ZONH-werkconferentie Kompas voor e-health: Lezing Johan Krijgsman - Op naar m...
Logopedisten heerhugowaard intro floorplay
1. FloorPlay 19-5-2015
GLG Couturier 1
FloorPlay
wanneer de ontwikkeling (niet)
vanzelfsprekend loopt
G.L.G. Couturier
klinisch psycholoog
infant mentalhealth specialistDAIMH
kinder- en jeugdpsycholoog-specialistNIP
kinder-en jeugdpsychotherapeutspecialistVKJP
erelid SVPO (Surinaamse Verenigingvan Psychologenen Orthopedagogen)
19 mei 2015
FloorPlay volgens het DIR-model
Kern =
respectvolle, warme en persoonlijke
ontwikkelingsgerichte (D)
sensori-motorische (I)
relationele (R)
integratie van cognitie en emotie
structurele [verstand, gevoel, verbeelding, gedrag,
wensen, angsten, etc. hangen met elkaar samen]
benadering
Er moet een klik zijn tussen kind en volwassene in het
hier-en-nu
17-5-2015
Het doel van FloorPlay [1]
Hoofdlijnen:
vertrouwelijk kunnen zijn met de
ouder/verzorger, ook na boosheid
wederzijdse communicatie volhouden, ook bij
opwinding
in staat zijn gevoelens met woorden of spel te
uiten, ook na een frustrerende ervaring
logisch blijven denken, ook na teleurstelling
17-5-2015
Het doel van FloorPlay [2]
Meer in detail: het kind te helpen:
meer alert te worden
meer initiatief te tonen
meer flexibel te worden
frustratie te tolereren
langere gedragsketens op te bouwen, te plannen en uit
te voeren
in het vinden van oplossingen (oplossingsgerichte
attitude)
verbaal en non-verbaal te communiceren
plezier te hebben in het leren
17-5-2015
Het doel van FloorPlay [3]
Het kind brengen tot betrokkenheid in relaties die bij
hem de 6 essentiële ontwikkelingscapaciteiten op
gang brengen:
1. gedeelde aandacht
2. betrokkenheid en relatievorming
3. wederkerigheid intentionele affectieve signalering
en communicatie
4. lange ketens van wederzijds gereguleerde
emotionele signalering en gedeelde sociale
probleemoplossing
5. voorstellingen (en ideeën) creëren
6. bruggen bouwen tussen ideeën: logisch denken
17-5-2015
Situering
Bevat elementen van zowel:
psychodynamische therapie
gedragstherapie en cognitieve therapie
ontwikkelingstherapie (motoriek, taal,
symboolvorming, spel, …)
sensori-motorische integratie / sensorische
integratie
Aantal overeenkomsten met Hanen
maar veel breder
17-5-2015
2. FloorPlay 19-5-2015
GLG Couturier 2
Waarom daar zoveel aandacht aan
besteden?
19-5-2015GLG Couturier
Baby/jonge kind = relatie
Wetenschappelijke ontwikkelingen
sinds plm. 1970: o.a. neurobiologie en infant mental health
19-5-2015GLG Couturier
Alles speelt zich af binnen de relatie
“In de Infant Mental Health richt het
therapeutische werk zich op de
ouder-kind relatie.
Het is van belang deze primaire
relaties te zien als eenheden die
beoordeeld moeten worden en
indien nodig gediagnosticeerd”.
(Zero to Three 1994)
17-5-2015
19-5-2015GLG Couturier
Alles speelt zich af binnen de relatie
17-5-2015
Het kind is geen entiteit op zich …
• het kind leeft niet op een eiland
De onderzoeker/behandelaar maakt deel uit van de
diagnostische en therapeutische relatie:
van one-person-psychology
naar two-person-psychology / three person-
psychology
19-5-2015GLG Couturier
Grote groei in kennnis over genen en brein
Maar het kind en de ouders zijn van vlees
en bloed …
Oog voor aanleg, temperament,
sensorisch profiel, …
19-5-2015GLG Couturier
Complexiteit van ontwikkeling en relatie
besef van de complexiteit van de
ontwikkeling vraagt steeds meer om multi-
en transdisciplaire samenwerking …
noodzaak aan gezamenlijk model en
gemeenschappelijke taal
19-5-2015GLG Couturier
3. FloorPlay 19-5-2015
GLG Couturier 3
Een model voor deze tijd:
Greenspan en FloorPlay in Nederland
DIR-model
D = developmental
(ontwikkeling)
I = individual
differences
(de biologische
make-up)
R = relationship
based
19-5-2015GLG Couturier
DIR®/Floortime™ bij RINO-NH
Amsterdam 14-17 september 2006
RINO-NH
Zie ook:
DIR/Floortime
Conferentie
Mei 2009
en juni 2010 Serena Wieder
Sima Gerber
Rose-Mary White
19-5-2015GLG Couturier
Voortschrijdend inzicht
Noodzaak methodiek in te voegen in
bestaande Europese situaties
Andere visie op financiën …
Overlijden Stanley Greenspan voorjaar
2010
We leren P.L.A.Y.-project steeds beter
kennen: Rick Solomon
Nieuwe ontwikkelingen in de neurobiologie
Eigen traject: FLOORtime en PLAYproject
worden FloorPlay
De bezieling van Marieke van Dam
RINO Amsterdam heeft specifieke focus op
het jonge kind en zijn ouders
19-5-2015GLG Couturier
• DIR
• Floortime
• intensief en duur
Greenspan
• Play Project
• 1x/maand en low
budget
Solomon
• FloorPlay
• flexibel en invoegen
in bestaande kaders
• meer oog voor
problematiek ouders
• Neurobiologie
• IMH
Nieuwe
ontwikkelingen
19-5-2015GLG Couturier
Internationale interesse
Amsterdam
Paramaribo:
SVPO 2013 en
2014 en MOB
2012, 2013, 2014
België:RINO
VlaanderenenAZ
Antwerpen
Algerije:
Univ. Bejaia
2012 en 2014
en AZ
Constantine
2013
In company
Publicaties en
website
Parijs 2014
FloorPlay is cultuursensitief !! 19-5-2015GLG Couturier
FloorPlay is cultuursensitief
SVPO (Surinaamse
Vereniging
van Psychologen en
Orthopedagogen)
Universiteit van
Paramaribo
Juli 2012
Psychiatriecongres
Universiteit van Bejaia mei
2012
Kinderpsychiatrie Constantine
mei 2013 19-5-2015GLG Couturier
4. FloorPlay 19-5-2015
GLG Couturier 4
FloorPlay volgens het DIR-model
Kern =
respectvolle
ontwikkelingsgerichte (D)
sensori-motorische (I)
relationele (R)
integratie van cognitie en emotie
structurele [verstand, gevoel, verbeelding gedrag,
wensen, angsten, etc. hangen met elkaar samen]
benadering
Er moet een klik zijn tussen kind en volwassene in het
hier-en-nu
19-5-2015GLG Couturier
Respectvol
Durven het principieel niet te weten !!!
De niet-wetende positie
volg het spoor van het kind
luister naar de ouders
en sluit daar met iets interessants op aan
check of het aansluit …
Niet: doctor knows best !!
19-5-2015GLG Couturier
video
19-5-2015GLG Couturier
Rijke visie van Greenspan op ontwikkeling
geniale van Greenspan is dat hij de
verschillende ontwikkelingslijnen in hun
onlosmakelijke structurele samenhang ziet
door te werken vanuit die structurele
samenhang is FloorPlay een effectieve
behandeling
in veel andere therapieën/behandelingen worden
vooral afzonderlijke functies getraind
19-5-2015GLG Couturier
Individuele verschillen, interactie en
ontwikkeling,
interactie staat centraal
altijd rekening houden met constitutionele outfit
kind ontwikkelt zich fasisch (structureel ontwikkelingsmodel)
daarbij zijn alle aspecten van het functioneren (verstand,
gevoel en verbeelding) en van de persoonlijkheid (doelen,
wensen, motivaties, fantasieën, angsten, gevoelens …)
onlosmakelijk met elkaar verbonden
bv. in mijlpaal 4 [gedragsorganisatie]: nadruk op
motorische controle, beheersing van de spieren om
doelgericht te handelen, de eenwoordzin om te wijzen
op en joint attention af te dwingen, de angst dat de
andere jou de controle ontneemt, de angst dat de
ouder je niet meer lief vindt, …
19-5-2015GLG Couturier
Essentie: SPEELSE interactie staat centraal
interacties
geslaagd
en leidend tot leren en ontwikkeling
wanneer de volwassene
hier en nu
affectvol
aansluit bij het kind op zijn niveau
en er sprake is van emotionele uitwisseling
Rick Solomon:
“don’t teach
HAVE FUN” 19-5-2015GLG Couturier
5. FloorPlay 19-5-2015
GLG Couturier 5
Therapeutische aanpak
Rekening houden met
unieke constitutionele eigenschappen
en rijpingspatroon van dit kind
interactiepatroon tussen verzorger en
kind
ideeën die in het gezin leven
ervaringen tot nu toe van het gezin
19-5-2015GLG Couturier
Respecteer
Respecteer het kind
ook in de
weerbarstigheid van
zijn/haar probleem
Neem de tijd voor
vooruitgang op de
vierkante millimeter
Steun de ouders ook
in hun geduld en
doorzettingsvermogen
19-5-2015GLG Couturier
Structurele ontwikkelingsniveaus
1. Zelfregulatie en belangstelling voor de omringende wereld
(Homeostase) (0-3 maanden) rustige, oplettende zelfregulatie en
geïnteresseerd raken in de omgeving
2. Intimiteit (Hechting) (2-7 maanden) betrokken raken en
relatievorming
3. Wederzijds communiceren (Somato-psychologische
differentiatie) (3 tot 10 maanden) intentioneel wederzijds
communiceren
4. Problemen oplossen, zelfbewustzijn ontwikkelen en complexe
communicatie (Problemen oplossen, zelfbewustzijn ontwikkelen
en complexecommunicatie (Gedragsorganisatie, initiatief en
verinnerlijking)) (9-18 maanden) problemen oplossen en
zelfbewustzijn ontwikkelen
5. Voorstellend vermogen en emotionele ideeën (18-30 maanden)
wereld van ideeën ontdekken
6. Emotioneel denken (30-48 maanden) bruggen bouwen tussen ideeën
19-5-2015GLG Couturier
DIR-model
Het DIR-model en de functioneel
emotionele stadia van de ontwikkeling
de 6 ontwikkelingsstadia (mijlpalen)
adaptatieve en maladaptatieve patronen
sensorische organisatie
affectieve organisatie
19-5-2015GLG Couturier
Structurele ontwikkelingsniveaus
1. Zelfregulatie en belangstelling voor de omringende wereld
(Homeostase) (0-3 maanden) rustige, oplettende zelfregulatie en
geïnteresseerd raken in de omgeving
2. Intimiteit (Hechting) (2-7 maanden) betrokken raken en
relatievorming
3. Wederzijds communiceren (Somato-psychologische
differentiatie) (3 tot 10 maanden) intentioneel wederzijds
communiceren
4. Problemen oplossen, zelfbewustzijn ontwikkelen en
complexe communicatie (Problemen oplossen,
zelfbewustzijn ontwikkelen en complexe communicatie
(Gedragsorganisatie, initiatief en verinnerlijking)) (9-18
maanden) problemen oplossen en zelfbewustzijn ontwikkelen
5. Voorstellend vermogen en emotionele ideeën (18-30
maanden) wereld van ideeën ontdekken
6. Emotioneel denken (30-48 maanden) bruggen bouwen tussen
ideeën 19-5-2015GLG Couturier
1. (D) Homeostase (begint bij 0-3 maanden):
gedeelde aandacht en regulering
Aandacht richten, belangstelling voor en gerichte
reactie op gewaarwordingen, beelden, geluiden,
aanraking, bewegingen en andere gewaarwordingen
vanuit alle zintuigen (visuele indrukken, geuren, tast,
…) en in het eigen lijf (propriocepsis)
ordenen van deze gewaarwordingen (geluiden worden
ritmen, visuele indrukken worden beelden, …) en
primaire bewegingen
Tegelijkertijd kalm blijven (regulated state)
bij voorbeeld: kijken naar, luisteren naar en de
bewegingen volgen van een ouder, omdraaien in de
richting van geluiden
19-5-2015GLG Couturier
6. FloorPlay 19-5-2015
GLG Couturier 6
1. Homeostase (0-3 maanden)
Rustig, oplettend en geïnteresseerd raken
aanpassing en verwerving van interne regulatie
belangstelling krijgen voor de omgeving
baby heeft aandacht voor multisensorische (vanuit
verschillende zintuigen tegelijk) affectieve ervaringen en
kan tegelijkertijd een kalme, gereguleerde ‘state’ en plezier
in de ervaring organiseren
Betekenis geven aan gewaarwordingen
bv. lakentje voelt lekker of niet lekker
19-5-2015GLG Couturier
1. (D) Homeostase (begint bij 0-3 maanden):
gedeelde aandacht en regulering
toont langer dan drie
seconden belangstelling voor
verschillende prikkels uit de
omgeving
blijft langer dan twee minuten
kalm en geconcentreerd
is met hulp van de ouder
binnen ca. twee minuten over
de frustratie heen
toont belangstelling voor
ouder als persoon (dat wil
zeggen niet alleen voor
levenloze voorwerpen) 19-5-2015GLG Couturier
1. Homeostase (0 tot 3 maanden)
Aangepaste vaardigheden
interne regulatie, rustig blijven en zich snel
herstellen van ontregeling (harmonie)
evenwichtige belangstelling voor de omgeving
Pathologisch
niet gereguleerd (bv. gespannen en
overprikkelbaar, zich overstrekken,
overgevoelig voor aanraking en geluid)
teruggetrokken (apathisch, onvoldoende
reageren op omgeving)
19-5-2015GLG Couturier
1. (D) Homeostase (begint bij 0-3 maanden):
gedeelde aandacht en regulering
Alarmsignalen:
geen aanhoudende aandacht voor
verschillende beelden of geluiden
19-5-2015GLG Couturier
1. Homeostase (0-3 maanden):
verzorgers/omgeving
Adequaat
betrokken, toegewijd, beschermend,
troostend, voorspelbaar, gericht op,
geïnteresseerd
Inadequaat
niet beschikbaar, chaotisch, gevaarlijk,
mishandelend, over- of onderstimulerend, dof
en suf
19-5-2015GLG Couturier
Structurele ontwikkelingsniveaus
1. Zelfregulatie en belangstelling voor de omringende wereld
(Homeostase) (0-3 maanden) rustige, oplettende zelfregulatie en
geïnteresseerd raken in de omgeving
2. Intimiteit (Hechting) (2-7 maanden) betrokken raken en
relatievorming
3. Wederzijds communiceren (Somato-psychologische
differentiatie) (3 tot 10 maanden) intentioneel wederzijds
communiceren
4. Problemen oplossen, zelfbewustzijn ontwikkelen en
complexe communicatie (Problemen oplossen,
zelfbewustzijn ontwikkelen en complexe communicatie
(Gedragsorganisatie, initiatief en verinnerlijking)) (9-18
maanden) problemen oplossen en zelfbewustzijn ontwikkelen
5. Voorstellend vermogen en emotionele ideeën (18-30
maanden) wereld van ideeën ontdekken
6. Emotioneel denken (30-48 maanden) bruggen bouwen tussen
ideeën 19-5-2015GLG Couturier
7. FloorPlay 19-5-2015
GLG Couturier 7
Structurele ontwikkelingsniveaus
1. Zelfregulatie en belangstelling voor de omringende wereld
(Homeostase) (0-3 maanden) rustige, oplettende zelfregulatie en
geïnteresseerd raken in de omgeving
2. Intimiteit (Hechting) (2-7 maanden) betrokken raken en relatievorming
3. Wederzijds communiceren (Somato-psychologische differentiatie) (3
tot 10 maanden) intentioneel wederzijds communiceren
4. Problemen oplossen, zelfbewustzijn ontwikkelen en complexe
communicatie (Problemen oplossen, zelfbewustzijn ontwikkelen en
complexe communicatie(Gedragsorganisatie, initiatiefen
verinnerlijking)) (9-18 maanden) problemen oplossen en zelfbewustzijn
ontwikkelen
5. Voorstellend vermogen en emotionele ideeën (18-30 maanden) wereld
van ideeën ontdekken
6. Emotioneel denken (30-48 maanden) bruggen bouwen tussen ideeën
19-5-2015GLG Couturier
Structurele ontwikkelingsniveaus
1. Zelfregulatie en belangstelling voor de omringende wereld
(Homeostase) (0-3 maanden) rustige, oplettende zelfregulatie
en geïnteresseerd raken in de omgeving
2. Intimiteit (Hechting) (2-7 maanden) betrokken raken en
relatievorming
3. Wederzijds communiceren (Somato-psychologische
differentiatie) (3 tot 10 maanden) intentioneel wederzijds
communiceren
4. Problemen oplossen, zelfbewustzijn ontwikkelen en
complexe communicatie (Gedragsorganisatie, initiatief en
verinnerlijking) (9-18 maanden) problemen oplossen,
zelfbewustzijn ontwikkelen en complexe communicatie
5. Voorstellend vermogen en emotionele ideeën (18-30
maanden) wereld van ideeën ontdekken
6. Emotioneel denken (30-48 maanden) bruggen bouwen tussen
ideeën
19-5-2015GLG Couturier
4. (D) Gedragsorganisatie, initiatief en verinnerlijking (9-18
maanden): gezamenlijke oplossing van sociale problemen
Doel en interactie nu via meerdere communicatiecirkels
bv. gedeelde aandacht
Organiseren van ketens van tweerichtings
probleemoplossende communicaties
Communicatie vasthouden onafhankelijk van de ruimte
Veel sociale en emotionele interacties achtereen gebruikt
voor probleemoplossing:
bv. papa een stuk speelgoed laten zien
Affectieve polariteiten integreren
verzoenen van emotionele tegenstellingen
Synthese van een ontluikende pre-representationele
organisatie van het zelf en de andere
bv. papa bij de hand nemen om een speeltje op het schap
te leggen 19-5-2015GLG Couturier
4. (D) Gedragsorganisatie, initiatief en verinnerlijking (9-18
maanden): gezamenlijke oplossing van sociale problemen
Sluit 10 of meer communicatiecirkels achter elkaar (pakt u bv. bij
de hand, trekt u mee naar de ijskast, wijst, maakt geluidjes,
reageert op uw vraag met meer geluidjes en gebaren, blijft
gebaren uitwisselen tot u de ijskast opent en pakt wat hij wil)
Imiteert uw gedrag op gerichte wijze (zet bv. papa's pet op en
paradeert rond in afwachting van bewonderende uitroepen)
Sluit tien of meer communicatiecirkels door middel van:
geluidjes of woorden
gezichtsuitdrukkingen
wederzijdse aanraking of omarming
beweging in de ruimte (bv. door stoeien)
grofmotorische activiteit (bv.: elkaar achterna zitten, klimmen)
communicatie op afstand (kan bv. dwars door de kamer heen tien
communicatiecirkels met u sluiten)
19-5-2015GLG Couturier
4. (D) Gedragsorganisatie, initiatief en verinnerlijking (9-18
maanden): gezamenlijke oplossing van sociale problemen
Sluit drie of meer communicatiecirkels achter elkaar met de volgende emoties:
affectie (gebruikt bv. gezichtsuitdrukkingen,gebaren en geluidjes om een kus
of knuffel te krijgen; imiteert uw gedrag, zoals praten in een
speelgoedtelefoontjeterwijl u aan het bellen bent)
vreugde en opwinding (nodigt via blikken en geluidjes iemand anders uit mee
te doen in zijn opwinding over iets; deelt met andere kinderen of volwassenen
'mee in de grap' door samen ergens om te lachen)
assertieve nieuwsgierigheid (gaat zelfstandig op verkenning uit, gebruikt
vermogen tot communicatie op afstand voor warm affectief contact met u bij het
zelfstandig rondkijken of spelen)
angst (zoekt uw bescherming, zegt bv. 'Nee!' en verschuilt zich achter u)
woede (slaat of knijpt met opzet, gilt, beukt om zich heen, krijst of gooit zich op
de grond om woede te laten blijken of kijkt met een koele of boze blik)
grenzen stellen (begrijpt en reageert op uw grenzen, hetzij met woorden —
'Nee, niet doen!'- of met gebaren, zoals een zwaaiende vinger, een boos
gezicht) 19-5-2015GLG Couturier
4. (D) Gedragsorganisatie, initiatief en verinnerlijking (9-18
maanden): gezamenlijke oplossing van sociale problemen
Gebruikt imitatie om over iets onaangenaams heen
te komen
beukt bv. op de vloer en schreeuwt terug tegen een boze
ouder die ook schreeuwt
19-5-2015GLG Couturier
8. FloorPlay 19-5-2015
GLG Couturier 8
4. Gedragsorganisatie, initiatief en
verinnerlijking (9-18 maanden) I
problemen oplossen
zelfbewustzijn ontwikkelen
doel en interactie
19-5-2015GLG Couturier
4. Gedragsorganisatie, initiatief en
verinnerlijking (9-18 mdn) II
Organisatie van ketens van 2-richtingsverkeer in
de communicatie (openen en sluiten van
meerdere opeenvolgende communicatiecirkels)
bv. uitwisseling van stemgeluid en gaandeweg
woorden
Complexe, georganiseerde, gedrags- en
emotionele patronen waarbij plezier beleefd
wordt
bv. interactieve sociale spelletjes waarbij humor,
samenwerking en uitdaging een rol speelt
19-5-2015GLG Couturier
4. Gedragsorganisatie, initiatief en
verinnerlijking (9-18 mdn) III
imitatie
uiten van behoeften en belangstelling door
het nemen van initiatief
onafhankelijkheid
communicatie op afstand; woorden
oorspronkelijkheid
begrijpen van functies en betekenissen
accepteren van grenzen
19-5-2015GLG Couturier
4. Gedragsorganisatie, initiatief en
verinnerlijking (9-18 maanden)
Aangepaste vaardigheden
complexe, georganiseerde, assertieve, plezier
hebbend in nieuwe dingen, geïntegreerde
gedrags- en emotionele patronen
Pathologisch
fragmentarisch, stereotiep en eenzijdig
gedrag en emoties (bv. teruggetrokken,
meegaande, overagressieve of gedragsmatig
gedesorganiseerde peuter)
19-5-2015GLG Couturier
4. (D) Gedragsorganisatie, initiatief en verinnerlijking (9-18
maanden): gezamenlijke oplossing van sociale problemen
Alarmsignalen
Onvermogen
om veel opeenvolgende, wederkerige sociale
interactie te starten en vol te houden of
om emotionele signalen uit te wisselen
19-5-2015GLG Couturier
4. Gedragsorganisatie, initiatief en verinnerlijking
(9-18 maanden): verzorgers/omgeving
Adequaat:
bewondering voor initiatief en – voor zover die
er als is – autonomie van de peuter, tolerant en
vastberaden
volgt wat de peuter aanbiedt en helpt hem de
verschillende gedrags- en affectieve elementen
te organiseren
19-5-2015GLG Couturier
9. FloorPlay 19-5-2015
GLG Couturier 9
4. Gedragsorganisatie, initiatief en verinnerlijking
(9-18 maanden): verzorgers/omgeving
Inadequaat:
te opdringerig, te controlerend
fragmentarisch
bang (m.n. voor de autonomie van de peuter)
daarom als ouder bv. eenzijdig gericht op aanleren
van discipline en zelfbeheersing
gaat abrupt en voortijdig weg
19-5-2015GLG Couturier
video
19-5-2015GLG Couturier
Structurele ontwikkelingsniveaus
1. Zelfregulatie en belangstelling voor de omringende wereld
(Homeostase) (0-3 maanden) rustige, oplettende zelfregulatie
en geïnteresseerd raken in de omgeving
2. Intimiteit (Hechting) (2-7 maanden) betrokken raken en
relatievorming
3. Wederzijds communiceren (Somato-psychologische
differentiatie) (3 tot 10 maanden) intentioneel wederzijds
communiceren
4. Problemen oplossen, zelfbewustzijn ontwikkelen en
complexe communicatie (Problemen oplossen,
zelfbewustzijn ontwikkelen en complexe communicatie
(Gedragsorganisatie, initiatief en verinnerlijking)) (9-18
maanden) problemen oplossen en zelfbewustzijn ontwikkelen
5. Voorstellend vermogen en emotionele ideeën (18-30
maanden) wereld van ideeën ontdekken
6. Emotioneel denken (30-48 maanden) bruggen bouwen tussen
ideeën
19-5-2015GLG Couturier
5. (D) Voorstellend vermogen, differentiatie en consolidatie (vanaf
18-30 maanden): taalontwikkeling en vorming van gedachten
Beginnen begrijpen dat iets voor iets anders kan staan:
ideeën creëren en functioneel gebruiken als basis voor
creativiteit of verbeeldend denken
Betekenisvol gebruik van woorden of zinsneden en
interactievee ‘doen alsof’ spelletjes met verzorgers of
leeftijdsgenoten
bv. mama vertellen dat het een koekje wil in plaats van haar
naar de keuken mee te trekken
bv. tegen papa zeggen dat het bang is in plaats van alleen
maar angstig te krijsen
Betekenis geven aan symbolen
bv. verbeeldend spel
19-5-2015GLG Couturier
5. (D) Voorstellend vermogen, differentiatie en consolidatie (vanaf
18-30 maanden): taalontwikkeling en vorming van gedachten
Bedenkt 'doen-alsof'-spel met twee of meer ideeën
bv.: vrachtauto's botsen en gaan daarna stenen halen, poppen doen
lief tegen elkaar en drinken vervolgens thee; de ideeën hoeven geen
verband met elkaar te houden
Brengt met gebruik van woorden, plaatjes of baren twee of
meer ideeën tegelijk over
bv.: 'Niet slapen. Spelen.', de ideeën hoeven geen verband met
elkaar te houden
Communiceert wensen, bedoelingen en gevoelens door
middel van (combinatie van)
woorden
verscheidene gebaren achter elkaar
aanraking (bv.: veel knuffelen of gestoei)
Speelt eenvoudige bewegingsspelletjes met regels
bv.: om de beurt de bal gooien 19-5-2015GLG Couturier
Structurele ontwikkelingsniveaus
1. Zelfregulatie en belangstelling voor de omringende wereld
(Homeostase) (0-3 maanden) rustige, oplettende zelfregulatie en
geïnteresseerd raken in de omgeving
2. Intimiteit (Hechting) (2-7 maanden) betrokken raken en
relatievorming
3. Wederzijds communiceren (Somato-psychologische
differentiatie) (3 tot 10 maanden) intentioneel wederzijds
communiceren
4. Problemen oplossen, zelfbewustzijn ontwikkelen en
complexe communicatie (Problemen oplossen,
zelfbewustzijn ontwikkelen en complexe communicatie
(Gedragsorganisatie, initiatief en verinnerlijking)) (9-18
maanden) problemen oplossen en zelfbewustzijn ontwikkelen
5. Voorstellend vermogen en emotionele ideeën (18-30
maanden) wereld van ideeën ontdekken
6. Emotioneel denken (30-48 maanden) bruggen bouwen tussen
ideeën
19-5-2015GLG Couturier
10. FloorPlay 19-5-2015
GLG Couturier 10
6. Emotioneel denken (30-48 maanden)
19-5-2015GLG Couturier
Structurele ontwikkelingsniveaus
1. Zelfregulatie en belangstelling voor de omringende wereld
(Homeostase) (0-3 maanden) rustige, oplettende zelfregulatie
en geïnteresseerd raken in de omgeving
2. Intimiteit (Hechting) (2-7 maanden) betrokken raken en
relatievorming
3. Wederzijds communiceren (Somato-psychologische
differentiatie) (3 tot 10 maanden) intentioneel wederzijds
communiceren
4. Problemen oplossen, zelfbewustzijn ontwikkelen en
complexe communicatie (Problemen oplossen,
zelfbewustzijn ontwikkelen en complexe communicatie
(Gedragsorganisatie, initiatief en verinnerlijking)) (9-18
maanden) problemen oplossen en zelfbewustzijn ontwikkelen
5. Voorstellend vermogen en emotionele ideeën (18-30
maanden) wereld van ideeën ontdekken
6. Emotioneel denken (30-48 maanden) bruggen bouwen tussen
ideeën
19-5-2015GLG Couturier
Opbouw verhaal
Model: DIR
a. developmental
b. individual difference
c. relationship-based
19-5-2015GLG Couturier
D.I.R. (I): Individuele verschillen in sensorische
reactiviteit, verwerking en motorische planning (1)
Constitutionele make-up
Resultaat van biologisch bepaalde
individuele verschillen als resultaat van:
genetische variatie/deficits
prenatale variatie/deficits
perinatale variatie/deficits
variabiliteit/deficits in de rijpingsprocessen
19-5-2015GLG Couturier
D.I.R. (I): Individuele verschillen in sensorische
reactiviteit, verwerking en motorische planning (2)
individuele verschillen in sensorische reactiviteit (informatie moduleren)
hoe je de wereld ondergaat
inclusief hypo- of hyperactiviteit in iedere sensorische modaliteit
betreft: sensorisch systeem (zintuigen, zenuwbanen, hersenen)
individuele verschillen in de informatieverwerking
(betekenis geven aan de sensorische informatie)
hoe je de wereld begrijpt en voelt
betreft: informatie-verwerkend systeem (hersenen)
sensorische verwerking in iedere sensorische modaliteit
sensorisch-affectieve verwerking in iedere modaliteit (betekenis geven aan de
sensorische informatie autisme !!)
problemen met spiertonus, creëren en sequentiëren/plannen van reacties
(lichaam bewegen zoals het kind het wil)
hoe doelgericht je op de wereld kunt reageren
betreft: motorisch systeem (hersenen, zenuwbanen, spieren)
19-5-2015GLG Couturier
Individuele verschillen in… regulerend vermogen,
regulatie (zie Ch. Schenning)
Drie regulerende systemen voor het vermogen om jezelf te
kalmeren en te activeren :
hoe je de wereld ondergaat.
sensorische verwerking
hoe je de wereld begrijpt en voelt.
betekenis/affect verlening
hoe doelgericht je op de wereld kunt reageren.
motorische verwerking
Ze ‘managen’ je ervaringen.
Ze bepalen je mogelijkheden om …
de wereld aangepast, georganiseerd, binnen te laten komen
je eigen gedrag aan te passen aan de omgeving.
19-5-2015GLG Couturier
11. FloorPlay 19-5-2015
GLG Couturier 11
Individuele verschillen in…
contact met de wereld, interactie
De drie regulerende systemen bepalen dus …
of en hoe je contact kunt ontvangen en
contact kunt maken en onderhouden met je
omgeving.
ze werken als een toegangspoort:
naar binnen & naar buiten
19-5-2015GLG Couturier
Individuele verschillen in …
je eigen database van kennis en affecten
en daardoor zijn individuele verschillen mede
bepalend voor:
de cognitieve ontwikkeling:
eigen database van kennis
‘encyclopedie’
in verbinding met
de emotionele ontwikkeling:
eigen database van affecten
emotionele ‘catalogus’
19-5-2015GLG Couturier
Kinderen met special needs …
hebben sterkten en zwakten in het
verwerken van prikkels en/of het
organiseren van gedrag
dus in hun regulerende mogelijkheden
deze sterkten en zwakten steunen of
belemmeren hen in het behalen van de
zes functioneel emotionele mijlpalen
om hun ontwikkeling te kunnen steunen,
moeten we inzicht hebben in hun sterkten
en zwakten op de drie regulerende
systemen
dit geeft informatie over de individuele
behoeften van het kind 19-5-2015GLG Couturier
Individuele verschillen in …
je mogelijkheden op level 1
Denk aan level 1: voorbeelden?
Het ontstaan van …
co-regulatie zelfregulatie
gedeelde aandacht
interesse in de wereld
Hiervoor is een regulerend systeem
nodig:
sensorische organisatie van je
omgeving
affectieve organisatie van je omgeving
19-5-2015GLG Couturier
Individuele verschillen: gedragstypen
Overgevoelige kind
hypersensitief, voorzichtig, angstig
kunnen informatie over ruimte moeilijk verwerken
emoties heel intens ervaren
In zichzelf gekeerde kind
hyposensitief, teruggetrokken in zichzelf
Dwarse kind
hypersensitief, verdedigend, negatief
beter ruimtelijk inzicht dan overgevoelige kind
Aandachtsprobleemkind
fysieke oorzaken voor de onoplettendheid
overmatig of te weinig reageren op prikkels
Hyperactieve/agressieve kind
hypersensitief, motorisch gedesorganiseerd(impulsief)
19-5-2015GLG Couturier
Opbouw verhaal
Model: DIR
a. developmental
b. individual difference
c. relationship-based
19-5-2015GLG Couturier
12. FloorPlay 19-5-2015
GLG Couturier 12
Relationship based
Uitgangspunt:
affectieve interacties
bevorderen
de sociale en emotionele ontwikkeling
de intelligentie en
het gevoel voor waarden en normen
Inclusief de gewetensvorming)
19-5-2015GLG Couturier
Relatie en affectieve interacties [1]
creëren gevoel voor intimiteit, relationele
vaardigheden, zelfwaardering, coping en
zelfreflectie
creëren symbolische vaardigheden doorheen
fantasiespel en conversaties
creëren emotionele bandbreedte en het
vermogen tot voelen van afhankelijkheid,
scheiding, verlies, lichamelijke beschadiging,
angst, boosheid, jaloezie, siblingrivaliteit,
competitie, agressie, macht, vriendschap,
loyaliteit, sterfelijkheid, rechtvaardigheid en
moraliteit
19-5-2015GLG Couturier
Relatie en affectieve interacties [2]
leiden tot de vaardigheid om
onderscheid te maken
te generaliseren
het opbouwen van abstract, logisch en
creatief denken
initiëren de schoolse vaardigheden zoals taal,
rekenvaardigheden (bv. meer/minder), lezen,
grammatica en pragmatiek
19-5-2015GLG Couturier
FLOORPLAY
Practische uitvoering:
de 5 stappen van
17-5-2015
De vijf stappen van FloorPlay (1998)
1. observeren
2. toenaderen en openen van
communicatiecirkels
3. volg het spoor van het kind
4. aanvullen en uitbreiden van het spel
5. het kind sluit de communicatiecirkel
17-5-2015
Stap 1: observatie
Zowel luisteren als kijken naar het kind zijn
essentieel voor efficiënte observatie
let op de gezichtsuitdrukkingen, de toon van de stem,
de gebaren, de lichaamshouding en woorden (of het
ontbreken van woorden)
zijn allemaal belangrijke aanwijzingen die u helpen te
bepalen hoe te om het kind te benaderen,
bv.:
is het gedrag van het kind ontspannen of vlot?
teruggetrokken of niet-communicatief?
bruisend van opwinding?
is het kind een echte doorzetter?
17-5-2015
13. FloorPlay 19-5-2015
GLG Couturier 13
Stap 2: toenadering zoeken en openen van
communicatiecirkels
zodra de stemming en de stijl van het kind
beoordeeld zijn het kind met de
aangepaste woorden en gebaren
benaderen
de communicatiecirkel met het kind
openen door aan te sluiten op de
emotionele toon van het kind
reageer en bouw voort op wat het kind
op dat moment boeit en bezig houdt
17-5-2015
Communicatiecirkel
openen van de
communicatiecirkel
het eerste contact naar het
kind, wachtend op ‘antwoord’
het aansluiten bij een
speciale interesse van het
kind
sluiten van de cirkel
het kind toestaan om de
cirkel te sluiten wanneer het
kind uw aanvullingen en
uitbreidingen afsluit.
17-5-2015
ouder neemt
initiatief
ouder kijkt naar het
kind en zegt: “wil je
water of roosvicee?”
kind reageert
kind wijst naar
roosvicee
ouder reageert met
volgend initiatief
ouder geeft
roosvicee
Stap 3: volg (het spoor van) het kind
na de eerste toenadering betekent het spoor van uw kind
volgen eenvoudigweg een ondersteunende speelmaat te zijn
= een ‘assistent’ voor het kind (co-regisseur)
laat het kind toe om de toon te zetten, het spel te sturen en
persoonlijke drama’s te creëren (regisseur)
bevestig het kind in zijn spelhandelingen en spelinhoud
dit verhoogt het zelfrespect van het kind en de capaciteit
assertief te zijn
dit geeft het kind een gevoel dat “ik een invloed op de
wereld kan hebben“
aangezien u het spel van het kind steunt, profiteert het kind van
het ervaren van een gevoel van warmte, verbonden te zijn en
begrepen te worden 17-5-2015
Stap 4: ondersteunen, aanvullen en
uitbreiden van het spel [1]
ondersteunen, aanvullen en uitbreiden van
het spel
door het geven van steungevend commentaar
zonder intrusief te zijn of eigen inhoudelijke
veranderingen aan het spel aan te brengen.
dit helpt kind om zijn ideeën te uiten en
richting te geven aan het drama
17-5-2015
Stap 4: ondersteunen, aanvullen en
uitbreiden van het spel [2]
reageer empatisch (ook door middel van
vragen) op de spelinhoud
zodat het kind zich geaccepteerd voelt en het
spelthema kan verduidelijken
vragen stellen om het creatieve denken te
bevorderen helpt het drama gaande houden
terwijl het kind geholpen wordt om de ermee
samenhangende emotionele thema's te
verhelderen
17-5-2015
Stap 4: ondersteunen, aanvullen en
uitbreiden van het spel [3]
voorbeeld: veronderstel een kind laat een
auto verongelukken.
eerder dan kritisch te vragen "waarom verpletter jij die
auto's?”
empatisch antwoorden "deze auto's hebben zoveel
energie en rijden zo snel; zijn zij aan het proberen ergens
te komen?”
17-5-2015
14. FloorPlay 19-5-2015
GLG Couturier 14
Stap 5: het kind sluit de communicatiecirkel
Let er op dat het kind reageert op jouw inbreng met
eigen commentaar en gebaren
aangezien jij de communicatiecirkel opent wanneer je
het kind benadert sluit het kind de cirkel wanneer het
kind op jouw commentaren en gebaren voortbouwt met
zijn eigen commentaar en gebaren
de ene cirkel gaat over in de ander en vele cirkels
kunnen in sneltreinvaart zijn geopend en gesloten als je
interageert met het kind.
Door in te gaan op elkaars ideeën en gebaren,
begint het kind de waarde van wederkerige
communicatie te waarderen en te begrijpen
17-5-2015
Mijlpaal 1 en 2: FloorPlay I
(geboorte tot 7 maanden)
1 zelfregulatie en aandacht
2 betrokkenheid en intimiteit
Een kind helpen om rustig geïnteresseerd te raken
in de wereld om zich heen en contact te maken
met de anderen
het ontdekken van gemeenschappelijk plezier als
basis voor interactie
je aanpassen aan de stemming van het kind met
behulp van kennis over het sensorisch profiel (hypo-
hyperactief)
parallelspel
samenspel (niets veranderen, wel variëren)
17-5-2015
17-5-2015
Structurele functionele-emotioneleniveaus
1. Zelfregulatie en belangstelling voor de omringende wereld
(Homeostase) (0-3 maanden) rustige, oplettende zelfregulatie en
geïnteresseerd raken in de omgeving
2. Intimiteit (Hechting) (2-7 maanden) betrokken raken en
relatievorming
3. Wederzijds communiceren (Somato-psychologische
differentiatie) (3 tot 10 maanden) intentioneel wederzijds
communiceren
4. Problemen oplossen, zelfbewustzijn ontwikkelen en complexe
communicatie (Problemen oplossen, zelfbewustzijn
ontwikkelen en complexe communicatie (Gedragsorganisatie,
initiatief en verinnerlijking)) (9-18 maanden) problemen
oplossen en zelfbewustzijn ontwikkelen
5. Voorstellend vermogen en emotionele ideeën (18-30 maanden)
wereld van ideeën ontdekken
6. Emotioneel denken (30-48 mdn) bruggen bouwen tussen ideeën
Problemen in de gedragsorganisatie:
doelstelling behandeling en onderwijs
stimuleren van gedragsinitiatief en
eigenheid in het gedrag. o.a. door
stimuleren van meer complex functiespel
pogen het belemmerend gedrag (angst,
terugtrekgedrag, agressie...) te omzeilen
of weg te nemen
zodat kind plezier kan krijgen aan nieuwe
dingen en aan imitatie, wensen leert uiten en
grenzen leert accepteren
82 17-5-2015
FloorPlay volgens het DIR-model
Kern =
respectvolle, warme en persoonlijke
ontwikkelingsgerichte (D)
sensori-motorische (I)
relationele (R)
integratie van cognitie en emotie
structurele [verstand, gevoel, verbeelding, gedrag,
wensen, angsten, etc. hangen met elkaar samen]
benadering
Er moet een klik zijn tussen kind en volwassene in het
hier-en-nu
17-5-2015
De vijf stappen van FloorPlay (1998)
1. observeren
2. toenaderen en openen van
communicatiecirkels
3. volg het spoor van het kind
4. aanvullen en uitbreiden van het spel
5. het kind sluit de communicatiecirkel
17-5-2015
15. FloorPlay 19-5-2015
GLG Couturier 15
Essentie: SPEELSE interactie staat centraal
interacties
geslaagd
en leidend tot leren en ontwikkeling
wanneer de volwassene
hier en nu
affectvol
aansluit bij het kind op zijn niveau
en er sprake is van emotionele uitwisseling
Rick Solomon:
“don’t teach
HAVE FUN” 19-5-2015GLG Couturier