De regering in lopende zaken heeft het wetsontwerp tot opening van voorlopige kredieten voor de maanden augustus, september en oktober 2019 neergelegd. Er is een gevraagde afwijking van 3.626.000 euro in vastleggingskrediet en/of vereffeningskrediet voor het staatsaandeel in het door de OCMW’s betaalde leefloon en de dossierkosten.

1. 0025/001DOC 55170
Par conséquent, une augmentation de 11 000 euros,
aussi bien en tant que crédits d’engagements que de
liquidations, est nécessaire.
Vandaar dat een kredietverhoging van 11 000 euro,
zowel in vastlegging als vereffening, nodig is.
A.B. 55 11 43 52 16 – Subvention CPAS droit à
l’intégration sociale
B.A. 55 11 43 52 16 – Toelage OCMW’s recht op
maatschappelijke integratie
Dérogation demandée : 3 626 000 euros en crédit
d’engagement et/ou de liquidation (par rapport aux
3/12èmes)
Gevraagde afwijking : 3 626 000 euro in
vastleggingskrediet en/of vereffeningskrediet
(vergeleken met de 3/12de)
Justification (Base légale, opportunité, méthode de
calcul, toute autre explication pertinente,..):
Verantwoording (wettelijke basis, opportuniteit,
berekeningsmethode, elke andere afdoende
verklaring,…):
Il s’agit de la part de l’État dans le revenu d’intégration
payé par les CPAS et les frais de dossier, sur la base
de la loi du 26 mai 2002 concernant le droit à
l’intégration sociale et de l’arrêté royal du 11 juillet
2002 portant règlement général en matière de droit à
l’intégration sociale.
Cette AB concerne donc une obligation légale. Le
non-respect de cette obligation aurait pour
conséquence que les pouvoir locaux seraient
confrontés à des problèmes au niveau financier.
Het betreft hier het staatsaandeel in het door de
OCMW’s betaalde leefloon en de dossierkosten, op
basis van de wet van 26 mei 2002 betreffende het recht
op maatschappelijke integratie en het koninklijk besluit
van 11 juli 2002 houdende het algemeen reglement
betreffende het recht op maatschappelijke integratie.
Deze basisallocatie heeft dus betrekking op een
wettelijke verplichting. Het niet tijdig naleven van deze
verplichting betekent dat de lokale machten financieel
in de problemen worden gebracht.
En vertu de la loi de finances du 21 décembre 2018
pour l'année budgétaire 2019, un montant de 361 706
milliers EUR a été octroyé pour une durée de 4 mois.
Avec l'adaptation de la loi susmentionnée, un montant
supplémentaire de 27 236 milliers EUR est prévu.
Bij de financiewet van 21 december 2018 voor het
begrotingsjaar 2019 werd een bedrag van 361 706
duizend EUR toegekend voor 4 maanden. In
aanpassing van voornoemde wet werd bijkomend een
bedrag van 27 236 duizend EUR voorzien.
En vertu de la loi du 27 mars 2019 sur l'ouverture des
crédits temporaires pour les mois d'avril, mai, juin et
juillet 2019, un montant de 427 937 milliers EUR a été
octroyé pour une durée de 4 mois.
Bij de wet van 27 maart 2019 tot opening van
voorlopige kredieten voor de maanden april, mei, juni
en juli 2019 werd een bedrag van 427 937 duizend
EUR toegekend voor 4 maanden.
Le projet de loi actuel prévoit l’ouverture d’un crédit de
3 mois d’un montant de 271 279 milliers EUR (3/12e
du crédit ajusté de 2018). Pour l'année 2019 (11
mois), cela signifie qu'un montant total de 1 088 158
milliers EUR sera disponible.
Het onderhavige wetsvoorstel voorziet in een opening
van een krediet voor 3 maanden ten bedrage van
271 279 duizend EUR (3/12den van aangepast krediet
2018). Voor het jaar 2019 (11 maanden) betekent dit
dus dat hiermee een totaal bedrag van 1 088 158
duizend EUR beschikbaar wordt.
En ce qui concerne l'année budgétaire 2018
(novembre 2017 – octobre 2018), le nombre moyen
de bénéficiaires s'élève à 158 374 personnes, dont
143 709 ayant un revenu d'intégration. Compte tenu
d'une augmentation moyenne du nombre de
bénéficiaires de respectivement 2,4 % et 3,20 %, d'un
coût mensuel moyen pour le revenu d'intégration de
626,97 EUR et d'une subvention supplémentaire de
515 EUR par bénéficiaire pour le suivi administratif
des dossiers, le coût total pour onze mois est
actuellement estimé à 1 194 995 milliers EUR.
Cela représente un écart de 106 837 milliers EUR au-
dessus du budget déjà prévu de 1 088 158 milliers
EUR.
Het gemiddeld aantal begunstigden m.b.t. het
budgetjaar 2018 (november 2017 – oktober 2018)
bedraagt 158 374 personen, waarvan 143 709 met een
leefloon. Rekening houdende met een gemiddelde
toename van het aantal begunstigden met
respectievelijk 2,4% en 3,20%, een gemiddelde
maandelijkse kost voor het leefloon van 626,97 EUR en
een bijkomende subsidie van 515 EUR per
begunstigde voor de administratieve opvolging van de
dossiers, wordt de totale kost voor 11 maanden thans
op 1 194 995 duizend EUR geraamd.
Dit impliceert dus een afwijking van 106 837 duizend
EUR bovenop het reeds voorziene budget t.b.v.
1 088 158 duizend EUR.
A.B. 55 12 34 32 00 - Remboursements à la Caisse
auxiliaire d’assurance maladie invalidité (CAAMI)
B.A. 55 12 34 32 00 - Terugbetalingen aan de Hulpkas
voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering (HZIV)
C H A M B R E 1e S E S S I O N D E L A 55 e L É G I S L AT U R E 2019 K A M E R • 1e Z I T T I N G VA N D E 55 e Z I T T I N G S P E R I O D E