SlideShare a Scribd company logo
1 of 71
De Onvoltooide
Globalisering
Paul De Grauwe
KULeuven
Thema’s
 Waarom zijn we zo rijk geworden?
 We zijn rijk geworden, maar zijn we
gelukkiger geworden?
 De toekomst van de industrie
 Ongelijkheid
 Het milieu
 Financiële instabiliteit
Waarom zijn we zo rijk geworden?
 Drie factoren verklaren waarom
sommige landen materieel vooruit
gaan en andere niet
 Vrije markten
 Openheid (globalisering)
 Goed bestuur
Vrije marktsysteem
 Weekt vrij initiatief los
 Dit is de bron technologische
vooruitgang (nieuwe
productieprocessen en nieuwe
producten)
 Concurrentie brengt discipline
 En komt ten goede aan
consumenten
Openheid (globalisering)
 Laat aan elk land toe zich te
specialiseren in die activiteiten waar
het relatief het best in is
 Laat toe te profiteren van kennis die
elders is ontwikkeld. (“het wiel moet
niet opnieuw uitgevonden worden”)
 Maar: materiële vooruitgang is slechts
mogelijk door oude activiteiten te
laten vallen en nieuwe op te nemen
(creatieve destructie)
Goed bestuur
 Moet zorgen voor orde en veiligheid
(the rule of law) zonder dewelke
vrijheid en marktsysteem niet
mogelijk zijn
 Collectieve voorzieningen
 Moet zorgen voor sociaal opvangnet
omdat in marktsysteem veel
mensen uit de boot vallen
economische groei en verandering in openheid van landen
(van 1970 tot 1998)
-6
-4
-2
0
2
4
6
veranderininopenheid(percent)
negatieve groei
trage groei
snelle groei
economische groei en indicatoren van goed bestuur
0
1
2
3
4
5
6
7
8
orde en veligiheid contractzekerheid
indicatorgoedbestuur
negatieve groei
trage groei
snelle groei
MARKT
OPENHEID
GOED
BESTUUR
Percentage van de bevolking dat arm is
in verschillende delen van de wereld
0
10
20
30
40
50
60
70
Afrika Oost-Azië Zuid-Azië Latijns-Amerika Wereld
percentbevolking
1981
2002
Zijn we gelukkiger geworden?
Tendenzen in geluksbeleven Nederland
Er is geen evidentie dat Nederlanders zich vandaag
gelukkiger voelen dan de Nederlanders van 50 jaar geleden
België
Frankrijk
Hetzelfde geldt in andere Europese landen
België
Colombia
Geluk en inkomen internationaal vergeleken
inkomen
geluk
Belgie
Colombia Nederland
Waarom leidt materiële welvaart niet
tot meer geluk?
 Gewenningseffecten
 Inkomen maakt gelukkig wegens
statuseffect. Dit is echter een “zero
sum game”
 Materiële vooruitgang is gebaseerd
op “creatieve destructie”
 Deze dynamiek creëert onzekerheid en
angst voor de toekomst
 Wordt nog verstevigd door
globalisering
Globalisering en flexibiliteit
 De voordelen van globalisering zijn
slechts mogelijk indien mensen
“flexibel” zijn
 D.w.z. bereid en in staat zijn andere
jobs te nemen
 Velen kunnen dat niet
 Er zijn er ook veel die dit niet willen
De toekomst van de industrie
Het probleem: gestadige afbraak van
de industriële tewerkstelling
0
5
10
15
20
25
30
35
40
45
België Duitsland Italië Japan Nederland Frankrijk Groot-
Brittannië
Verenigde
Staten
Industriële werkgelegenheid als percentage van de totale
beroepsbevolking
1970
2004
De oorzaken van de teloorgang
De fundamentele oorzaak is de
productiviteitsstijging
Deze laat toe elk jaar dezelfde
productie te realiseren met
gemiddeld 2,5% minder arbeiders.
Deze productiviteitsstijging vinden
we niet in dezelfde mate in de
dienstensector
Productiviteitsstijging: vooral
geconcentreerd in industrie
Gemiddelde input aan arbeid in de industrie in België en
Nederland (1990=100)
60
65
70
75
80
85
90
95
100
105
1990 1992 1994 1996 1998 2000 2002 2004 2006
België
Nederland
analogie met de landbouw
 Honderdvijftig jaar geleden werkte
ongeveer de helft van de actieve
bevolking in de landbouw. Vandaag
nog amper 2%.
 De oorzaak is dezelfde als in de
industrie. Technologische vooruitgang
drijft de productiviteit naar omhoog
met het gevolg dat arbeid uit de
landbouw wordt gestoten.
 Dit proces is nu reeds 150 jaar aan de
gang en gaat nog altijd verder.
En de loonkosten dan?
 De patroons doen ons geloven dat
de fundamentele oorzaak ligt in te
hoge loonkosten.
 De hoge loonkosten leiden tot
verlies aan competitiviteit en dus
minder productie en tewerkstelling
 Deze analyse is fout
 Als de loonkosten in de industrie
aan hetzelfde ritme stijgen als de
productiviteit, dus 2,5% per jaar, is
er met de competitiviteit niets aan
de hand.
 De reden is de volgende: als de
loonstijging de stijging van de
productiviteit volgt, dan is de
loonkost die aanwezig is in een
bepaald product onveranderd.
 Soms gebeurt het wel dat de loonkosten
sneller stijgen dan de productiviteit.
 Dit was het geval in de jaren zeventig tot
het midden van de jaren tachtig.
 In die periode was er wel sprake van een
competitiviteitverlies.
 Het gevolg was dat de afbraak van de
tewerkstelling in de industrie toen veel
hoger was dan nu.
 Sinds het midden van de jaren negentig
is er geen noemenswaardig probleem
meer met de Belgische competitiviteit. De
lonen stijgen aan ongeveer hetzelfde
ritme als de productiviteit.
Relatieve loonkosten per eenheid product
70
80
90
100
110
120
130
1995 1996 1997 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006
België
Duitsland
Frankrijk
Nederland
Italië
Spanj
 Waarom blijft de tewerkstelling in de
industrie dan dalen ondanks dit goede
nieuws?
 Antwoord: technologische vooruitgang.
 Ondernemingen in een markteconomie,
met veel concurrenten dus, zoeken
voortdurend naar de goedkoopst
mogelijke productiewijze.
 Ze proberen te besparen op alle kosten,
arbeidskosten, materiaalkosten,
energiekosten.
 Hoe sterker de concurrentie hoe
groter deze dwangmatige neiging
van de ondernemers.
 Dit betekent dat ze voortdurend op
zoek zijn naar nieuwe technologieën
die de productiekosten drukken.
 Het gevolg is dat de productie
steeds minder arbeid, maar ook
minder energie, materialen, enz.
nodig heeft.
 Productiviteit stijgt en leidt tot
uitstoot van arbeid
 Degenen die hun job behouden
hebben een hogere productiviteit en
dus een hoger loon
 De causaliteit gaat dus van
productiviteit naar lonen
 De oorzaak van de afbouw van de
industriële tewerkstelling is dus de
productiviteitsgroei
Is de industrie gedoemd te
verdwijnen? NEEN
Industriële productie en werkgelegenheid in België
(1990=100)
60
70
80
90
100
110
120
130
1990 1992 1994 1996 1998 2000 2002 2004 2006
productie
werkgelegenheid
Is de industrie gedoemd te
verdwijnen?
 De productie hoeft niet te dalen; kan
zelfs stijgen
 Maar de industriële tewerkstelling zal
jaar in jaar uit blijven dalen
Perspectieven voor de toekomst van
de industriële tewerkstelling
Tendensen zullen zich verder zetten
de productiviteitsstijgingen zullen zich
doorzetten
de technologie staat niet stil
en vooral nu niet in een geglobaliseerde
wereld
Dit is in feite goed nieuws: de
vrijgekomen arbeidskrachten kunnen
ingezet worden in interessantere jobs
In sectoren die meedraaien internationaal
Het goede nieuws: de expansie van
de dienstensector
 Het vorige kan leiden tot groot
pessimisme
 Is ons tewerkstellingsprobleem niet
onoplosbaar?
 Antwoord : neen
 Er worden meer jobs gecreëerd in de
dienstensector dan er verloren gaan in
de industrie
Deze laatste zijn meestal
interessantere jobs
-182
350
-500
0
500
1000
1500
2000
2500
industrie diensten
Werkgelegenheid in industrie en diensten in België
(duizendtallen)
1991
2005
verandering
Implicaties voor het beleid
Enig zinvol beleid bestaat erin omgeving
mogelijk te maken die
 de kwaliteit van het menselijk kapitaal
verbetert
 voldoende stimulansen geeft om creatief
te zijn
Als we daar in slagen ziet de toekomst er
rooskleurig uit
Immers globalisering creëert dan minstens
evenveel jobs als ze er vernietigt
Samenvatting
 Globalisering creëert fantastische
mogelijkheden van toename
materiële welvaart
 vooral voor de armsten in de wereld
 Globalisering gaat ook gepaard met
 Creatieve destructie,
 Noodzaak van flexibiliteit
 Beide kunnen positieve uitdagingen zijn
 Maar ook bron van onzekerheid en
angst
Globalisering creëert nieuwe
problemen
 Ongelijkheid
 Het milieu
 Financiële crisis
Ongelijkheid
 Paradox: globalisering vermindert
armoede in de wereld en verhoogt
ongelijkheid
 Hoe kan dat?
 Globalisering geeft heel grote
beloning aan schaars talent
Voorbeeld: voetbal
 Waarom verdient Beckham een
veelvoud van Johan Cruyff?
 Hij is zeker niet beter
 Internationalisering van voetbal
zorgt ervoor dat superstars plots
heel veel meer verdienen
 Enkele honderden miljoenen
Chinezen kijken nu naar de TV-
uitzendingen van de English Premier
League.
 Hetzelfde gebeurt met een aantal
beroepen zoals top-managers
 Verdienen nu veel meer dan
vroeger
The winner takes it all
 Markten van topvoetballers, top-
managers, operazangers, etc
worden gekenmerkt door het feit
dat de winnaar in de strijd voor de
top gaat lopen met de hoofdprijs
 Cfr 100 meter loper: de winnaar is
slechts enkele fracties van seconde
sneller dan de tweede en krijgt de
hoofdprijs
 Deze markten zijn nu volledig
geïnternationaliseerd
 Gevolg: de hoofdprijs is veel groter
geworden.
 Dit leidt tot veel grotere
ongelijkheid
 Vele mensen vinden zo een systeem
verwerpelijk
 Omdat het als niet fair wordt ervarn
 cfr. “Ultimatum game”
Het milieu
 Probleem van externaliteiten
 Ondernemers spuwen CO2 in de
lucht.
 Dit creëert kosten buiten de
onderneming
 Slechte lucht die we inademen
vermindert kwaliteit van het leven
 Meer ziektekosten
 Opwarming van aarde brengt grote
gebieden van de aarde in gevaar
 Maar onderneming in een
marktsysteem houdt geen rekening
met deze externe kosten
 wanneer ze de kostprijs van het
product berekent.
 Dus de kostprijs zal te laag zijn
 waardoor consumenten teveel van
deze producten kopen
 Voorbeeld: boontjes uit Kenya
 Hoe kan dit opgelost worden?
 Antwoord: de overheid moet het
kostenplaatje presenteren aan
onderneming
 Zodanig dat die de juiste kost
berekent en aanrekent aan de
consument
 Gemakkelijker gezegd dan gedaan
 Er is relatief succes daar waar het
gaat om milieuvervuiling die lokaal
is
 Voorbeeld : onze rivieren zijn
zuiverder geworden
 Dank zij interventies van de
overheid
 Milieuheffingen
 Regulering
 Er is heel weinig succes daar waar
milieuvervuiling
grensoverschrijdend is
 Voorbeeld: CO2 en Kyoto-akkoord
 Waarom?
 Afwezigheid van wereldregering die
heffingen kan opleggen of uitstoot
dan reguleren.
 Er zijn alleen nationale regeringen
die puur nationalistisch denken
 Het grensoverschrijdend
milieuprobleem is waarschijnlijk de
Achilleshiel van globalisering
 Kan slechts opgelost worden als ook
de overheden zich “globaliseren”
 Dat lijkt vandaag nog ver
verwijderd
 In die zin is globalisering onvoltooid
Kapitalisme en financiële instabiliteit
 Twee kenmerken van het
kapitalisme creëren regelmatig
financiële crisissen
 Zeepbelontwikkelingen
 Broosheid van het bankstelsel
Zeepbellen en crashes
 Vrije financiële markten zijn
wonderbare instrumenten om
spaarmiddelen naar de meest
rendabele projecten te kanalizeren
 Ze liggen aan de basis van de
enorme dynamiek van het
marktstelsel
 Ze zijn ook drager van potentiële
instabiliteit
Hoe ontstaan zeepbellen
 Nieuwe technologische vonsten
(voorbeeld auto in begin van 20ste
eeuw; internet in jaren tachtig)
 Creëren nieuwe
investeringsmogelijkheden met
hoge rendementen
 Kapitaal wordt aangetrokken
 Euforie zet zich in
 Aandelenprijzen schieten de lucht in
 Op de duur kopen beleggers alleen
omdat ze prijsstijgingen verwachten
 Iedereen koopt en prijzen stijgen
inderdaad
 “Self-fullfilling prophesy”
 De crash komt onvermijdelijk omdat
prijzen op bepaald moment niets meer
te maken heeft met onderliggende
waarde
Dow Jones and S&P500
Nasdaq : zelfde verhaal
0%
100%
200%
Broosheid van het bankstelsel
 Fundamentele oorzaak heeft te
maken met broosheid van
bankwezen
 Essentie van bankieren:
 Korte termijnmiddelen
 Lange termijn kredieten
 Dit creëert liquiditeitsrisico: “run to the
bank”
 Als iedereen tegelijk zijn geld
terugtrekt valt het banksysteem in
elkaar
 In het verleden heeft dit dikwijls
geleid to bankcrisissen
 Cfr. De jaren dertig
 We hebben dat probleem toen
opgelost door
 toezicht en regulering van het
bankwezen
 Lender of last resort
 Nieuwe ontwikkelingen sinds de
jaren tachtig: deregulering
 Banken hebben systematisch de
risicovolle activiteiten uit hun balans
gestoten
 Om te ontsnappen aan de
regulering
 De toezichthouders (vooral in de
VS) hebben dit toegelaten
 Gevolg: excessieve risico’s zijn
toegenomen
 Dit is nog versterkt door het
probleem van “moral hazard”: de
banken verwachten dat als er
liquiditeitscrisis ontstaat, de
centrale bank zal tussenkomen en
de liquiditeiten zal leveren
 Dit moral hazard probleem heeft
geleid tot roekeloos gedrag van
bankiers, vooral in de VS.
 Ze hebben gewoon geen rekening
meer gehouden met de
liquiditeitsrisico’s
 Het probleem wordt pas ernstig als
zeepbellen en bankstelsel op elkaar
inwerken
 Zeepbelontwikkeling trekt bankiers
aan die willen profiteren van de
hoge winsten
 Vroeger konden ze dit niet
 Sinds de deregulering konden ze
daar volop op inspelen
 Banken staan dus kredieten toe
aan speculanten
 En maken de zeepbel intenser
 We krijgen ook een
aaneenschakeling van zeepbellen
 Internet bubble
 Immobiliën
 grondstoffen
 Die zich internationaal verspreiden
dank zij globalisering
 In dit verhaal gaan de
toezichthouders en de centrale
banken niet vrijuit
 Ze hebben geloofd in het sprookje
dat aandelen- en woningprijzen
alleen konden stijgen
 En dat de banken geen speciaal
hoge risico’s namen.
Hoe oplossen?
 De bankencrisis heeft de overheid
verplicht de banken te redden
 Een volledige ineenstorting van het
bankwezen zou de economie de grond
in geboord hebben
 En zou geleid hebben tot torenhoge
werkloosheid
 Om de banken te redden heeft de
overheid meer schuld moeten uitgeven
 Die belastingbetalers nog jaren zullen
moeten afbetalen
 Bovendien heeft de bankencrisis
geleid tot de diepste recessie in de
naoorlogse periode
 Deze recessie dwingt de overheid
om meer uit te geven
 Terwijl de belastinginkomsten dalen
 Dus de grote budgettaire tekorten
zijn onvermijdelijk en ook wenselijk
 Veronderstel even dat de overheid
vandaag zou proberen de tekorten
snel weg te werken
 Door massaal minder uit te geven
 En massaal de belastingen te verhogen
 Dan zou de recessie weer
aangewakkerd worden
 En zouden de belastinginkomsten
verder dalen
 Een drastische sanering van de
begroting als de economie zich niet
hersteld heeft
 Zou de werkloosheid omhoog doen
schieten
 En dus de begrotingstekorten niet
wegwerken
 Banken moeten bijdragen tot het
herstel
 Hoe?
 Banken (vooral de grote) genieten
van een impliciete overheidsgarantie
 Deze verdwijnt niet wanneer de
expliciete garantie verdwijnt
 Dus banken moeten een
verzekeringspremie blijven betalen
 Het kan niet dat bankiers alleen een
premie betalen als het financiële
huis in brand staat
 En geen premie meer willen betalen
als het huis geblust en opgenknapt
is
 Hoe?
 Een percent op de balans
 Percent dat stijgt met de omvang
van de balans
 Op die manier verlichten ze de
lasten voor de belastingbetaler
 En zullen ze minder geneigd zijn om
alsmaar groter te worden
 Grote banken zijn gevaarlijke
banken
Lange termijn hervorming van
bankwezen
 Terug naar “narrow banking”:
commerciële banken kunnen niet meer
beleggen in aandelen en afgeleide
producten, noch kredieten toestaan
aan instellingen die dit doen, i.e.
zakenbanken
 Alle activiteiten moeten op de balans
 Dus volledige scheiding van
commerciële banken en zakenbanken
 Internationale aanpak is nodig
 Probleem is opnieuw dat de
economie (de financiële markten)
geglobaliseerd zijn
 maar de politiek niet
 Het is moeilijk om tot internationale
afspraken te komen
 Deze zullen noodzakelijk zijn om de
economie weer recht te trekken
Dank u voor uw aandacht

More Related Content

Viewers also liked

Aula PPC Intensivo Digitalks
Aula PPC Intensivo DigitalksAula PPC Intensivo Digitalks
Aula PPC Intensivo DigitalksGerson Ribeiro
 
5_Общая микология. Половое размножение у грибов
5_Общая микология. Половое размножение у грибов5_Общая микология. Половое размножение у грибов
5_Общая микология. Половое размножение у грибовDepartment of Mycology and Plant Resistance
 
Un Atout Pour Reussir Le Reseau Business Angels
Un Atout Pour Reussir Le Reseau Business AngelsUn Atout Pour Reussir Le Reseau Business Angels
Un Atout Pour Reussir Le Reseau Business AngelsADEAR Rouen Développement
 
Ad extensions for adwords
Ad extensions for adwordsAd extensions for adwords
Ad extensions for adwordsBozboz-digital
 
Química dos Elementos de Transição Experimental - Experimento I - Heranitrito...
Química dos Elementos de Transição Experimental - Experimento I - Heranitrito...Química dos Elementos de Transição Experimental - Experimento I - Heranitrito...
Química dos Elementos de Transição Experimental - Experimento I - Heranitrito...Dharma Initiative
 
Uuno.28 tahun 2007 tentang kup
Uuno.28 tahun 2007 tentang  kupUuno.28 tahun 2007 tentang  kup
Uuno.28 tahun 2007 tentang kupRoko Subagya
 
козацькі розваги 13.10.2015
козацькі розваги 13.10.2015козацькі розваги 13.10.2015
козацькі розваги 13.10.2015HeDendy HeDendy
 
козацькі розваги 13.10.2015
козацькі розваги 13.10.2015козацькі розваги 13.10.2015
козацькі розваги 13.10.2015HeDendy HeDendy
 

Viewers also liked (12)

Week 8
Week 8Week 8
Week 8
 
Aula PPC Intensivo Digitalks
Aula PPC Intensivo DigitalksAula PPC Intensivo Digitalks
Aula PPC Intensivo Digitalks
 
Portfolio
PortfolioPortfolio
Portfolio
 
5_Общая микология. Половое размножение у грибов
5_Общая микология. Половое размножение у грибов5_Общая микология. Половое размножение у грибов
5_Общая микология. Половое размножение у грибов
 
Un Atout Pour Reussir Le Reseau Business Angels
Un Atout Pour Reussir Le Reseau Business AngelsUn Atout Pour Reussir Le Reseau Business Angels
Un Atout Pour Reussir Le Reseau Business Angels
 
Ad extensions for adwords
Ad extensions for adwordsAd extensions for adwords
Ad extensions for adwords
 
Química dos Elementos de Transição Experimental - Experimento I - Heranitrito...
Química dos Elementos de Transição Experimental - Experimento I - Heranitrito...Química dos Elementos de Transição Experimental - Experimento I - Heranitrito...
Química dos Elementos de Transição Experimental - Experimento I - Heranitrito...
 
SEM & Recht - Die neuesten Rechtstipps zum Suchmaschinenmarketing
SEM & Recht - Die neuesten Rechtstipps zum SuchmaschinenmarketingSEM & Recht - Die neuesten Rechtstipps zum Suchmaschinenmarketing
SEM & Recht - Die neuesten Rechtstipps zum Suchmaschinenmarketing
 
Uuno.28 tahun 2007 tentang kup
Uuno.28 tahun 2007 tentang  kupUuno.28 tahun 2007 tentang  kup
Uuno.28 tahun 2007 tentang kup
 
козацькі розваги 13.10.2015
козацькі розваги 13.10.2015козацькі розваги 13.10.2015
козацькі розваги 13.10.2015
 
козацькі розваги 13.10.2015
козацькі розваги 13.10.2015козацькі розваги 13.10.2015
козацькі розваги 13.10.2015
 
Plan de Fomento de las Industrias Culturales y Creativas 2016
Plan de Fomento de las Industrias Culturales y Creativas 2016Plan de Fomento de las Industrias Culturales y Creativas 2016
Plan de Fomento de las Industrias Culturales y Creativas 2016
 

Similar to VSW2009 - De onvoltooide globalisering Paul De Grauwe (KUL)

Kan productiviteit onze economie redden?
Kan productiviteit onze economie redden?Kan productiviteit onze economie redden?
Kan productiviteit onze economie redden?ETION
 
11-02-2016 Persconferentie : Technologische-industrie-blijft-groeien
11-02-2016 Persconferentie : Technologische-industrie-blijft-groeien11-02-2016 Persconferentie : Technologische-industrie-blijft-groeien
11-02-2016 Persconferentie : Technologische-industrie-blijft-groeienAgoria
 
ING: Samen Smart: de Nederlandse industrie naar een hoger groeipad
ING: Samen Smart: de Nederlandse industrie naar een hoger groeipadING: Samen Smart: de Nederlandse industrie naar een hoger groeipad
ING: Samen Smart: de Nederlandse industrie naar een hoger groeipadING_Sectormanagement
 
Industrial Internet of Things; noodzaak voor industrie, kans voor IT-sector f...
Industrial Internet of Things; noodzaak voor industrie, kans voor IT-sector f...Industrial Internet of Things; noodzaak voor industrie, kans voor IT-sector f...
Industrial Internet of Things; noodzaak voor industrie, kans voor IT-sector f...ABN AMRO
 
Congres Ondernemen in de toekomst - Jonathan Holslag
Congres Ondernemen in de toekomst - Jonathan HolslagCongres Ondernemen in de toekomst - Jonathan Holslag
Congres Ondernemen in de toekomst - Jonathan HolslagBusiness Education
 
Presentatie Han de Jong, Chief Economist ABN AMRO
Presentatie Han de Jong, Chief Economist ABN AMROPresentatie Han de Jong, Chief Economist ABN AMRO
Presentatie Han de Jong, Chief Economist ABN AMROABN AMRO MeesPierson
 
Weconomics
WeconomicsWeconomics
Weconomicslrn21
 
Evolutie Van Innovatie
Evolutie Van InnovatieEvolutie Van Innovatie
Evolutie Van InnovatieWouter de Heij
 
2015 10 06 000. plenaire zitting - all
2015 10 06   000. plenaire zitting - all2015 10 06   000. plenaire zitting - all
2015 10 06 000. plenaire zitting - alldvanturnhout
 
Presentatie niels dijkman van moelnaar tot kok
Presentatie niels dijkman van moelnaar tot kokPresentatie niels dijkman van moelnaar tot kok
Presentatie niels dijkman van moelnaar tot kokeismamediagroep
 
Smart Future: slimme technologie raakt ons hele leven
Smart Future: slimme technologie raakt ons hele levenSmart Future: slimme technologie raakt ons hele leven
Smart Future: slimme technologie raakt ons hele levenABN AMRO
 
2014 10-01 persconferentie conjunctuur Agoria
2014 10-01 persconferentie conjunctuur Agoria2014 10-01 persconferentie conjunctuur Agoria
2014 10-01 persconferentie conjunctuur AgoriaAgoria
 
KJ Poppe flevolandse landbouw.
KJ Poppe flevolandse landbouw.KJ Poppe flevolandse landbouw.
KJ Poppe flevolandse landbouw.Krijn Poppe
 
oktober 2015 Persco Conjunctuur
oktober 2015 Persco Conjunctuuroktober 2015 Persco Conjunctuur
oktober 2015 Persco ConjunctuurAgoria
 
Megatrends bieden kansen voor inkoop Deal! Magazine July 2015
Megatrends bieden kansen voor inkoop Deal! Magazine July 2015Megatrends bieden kansen voor inkoop Deal! Magazine July 2015
Megatrends bieden kansen voor inkoop Deal! Magazine July 2015John van Veen
 
BIMopen 2014 presentatie Rabobank
BIMopen 2014 presentatie RabobankBIMopen 2014 presentatie Rabobank
BIMopen 2014 presentatie RabobankBIMopen
 
Dell Hans Timmerman
Dell Hans TimmermanDell Hans Timmerman
Dell Hans TimmermanTalentEvent
 
BN AMRO rapport Raising the bars, oktober 2008
BN AMRO rapport Raising the bars, oktober 2008BN AMRO rapport Raising the bars, oktober 2008
BN AMRO rapport Raising the bars, oktober 2008ABN AMRO
 

Similar to VSW2009 - De onvoltooide globalisering Paul De Grauwe (KUL) (20)

Kan productiviteit onze economie redden?
Kan productiviteit onze economie redden?Kan productiviteit onze economie redden?
Kan productiviteit onze economie redden?
 
11-02-2016 Persconferentie : Technologische-industrie-blijft-groeien
11-02-2016 Persconferentie : Technologische-industrie-blijft-groeien11-02-2016 Persconferentie : Technologische-industrie-blijft-groeien
11-02-2016 Persconferentie : Technologische-industrie-blijft-groeien
 
ING: Samen Smart: de Nederlandse industrie naar een hoger groeipad
ING: Samen Smart: de Nederlandse industrie naar een hoger groeipadING: Samen Smart: de Nederlandse industrie naar een hoger groeipad
ING: Samen Smart: de Nederlandse industrie naar een hoger groeipad
 
Industrial Internet of Things; noodzaak voor industrie, kans voor IT-sector f...
Industrial Internet of Things; noodzaak voor industrie, kans voor IT-sector f...Industrial Internet of Things; noodzaak voor industrie, kans voor IT-sector f...
Industrial Internet of Things; noodzaak voor industrie, kans voor IT-sector f...
 
Congres Ondernemen in de toekomst - Jonathan Holslag
Congres Ondernemen in de toekomst - Jonathan HolslagCongres Ondernemen in de toekomst - Jonathan Holslag
Congres Ondernemen in de toekomst - Jonathan Holslag
 
Presentatie Han de Jong, Chief Economist ABN AMRO
Presentatie Han de Jong, Chief Economist ABN AMROPresentatie Han de Jong, Chief Economist ABN AMRO
Presentatie Han de Jong, Chief Economist ABN AMRO
 
Weconomics
WeconomicsWeconomics
Weconomics
 
Evolutie Van Innovatie
Evolutie Van InnovatieEvolutie Van Innovatie
Evolutie Van Innovatie
 
2015 10 06 000. plenaire zitting - all
2015 10 06   000. plenaire zitting - all2015 10 06   000. plenaire zitting - all
2015 10 06 000. plenaire zitting - all
 
Waarom een loonstop?
Waarom een loonstop?Waarom een loonstop?
Waarom een loonstop?
 
Presentatie niels dijkman van moelnaar tot kok
Presentatie niels dijkman van moelnaar tot kokPresentatie niels dijkman van moelnaar tot kok
Presentatie niels dijkman van moelnaar tot kok
 
Smart Future: slimme technologie raakt ons hele leven
Smart Future: slimme technologie raakt ons hele levenSmart Future: slimme technologie raakt ons hele leven
Smart Future: slimme technologie raakt ons hele leven
 
2014 10-01 persconferentie conjunctuur Agoria
2014 10-01 persconferentie conjunctuur Agoria2014 10-01 persconferentie conjunctuur Agoria
2014 10-01 persconferentie conjunctuur Agoria
 
Start up café 2011 06-09 (slideshare)
Start up café 2011 06-09 (slideshare)Start up café 2011 06-09 (slideshare)
Start up café 2011 06-09 (slideshare)
 
KJ Poppe flevolandse landbouw.
KJ Poppe flevolandse landbouw.KJ Poppe flevolandse landbouw.
KJ Poppe flevolandse landbouw.
 
oktober 2015 Persco Conjunctuur
oktober 2015 Persco Conjunctuuroktober 2015 Persco Conjunctuur
oktober 2015 Persco Conjunctuur
 
Megatrends bieden kansen voor inkoop Deal! Magazine July 2015
Megatrends bieden kansen voor inkoop Deal! Magazine July 2015Megatrends bieden kansen voor inkoop Deal! Magazine July 2015
Megatrends bieden kansen voor inkoop Deal! Magazine July 2015
 
BIMopen 2014 presentatie Rabobank
BIMopen 2014 presentatie RabobankBIMopen 2014 presentatie Rabobank
BIMopen 2014 presentatie Rabobank
 
Dell Hans Timmerman
Dell Hans TimmermanDell Hans Timmerman
Dell Hans Timmerman
 
BN AMRO rapport Raising the bars, oktober 2008
BN AMRO rapport Raising the bars, oktober 2008BN AMRO rapport Raising the bars, oktober 2008
BN AMRO rapport Raising the bars, oktober 2008
 

More from beweging.net

STUDIEDAG - SAMEN DE RUIMTE MAKEN (28-02-2015)
STUDIEDAG - SAMEN DE RUIMTE MAKEN (28-02-2015)STUDIEDAG - SAMEN DE RUIMTE MAKEN (28-02-2015)
STUDIEDAG - SAMEN DE RUIMTE MAKEN (28-02-2015)beweging.net
 
Werkwinkel 4 - VSV
Werkwinkel 4 - VSVWerkwinkel 4 - VSV
Werkwinkel 4 - VSVbeweging.net
 
Voorbeeld 3 : Kunstproject Verkeersveiligheid Heist op den Berg
Voorbeeld 3 : Kunstproject Verkeersveiligheid Heist op den BergVoorbeeld 3 : Kunstproject Verkeersveiligheid Heist op den Berg
Voorbeeld 3 : Kunstproject Verkeersveiligheid Heist op den Bergbeweging.net
 
Werkwinkel 3 : Uitlenen materialen verkeermobiliteit
Werkwinkel 3 : Uitlenen materialen verkeermobiliteit Werkwinkel 3 : Uitlenen materialen verkeermobiliteit
Werkwinkel 3 : Uitlenen materialen verkeermobiliteit beweging.net
 
Werkwinkel 3 : START TO STOP 1
Werkwinkel 3 : START TO STOP 1Werkwinkel 3 : START TO STOP 1
Werkwinkel 3 : START TO STOP 1beweging.net
 
Werkwinkel 3 : START TO STOP - Provincie Vl. Brabant 2
Werkwinkel 3 : START TO STOP - Provincie Vl. Brabant 2Werkwinkel 3 : START TO STOP - Provincie Vl. Brabant 2
Werkwinkel 3 : START TO STOP - Provincie Vl. Brabant 2beweging.net
 
Werkwinkel 3 : START TO STOP - Provincie Vl. Brabant 3
Werkwinkel 3 : START TO STOP - Provincie Vl. Brabant 3Werkwinkel 3 : START TO STOP - Provincie Vl. Brabant 3
Werkwinkel 3 : START TO STOP - Provincie Vl. Brabant 3beweging.net
 
Werkwinkel 1 : ABC van verkeersplatforms
Werkwinkel 1 : ABC van verkeersplatformsWerkwinkel 1 : ABC van verkeersplatforms
Werkwinkel 1 : ABC van verkeersplatformsbeweging.net
 
Voorbeeld 5 : Promobiel Klein Brabant
Voorbeeld 5 : Promobiel Klein Brabant Voorbeeld 5 : Promobiel Klein Brabant
Voorbeeld 5 : Promobiel Klein Brabant beweging.net
 
Voorbeeld 4 : Lebbeke onderzoekt voet- en fietspaden
Voorbeeld 4 : Lebbeke onderzoekt voet- en fietspadenVoorbeeld 4 : Lebbeke onderzoekt voet- en fietspaden
Voorbeeld 4 : Lebbeke onderzoekt voet- en fietspadenbeweging.net
 
Voorbeeld 2 : Inventarisatie Opwijk
Voorbeeld 2 : Inventarisatie OpwijkVoorbeeld 2 : Inventarisatie Opwijk
Voorbeeld 2 : Inventarisatie Opwijkbeweging.net
 
Voorbeeld 1 : Antwerpse verenigingen in dialoog met De Lijn
Voorbeeld 1 : Antwerpse verenigingen in dialoog met De LijnVoorbeeld 1 : Antwerpse verenigingen in dialoog met De Lijn
Voorbeeld 1 : Antwerpse verenigingen in dialoog met De Lijnbeweging.net
 
Mobiel 21 - Middenveld en mobiliteit participatie van onderop
Mobiel 21 - Middenveld en mobiliteit participatie van onderopMobiel 21 - Middenveld en mobiliteit participatie van onderop
Mobiel 21 - Middenveld en mobiliteit participatie van onderopbeweging.net
 
Werkwinkel 5 : Trage wegen
Werkwinkel 5 : Trage wegenWerkwinkel 5 : Trage wegen
Werkwinkel 5 : Trage wegenbeweging.net
 
Duurzame bedrijventerreinen
Duurzame bedrijventerreinenDuurzame bedrijventerreinen
Duurzame bedrijventerreinenbeweging.net
 
De kreet van de Ruimte 3 - Presentatie Anne Malliet
De kreet van de Ruimte 3 - Presentatie Anne MallietDe kreet van de Ruimte 3 - Presentatie Anne Malliet
De kreet van de Ruimte 3 - Presentatie Anne Mallietbeweging.net
 
De kreet van de ruimte - inleiding
De kreet van de ruimte - inleidingDe kreet van de ruimte - inleiding
De kreet van de ruimte - inleidingbeweging.net
 
Mobiliteit in transitie - UGent
Mobiliteit in transitie - UGentMobiliteit in transitie - UGent
Mobiliteit in transitie - UGentbeweging.net
 
De kreet van de ruimte (plenum) - Bert Michel
De kreet van de ruimte (plenum) - Bert MichelDe kreet van de ruimte (plenum) - Bert Michel
De kreet van de ruimte (plenum) - Bert Michelbeweging.net
 
IDdagen 2013 - W13 - Het nieuwe werken
IDdagen 2013 - W13 - Het nieuwe werkenIDdagen 2013 - W13 - Het nieuwe werken
IDdagen 2013 - W13 - Het nieuwe werkenbeweging.net
 

More from beweging.net (20)

STUDIEDAG - SAMEN DE RUIMTE MAKEN (28-02-2015)
STUDIEDAG - SAMEN DE RUIMTE MAKEN (28-02-2015)STUDIEDAG - SAMEN DE RUIMTE MAKEN (28-02-2015)
STUDIEDAG - SAMEN DE RUIMTE MAKEN (28-02-2015)
 
Werkwinkel 4 - VSV
Werkwinkel 4 - VSVWerkwinkel 4 - VSV
Werkwinkel 4 - VSV
 
Voorbeeld 3 : Kunstproject Verkeersveiligheid Heist op den Berg
Voorbeeld 3 : Kunstproject Verkeersveiligheid Heist op den BergVoorbeeld 3 : Kunstproject Verkeersveiligheid Heist op den Berg
Voorbeeld 3 : Kunstproject Verkeersveiligheid Heist op den Berg
 
Werkwinkel 3 : Uitlenen materialen verkeermobiliteit
Werkwinkel 3 : Uitlenen materialen verkeermobiliteit Werkwinkel 3 : Uitlenen materialen verkeermobiliteit
Werkwinkel 3 : Uitlenen materialen verkeermobiliteit
 
Werkwinkel 3 : START TO STOP 1
Werkwinkel 3 : START TO STOP 1Werkwinkel 3 : START TO STOP 1
Werkwinkel 3 : START TO STOP 1
 
Werkwinkel 3 : START TO STOP - Provincie Vl. Brabant 2
Werkwinkel 3 : START TO STOP - Provincie Vl. Brabant 2Werkwinkel 3 : START TO STOP - Provincie Vl. Brabant 2
Werkwinkel 3 : START TO STOP - Provincie Vl. Brabant 2
 
Werkwinkel 3 : START TO STOP - Provincie Vl. Brabant 3
Werkwinkel 3 : START TO STOP - Provincie Vl. Brabant 3Werkwinkel 3 : START TO STOP - Provincie Vl. Brabant 3
Werkwinkel 3 : START TO STOP - Provincie Vl. Brabant 3
 
Werkwinkel 1 : ABC van verkeersplatforms
Werkwinkel 1 : ABC van verkeersplatformsWerkwinkel 1 : ABC van verkeersplatforms
Werkwinkel 1 : ABC van verkeersplatforms
 
Voorbeeld 5 : Promobiel Klein Brabant
Voorbeeld 5 : Promobiel Klein Brabant Voorbeeld 5 : Promobiel Klein Brabant
Voorbeeld 5 : Promobiel Klein Brabant
 
Voorbeeld 4 : Lebbeke onderzoekt voet- en fietspaden
Voorbeeld 4 : Lebbeke onderzoekt voet- en fietspadenVoorbeeld 4 : Lebbeke onderzoekt voet- en fietspaden
Voorbeeld 4 : Lebbeke onderzoekt voet- en fietspaden
 
Voorbeeld 2 : Inventarisatie Opwijk
Voorbeeld 2 : Inventarisatie OpwijkVoorbeeld 2 : Inventarisatie Opwijk
Voorbeeld 2 : Inventarisatie Opwijk
 
Voorbeeld 1 : Antwerpse verenigingen in dialoog met De Lijn
Voorbeeld 1 : Antwerpse verenigingen in dialoog met De LijnVoorbeeld 1 : Antwerpse verenigingen in dialoog met De Lijn
Voorbeeld 1 : Antwerpse verenigingen in dialoog met De Lijn
 
Mobiel 21 - Middenveld en mobiliteit participatie van onderop
Mobiel 21 - Middenveld en mobiliteit participatie van onderopMobiel 21 - Middenveld en mobiliteit participatie van onderop
Mobiel 21 - Middenveld en mobiliteit participatie van onderop
 
Werkwinkel 5 : Trage wegen
Werkwinkel 5 : Trage wegenWerkwinkel 5 : Trage wegen
Werkwinkel 5 : Trage wegen
 
Duurzame bedrijventerreinen
Duurzame bedrijventerreinenDuurzame bedrijventerreinen
Duurzame bedrijventerreinen
 
De kreet van de Ruimte 3 - Presentatie Anne Malliet
De kreet van de Ruimte 3 - Presentatie Anne MallietDe kreet van de Ruimte 3 - Presentatie Anne Malliet
De kreet van de Ruimte 3 - Presentatie Anne Malliet
 
De kreet van de ruimte - inleiding
De kreet van de ruimte - inleidingDe kreet van de ruimte - inleiding
De kreet van de ruimte - inleiding
 
Mobiliteit in transitie - UGent
Mobiliteit in transitie - UGentMobiliteit in transitie - UGent
Mobiliteit in transitie - UGent
 
De kreet van de ruimte (plenum) - Bert Michel
De kreet van de ruimte (plenum) - Bert MichelDe kreet van de ruimte (plenum) - Bert Michel
De kreet van de ruimte (plenum) - Bert Michel
 
IDdagen 2013 - W13 - Het nieuwe werken
IDdagen 2013 - W13 - Het nieuwe werkenIDdagen 2013 - W13 - Het nieuwe werken
IDdagen 2013 - W13 - Het nieuwe werken
 

VSW2009 - De onvoltooide globalisering Paul De Grauwe (KUL)

  • 2. Thema’s  Waarom zijn we zo rijk geworden?  We zijn rijk geworden, maar zijn we gelukkiger geworden?  De toekomst van de industrie  Ongelijkheid  Het milieu  Financiële instabiliteit
  • 3. Waarom zijn we zo rijk geworden?  Drie factoren verklaren waarom sommige landen materieel vooruit gaan en andere niet  Vrije markten  Openheid (globalisering)  Goed bestuur
  • 4. Vrije marktsysteem  Weekt vrij initiatief los  Dit is de bron technologische vooruitgang (nieuwe productieprocessen en nieuwe producten)  Concurrentie brengt discipline  En komt ten goede aan consumenten
  • 5. Openheid (globalisering)  Laat aan elk land toe zich te specialiseren in die activiteiten waar het relatief het best in is  Laat toe te profiteren van kennis die elders is ontwikkeld. (“het wiel moet niet opnieuw uitgevonden worden”)  Maar: materiële vooruitgang is slechts mogelijk door oude activiteiten te laten vallen en nieuwe op te nemen (creatieve destructie)
  • 6. Goed bestuur  Moet zorgen voor orde en veiligheid (the rule of law) zonder dewelke vrijheid en marktsysteem niet mogelijk zijn  Collectieve voorzieningen  Moet zorgen voor sociaal opvangnet omdat in marktsysteem veel mensen uit de boot vallen
  • 7. economische groei en verandering in openheid van landen (van 1970 tot 1998) -6 -4 -2 0 2 4 6 veranderininopenheid(percent) negatieve groei trage groei snelle groei
  • 8. economische groei en indicatoren van goed bestuur 0 1 2 3 4 5 6 7 8 orde en veligiheid contractzekerheid indicatorgoedbestuur negatieve groei trage groei snelle groei
  • 10. Percentage van de bevolking dat arm is in verschillende delen van de wereld 0 10 20 30 40 50 60 70 Afrika Oost-Azië Zuid-Azië Latijns-Amerika Wereld percentbevolking 1981 2002
  • 11. Zijn we gelukkiger geworden? Tendenzen in geluksbeleven Nederland Er is geen evidentie dat Nederlanders zich vandaag gelukkiger voelen dan de Nederlanders van 50 jaar geleden
  • 12. België Frankrijk Hetzelfde geldt in andere Europese landen
  • 13. België Colombia Geluk en inkomen internationaal vergeleken inkomen geluk Belgie Colombia Nederland
  • 14. Waarom leidt materiële welvaart niet tot meer geluk?  Gewenningseffecten  Inkomen maakt gelukkig wegens statuseffect. Dit is echter een “zero sum game”  Materiële vooruitgang is gebaseerd op “creatieve destructie”  Deze dynamiek creëert onzekerheid en angst voor de toekomst  Wordt nog verstevigd door globalisering
  • 15. Globalisering en flexibiliteit  De voordelen van globalisering zijn slechts mogelijk indien mensen “flexibel” zijn  D.w.z. bereid en in staat zijn andere jobs te nemen  Velen kunnen dat niet  Er zijn er ook veel die dit niet willen
  • 16. De toekomst van de industrie
  • 17. Het probleem: gestadige afbraak van de industriële tewerkstelling 0 5 10 15 20 25 30 35 40 45 België Duitsland Italië Japan Nederland Frankrijk Groot- Brittannië Verenigde Staten Industriële werkgelegenheid als percentage van de totale beroepsbevolking 1970 2004
  • 18. De oorzaken van de teloorgang De fundamentele oorzaak is de productiviteitsstijging Deze laat toe elk jaar dezelfde productie te realiseren met gemiddeld 2,5% minder arbeiders. Deze productiviteitsstijging vinden we niet in dezelfde mate in de dienstensector
  • 19. Productiviteitsstijging: vooral geconcentreerd in industrie Gemiddelde input aan arbeid in de industrie in België en Nederland (1990=100) 60 65 70 75 80 85 90 95 100 105 1990 1992 1994 1996 1998 2000 2002 2004 2006 België Nederland
  • 20. analogie met de landbouw  Honderdvijftig jaar geleden werkte ongeveer de helft van de actieve bevolking in de landbouw. Vandaag nog amper 2%.  De oorzaak is dezelfde als in de industrie. Technologische vooruitgang drijft de productiviteit naar omhoog met het gevolg dat arbeid uit de landbouw wordt gestoten.  Dit proces is nu reeds 150 jaar aan de gang en gaat nog altijd verder.
  • 21. En de loonkosten dan?  De patroons doen ons geloven dat de fundamentele oorzaak ligt in te hoge loonkosten.  De hoge loonkosten leiden tot verlies aan competitiviteit en dus minder productie en tewerkstelling  Deze analyse is fout
  • 22.  Als de loonkosten in de industrie aan hetzelfde ritme stijgen als de productiviteit, dus 2,5% per jaar, is er met de competitiviteit niets aan de hand.  De reden is de volgende: als de loonstijging de stijging van de productiviteit volgt, dan is de loonkost die aanwezig is in een bepaald product onveranderd.
  • 23.  Soms gebeurt het wel dat de loonkosten sneller stijgen dan de productiviteit.  Dit was het geval in de jaren zeventig tot het midden van de jaren tachtig.  In die periode was er wel sprake van een competitiviteitverlies.  Het gevolg was dat de afbraak van de tewerkstelling in de industrie toen veel hoger was dan nu.  Sinds het midden van de jaren negentig is er geen noemenswaardig probleem meer met de Belgische competitiviteit. De lonen stijgen aan ongeveer hetzelfde ritme als de productiviteit.
  • 24. Relatieve loonkosten per eenheid product 70 80 90 100 110 120 130 1995 1996 1997 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 België Duitsland Frankrijk Nederland Italië Spanj
  • 25.  Waarom blijft de tewerkstelling in de industrie dan dalen ondanks dit goede nieuws?  Antwoord: technologische vooruitgang.  Ondernemingen in een markteconomie, met veel concurrenten dus, zoeken voortdurend naar de goedkoopst mogelijke productiewijze.  Ze proberen te besparen op alle kosten, arbeidskosten, materiaalkosten, energiekosten.
  • 26.  Hoe sterker de concurrentie hoe groter deze dwangmatige neiging van de ondernemers.  Dit betekent dat ze voortdurend op zoek zijn naar nieuwe technologieën die de productiekosten drukken.  Het gevolg is dat de productie steeds minder arbeid, maar ook minder energie, materialen, enz. nodig heeft.  Productiviteit stijgt en leidt tot uitstoot van arbeid
  • 27.  Degenen die hun job behouden hebben een hogere productiviteit en dus een hoger loon  De causaliteit gaat dus van productiviteit naar lonen  De oorzaak van de afbouw van de industriële tewerkstelling is dus de productiviteitsgroei
  • 28. Is de industrie gedoemd te verdwijnen? NEEN Industriële productie en werkgelegenheid in België (1990=100) 60 70 80 90 100 110 120 130 1990 1992 1994 1996 1998 2000 2002 2004 2006 productie werkgelegenheid
  • 29. Is de industrie gedoemd te verdwijnen?  De productie hoeft niet te dalen; kan zelfs stijgen  Maar de industriële tewerkstelling zal jaar in jaar uit blijven dalen
  • 30. Perspectieven voor de toekomst van de industriële tewerkstelling Tendensen zullen zich verder zetten de productiviteitsstijgingen zullen zich doorzetten de technologie staat niet stil en vooral nu niet in een geglobaliseerde wereld Dit is in feite goed nieuws: de vrijgekomen arbeidskrachten kunnen ingezet worden in interessantere jobs In sectoren die meedraaien internationaal
  • 31. Het goede nieuws: de expansie van de dienstensector  Het vorige kan leiden tot groot pessimisme  Is ons tewerkstellingsprobleem niet onoplosbaar?  Antwoord : neen  Er worden meer jobs gecreëerd in de dienstensector dan er verloren gaan in de industrie Deze laatste zijn meestal interessantere jobs
  • 32. -182 350 -500 0 500 1000 1500 2000 2500 industrie diensten Werkgelegenheid in industrie en diensten in België (duizendtallen) 1991 2005 verandering
  • 33. Implicaties voor het beleid Enig zinvol beleid bestaat erin omgeving mogelijk te maken die  de kwaliteit van het menselijk kapitaal verbetert  voldoende stimulansen geeft om creatief te zijn Als we daar in slagen ziet de toekomst er rooskleurig uit Immers globalisering creëert dan minstens evenveel jobs als ze er vernietigt
  • 34. Samenvatting  Globalisering creëert fantastische mogelijkheden van toename materiële welvaart  vooral voor de armsten in de wereld  Globalisering gaat ook gepaard met  Creatieve destructie,  Noodzaak van flexibiliteit  Beide kunnen positieve uitdagingen zijn  Maar ook bron van onzekerheid en angst
  • 35. Globalisering creëert nieuwe problemen  Ongelijkheid  Het milieu  Financiële crisis
  • 36. Ongelijkheid  Paradox: globalisering vermindert armoede in de wereld en verhoogt ongelijkheid  Hoe kan dat?  Globalisering geeft heel grote beloning aan schaars talent
  • 37. Voorbeeld: voetbal  Waarom verdient Beckham een veelvoud van Johan Cruyff?  Hij is zeker niet beter  Internationalisering van voetbal zorgt ervoor dat superstars plots heel veel meer verdienen  Enkele honderden miljoenen Chinezen kijken nu naar de TV- uitzendingen van de English Premier League.
  • 38.  Hetzelfde gebeurt met een aantal beroepen zoals top-managers  Verdienen nu veel meer dan vroeger
  • 39.
  • 40. The winner takes it all  Markten van topvoetballers, top- managers, operazangers, etc worden gekenmerkt door het feit dat de winnaar in de strijd voor de top gaat lopen met de hoofdprijs  Cfr 100 meter loper: de winnaar is slechts enkele fracties van seconde sneller dan de tweede en krijgt de hoofdprijs
  • 41.  Deze markten zijn nu volledig geïnternationaliseerd  Gevolg: de hoofdprijs is veel groter geworden.  Dit leidt tot veel grotere ongelijkheid  Vele mensen vinden zo een systeem verwerpelijk  Omdat het als niet fair wordt ervarn  cfr. “Ultimatum game”
  • 42. Het milieu  Probleem van externaliteiten  Ondernemers spuwen CO2 in de lucht.  Dit creëert kosten buiten de onderneming  Slechte lucht die we inademen vermindert kwaliteit van het leven  Meer ziektekosten  Opwarming van aarde brengt grote gebieden van de aarde in gevaar
  • 43.  Maar onderneming in een marktsysteem houdt geen rekening met deze externe kosten  wanneer ze de kostprijs van het product berekent.  Dus de kostprijs zal te laag zijn  waardoor consumenten teveel van deze producten kopen  Voorbeeld: boontjes uit Kenya
  • 44.  Hoe kan dit opgelost worden?  Antwoord: de overheid moet het kostenplaatje presenteren aan onderneming  Zodanig dat die de juiste kost berekent en aanrekent aan de consument  Gemakkelijker gezegd dan gedaan
  • 45.  Er is relatief succes daar waar het gaat om milieuvervuiling die lokaal is  Voorbeeld : onze rivieren zijn zuiverder geworden  Dank zij interventies van de overheid  Milieuheffingen  Regulering
  • 46.  Er is heel weinig succes daar waar milieuvervuiling grensoverschrijdend is  Voorbeeld: CO2 en Kyoto-akkoord  Waarom?  Afwezigheid van wereldregering die heffingen kan opleggen of uitstoot dan reguleren.  Er zijn alleen nationale regeringen die puur nationalistisch denken
  • 47.  Het grensoverschrijdend milieuprobleem is waarschijnlijk de Achilleshiel van globalisering  Kan slechts opgelost worden als ook de overheden zich “globaliseren”  Dat lijkt vandaag nog ver verwijderd  In die zin is globalisering onvoltooid
  • 48. Kapitalisme en financiële instabiliteit  Twee kenmerken van het kapitalisme creëren regelmatig financiële crisissen  Zeepbelontwikkelingen  Broosheid van het bankstelsel
  • 49. Zeepbellen en crashes  Vrije financiële markten zijn wonderbare instrumenten om spaarmiddelen naar de meest rendabele projecten te kanalizeren  Ze liggen aan de basis van de enorme dynamiek van het marktstelsel  Ze zijn ook drager van potentiële instabiliteit
  • 50. Hoe ontstaan zeepbellen  Nieuwe technologische vonsten (voorbeeld auto in begin van 20ste eeuw; internet in jaren tachtig)  Creëren nieuwe investeringsmogelijkheden met hoge rendementen  Kapitaal wordt aangetrokken
  • 51.  Euforie zet zich in  Aandelenprijzen schieten de lucht in  Op de duur kopen beleggers alleen omdat ze prijsstijgingen verwachten  Iedereen koopt en prijzen stijgen inderdaad  “Self-fullfilling prophesy”  De crash komt onvermijdelijk omdat prijzen op bepaald moment niets meer te maken heeft met onderliggende waarde
  • 52. Dow Jones and S&P500
  • 53. Nasdaq : zelfde verhaal 0% 100% 200%
  • 54. Broosheid van het bankstelsel  Fundamentele oorzaak heeft te maken met broosheid van bankwezen  Essentie van bankieren:  Korte termijnmiddelen  Lange termijn kredieten  Dit creëert liquiditeitsrisico: “run to the bank”  Als iedereen tegelijk zijn geld terugtrekt valt het banksysteem in elkaar
  • 55.  In het verleden heeft dit dikwijls geleid to bankcrisissen  Cfr. De jaren dertig  We hebben dat probleem toen opgelost door  toezicht en regulering van het bankwezen  Lender of last resort
  • 56.  Nieuwe ontwikkelingen sinds de jaren tachtig: deregulering  Banken hebben systematisch de risicovolle activiteiten uit hun balans gestoten  Om te ontsnappen aan de regulering  De toezichthouders (vooral in de VS) hebben dit toegelaten
  • 57.  Gevolg: excessieve risico’s zijn toegenomen  Dit is nog versterkt door het probleem van “moral hazard”: de banken verwachten dat als er liquiditeitscrisis ontstaat, de centrale bank zal tussenkomen en de liquiditeiten zal leveren
  • 58.  Dit moral hazard probleem heeft geleid tot roekeloos gedrag van bankiers, vooral in de VS.  Ze hebben gewoon geen rekening meer gehouden met de liquiditeitsrisico’s
  • 59.  Het probleem wordt pas ernstig als zeepbellen en bankstelsel op elkaar inwerken  Zeepbelontwikkeling trekt bankiers aan die willen profiteren van de hoge winsten  Vroeger konden ze dit niet  Sinds de deregulering konden ze daar volop op inspelen
  • 60.  Banken staan dus kredieten toe aan speculanten  En maken de zeepbel intenser  We krijgen ook een aaneenschakeling van zeepbellen  Internet bubble  Immobiliën  grondstoffen  Die zich internationaal verspreiden dank zij globalisering
  • 61.  In dit verhaal gaan de toezichthouders en de centrale banken niet vrijuit  Ze hebben geloofd in het sprookje dat aandelen- en woningprijzen alleen konden stijgen  En dat de banken geen speciaal hoge risico’s namen.
  • 62. Hoe oplossen?  De bankencrisis heeft de overheid verplicht de banken te redden  Een volledige ineenstorting van het bankwezen zou de economie de grond in geboord hebben  En zou geleid hebben tot torenhoge werkloosheid  Om de banken te redden heeft de overheid meer schuld moeten uitgeven  Die belastingbetalers nog jaren zullen moeten afbetalen
  • 63.  Bovendien heeft de bankencrisis geleid tot de diepste recessie in de naoorlogse periode  Deze recessie dwingt de overheid om meer uit te geven  Terwijl de belastinginkomsten dalen  Dus de grote budgettaire tekorten zijn onvermijdelijk en ook wenselijk
  • 64.  Veronderstel even dat de overheid vandaag zou proberen de tekorten snel weg te werken  Door massaal minder uit te geven  En massaal de belastingen te verhogen  Dan zou de recessie weer aangewakkerd worden  En zouden de belastinginkomsten verder dalen
  • 65.  Een drastische sanering van de begroting als de economie zich niet hersteld heeft  Zou de werkloosheid omhoog doen schieten  En dus de begrotingstekorten niet wegwerken
  • 66.  Banken moeten bijdragen tot het herstel  Hoe?  Banken (vooral de grote) genieten van een impliciete overheidsgarantie  Deze verdwijnt niet wanneer de expliciete garantie verdwijnt  Dus banken moeten een verzekeringspremie blijven betalen
  • 67.  Het kan niet dat bankiers alleen een premie betalen als het financiële huis in brand staat  En geen premie meer willen betalen als het huis geblust en opgenknapt is  Hoe?  Een percent op de balans  Percent dat stijgt met de omvang van de balans
  • 68.  Op die manier verlichten ze de lasten voor de belastingbetaler  En zullen ze minder geneigd zijn om alsmaar groter te worden  Grote banken zijn gevaarlijke banken
  • 69. Lange termijn hervorming van bankwezen  Terug naar “narrow banking”: commerciële banken kunnen niet meer beleggen in aandelen en afgeleide producten, noch kredieten toestaan aan instellingen die dit doen, i.e. zakenbanken  Alle activiteiten moeten op de balans  Dus volledige scheiding van commerciële banken en zakenbanken
  • 70.  Internationale aanpak is nodig  Probleem is opnieuw dat de economie (de financiële markten) geglobaliseerd zijn  maar de politiek niet  Het is moeilijk om tot internationale afspraken te komen  Deze zullen noodzakelijk zijn om de economie weer recht te trekken
  • 71. Dank u voor uw aandacht