2. 2
Veel plezier met het lezen over onze aanpak in ‘wat is Mijn School’.
In dit schrijven nemen we u mee in hoe we ons ontwikkeld hebben, wat onze basisgedachte
is en een korte weergave van onze aanpak en werkwijze. Het beste is het om het te ervaren,
u bent daarom van harte uitgenodigd om een dag mee te draaien!
We zijn nog volop in ontwikkeling, we geven daarom ook graag een doorkijkje van hoe we
verder willen en nodigen u graag uit om een bijdrage te leveren aan het verder ontwikkelen
van Mijn School!
Mocht u na het lezen geïnspireerd zijn, vragen of ideeën hebben, mail gerust!
Joske van Huet; HTJ@graafschapcollege.nl
Hanno Ambaum; AMB@graafschapcollege.nl
Hopelijk tot gauw in Mijn School!
4. 4
Inleiding
Jeugdwerkeloosheid en VSV in de Achterhoek
De jeugdwerkloosheid loopt snel op, ook in de Achterhoek. In totaal telt de regio meer dan
930 jeugdwerklozen. Van de in totaal 2.330 schoolverlaters behoort 17% tot de risicogroep
omdat zij niet over een startkwalificatie beschikken1
. De Achterhoek wordt wat dat betreft
zwaarder dan de rest van Nederland getroffen. De Achterhoek toont na Tilburg de grootste
krimp van het BBP t.o.v. de geprognosticeerde krimp van -3,5% voor heel Nederland2
.
Daarnaast is de groep voortijdig schoolverlaters in de Achterhoek inmiddels gegroeid naar
680 jongeren. Schooluitval hangt samen met de gedachte dat door schooluitval talent
onderontwikkeld blijft en dat (mede daardoor) de economische benutting van dat talent
achter blijft. Tevens zorgt schooluitval voor een verhoogd statistisch risico voor een jongere
om in de problemen te komen, zoals werkeloosheid, criminaliteit en sociale uitsluiting.
Onderstaand wordt het totaal aantal onderwijsdeelnemers en aantal nieuwe voortijdig
schoolverlaters op MBO-niveau weergegeven3
.
1.2 Mijn school voor kwetsbare jongeren
ROC Graafschap College in Doetinchem verzorgt beroepsonderwijs en educatie voor
jongeren en volwassenen en is het grootste onderwijsinstituut van de Achterhoek. De sector
Educatie & Participatie is een aparte tak binnen het Graafschap College gericht op
kwetsbare groepen, welke onder andere tweede kans onderwijs, inburgering, taalonderwijs
en cursussen aanbiedt. Vanuit de behoefte en noodzaak om een passende oplossing te
vinden voor de hierboven geschetste problematiek rondom vsv en jeugdwerkeloosheid, is in
2010 een apart Mijn school opleidingstraject genaamd ‘Mijnschool’ ontstaan speciaal voor
kwetsbare jongeren.
In de praktijk zagen we een groep talentvolle studenten uitvallen, omdat zij hun weg niet
konden vinden binnen het reguliere onderwijsaanbod. Vaak kwam dit door persoonlijke
omstandigheden, beperkingen, of omdat ze door hun levensloop op een te laag niveau
moesten instromen, waardoor ze gedemotiveerd taakten. Via Mijnschool bieden we deze
talenten de kans op hun eigen (wijze) manier een regulier diploma te halen en een stabiele
basis te creëren om als gelukkig en productief mens in onze maatschapPij te functioneren.
Tot onze doelgroep behoren zowel autochtonen als ook (niet-westerse) allochtonen.
Verschillende achtergronden zijn te vinden bij het Mijnschool, ieder met hun eigen
problematiek: jongeren met psychische problemen, actief in het criminele circuit, verslaving,
1 Basiscijfers Jeugd juni 2010 - Achterhoek
2 Actieplan Jeugdwerkloosheid Regio Achterhoek 2009-2011
3 www.vsv-verkenner.nl
5. 5
Wajongers, problematische thuissituatie etc. Onze aanpak is uniek, omdat we de jongere
centraal stellen en school onderdeel maken van zijn/haar systeem. De jongere gaat niet naar
een school die mijlenver van de ‘echte wereld’ staat, hij creëert zijn eigen school en ervaart
daardoor dat leren een onderdeel is van zijn leven. Hiermee laten we traditionele
onderwijskaders los.
Huidige uitdaging
Iedere jongere binnen Mijnschool kan aangeduid worden als kwetsbaar. Dit vraagt de nodige
extra ondersteuning om voor iedereen de beste kansen op de arbeidsmarkt te creëren. Als
gekeken wordt naar mogelijkheden voor duurzame arbeidsinpassing zijn de perspectieven
voor jongeren met een structurele functionele beperking niet altijd rooskleurig. Specifiek
hebben we het hier bijvoorbeeld over aandoeningen als ADHD, autisme verwante
stoornissen en agressieve gedragsaandoeningen.
Als starter op de arbeidsmarkt ligt de regie bij jezelf om het geleerde in de praktijk te brengen
en om je aan te passen aan je nieuwe werkomgeving. Voor veel mensen geeft dit weinig
problemen, echter voor kwetsbare jongeren met dergelijke beperkingen is dit vaak een
moeilijke opgave. Deze jongeren hebben behoefte aan reflectie en een werkomgeving welke
zich kan inspelen op hun beperking en hun talent. Een leerwerkbedrijf biedt een goede
oplossing hiervoor, maar uiteindelijk is doorstroom naar regulier werk toch het streven. Dit
vergt echter vaak teveel aanpassingsvermogen van de deelnemer waardoor hij/zij
overvraagd raakt, met helaas vaak uitval als gevolg.
Een voorbeeld bij ons op school illustreert dat een kleine omgevingsaanpassing al een groot
effect kan hebben.
Een deelnemer kampt met een autistische beperking, wat zich onder andere uit in het
vasthouden aan vaste patronen en slecht tegen onrust kunnen. Aan het begin een
lesmoment moet er altijd even opgestart worden en uitleg gegeven worden. Voor deze
leerling is dit te onrustig waardoor hij van slag raakt en niet meer goed functioneert. De
oplossing voor dit probleem was simpel: de leerling komt nu 15 minuten na het starten van
de les binnen, als de rustig wedergekeerd is, en functioneert uitstekend.
Voor ons zijn beperkingen niet leidend. We zoeken naar het talent en proberen met elkaar
ervoor te zorgen dat evt. de beperkingen/problemen niet remmend zijn of passen samen de
droom aan aan de realiteit. Binnen bedrijven lopen de deelnemers ook tegen dit soort
problemen aan, echter zijn bedrijven vaak niet in staat om zich aan de deelnemer aan te
passen. Grotendeels door onwetendheid. Hierdoor is het vaak alleen de beperking die opvalt
en in de weg staat, in plaats van dat het talent zichtbaar wordt. Bedrijven staan dan ook vaak
niet te springen om deze jongeren aan te nemen. Uiteindelijk resulteert dit alles in het feit dat
deze jongeren vaak moeilijk in een reguliere baan te plaatsen zijn.
Nieuw concept
We vinden het een belangrijk doel dat de jongere zich weer een onderdeel van de
maatschappij gaat voelen waarin hij/zij leeft. Dit doen we door jongeren mee te laten doen
aan maatschappelijke projecten, ze zelf initiatieven te laten nemen, jongeren als rolmodel te
laten functioneren en ook de maatschappij!j binnen school te halen door projecten en
gastlessen. Uiteindelijk zouden we natuurlijk graag zien dat de jongeren een duurzame plek
op de arbeidsmarkt vinden, echter het toeleiden naar werk is niet onze ‘core- business’.
Met bovenstaande visie als leidraad starten we daarom een nieuw project waarbij de
benodigde partijen zich op een bijzondere wijze aanpassen aan de behoefte van de
deelnemer en integraal gaan samenwerken tijdens de laatste fase van hun opleiding. Wij
vinden namelijk dat het aanpassingsvermogen niet alleen van de jongeren zelf kan komen.
6. 6
Deze groeiende doelgroep heeft geen vangnet en daar spelen we met dit project op in door
samen met het systeem om de jongere heen en het bedrijfsleven ervoor te zorgen dat deze
jongeren niet alleen een startkwalificatie krijgen, maar ook werk vinden en zich thuis voelen
in de maatschappij waarin ze leven. Duurzaamheid in de breedste zin van het woord staat
hierbij centraal. Oog voor de maatschappij maar ook een structurele arbeidsplaats voor onze
deelnemers.
4. Duurzaam netwerk
Omdat we het hele systeem aanpakken, betekent dit dat we actief de verbindingen zoeken
en samenwerken met het bedrijfsleven. Het uitgangspunt is een wederkerig systeem:
bedrijven geven iets aan deelnemers van Mijnschool, maar krijgen er ook iets voor terug.
Vanuit het bedrijfsleven kunnen dit gastlessen zijn, het verzorgen van meeloopdagen,
bijdrage aan excursies/studiereizen, het aanbieden van projecten of stageplekken, het
meedoen aan Pitches of het begeleiden van studenten bij het verwezenlijken van hun droom.
Zo helpt een re-integratiebedrijf op vrijwillige basis een deelnemer die een eigen bedrijf wil
opzetten rondom een tassenlijn gemaakt door jongeren met een beperking. Andersom
kunnen de bedrijven deelnemen aan netwerkbijeenkomsten en kunnen wij verbindingen
maken tussen mensen en bedrijven indien daar behoefte aan is. Naast de positieve
uitstraling van sociaal ondernemerschap krijgen bedrijven daarnaast natuurlijk ook het talent
van onze deelnemers ervoor terug. Deelnemende bedrijven geven vaak aan erg verrast te
zijn door het talent van onze deelnemers en laten zich vaak insPireren door hen.
Het bouwen van een netwerk, waarbij o.a. familie, instellingen, hulpverlening en bedrijfsleven
de jongeren en hun initiatieven op vrijwillige basis steunen, komt goed op gang. We hebben
nu een zeer divers netwerk wat volop in beweging is. Nieuwe initiatieven, bedrijven gestart,
samenwerking opgezet, er zijn gastlessen gegeven, ondernemers ondersteunen studenten,
en ga zo maar door. Afgelopen juli was er bij Mijnschool nog een inspirerende
netwerkbijeenkomst waarbij onze jonge talenten hun ideeën, wensen en dromen gePitched
hebben, we alle resultaten hebben laten zien en gezaaid hebben voor de toekomst.
7. 7
UITGANGSPUNTEN:
- Er wordt uitgegaan van het vinden en stimuleren van de eigen motivatie.
- Een individuele benadering van de student gericht op het behalen van het gestelde
doel; Het halen van een diploma om te kunnen werken of verder studeren.
- Instroom is vanuit drie lijnen; uitvallers, talentvolle studenten die aanlopen tegen het
reguliere aanbod, ervaren beroepskrachten/vrijwilligers zonder diploma.
- Er wordt gewerkt binnen het kwalificatiedossier en er wordt gebruik gemaakt van
hetzelfde examenmateriaal als binnen de reguliere opleiding.
- Mijn school is afgestemd op het reguliere aanbod, waardoor studenten kunnen
switchen tussen Mijn school en regulier.
- De examinering vindt plaats binnen de praktijk, het onderwijs wordt hierop afgestemd.
- Er is een nauwe betrokkenheid met het werkveld, waardoor de beroepsgerichtheid
sterk is. Dit vergroot ook het arbeidsperspectief.
- De week wordt in overleg gevuld met stage, project, school, werk en gezin.
- Het trajectplan wordt met de student individueel vastgelegd na een intakeperiode.
Hierin wordt ook bekeken hoe lang iemand erover kan doen. Dit kan worden
bijgesteld, als de omstandigheden daarom vragen. De jaarindeling wordt daarmee
losgelaten. Het portfolio is leidend voor het onderwijs.
- De studenten zitten in kleine stamgroepen met een vaste begeleider.
- Er wordt gekeken naar het hele systeem rondom de student. Wat belemmert wordt
direct aangepakt, wat het succes vergroot wordt gestimuleerd.
- Er wordt consequent samengewerkt met het systeem rondom de student, hierin zijn
we proactief en nemen initiatief. Binnen de keten neemt ieder zijn
verantwoordelijkheid. De student heeft de regie.
9. 9
Hoe werkt Mijn School?
Op Mijn School staat het doel dat jij
wilt bereiken centraal. We vinden
het belangrijk dat je je ideeën en
dromen deelt en er achter komt
hoeveel je zelf voor elkaar kunt
krijgen.
Hierin leren we je hoe je van een
goed idee uiteindelijk tot een
resultaat komt waar je trots op mag
zijn!
En dat je samen met anderen je
plannen kunt verwezenlijken om
een stap verder te komen in het
bereiken van jouw doel!
Iedereen heeft zijn/haar eigen
bijzonderheid of talent en wij vinden
het leuk om jou te leren kennen en
je te helpen om je talenten verder
ontwikkelen.
Hierin kijken we met jou op welke
manier jouw talenten het beste naar
voren kunnen komen en kunnen
worden versterkt.
Stap 1 is dat je leert ontdekken wat
je allemaal al kunt . Wij helpen je
graag je talenten te ontdekken, want
jij bent bijzonder!
10. 10
In je leven kunnen dingen gebeuren
waar je in je eentje geen oplossing
voor kunt vinden. Dat hoeft ook
helemaal niet, want daar heb je elkaar
voor, toch?
Wij willen altijd luisteren, advies geven
en samen met je kijken naar een
oplossing.
Hierin heb jij de regie, jij beslist, want
het is jouw leven. We sluiten hierin aan
bij jouw proces, de fase in je leven en
je omstandigheden.
Ben je iemand die graag dingen doet, of
wil je eerst weten wat je moet doen, wil je
graag alleen werken, of in groepjes?
Zoek je het liefste alles zelf uit, of wil je
geholpen worden? Moet je leren plannen,
of juist wat losser worden?
Iedereen leert op zijn/haar eigen manier
en we kijken naar de manier die het beste
bij jou past. Dit is een ontdekkingstocht
die we graag met je aangaan. Geef
daarom gerust aan hoe jij het beste iets
leert.
Er is veel mogelijk als je overlegt. Soms
kunnen zaken anders lopen en moet je
dit aanpassen.
Dat is geen probleem. Het is wel
belangrijk dat je met ons overlegt. We
willen altijd met je mee denken en kijken
samen naar de mogelijkheden.
Belangrijk is dat je doet wat we samen
afspreken.
11. 11
OPBOUW OPLEIDING
De gedachte is eenvoudig. Creëer een ‘speeltuin’ voor studenten in de praktijk, waarbij de
beroepspraktijk het uitgangspunt is voor het leerproces. De diverse niveaus worden niet
gescheiden, ieder leert op zijn/haar eigen niveau, maar wel samen. Net als in de praktijk
helpt de ervaren werker de onervaren werker en deze laat zich ook insPireren door het
‘nieuwe bloed’.
Er wordt met individuele trajectplannen gewerkt die aansluiten bij en sturing geven aan het
leerproces. Het leren en de toetsing vinden voornamelijk plaats in de (beschermde)praktijk.
Na een intakeperiode wordt in een trajectplan beschreven:
Op welk niveau de student kan instromen; op niveau 2 of 4.
In welke fase van ontwikkeling zit de student; Intuïtief, bewust of professioneel.
Welke omstandigheden stimuleren of remmen de ontwikkeling tot gediplomeerd
beroepskracht.
Met welke werkzaamheden gaat de student zich ontwikkelen en aantonen dat hij zich
heeft ontwikkelt.
Welk vakonderwijs wordt geboden, zodat de student zich verder kan bekwamen in
de uitoefening van zijn/haar vak.
Uitstroom niveau en moment.
12. 12
Wanneer er remmende factoren zijn wordt er ook een begeleidingsplan opgesteld:
Individuele ondersteuning/begeleiding bij persoonlijke problematieken.
Ondersteunend onderwijs op gebied van Nederlands, Engels en rekenen.
Ieder half jaar wordt getoetst op welk niveau en in welke fase de student zit en kan het
traject of de begeleiding worden aangepast. Toetsing vind plaats door:
Evalueren en beoordelen van de werkzaamheden.
Toetsing van het niveau Nederlands, Engels en rekenen.
Een persoonlijk gesprek over de persoonlijke omstandigheden en de
studievoortgang.
De fasering in leerontwikkeling is vertaald in het praktijkdeel:
Intuïtief: Werkplaats/Stage/Project;
In een beschermde praktijk het vak ontdekken en je talenten
ontwikkelen.
Bewust: Werkplaats/Stage/Projectbureau;
In afgebakende projecten in de praktijk ontdekken op welk gebied je je
wil gaan professionaliseren.
Professioneel: Werkplaats/Stage/Project/Werk/ZZP;
In de praktijk vanuit een vakmatige insteek ontwikkelen tot een
gediplomeerd werker.
Het vakonderwijs sluit aan bij de praktijk en wordt in blokken aangeboden ter ondersteuning
van de uit te voeren werkzaamheden. Hierdoor wordt theorie en vaardigheden direct
toepasbaar door de student.
Wanneer een student niet op het gewenste niveau kan functioneren, bijvoorbeeld door een
taalachterstand, wordt hiervoor op maat ondersteunend onderwijs of individuele
begeleiding aangeboden.
WERKWIJZE
We gaan eerst samen met de student bekijken wat de student wil en op welke manier hij dat
wil gaan bereiken. Ook onderzoeken we wat iemand al kan en hoe ie dit kan aantonen. Dit
leggen we vast in een trajectplan.
Vervolgens leggen we een portfolio aan en vullen dit met wat iemand aantoonbaar aan
ervaring heeft.
Dan bekijken we met welke activiteiten het portfolio wordt gevuld en ook op welke manier
(werk, stage, projecten, leerafdeling).
Wanneer het portfolio volledig gevuld is en Engels, Nederlands en rekenen op niveau is, heb
is het examenportfolio compleet en is het diploma behaald .
13. 13
FASERING
De fasering is gebaseerd op het examenmateriaal van Consortium.
Vanuit deze fasering is het portfolio en het onderwijsaanbod opgebouwd.
Fase 1 Intakefase Intuïtief Ontwikkelingsgericht
Fase 2 Ontwikkelingsfase Bewust Examinerend
Fase 3 Profileringfase Professioneel Examinerend
BEGELEIDING
De student komt in een stamgroep, gekoppeld aan een begeleider. Die samen met de
student het trajectplan opstelt en bewaakt, helpt met portfolio en regelmatig met overlegt of
alles goed gaat, of dat hulp of ondersteuning nodig is.
De ontwikkeling wordt wekelijks besproken in het team en waar nodig worden acties ingezet.
Alle afspraken worden vastgelegd en zijn op elk moment voor de student persoonlijk
inzichtelijk. Hiermee willen we garanderen dat iemand altijd de begeleiding krijgt die hij nodig
hebt, we precies weten waar iemand in zijn ontwikkeling/traject staat en de student, ook als
de begeleider er niet is, wel gewoon verder kan.
Vak
FASE BESCHRIJVING
1
intuïtief
Ontwikkelingsgericht; je onderzoekt of je dit vak leuk vindt en toont aan dat je
de capaciteiten bezit om je door te ontwikkelen tot een volwaardige
beroepskracht.
2
bewust
Kwalificerend; je werkt aan je vakbekwaamheid en ontwikkelt je
vaardigheden en theoretische kennis. Je leert professioneel te handelen en
methodisch te werken. Je ontwikkelt je tot een evenwichtige beroepskracht in
opleiding.
3
professioneel
Kwalificerend en profilerend; je toont aan dat je vakbekwaam bent en je
profileert je vanuit je talent binnen het vak. Je bent klaar voor je diploma.
Persoon
FASE BESCHRIJVING
1
intuïtief
Je gaat kijken wie je bent, wat je talenten zijn, wat je achtergrond is. Wat
maakt jou bijzonder? Waar loop je tegenaan, wat houdt je tegen, belemmert
je in je ontwikkeling?
Wat wil je leren, wat wil je bereiken, wat zijn je dromen?
2
bewust
Je gaat op zoek naar je insPiratie. Wat is voor jou de motor om dit werk te
gaan doen? Wat voor een werk past het best bij je? Wil je werken of verder
studeren? Wat heb je nodig om je verder te ontwikkelen tot een goede
beroepskracht? Je kunt je talenten zowel persoonlijk als professioneel
benoemen en inzetten.
3
professioneel
Je bent een beroepskracht met eigenheid. Je weet wie je bent, waar je voor
staat en wat je sterke en minder sterke kanten zijn. En je bent niet zomaar
een beroepskracht, je bent een bijzondere beroepskracht en je weet uit te
leggen waarom.
14. 14
MIJN SCHOOL EN DE PRAKTIJK
Rondom Mijn school worden verschillende werkplaatsen ingericht die een directe verbinding
vormen met de maatschappij. Er worden ervaringsplaatsen gecreëerd, maar ook
werkgelegenheid. De werkplaatsen worden opgezet als samenwerkingsverbanden met
andere partners. We concurreren niet, we zoeken versterking vanuit verbinding!
De vier werkplaatsen vormen samen de basis van Mijn School en zijn met elkaar verbonden.
1. Vak Werkplaats: Hier leer je het vak, is gekoppeld aan de beroepsopleiding en het
werkveld.
2. Support Werkplaats: Hier krijg je ondersteuning op persoonlijk gebied, hierin wordt
intensief samengewerkt met het netwerk rondom de student.
3. Wereld Werkplaats: De mogelijkheid om eigen projecten te starten, maatschappelijke
projecten uit te voeren en daarmee je onderdeel te voelen van deze maatschappij.
4. Ondernemers Werkplaats: Samenwerking met bedrijfsleven, je ondernemendheid
ontdekken, misschien wel ondernemer worden.
Mijn school is de basis, de werkplaatsen, voeden, inspireren en ontwikkelen de aanpak,
methodiek en verdere ontwikkeling van Mijn school. Er ontstaat een doorlopend proces,
waarin de werkplaatsen zowel arbeids- als leerplaatsen zijn, waar de grens tussen werken
15. 15
en leren vervaagt en alle werkplaatsen in hun kern gericht zijn op leren van elkaar en verder
ontwikkelen.
Via een van de werkplaatsen stroomt een student in Mijn school. De interesse in een
vakgebied of hobby zorgt voor een verbinding vanuit een positieve invalshoek. Binnen Mijn
school kun je laagdrempelig, praktisch en projectmatig kennis maken met verschillende
vakgebieden. Wanneer je weet wat bij je past, wordt je daarin verder opgeleid en stroom je
via een werkplaats, met diploma of certificaat, weer uit.
16. 16
VERDER DROMEN en DOEN!
Door verschillende partijen krijgen we ondersteuning aangeboden om Mijn school te
ontwikkelen, waarbij er gezocht wordt naar een manier om kleinschaligheid op een
grootschalige manier te organiseren. Op deze manier kunnen we de groei ook aan. De visie
is dat je binnen het reguliere onderwijssysteem een alternatief moet kunnen bieden. Hierbij
zijn de einddoelen en eisen hetzelfde, alleen is de route ernaartoe aangepast. De creativiteit
zit hem dan vooral in het vinden van manieren om studenten te motiveren en hun talenten te
laten ontdekken, maar ook in het stimuleren van werkgevers om in deze doelgroep de
arbeidsproductiviteit te zien en gebruiken.
Hiervoor zoeken we meedenkende, creatieve, kritische ondernemers en werkgevers die
potentieel zien in deze doelgroep. Hierbij is het grootste probleem dat door
(gedrags)problematiek studenten ook in niveau afstromen, waardoor ze onder hun niveau
moeten functioneren. De uitdaging is om het uiterste uit de student te halen met oog voor
beperkende factoren.
In samenwerkingsverbanden willen we graag het concept verder uitrollen. Juist omdat we
participatie, onderwijs en innovatie willen bundelen is het oranjefonds een perfecte partner.
Ook doordat er verschillende projecten vanuit hun eigenheid en autonomie verbonden
kunnen worden aan Mijn School kan aansluiten bij bestaande projecten of organisaties.
De uitrol is beschreven als celdeling, waarbij cellen zich splitsen, waar bij ook nieuwe
vormen kunnen ontstaan. Hierbij is training, begeleiding en sturing noodzakelijk. Dat kan
worden georganiseerd in een wederkerig trainingcentrum, waarbij inzet, delen van kennis en
middelen een centraal uitgangspunt is. De meerwaarde is het verbinden en versterken, niet
het uurtje factuurtje. Onderwijs en maatschappelijke innovatie gaan hand in hand. Dat is de
kracht. Juist door het onderwijs in een maatschappelijke context te plaatsen ontstaat er een
wisselwerking en heeft onderwijs ook een direct maatschappelijk effect. Hierin is een
verbinding met innovatieve bedrijven en instellingen mogelijk.
Bij een bepaald aantal studenten, of activiteiten wordt er een nieuw team geformeerd. Dit
gebeurd door teams te splitsen, studenten op te leiden en twee nieuwe managers de
vragen/op te leiden. Het moet een beetje als celdeling gaan. Een cel splitst zich en zo groeit
het. Hierin zal training, begeleiding en afstemming nodig zijn, maar ook vooral een goede
selectie, gebaseerd op een omschreven (team)profiel en gevoel.
Onderzoek en beschrijving methodiek.
In samenwerking met de Radboud universiteit willen we de aanpak wetenschappelijk laten
onderzoeken en een vertaling maken naar een hanteerbare en inzichtelijke methodiek, zodat
het ook overdraagbaar wordt. Creëren volgens mix van methodes, training en onderzoek.
Geen stringente eenduidige aanpak, maar een doelgerichte Mijn school aanpak, waarbij de
student en zijn leven centraal staat.
Basis hierbij is de student in de regierol zetten, zelf laten/leren kiezen. Je neemt zelf het heft
in handen, je leven als een onderneming zien, waar jij aan het roer staat en hulp inroept/krijgt
die bij je past in het hier en nu.
De vraag is dan wat zijn succesfactoren in deze aanpak. Waarom werkt juist dit en wat doen
we?
17. 17
Huisvesting:
Mijn School zoekt haar huisvesting in leegstaande gebouwen en ontwikkelgebieden. Door
onderwijs en innovatie te verbinden verhoog je de participatie voor de doelgroep die Mijn
school bedient. Ze ervaren dat ze van meerwaarde zijn, ze doen ertoe en kunnen bouwen
aan het verhogen van de eigen kans op werk. Hierbij is de inrichting en ontwikkeling altijd
vanuit duurzaamheid gedacht. Niets nieuw, maar alles van gebruikte materialen, waarbij er
ook nadrukkelijk wordt gekeken naar het maatschappelijk belang van het ontwikkelen van
een gebied of gebouw.
Ook wil Mijn School mobiele werkplaatsen gaan maken, waar er op een ontwikkellocatie
waar nog geen voldoende faciliteiten zijn tijdelijk les te geven of te innoveren. Hierdoor kan
Mijn School overal komen. Bijvoorbeeld op een bouwterrein in ontwikkeling midden in de
stad, waar Mijn School voorlichting geeft, de leefbaarheid vergroot en een lunchroom voor de
werkers en buurtbewoners verzorgt. Of midden in een gebied van natuurmonumenten wat
ontwikkeld moet worden.
18. 18
Korte opsomming succesfactoren:
- Methodiek sluit aan bij de behoeftes van de doelgroep.
- De onderwijsvorm is flexibel en past snel aan op wensen en behoeftes van de
deelnemers en het werkveld.
- Instroom is vanuit drie lijnen; uitvallers, talentvolle studenten die aanlopen tegen het
reguliere aanbod, ervaren welzijnswerkers/vrijwilligers zonder diploma.
- De kracht van de deze instroom is dat dit een versterkend en motiverend effect heeft
op alle studenten.
- Er wordt ingezet op de uitstroom, dit betekent dat studenten gericht worden op wat ze
na/met hun diploma willen bereiken. Dit verhoogt de kans op werk en succes binnen
de vervolgopleiding, omdat men hier al op is voorbereid.
- Door het inzetten van zzp-ers en vrijwilligers naast een klein team vaste mensen, kan
er sneller worden ingespeeld op ontwikkelingen binnen de markt en vergroot het de
kwaliteit van het onderwijsaanbod door de gerichte inzet van specialisten.
- Er is een nauwe betrokkenheid met het werkveld, waardoor de beroepsgerichtheid
sterk is. Dit vergroot ook het arbeidsperspectief.
- De betrokkenheid met het werkveld zorgt voor ruim aanbod van stageplaatsen,
projecten en ontwikkeling van leerafdelingen.
- De projectmatige aanpak is erg aansprekend voor zowel de student als het werkveld.
- Directe begeleiding op wonen, werk, onderwijs, gezondheid en vrije tijd verkleint de
kans op uitval door de benadering vanuit het hele systeem rondom de student.
- Er is een goed netwerk met hulpverlening, woningbouwcorporatie, gemeente en
welzijn.
- Het examenportfolio en toetsing is gelijk aan de reguliere opleiding, waardoor
instroom en uitstroom probleemloos verloopt. Waardoor studenten ook tijdelijk naar
Mijn school kunnen, maar ook Mijn school studenten bij reguliere
programmaonderdelen kunnen aansluiten.
- Het concept is toepasbaar binnen alle opleidingen.
- Sluit aan op de speerpunten binnen onderwijs, werkgelegenheid en hulpverlening.
- (begeleide)Uitstroom naar vakopleiding(bestaande crebo’s) of werk door nauwe
aansluiting met bedrijfsleven en beroepsopleidingen.
- Voortraject Instroomprogramma mogelijk via gemeente. Traject van 1 jaar, waarin
studenten schoolrijp worden gemaakt binnen de school, drempelloze doorstroom in
opleidingsdeel aanleren basisvaardigheden, in (beschermde)stagepraktijk en
onderzoek ontdekken welk vak past.
- Mogelijkheid om vakopleiding op maat te doen; onderaannemer van beroepssectoren
(Mijn school huidige variant met uitbreiding crebo’s)
- Meer kans op projectsubsidies, ondernemers die willen investeren, naast OC&W
gelden ook andere financieringsstromen vanuit gemeente mogelijk (Participatiewet,
WMO en gelden jeugdzorg).
- Kleine zelfsturende teams op flexibele locaties, systeem en aanpak snel
dupliceerbaar. Daardoor sneller inspringen op trends/ontwikkelingen binnen
maatschappij.
- Wetenschappelijk onderzoek als basis voor Mijn School.
