leiden uit het land waarin zij als vreemdelingen vertoeven, maar in het land van Israel zullen zij niet komen. En gij zult weten, dat Ik JAHWEH ben. 38
  • 56. enkele conclusies:  Israël wordt verzameld in de woestijn, buiten het land;  JAHWEH zal hen daar richten van aangezicht tot aangezicht;  een gelovig volk zal ingaan in het land;  het verwoeste land zal worden opgebouwd;  Israël en de volken zullen JAHWEH (er)kennen.