SlideShare a Scribd company logo
1 of 37
KICK OFF EVENT 2014
TRAINING & VOEDING
WARD SCHIFFELERS
INHOUD
 Wielertraining voor Ventoux3
 Sportvoeding en -drank
 Algemene tips
2
TRAINING IS…
SUPERCOMPENSATIE GEBRUIKEN!
Tijd
Prestatievermogen
OPTIMAAL TRAINEN BETEKENT…
 Op tijd een goede prikkel
 Optimale balans tussen rust en inspanning
Tijd
Prestatievermogen
ENERGIELEVERING BIJ LICHAMELIJKE
INSPANNING
 Afhankelijk van intensiteit
1. Rustige inspanning: grotendeels uit vetverbranding
 Geringe zuurstofopname nodig
 Bijna onbeperkte energiereserves
1. Intensievere inspanning: aandeel koolhydraatverbranding
neemt toe met intensiteit
 Steeds meer zuurstof nodig bij groeiende intensiteit
 Beperkte koolhydraatreserves in voorraad (max 1 uur)
1. Maximale inspanning: man met de hamer in aantocht!
 Onvoldoende zuurstofopname
 Toenemende productie van melkzuur (lactaat)
 Boven ‘omslagpunt’ wordt meer melkzuur aangemaakt dan kan
worden opgeruimd per tijdseenheid > verzuring van spieren! 5
TRAININGSTYPES VOOR
WIELRENNERS
1. Hersteltraining
2. Extensieve duurtraining
3. Intensieve duurtraining
4. Training rond omslagpunt
5. Submaximale intervaltraining
6. Maximale intervallen
6
1. HERSTELTRAINING
 Doel: sneller herstel bij vermoeidheid
 Uitvoering: zeer geringe intensiteit, hoge
trapfrequentie
 Meting:
 Niet nodig, heel rustig fietsen
 Lengte: ca. 1 uur
 Trainingseffect:
 Geen (anders dan acute versnelling van herstel
verhoogde doorbloeding van spieren tijdens de training)
7
2. EXTENSIEVE DUURTRAINING
 Doel: herstelvermogen vergroten
 Uitvoering: matige intensiteit
 Meting:
 Hartslag/vermogensmeter
 Nog net voldoende ‘adem’ hebben om ononderbroken te praten
 Lengte: 2 - 6 uur
 Trainingseffect:
 Betere doorbloeding van spierweefsel
 Hogere efficiëntie van energielevering
 Hogere energieopslagcapaciteit in spieren
 Groter herstelvermogen na inspanningen
 Onmisbare basis voor Ventoux3
8
3. INTENSIEVE DUURTRAINING
 Doel: herstelvermogen vergroten
 Uitvoering: aanzienlijke intensiteit
 Meting:
 Hartslag/vermogensmeter
 Onvoldoende ‘adem’ hebben om ononderbroken te praten
 Lengte: 2 - 4 uur
 Trainingseffect:
 Hogere efficiëntie van energielevering
 Hogere energieopslagcapaciteit in spieren
 Betere doorbloeding van spierweefsel
 Groter herstelvermogen na inspanningen
 Ontzettend belangrijk om tijdens Ventoux3 te herstellen van
de eerdere beklimmingen
9
INTERMEZZO: OMSLAGPUNT (ANAEROBE
DREMPEL)
10
INTERMEZZO: OMSLAGPUNT (ANAEROBE
DREMPEL)
11
INTERMEZZO: OMSLAGPUNT (ANAEROBE DREMPEL)
12
INTERMEZZO: OMSLAGPUNT (ANAEROBE DREMPEL)
13
14
WAAROM E.P.O. OF BLOEDDOPING?
15
Verhoogt de capaciteit van
zuurstoflevering aan de spieren >>
minder en latere verzuring >>
enorm effect op prestatievermogen!
4. TRAINING ROND OMSLAGPUNT
 Doel: harder óf langer hard kunnen fietsen
 Uitvoering: hoge intensiteit
 Meting:
 Hartslag/vermogensmeter
 Zo intensief fietsen dat je het net 10 à 20min uithoudt
 Lengte: 3-5 blokken van 10 à 20min op omslagpunt
met steeds 5 à 10min herstel ertussen
 Trainingseffect:
 Aanpassing spieren om hoog vermogen te leveren
zonder (oplopende) verzuring
 Heel nuttige trainingen voor Ventoux3 om de
beklimmingen goed aan te kunnen
16
5. EN 6. INTERVALTRAININGEN
 Doel: topsnelheid verhogen, feller demarreren
 Uitvoering: (bijna) maximale intensiteit
 Meting:
 Hoeveelheid sterren en vlekken voor ogen
 Aantal roze olifanten naast de weg
 Lengte: sprints van 30sec tot 5min met korte
pauzes
 Trainingseffect: verhogen van energieomzetting en
hardheid van spieren tegen melkzuur
 Niet nodig voor Ventoux3! 17
HOE WEET JE NU IN WELKE ZONE JE
TRAINT?
 Hartslag of vermogen
 Bepalen adhv inspanningstest (maximaaltest of
lactaattest)
 Voor iedereen anders!
 Op internet wel geschatte waardes gebaseerd op
maximale hartslag te vinden
 Of anders andere signalen van je lichaam
 Ademhaling
 Verzuring
18
HOE NU TRAINEN?
 70-80 % van je training in lagere zones (herstel- en
duurtraining)
 Blokkentraining wekelijks opbouwend
 Bijvoorbeeld 3 blokken van 5 minuten op je omslagpunt
 Wekelijks 2 minuten of 1 blok erbij
 Dus na 8 weken 5 x 15 minuten
 Korte heuveltjes opsprinten heeft zeer gering effect
voor Ventoux3!
HOE VENTOUX3 FIETSEN?
 De beklimmingen zover mogelijk onder omslagpunt
blijven!
 Zorg dus voor een voldoende licht verzet
 Probeer de trapfrequentie zo hoog mogelijk (70-80/min)
te houden
 In de afdalingen rustig blijven trappen om
doorbloeding op peil te houden
 Direct eten bovenop de klim
 Afdaaljasje en evt droge onderkleding aantrekken
 Goed eten en drinken > zie tweede deel presentatie
20
SPORTVOEDING: BOUWSTOFFEN,
BRANDSTOFFEN EN ANDERE
STOFFEN
21
BOUWSTOFFEN, BRANDSTOFFEN EN
ANDERE STOFFEN IN VOEDING
 Onze voeding is in te delen in de volgende groepen:
• Vetten
• Koolhydraten
• Eiwitten
• Vitamines
• Mineralen
• Water
 Het lichaam bepaalt zelf welke brandstof wordt gebruikt
bij een inspanning, op basis van onder andere:
 Getraindheid
 Duur en intensiteit van de inspanning
22
Kunnen als brandstof
worden gebruikt
WANNEER GEBRUIK IK WELKE
BRANDSTOF?
 Bij lage intensiteit is er vooral vetverbranding
 Grote voorraad, veel energie per gram (9kcal)
 Energie komt langzaam vrij
 Weinig zuurstof nodig om vetten te verbranden
 Dus geschikt voor extensieve inspanningen
 Bij hoge intensiteit schiet de vetverbranding tekort en ga
je daarnaast ook koolhydraten (glycogeen) verbranden
 Beperkte voorraad; opslag als glycogeen in spieren en
lever voor ongeveer 45 minuten inspanning
 Levert ongeveer 4kcal energie per gram, komt snel vrij
 Veel zuurstof nodig voor verbranding
 We onderscheiden ‘snelle’ en ‘langzame’ suikers
 Mont Ventoux: door de intensiteit veel op koolhydraten
 De beginvoorraad hiervan is echter erg beperkt!!!
28
HOE HAAL IK HET MAXIMALE UIT MIJN
KOOLHYDRAATVERBRANDING?
 Zorg voor een maximale voorraad bij de start
 Blijf tijdens de inspanning aanvullen door goed te eten
en drinken
 Je kan per uur ongeveer 60-100gr koolhydraten
opnemen
 Minder: vervelend!
 Meer: vervelend!
29
SPORTVOEDING: PRAKTISCHE TIPS
EN RICHTLIJNEN
30
WAAROM VERBRUIK IK VOCHT
TIJDENS HET SPORTEN?
 Tijdens het sporten verrichten spieren arbeid
 Daardoor produceren ze extra warmte (75% van de energie
gaat verloren als warmte!)
 Warmte moet afgevoerd worden
 De beste manier is door zweten: tot wel 1 à 2 liter per uur!
 Dus vocht aanvullen is nodig – en heel belangrijk:
31
Gewichtsverlies
door dehydratie
Daling prestatie-
vermogen
Bijwerkingen
2% van
lichaamsgewicht
Circa 20% Hoofdpijn
4% van
lichaamsgewicht
Circa 30% Misselijkheid, braken,
diarree
6% van
lichaamsgewicht
Meer dan circa
30%
Gevaar voor hart, longen en
bloedsomloop; duizeligheid
WANNEER MOET IK VOCHT
AANVULLEN?
Vóór de inspanning:
 Voorkomen is ook hier al beter dan genezen
 Drink genoeg water vóór het sporten; urine moet waterig zijn
 Stop eventueel ongeveer 1 uur voor de start ivm. plassen
Tijdens de inspanning:
 Probeer wanneer het maar mogelijk is te drinken
 Ongeveer 0,5 tot 1 liter per uur, best een isotone sportdrank
 Drinken tijdens het fietsen vergt oefening – dus op trainen!
Na de inspanning:
 Drink voldoende om het verloren vocht aan te vullen
Opmerkingen:
 Dorst is geen goede graadmeter voor het gehalte aan lichaamsvocht; als je dorst
krijgt ben je te laat!
 Je drinkt eerder te weinig dan teveel (tijdens het sporten dan…)
 Probeer tijdens trainingen welk merk sportdrank je goed verdraagt
32
DE LAATSTE WEEK VÓÓR VENTOUX3
 Gebalanceerde voeding
 65% koolhydraten
 20% vet
 15% eiwitten
 Alle voorraden maximaal aanvullen
 Voldoende (koolhydraten) eten
 Niet lijnen om nog de laatste kilo’s af te vallen!
 Ook vitamines en mineralen bijvullen (groente, fruit,
noten)
 Kleinere maaltijden met meer gezonde tussendoortjes
 Ook de mentale en fysieke accu opladen: voldoende
rust
33
DE LAATSTE TWEE DAGEN VOOR
VENTOUX3
 Het beste kan je meerdere keren per dag eten (ontbijt,
tussendoortje, lunch, tussenmaaltijd, diner,
tussenmaaltijd)
 Eet voldoende koolhydraten om de glycogeenvoorraad
helemaal aan te vullen
 Dit gaat het beste met koolhydraten die geleidelijk als
suiker in het bloed beschikbaar komen (‘langzame’
suikers) zodat het lichaam zo langdurig mogelijk de
reserves in de spieren kan aanvullen
 Genoeg (bron)water drinken
 Vermijd alcoholgebruik daags ervoor (droogt uit!)
 Op tijd naar bed, maar niet overdrijven (houd vast aan
je ritme) 34
DE OCHTEND VAN VENTOUX3
 Eet de laatste grote maaltijd ruim (ongeveer 2 tot 3 uur)
voor de start
 Eet hierna alleen nog maar licht verteerbaar voedsel
met zoveel mogelijk ‘langzame’ suikers
 Het lichaam past de verbranding gedeeltelijk aan op de
voeding
 Vermijd tot de start koolhydraten/suikers die snel worden
opgenomen (‘zoetigheid’)
 Het laatste eten mag best een beetje vet zijn; het lichaam zal
daardoor meer vetverbranding gebruiken
 (Kort) voor de start snel opneembare suikers nuttigen
kan leiden tot een dip (hypoglycaemie)
 Tijdens de inspanning mag (moet) je wel ‘snelle’ suikers
gebruiken
35
BIJVOORBEELD:
 Voorbeelden van ontbijt:
 Muesli en yoghurt of melk
 Ongezoet vruchtensap
 Volkorenbrood met bijvoorbeeld kaas of vlees of
pindakaas
 Voorbeelden van een tussendoortje tot de start:
 Snickers
 Liga Continue
 LU Time Out
 Volkoren peperkoek
 Cake
 Handhaaf zoveel mogelijk je vaste eetpatroon!
36
TIJDENS VENTOUX3
 Eet licht verteerbare, koolhydraatrijke producten
 Beperk de opname van koolhydraten uit drank en
voeding tot zo’n 60 gram per uur:
 meer kan je maag niet opnemen
 maar kan leiden tot maagklachten!
 bv snickers: 28g, snelle jelle: 49g, mueslireep: 20-25g, bidon
Wcup: 25g, bidon Isostar Energy: 35g
 De grootste inname van koolhydraten (en vocht) door
het drinken van een sportdrank
37
ALGEMENE TIPS
 Techniek
 Kleding
38
ALGEMENE TIPS: TECHNIEK
 Maak fiets in orde ca. 2 weken voor event
 Ketting + cassette
 Versnellingen afstellen (nieuwe kabels? Bijstellen!)
 Rechte wielen
 Goede banden (niet geplakt!)
 Neem voldoende reserve onderdelen mee
 Buitenband
 Binnenbandjes + luchtpatronen
 Remblokjes
 Denk aan lampjes voor de eerste klim
39
ALGEMENE TIPS: KLEDING
 Neem veel kleren mee naar Frankrijk (winter/zomer)
 Check vooraf de weersvoorspellingen ‘s ochtends bij
de start en later op de dag
 Afdaal- of regenjasje om mee te steken
 Droge onderhemdjes
 Droge reservesetjes
(broek/trui/handschoenen/sokken/…)
40
SAMENGEVAT
 Ga gericht en efficient trainen
 Zoek welke en hoeveel voeding het best jou past
tijdens het fietsen – uitproberen!
 Probeer de laatste week goed te eten en te rusten
 Zorg dat je goed voorbereid aan de start staat
(kleding, fiets)
 Tijdens Ventoux3 je inspanning goed indelen en de
hele dag bezig zijn met eten en drinken
 (en fietsen)
 EN GENIETEN!!!
Veel succes en plezier met
de voorbereiding!
41
VRAGEN?
? 42

More Related Content

Similar to Ventoux3 2014 training en voeding

Detox rox: sport en sap
Detox rox: sport en sapDetox rox: sport en sap
Detox rox: sport en sapWendy Claes
 
Trainingsleer 1e jaar 4.4 triathlon
Trainingsleer 1e jaar 4.4 triathlonTrainingsleer 1e jaar 4.4 triathlon
Trainingsleer 1e jaar 4.4 triathlonMartin Breedijk
 
Trainen voor de Mont Ventoux - tour du ALS - Frank's Pedals.pptx
Trainen voor de Mont Ventoux - tour du ALS - Frank's Pedals.pptxTrainen voor de Mont Ventoux - tour du ALS - Frank's Pedals.pptx
Trainen voor de Mont Ventoux - tour du ALS - Frank's Pedals.pptxgerco2
 
Voeding en beweging ergo optima 2016
Voeding en beweging ergo optima 2016Voeding en beweging ergo optima 2016
Voeding en beweging ergo optima 2016Ergo_Optima
 
www.datdieet.nl
www.datdieet.nlwww.datdieet.nl
www.datdieet.nlDat Dieet
 
Sports2_Productfolder_06-2016_v4
Sports2_Productfolder_06-2016_v4Sports2_Productfolder_06-2016_v4
Sports2_Productfolder_06-2016_v4Rudi Stroobants
 
Voedingsworkshop Run for Life
Voedingsworkshop Run for LifeVoedingsworkshop Run for Life
Voedingsworkshop Run for Lifenikkieoosterveld
 
Voeding en wielrennen team CAL d'HuZes 200112
Voeding en wielrennen team CAL d'HuZes 200112Voeding en wielrennen team CAL d'HuZes 200112
Voeding en wielrennen team CAL d'HuZes 200112Team Cal
 
Krachttraining en vet verbranding
Krachttraining en vet verbrandingKrachttraining en vet verbranding
Krachttraining en vet verbrandingPeter Griepink
 
Powerpoint Van Michiel Dejonckheere
Powerpoint Van Michiel DejonckheerePowerpoint Van Michiel Dejonckheere
Powerpoint Van Michiel DejonckheereMichieldejo
 
Easy Fit Kuurne : voeding en sport
Easy Fit Kuurne : voeding en sportEasy Fit Kuurne : voeding en sport
Easy Fit Kuurne : voeding en sportBakeroot Bruno
 
HET METABOLISME: DE SLEUTEL TOT SUCCESVOL VERMAGEREN
HET METABOLISME: DE SLEUTEL TOT SUCCESVOL VERMAGERENHET METABOLISME: DE SLEUTEL TOT SUCCESVOL VERMAGEREN
HET METABOLISME: DE SLEUTEL TOT SUCCESVOL VERMAGERENStefaan Van Steenberge
 
sport maakt jonger
sport maakt jongersport maakt jonger
sport maakt jongerJoke
 
Sport Maakt Jonger
Sport Maakt JongerSport Maakt Jonger
Sport Maakt JongerAuke Dalm
 
Voedingsseminar juni cfa
Voedingsseminar juni cfaVoedingsseminar juni cfa
Voedingsseminar juni cfaDimitri Desmet
 

Similar to Ventoux3 2014 training en voeding (20)

Recomed doet bewegen
Recomed doet bewegenRecomed doet bewegen
Recomed doet bewegen
 
Detox rox: sport en sap
Detox rox: sport en sapDetox rox: sport en sap
Detox rox: sport en sap
 
Gezonde voedingprint
Gezonde voedingprintGezonde voedingprint
Gezonde voedingprint
 
Gezonde voedingprint
Gezonde voedingprintGezonde voedingprint
Gezonde voedingprint
 
Trainingsleer 1e jaar 4.4 triathlon
Trainingsleer 1e jaar 4.4 triathlonTrainingsleer 1e jaar 4.4 triathlon
Trainingsleer 1e jaar 4.4 triathlon
 
Trainen voor de Mont Ventoux - tour du ALS - Frank's Pedals.pptx
Trainen voor de Mont Ventoux - tour du ALS - Frank's Pedals.pptxTrainen voor de Mont Ventoux - tour du ALS - Frank's Pedals.pptx
Trainen voor de Mont Ventoux - tour du ALS - Frank's Pedals.pptx
 
Voeding en beweging ergo optima 2016
Voeding en beweging ergo optima 2016Voeding en beweging ergo optima 2016
Voeding en beweging ergo optima 2016
 
www.datdieet.nl
www.datdieet.nlwww.datdieet.nl
www.datdieet.nl
 
Sports2_Productfolder_06-2016_v4
Sports2_Productfolder_06-2016_v4Sports2_Productfolder_06-2016_v4
Sports2_Productfolder_06-2016_v4
 
Dieet
DieetDieet
Dieet
 
Voedingsworkshop Run for Life
Voedingsworkshop Run for LifeVoedingsworkshop Run for Life
Voedingsworkshop Run for Life
 
Voeding en wielrennen team CAL d'HuZes 200112
Voeding en wielrennen team CAL d'HuZes 200112Voeding en wielrennen team CAL d'HuZes 200112
Voeding en wielrennen team CAL d'HuZes 200112
 
Krachttraining en vet verbranding
Krachttraining en vet verbrandingKrachttraining en vet verbranding
Krachttraining en vet verbranding
 
Powerpoint Van Michiel Dejonckheere
Powerpoint Van Michiel DejonckheerePowerpoint Van Michiel Dejonckheere
Powerpoint Van Michiel Dejonckheere
 
Easy Fit Kuurne : voeding en sport
Easy Fit Kuurne : voeding en sportEasy Fit Kuurne : voeding en sport
Easy Fit Kuurne : voeding en sport
 
HET METABOLISME: DE SLEUTEL TOT SUCCESVOL VERMAGEREN
HET METABOLISME: DE SLEUTEL TOT SUCCESVOL VERMAGERENHET METABOLISME: DE SLEUTEL TOT SUCCESVOL VERMAGEREN
HET METABOLISME: DE SLEUTEL TOT SUCCESVOL VERMAGEREN
 
sport maakt jonger
sport maakt jongersport maakt jonger
sport maakt jonger
 
Sport Maakt Jonger
Sport Maakt JongerSport Maakt Jonger
Sport Maakt Jonger
 
Sportdrank voor vrouwen
Sportdrank voor vrouwenSportdrank voor vrouwen
Sportdrank voor vrouwen
 
Voedingsseminar juni cfa
Voedingsseminar juni cfaVoedingsseminar juni cfa
Voedingsseminar juni cfa
 

Ventoux3 2014 training en voeding

  • 1. KICK OFF EVENT 2014 TRAINING & VOEDING WARD SCHIFFELERS
  • 2. INHOUD  Wielertraining voor Ventoux3  Sportvoeding en -drank  Algemene tips 2
  • 4. OPTIMAAL TRAINEN BETEKENT…  Op tijd een goede prikkel  Optimale balans tussen rust en inspanning Tijd Prestatievermogen
  • 5. ENERGIELEVERING BIJ LICHAMELIJKE INSPANNING  Afhankelijk van intensiteit 1. Rustige inspanning: grotendeels uit vetverbranding  Geringe zuurstofopname nodig  Bijna onbeperkte energiereserves 1. Intensievere inspanning: aandeel koolhydraatverbranding neemt toe met intensiteit  Steeds meer zuurstof nodig bij groeiende intensiteit  Beperkte koolhydraatreserves in voorraad (max 1 uur) 1. Maximale inspanning: man met de hamer in aantocht!  Onvoldoende zuurstofopname  Toenemende productie van melkzuur (lactaat)  Boven ‘omslagpunt’ wordt meer melkzuur aangemaakt dan kan worden opgeruimd per tijdseenheid > verzuring van spieren! 5
  • 6. TRAININGSTYPES VOOR WIELRENNERS 1. Hersteltraining 2. Extensieve duurtraining 3. Intensieve duurtraining 4. Training rond omslagpunt 5. Submaximale intervaltraining 6. Maximale intervallen 6
  • 7. 1. HERSTELTRAINING  Doel: sneller herstel bij vermoeidheid  Uitvoering: zeer geringe intensiteit, hoge trapfrequentie  Meting:  Niet nodig, heel rustig fietsen  Lengte: ca. 1 uur  Trainingseffect:  Geen (anders dan acute versnelling van herstel verhoogde doorbloeding van spieren tijdens de training) 7
  • 8. 2. EXTENSIEVE DUURTRAINING  Doel: herstelvermogen vergroten  Uitvoering: matige intensiteit  Meting:  Hartslag/vermogensmeter  Nog net voldoende ‘adem’ hebben om ononderbroken te praten  Lengte: 2 - 6 uur  Trainingseffect:  Betere doorbloeding van spierweefsel  Hogere efficiëntie van energielevering  Hogere energieopslagcapaciteit in spieren  Groter herstelvermogen na inspanningen  Onmisbare basis voor Ventoux3 8
  • 9. 3. INTENSIEVE DUURTRAINING  Doel: herstelvermogen vergroten  Uitvoering: aanzienlijke intensiteit  Meting:  Hartslag/vermogensmeter  Onvoldoende ‘adem’ hebben om ononderbroken te praten  Lengte: 2 - 4 uur  Trainingseffect:  Hogere efficiëntie van energielevering  Hogere energieopslagcapaciteit in spieren  Betere doorbloeding van spierweefsel  Groter herstelvermogen na inspanningen  Ontzettend belangrijk om tijdens Ventoux3 te herstellen van de eerdere beklimmingen 9
  • 14. 14
  • 15. WAAROM E.P.O. OF BLOEDDOPING? 15 Verhoogt de capaciteit van zuurstoflevering aan de spieren >> minder en latere verzuring >> enorm effect op prestatievermogen!
  • 16. 4. TRAINING ROND OMSLAGPUNT  Doel: harder óf langer hard kunnen fietsen  Uitvoering: hoge intensiteit  Meting:  Hartslag/vermogensmeter  Zo intensief fietsen dat je het net 10 à 20min uithoudt  Lengte: 3-5 blokken van 10 à 20min op omslagpunt met steeds 5 à 10min herstel ertussen  Trainingseffect:  Aanpassing spieren om hoog vermogen te leveren zonder (oplopende) verzuring  Heel nuttige trainingen voor Ventoux3 om de beklimmingen goed aan te kunnen 16
  • 17. 5. EN 6. INTERVALTRAININGEN  Doel: topsnelheid verhogen, feller demarreren  Uitvoering: (bijna) maximale intensiteit  Meting:  Hoeveelheid sterren en vlekken voor ogen  Aantal roze olifanten naast de weg  Lengte: sprints van 30sec tot 5min met korte pauzes  Trainingseffect: verhogen van energieomzetting en hardheid van spieren tegen melkzuur  Niet nodig voor Ventoux3! 17
  • 18. HOE WEET JE NU IN WELKE ZONE JE TRAINT?  Hartslag of vermogen  Bepalen adhv inspanningstest (maximaaltest of lactaattest)  Voor iedereen anders!  Op internet wel geschatte waardes gebaseerd op maximale hartslag te vinden  Of anders andere signalen van je lichaam  Ademhaling  Verzuring 18
  • 19. HOE NU TRAINEN?  70-80 % van je training in lagere zones (herstel- en duurtraining)  Blokkentraining wekelijks opbouwend  Bijvoorbeeld 3 blokken van 5 minuten op je omslagpunt  Wekelijks 2 minuten of 1 blok erbij  Dus na 8 weken 5 x 15 minuten  Korte heuveltjes opsprinten heeft zeer gering effect voor Ventoux3!
  • 20. HOE VENTOUX3 FIETSEN?  De beklimmingen zover mogelijk onder omslagpunt blijven!  Zorg dus voor een voldoende licht verzet  Probeer de trapfrequentie zo hoog mogelijk (70-80/min) te houden  In de afdalingen rustig blijven trappen om doorbloeding op peil te houden  Direct eten bovenop de klim  Afdaaljasje en evt droge onderkleding aantrekken  Goed eten en drinken > zie tweede deel presentatie 20
  • 22. BOUWSTOFFEN, BRANDSTOFFEN EN ANDERE STOFFEN IN VOEDING  Onze voeding is in te delen in de volgende groepen: • Vetten • Koolhydraten • Eiwitten • Vitamines • Mineralen • Water  Het lichaam bepaalt zelf welke brandstof wordt gebruikt bij een inspanning, op basis van onder andere:  Getraindheid  Duur en intensiteit van de inspanning 22 Kunnen als brandstof worden gebruikt
  • 23. WANNEER GEBRUIK IK WELKE BRANDSTOF?  Bij lage intensiteit is er vooral vetverbranding  Grote voorraad, veel energie per gram (9kcal)  Energie komt langzaam vrij  Weinig zuurstof nodig om vetten te verbranden  Dus geschikt voor extensieve inspanningen  Bij hoge intensiteit schiet de vetverbranding tekort en ga je daarnaast ook koolhydraten (glycogeen) verbranden  Beperkte voorraad; opslag als glycogeen in spieren en lever voor ongeveer 45 minuten inspanning  Levert ongeveer 4kcal energie per gram, komt snel vrij  Veel zuurstof nodig voor verbranding  We onderscheiden ‘snelle’ en ‘langzame’ suikers  Mont Ventoux: door de intensiteit veel op koolhydraten  De beginvoorraad hiervan is echter erg beperkt!!! 28
  • 24. HOE HAAL IK HET MAXIMALE UIT MIJN KOOLHYDRAATVERBRANDING?  Zorg voor een maximale voorraad bij de start  Blijf tijdens de inspanning aanvullen door goed te eten en drinken  Je kan per uur ongeveer 60-100gr koolhydraten opnemen  Minder: vervelend!  Meer: vervelend! 29
  • 26. WAAROM VERBRUIK IK VOCHT TIJDENS HET SPORTEN?  Tijdens het sporten verrichten spieren arbeid  Daardoor produceren ze extra warmte (75% van de energie gaat verloren als warmte!)  Warmte moet afgevoerd worden  De beste manier is door zweten: tot wel 1 à 2 liter per uur!  Dus vocht aanvullen is nodig – en heel belangrijk: 31 Gewichtsverlies door dehydratie Daling prestatie- vermogen Bijwerkingen 2% van lichaamsgewicht Circa 20% Hoofdpijn 4% van lichaamsgewicht Circa 30% Misselijkheid, braken, diarree 6% van lichaamsgewicht Meer dan circa 30% Gevaar voor hart, longen en bloedsomloop; duizeligheid
  • 27. WANNEER MOET IK VOCHT AANVULLEN? Vóór de inspanning:  Voorkomen is ook hier al beter dan genezen  Drink genoeg water vóór het sporten; urine moet waterig zijn  Stop eventueel ongeveer 1 uur voor de start ivm. plassen Tijdens de inspanning:  Probeer wanneer het maar mogelijk is te drinken  Ongeveer 0,5 tot 1 liter per uur, best een isotone sportdrank  Drinken tijdens het fietsen vergt oefening – dus op trainen! Na de inspanning:  Drink voldoende om het verloren vocht aan te vullen Opmerkingen:  Dorst is geen goede graadmeter voor het gehalte aan lichaamsvocht; als je dorst krijgt ben je te laat!  Je drinkt eerder te weinig dan teveel (tijdens het sporten dan…)  Probeer tijdens trainingen welk merk sportdrank je goed verdraagt 32
  • 28. DE LAATSTE WEEK VÓÓR VENTOUX3  Gebalanceerde voeding  65% koolhydraten  20% vet  15% eiwitten  Alle voorraden maximaal aanvullen  Voldoende (koolhydraten) eten  Niet lijnen om nog de laatste kilo’s af te vallen!  Ook vitamines en mineralen bijvullen (groente, fruit, noten)  Kleinere maaltijden met meer gezonde tussendoortjes  Ook de mentale en fysieke accu opladen: voldoende rust 33
  • 29. DE LAATSTE TWEE DAGEN VOOR VENTOUX3  Het beste kan je meerdere keren per dag eten (ontbijt, tussendoortje, lunch, tussenmaaltijd, diner, tussenmaaltijd)  Eet voldoende koolhydraten om de glycogeenvoorraad helemaal aan te vullen  Dit gaat het beste met koolhydraten die geleidelijk als suiker in het bloed beschikbaar komen (‘langzame’ suikers) zodat het lichaam zo langdurig mogelijk de reserves in de spieren kan aanvullen  Genoeg (bron)water drinken  Vermijd alcoholgebruik daags ervoor (droogt uit!)  Op tijd naar bed, maar niet overdrijven (houd vast aan je ritme) 34
  • 30. DE OCHTEND VAN VENTOUX3  Eet de laatste grote maaltijd ruim (ongeveer 2 tot 3 uur) voor de start  Eet hierna alleen nog maar licht verteerbaar voedsel met zoveel mogelijk ‘langzame’ suikers  Het lichaam past de verbranding gedeeltelijk aan op de voeding  Vermijd tot de start koolhydraten/suikers die snel worden opgenomen (‘zoetigheid’)  Het laatste eten mag best een beetje vet zijn; het lichaam zal daardoor meer vetverbranding gebruiken  (Kort) voor de start snel opneembare suikers nuttigen kan leiden tot een dip (hypoglycaemie)  Tijdens de inspanning mag (moet) je wel ‘snelle’ suikers gebruiken 35
  • 31. BIJVOORBEELD:  Voorbeelden van ontbijt:  Muesli en yoghurt of melk  Ongezoet vruchtensap  Volkorenbrood met bijvoorbeeld kaas of vlees of pindakaas  Voorbeelden van een tussendoortje tot de start:  Snickers  Liga Continue  LU Time Out  Volkoren peperkoek  Cake  Handhaaf zoveel mogelijk je vaste eetpatroon! 36
  • 32. TIJDENS VENTOUX3  Eet licht verteerbare, koolhydraatrijke producten  Beperk de opname van koolhydraten uit drank en voeding tot zo’n 60 gram per uur:  meer kan je maag niet opnemen  maar kan leiden tot maagklachten!  bv snickers: 28g, snelle jelle: 49g, mueslireep: 20-25g, bidon Wcup: 25g, bidon Isostar Energy: 35g  De grootste inname van koolhydraten (en vocht) door het drinken van een sportdrank 37
  • 34. ALGEMENE TIPS: TECHNIEK  Maak fiets in orde ca. 2 weken voor event  Ketting + cassette  Versnellingen afstellen (nieuwe kabels? Bijstellen!)  Rechte wielen  Goede banden (niet geplakt!)  Neem voldoende reserve onderdelen mee  Buitenband  Binnenbandjes + luchtpatronen  Remblokjes  Denk aan lampjes voor de eerste klim 39
  • 35. ALGEMENE TIPS: KLEDING  Neem veel kleren mee naar Frankrijk (winter/zomer)  Check vooraf de weersvoorspellingen ‘s ochtends bij de start en later op de dag  Afdaal- of regenjasje om mee te steken  Droge onderhemdjes  Droge reservesetjes (broek/trui/handschoenen/sokken/…) 40
  • 36. SAMENGEVAT  Ga gericht en efficient trainen  Zoek welke en hoeveel voeding het best jou past tijdens het fietsen – uitproberen!  Probeer de laatste week goed te eten en te rusten  Zorg dat je goed voorbereid aan de start staat (kleding, fiets)  Tijdens Ventoux3 je inspanning goed indelen en de hele dag bezig zijn met eten en drinken  (en fietsen)  EN GENIETEN!!! Veel succes en plezier met de voorbereiding! 41