Organiseer Voor Complexiteit: Hoe maken we weer werk van werk - Special Edit...Niels Pflaeging
Organiseer voor complexiteit. Hoe maken we weer werk van werk. Hoe doorbreken we de command & control barrière en creëren we de peak-performance netwerk organisatie
Illustrations used by kind permission of Jurgen Appelo, www.noop.nl
Op 1 September jongstleden heeft Lawrence Uebel zijn artikel: “Why startups shoud leverage compliance” gepubliceerd. Hij vat zijn artikel met de volgende zin samen: “Building Compliance into the fabric of a company positions it to deal
effectively with the regulatory and competitive challenges of growth.” Helaas is het inbouwen van compliancy-eisen bij het ontwerpen van bedrijfsprocessen niet vanzelfsprekend. Vaak wordt er bij het ontwerpen alleen in termen van efficiëntie en effectiviteit gedacht. Efficiëntie en effectiviteit zijn beide (zeer
valide) gezichtspunten wanneer er door een ‘performance-bril’ wordt gekeken, maar voor een goed ontwerp dient er ook vanuit andere gezichtspunten gekeken te worden.
Organiseer Voor Complexiteit: Hoe maken we weer werk van werk - Special Edit...Niels Pflaeging
Organiseer voor complexiteit. Hoe maken we weer werk van werk. Hoe doorbreken we de command & control barrière en creëren we de peak-performance netwerk organisatie
Illustrations used by kind permission of Jurgen Appelo, www.noop.nl
Op 1 September jongstleden heeft Lawrence Uebel zijn artikel: “Why startups shoud leverage compliance” gepubliceerd. Hij vat zijn artikel met de volgende zin samen: “Building Compliance into the fabric of a company positions it to deal
effectively with the regulatory and competitive challenges of growth.” Helaas is het inbouwen van compliancy-eisen bij het ontwerpen van bedrijfsprocessen niet vanzelfsprekend. Vaak wordt er bij het ontwerpen alleen in termen van efficiëntie en effectiviteit gedacht. Efficiëntie en effectiviteit zijn beide (zeer
valide) gezichtspunten wanneer er door een ‘performance-bril’ wordt gekeken, maar voor een goed ontwerp dient er ook vanuit andere gezichtspunten gekeken te worden.
FEX - 141124 - Van alignment naar ongewoon samenwerken final - bron boudewijn...Flevum
Digitale Omgeving | Van Business ICT Alignment naar (on)gewoon samenwerken
Spreker: Boudewijn de Boe | Service Delivery Manager, Corporate ICT | Royal HaskoningDHV
Het doel van ICT (Informatie- en Communicatie Technologie) zou moeten zijn het ondersteunen van en bijdragen aan het primaire proces van de organisatie, oftewel de business, op een manier die meerwaarde oplevert.
Dit denken in termen van meerwaarde, is opgekomen vanaf de jaren 1990. Nieuwe technologische ontwikkelingen zouden organisaties succesvoller dan ooit moeten kunnen maken. Tegelijk leken ICT-projecten teveel intern gericht en technisch gedreven te zijn in plaats van dat ze gekoppeld werden aan de strategische doelen van de organisatie. Hoge investeringen in ICT leken zich niet terug te verdienen. Hiermee ontstond het vraagstuk van de strategische alignment tussen business en ICT. Een gebrek aan strategische Business ICT Alignment (BICTA) zou namelijk de oorzaak zijn van de uitblijvende return on investment. In deze context was het probleem niet zozeer de verfijning van de techniek zelf, deze was tenslotte door iedere organisatie te kopiëren. Het probleem werd het organiseren van de technische toepassingen om onderscheidend vermogen ten opzichte van de concurrentie te verkrijgen.
Henderson & Venkatraman ontwikkelden het veelvuldig geciteerde Strategic Alignment Model (SAM) als hulpmiddel voor het organiseren van ICT. Het onderwerp alignment is echter tot op de dag van vandaag een probleem voor ICT-managers en er bestaan in de praktijk nog vele problemen in de samenwerking tussen business en ICT. De vraag kan daarom gesteld worden of het SAM wel voldoet als model. Er zijn verschillende problemen te vinden die de doelstellingen van dit model in de weg staan. Mede op basis van die problemen heeft Maes het zogenaamde negenvlaksmodel ontwikkeld, dat gezien kan worden als een uitbreiding op het SAM. Het lost echter niet alle problemen van het SAM op en kent ook enkele specifiek eigen problemen, hetgeen aanleiding geeft verder te zoeken naar een beter model. Het Viable System Model (VSM) van Beer lijkt de gezochte oplossingsrichting te bieden.
Aanpak
De modellen zullen kort en bondig en in begrijpelijke taal toegelicht worden. De geschetste problemen moeten gezien worden in het licht van het eerder gestelde doel van ICT. Wat zijn de problemen, waarom zijn het problemen en hoe komen we stap voor stap tot een beter model? Conclusie: Modellen zijn altijd simpele weergaven van een weerbarstige werkelijkheid, wat kunnen we ermee in de praktijk? Kunnen we niet “gewoon” samenwerken? Het voorgestelde model sluit dit zeker niet uit, maar geeft nieuwe denkkaders om beter te begrijpen wat een organisatie nu eigenlijk is een hoe ze kan blijven bestaan. Zogenaamde “viable” organisaties zijn in staat zich aan te passen aan een veranderende omgeving maar kunnen ook de uitdagingen van het “hier-en-nu” aan.
Om te overleven moeten organisaties zich snel kunnen aanpassen aan zich wijzigende omstandigheden en zich kunnen voegen naar de uiterst dynamische markten waarin zij opereren. Geen sinecure. Uitsluitend met een echt flexibele organisatie kan deze dynamiek het hoofd worden geboden.
Déhora heeft een jarenlange ervaring met het flexibiliseren van de personele inzet, in het bijzonder van werktijden. Kenmerkend bij de ondersteuning die op dit vlak aan organisaties wordt gegeven, is de overbrugging van belangen. Bij een gevoelig thema als flexibilisering is dat van groot belang. Want de huidige praktijk van flexibilisering van arbeid kent voor werkgevers overwegend positieve effecten, terwijl de balans voor werknemers toch wat anders is. Wordt deze opgemaakt, dan blijkt dat in het bijzonder de precieze invulling van de strategie van doorslaggevende betekenis is voor het eindresultaat. Naar de toekomst toe pleit dit voor flexibilisering in een duurzame vorm. Déhora hanteert bij flexibilisering dan ook een duurzaamheidsmodel dat zich in de praktijk steeds beter bewijst. In het Tijddossier ‘Duurzame Flexibilisering’ komt dit model uitgebreid aan bod.
Meer weten over duurzame flexibilisering? Vraag gratis ons tijddossier aan rond dit onderwerp. Met o.a. flexibele schil naast een 5-ploegendienst, analyse van een optimale contractenmix (casus Ikea), flexibele ploegenroosters, zelfroosteren, het Plandashboard,
meer informatie op www.dehora.be
Artikel SA uit Automatie|PMA edite nr. 02 jaar 2017Erik Daalder
Titel Situational Awareness voor process operations
Situational Awareness is een geaccepteerd begrip geworden in de industriële automatisering. Audrey Ernst en Erik Daalder geven in dit artikel uitleg over de het begrip, de uitingen en toepasbaarheid. Het artikel is gepubliceerd in het
vakblad Automatie|PMA. Editie nummer 02 van jaargang 2017.
[Dutch] Data: Van Innovatie naar WaardePrudenza B.V
Een artikel gepubliceerd in Automatiseringsgids op 22 oktober 2015. Het beschrijft wat er nodig is om innovaties op het gebied van data science/data discovery, om te zetten naar herhaalbare, op schaal, robuuste en veilige oplossingen.
Dit is de algemene bedrijfsbrochure van Van den Engel Advies. Hierin wordt beschreven welke diensten Van den Engel advies biedt en welke visie Van den Engel heeft op organisatie-advies.
FEX - 141124 - Van alignment naar ongewoon samenwerken final - bron boudewijn...Flevum
Digitale Omgeving | Van Business ICT Alignment naar (on)gewoon samenwerken
Spreker: Boudewijn de Boe | Service Delivery Manager, Corporate ICT | Royal HaskoningDHV
Het doel van ICT (Informatie- en Communicatie Technologie) zou moeten zijn het ondersteunen van en bijdragen aan het primaire proces van de organisatie, oftewel de business, op een manier die meerwaarde oplevert.
Dit denken in termen van meerwaarde, is opgekomen vanaf de jaren 1990. Nieuwe technologische ontwikkelingen zouden organisaties succesvoller dan ooit moeten kunnen maken. Tegelijk leken ICT-projecten teveel intern gericht en technisch gedreven te zijn in plaats van dat ze gekoppeld werden aan de strategische doelen van de organisatie. Hoge investeringen in ICT leken zich niet terug te verdienen. Hiermee ontstond het vraagstuk van de strategische alignment tussen business en ICT. Een gebrek aan strategische Business ICT Alignment (BICTA) zou namelijk de oorzaak zijn van de uitblijvende return on investment. In deze context was het probleem niet zozeer de verfijning van de techniek zelf, deze was tenslotte door iedere organisatie te kopiëren. Het probleem werd het organiseren van de technische toepassingen om onderscheidend vermogen ten opzichte van de concurrentie te verkrijgen.
Henderson & Venkatraman ontwikkelden het veelvuldig geciteerde Strategic Alignment Model (SAM) als hulpmiddel voor het organiseren van ICT. Het onderwerp alignment is echter tot op de dag van vandaag een probleem voor ICT-managers en er bestaan in de praktijk nog vele problemen in de samenwerking tussen business en ICT. De vraag kan daarom gesteld worden of het SAM wel voldoet als model. Er zijn verschillende problemen te vinden die de doelstellingen van dit model in de weg staan. Mede op basis van die problemen heeft Maes het zogenaamde negenvlaksmodel ontwikkeld, dat gezien kan worden als een uitbreiding op het SAM. Het lost echter niet alle problemen van het SAM op en kent ook enkele specifiek eigen problemen, hetgeen aanleiding geeft verder te zoeken naar een beter model. Het Viable System Model (VSM) van Beer lijkt de gezochte oplossingsrichting te bieden.
Aanpak
De modellen zullen kort en bondig en in begrijpelijke taal toegelicht worden. De geschetste problemen moeten gezien worden in het licht van het eerder gestelde doel van ICT. Wat zijn de problemen, waarom zijn het problemen en hoe komen we stap voor stap tot een beter model? Conclusie: Modellen zijn altijd simpele weergaven van een weerbarstige werkelijkheid, wat kunnen we ermee in de praktijk? Kunnen we niet “gewoon” samenwerken? Het voorgestelde model sluit dit zeker niet uit, maar geeft nieuwe denkkaders om beter te begrijpen wat een organisatie nu eigenlijk is een hoe ze kan blijven bestaan. Zogenaamde “viable” organisaties zijn in staat zich aan te passen aan een veranderende omgeving maar kunnen ook de uitdagingen van het “hier-en-nu” aan.
Om te overleven moeten organisaties zich snel kunnen aanpassen aan zich wijzigende omstandigheden en zich kunnen voegen naar de uiterst dynamische markten waarin zij opereren. Geen sinecure. Uitsluitend met een echt flexibele organisatie kan deze dynamiek het hoofd worden geboden.
Déhora heeft een jarenlange ervaring met het flexibiliseren van de personele inzet, in het bijzonder van werktijden. Kenmerkend bij de ondersteuning die op dit vlak aan organisaties wordt gegeven, is de overbrugging van belangen. Bij een gevoelig thema als flexibilisering is dat van groot belang. Want de huidige praktijk van flexibilisering van arbeid kent voor werkgevers overwegend positieve effecten, terwijl de balans voor werknemers toch wat anders is. Wordt deze opgemaakt, dan blijkt dat in het bijzonder de precieze invulling van de strategie van doorslaggevende betekenis is voor het eindresultaat. Naar de toekomst toe pleit dit voor flexibilisering in een duurzame vorm. Déhora hanteert bij flexibilisering dan ook een duurzaamheidsmodel dat zich in de praktijk steeds beter bewijst. In het Tijddossier ‘Duurzame Flexibilisering’ komt dit model uitgebreid aan bod.
Meer weten over duurzame flexibilisering? Vraag gratis ons tijddossier aan rond dit onderwerp. Met o.a. flexibele schil naast een 5-ploegendienst, analyse van een optimale contractenmix (casus Ikea), flexibele ploegenroosters, zelfroosteren, het Plandashboard,
meer informatie op www.dehora.be
Artikel SA uit Automatie|PMA edite nr. 02 jaar 2017Erik Daalder
Titel Situational Awareness voor process operations
Situational Awareness is een geaccepteerd begrip geworden in de industriële automatisering. Audrey Ernst en Erik Daalder geven in dit artikel uitleg over de het begrip, de uitingen en toepasbaarheid. Het artikel is gepubliceerd in het
vakblad Automatie|PMA. Editie nummer 02 van jaargang 2017.
[Dutch] Data: Van Innovatie naar WaardePrudenza B.V
Een artikel gepubliceerd in Automatiseringsgids op 22 oktober 2015. Het beschrijft wat er nodig is om innovaties op het gebied van data science/data discovery, om te zetten naar herhaalbare, op schaal, robuuste en veilige oplossingen.
Dit is de algemene bedrijfsbrochure van Van den Engel Advies. Hierin wordt beschreven welke diensten Van den Engel advies biedt en welke visie Van den Engel heeft op organisatie-advies.
This document provides functional specifications for a data browsing tool and country overviews to be developed as part of the DaCoTA project. The data browsing tool will allow interactive exploration of crash, exposure and road safety performance data stored in the project's data warehouse. The country overviews will use a standardized SUNflower methodology to concisely summarize and compare key elements of individual countries' road safety programs, indicators, outcomes and social costs. Templates, formats and an example are provided for the country overviews, and available technologies are discussed for implementing the interactive data browsing tool.
This document summarizes a comparative study of road safety development in Sweden, the United Kingdom, and the Netherlands between 2002-2020. It finds that while the three countries have some of the best road safety records in Europe, their traffic fatality rates remain unacceptably high. The strategies that have led to relatively good results differ between countries. The study aims to identify key factors in each country's policies and programs that could help further improve road safety both domestically and in other European nations. It involved researchers from road safety institutes in the three countries and provides a methodology for future comparative studies.
This document discusses the CADaS accident classification system which contains 5 variables for classifying accident type and collision type. It describes the variables in CADaS like accidents with pedestrians, parked vehicles, single vehicle accidents, accidents with two vehicles with no turning, and accidents with two vehicles with turning. The document also notes that directly mapping CADaS variables to other country's classification systems can be difficult due to differences in detail or conceptualization. However, the document explains that some deduction of variables is possible by combining other available variables. In conclusion, while detailed accident information is not always suited for analysis, the necessary data can be derived when needed.
This document provides an overview of the Common Accident Data Set (CADaS) project. It discusses the CADaS data model and the 5-step process for loading country data into CADaS. An update on the status of loading data from different countries is given. The document demonstrates CADaS and related data in Business Objects XI, with examples of error reports, data availability analyses, and accessing accident data. Countries are encouraged to participate in CADaS to improve road safety data harmonization across Europe.
CEOs often face challenges adapting to the changing needs of their companies over time. Many CEOs are hired to address a specific problem but struggle when new issues emerge later on. This transition from the initial problems addressed to new emerging challenges is described as moving from "Act I to Act II" of a CEO's tenure. While some CEOs are able to successfully remake their strategies and leadership approaches to address Act II challenges, many fail to adapt and have their tenures cut short as a result. To successfully navigate Act II, CEOs must be willing to recognize the need for changes, accept advice, understand the new implications, and take action through personal or structural changes.
The survey summarizes feedback from 500 freelancers on their work experiences and perspectives. Most freelancers anticipate a positive trend in finding assignments in 2012 after some challenging years. However, competition is increasing and fees are declining. Over half of freelancers work 4-5 billable days per week on average. While some freelancers work exclusively with service providers, most prefer to maintain independence but will occasionally work with certain types of providers. Freelancers report both advantages and disadvantages to working with service providers.
1. Onderzoek naar de gezondheid van ICT-
infrastructuren door het bepalen van het
High Reliability Gedrag
bij medewerkers en managers
Samenvatting van de masterproef ingediend tot het behalen van de graad Master in de Handelswetenschappen.
Campus VLEKHO – Departement Handelswetenschappen van de Hogeschool voor wetenschappen en kunst
Academiejaar 2007-2008
Promotor: Gerd Van Den Eede
Dimitri De Meester, Heirweg 88, 9750 Zingem, 0479/296754
Managers realiseren zich ook een dosis geluk bij kijken organisatieomgeving bevinden.
vaak niet hoe kwetsbaar hun (Bruijne en Eeten, 2007). Wanneer bedrijven zich in
organisatie is ten aanzien van De hierboven beschreven deze situatie bevinden zijn ze
fatale fouten. Gebeurtenissen problemen zijn niet “reliability-seeking” (Vogus &
zoals bij Société Générale, onmiddellijk zichtbaar in de Welbourne, 2003). Bij
Exxon Valdez, Barings Bank, organisatie. Door een reliabilty-seeking organisaties,
Signapore Operation, the combinatie van de vijf manifesteert “reliabilty” zich
Space Shuttle Chalenger, the processen van Weick (2001) als de capaciteit om de
US Marine Corps, maken dit en het kriticiteitsspectrum concurrentie een stap voor te
pijnlijk duidelijk. We (Egan, 2007) willen we dit blijven en de technologische
geloven – en dat is de visueel in kaart brengen, zodat veroudering te voorkomen
centrale these van onze managers zien en zich door een grotere intensiteit van
masterproef – dat dit zo is realiseren hoe kwetsbaar hun innovatie (Brown &
omdat deze organisaties niet ICT-infrastructuur is. Eisenhardt, 1997; D’ Avini,
de kenmerken vertonen van 1994).
High Reliability
Organizations (HROs) in een High Reliability
wereld van toenemende Organisations (HROs) and Kriticiteitsniveaus
vraag naar betrouwbaarheid reliability-seeking Systemen zijn niet van de ene
van hun bedrijfsoperaties. organisaties dag op de andere kritisch. Het
HROs worden gekenmerkt kriticiteitsspectrum toont hoe
door hun unieke mogelijkheid technologieën op de markt
Doel van het onderzoek om te functioneren op een komen, gewoonlijk op het
Een organisatie kan wel het foutvrije manier (Roberts, “niet-kritieke” niveau en
gedrag vertonen van een HRO 1990). Deze organisaties lopen geleidelijk kritischer worden
of gemanaged worden volgens constant het risico van fouten, naarmate het een belangrijker
een HRO-model maar het moet doordat hun technologieën zo onderdeel wordt van de
dit gedrag ook kunnen complex zijn kunnen een infrastructuur. Het spectrum
behouden. Het is belangrijk dit combinatie van elementen ziet er als volgt uit: Not
onderzoek regelmatig opnieuw onvoorzien reageren. Critical -> Increasingly CI-
te doen. Vele gefragmenteerde Alledaagse organisaties Like(ICIL) -> Critical(CI) ->
bedrijven, zoals KPN, CAISO gebruiken zelden zo’n Devolving from Criticality
werden gemanaged volgens risicovolle technologieën, in (Egan, 2007). Dit geldt ook
HRO-modellen maar deze vele industrieën (bijvoorbeeld voor een organisatie. De
lijken nu spijtig genoeg na het software) of in een vroeg beweging van excellentie naar
defragmenteren meer stadium van een falen voor een organisatie of
gemanaged te worden volgens organisatielevenscyclus van orde naar chaos, is veelal
crisismanagementmodellen, (bijvoorbeeld IPO), vinden geen catastrofale
niemand kan verklaren sommige organisaties dat ze omschakeling, maar een
waarom deze organisaties niet zich in een complexe, snel incrementele beweging (Smith,
falen, waarschijnlijk komt er veranderende sterk 2006; Kauffman, 1993)
gerelateerde
2. Het concept collective mind performance” (Hollnagel,
in organizaties 1993).
Weick en Roberts (1999) Het concept “Mindfulness” Onderzoekmethodologie
spreken over “collective Om het merkwaardige van Het onderzoek is gebeurd aan
mind”. Het woord “collective” HROs te realiseren, moeten we de hand van interpretief
verwijst naar het feit dat iets meer in detail kijken naar onderzoek (Walsham; 2006).
individuen handelen alsof ze de manier waarop de Het heeft als doel te
een groep zijn met verschillende maar toch onderzoeken of de theorie van
samenhangende activiteiten die stabiele cognitieve processen HROs kan gebruikt worden
in meer of minder mate met samenhangen in de service van voor het managen van ICT-
zorg worden uitgevoerd. Het ontdekken en corrigeren van infrastructuren. Voor het
woord “Mind” verwijst naar fouten. Het is overvloedig onderzoek zijn twee bedrijven
een patroon van gedrag, dit erkend in de literatuur dat onderzocht. Het ene bedrijf een
kan gaan van dom tot verschillende cognitieve HRO, de Europese Commissie
intelligent. Weick en Roberts processen geassocieerd worden en het andere bedrijf een
(1999) spreken ook over met HROs. reliability-seeking organisatie,
“heed” dat slaat op een Honda Europe. Deze twee
belangrijke set van kwaliteiten organisaties kunnen gezien
van het geheugen of anders De vijf processen worden als adaptieve
gezegd cognitieve kennis. Weick (2001) onderscheidt vijf organisatieklassen. In totaal
Waardoor mensen kunnen processen die bijdragen aan zijn 20 medewerkers en
handelen met “heed”. Om een betrouwbaarheid. Ten eerste: managers ondervraagd. De
“collective mind” tastbaar te Preoccupation with failure. gebruikte vragenlijst bestaat uit
maken moeten we dit Wat betekend dat de weinige 45 open vragen met een
omvormen naar situaties die fouten die voorkomen met de likertschaal van 1 voor
expliciet in woorden kunnen nodige aandacht en zorg moet volledig oneens tot 5 voor
begrepen worden. Hierbij behandeld worden. Ten volledig eens. Op deze data is
denken we aan het concept tweede: Reluctance to simplify een factor analyse gebeurd.
sensemaking. interpretations. Wat inhoudt Met als resultaat dat factor één
dat bedrijven moeten oppassen instaat voor 31 van de 45
met het vereenvoudigen van de vragen. En bovendien het
Het concept sensemaking complexe wereld. Denk hier meeste gewicht heeft voor de
Sensemaking impliceert het aan het begrip sensemaking. variantie. Dit is normaal omdat
omvormen van Ten derde: Sensitivity to de vragen lijst opgesteld is aan
omstandigheden in situaties die operations. Concreet houdt dit de hand van de theorie van
expliciet in woorden worden in dat op elk moment de HRO (Weick, 2001)
begrepen en die dienen als situatie onder controle moet
springplank naar actie. zijn. Dit kan door real-time
Sensemaking omvat de dashboards die de situatie van Conclusie
continue retrospectieve het systeem in kaart brengt. De theorie kan weldegelijk
ontwikkeling van een plausibel Ten vierde: Commitment to gebruikt worden voor het
beeld die rationaliseert wat resilience. Dit wordt bekomen managen van ICT-
mensen aan het doen zijn. door fouten klein te houden en infrastructuren. Dit toont de
ze snel op te lossen. factor analyse aan.
Procedures uitschrijven en Verder maakt het niet echt uit
Het concept ‘reliability’ deze constant aanpassen aan de of het een HRO of reliability-
“Reliability” wordt gezien al opgedane kennis, om zo het seeking organisatie is. De
een belangrijke competentie systeem snel opnieuw onderzochte systemen zijn niet
die mogelijk gemaakt wordt operationeel te kunnen zeer kritisch maar toch merken
door de organisatie. Algemeen brengen. Ten laatste: we dat deze reeds met veel
wordt het beschreven als de Deference to expertice. zorg worden gemanaged.
“unusual capacity to produce Respect hebben voor experten
collective outcomes of a en de beslissingspiramide
certain minimum quality omdraaien. Wat betekent dat
repeatedly” (Hannan & het management een
Freeman, 1984, p. 153), ondersteunende functie heeft Dimitri De Meester, 22 aug. 2008
betrouwbaarheid hangt af van en de experten beslissingen
het “lack of unwanted, nemen of ze voorstellen.
unanticipated, and
unexplainable variance in