SlideShare a Scribd company logo
1 of 28
Download to read offline
Torgrim Titlestad
~",r'.r..""J
" v D? V~k~~~~n.;:~~~~: a. éh()f;$~erde-
~q .", ' ,'"c'.'''. ",,1ioder~~~~cha­
V.r.~"Uh.:~ !&én nieuw begn~
~'.iiJ"""i""--~ _ Iq
De vikingen. W~debar6aren die-a~" ,begin van de
Middeleeuwen half Europa onve", ma kten. Plunde-
ra~n1:ls,tich.tmJl}fkfáChers, moordenaars en
heidenen bovendien. Dat is f thans het traditionele
beeld. Torgrim Titlestad heeft daar zijn twijfels bij. In
dit artikel probeert hij nieuw licht te werpen op hun
beweegredenen.
Voor de meeste Europeanen is het moeilijk om de uitbarsting van de
zogenaamde vikingtijd als iets anders te zien dan wreedheid van hei-
dense en hebzuchtige Scandinavische barbaren. De aanval in 793 op
het klooster van Lindisfarne in Northumbria in het noordoostelijk deel
van Engeland wordt over het algemeen gezienI als het begin van de
vikingtijd. De aanval op het klooster is levendig op schrift gesteld door
de geestelijke Alcuin (gestorven in 804), die oorspronkelijk uit
Northumbria kwam. De verslagen over de aanvallen van de vikingen
vertegenwoordigden een 'voluminous correspondence which passed
between England and the Frankish court of Charles the Great'.2
Alcuins beschrijving van de gebeurtenissen bij Lindisfarne is be-
waard gebleven als een historische mijlpaal uit het begin van het tijd-
perk. De nadruk op de vernielzucht in Alcuins karakteristieken van de
vikingen heeft de hedendaagse perceptie van de vikingen in Europa
sterk beïnvloed. De biograafvan Karel de Grote, Einhard, portretteerde
Alcuin als 'a man more skilled in all branches of knowledge than any
Het eerste vikingincident wordt echter genoemd in de opening van de Angelsaksi-
sche kroniek van 789, waarin staat dat Noren uit Hordaland koning Britthrics
baljuw en zijn mannen bij Dorchester hebben vermoord.
2 Henry Loyn, The Vikings in Britain (Londen 1997) 39.
443
Titlestad
person of modern times'.3 De Frankische keizer ontving hem aan zijn
hof met grote vriendelijkheid en 'kept him close at his side as long as
he lived. The emperor went so far as to have himself called Alcuin's
pupil, and to call Alcuin his master.'4 Alcuin heeft gedurende een lange
periode de functie vervuld van Karel de Grotes 'minister of culture
and church'. Tijdens discussies met de keizer beschreefhij hoe de Fran-
ken de Griekse beschaving nieuw leven zouden moeten inblazen, maar
nu als een christelijk rijk.5
Tegen het midden van de elfde eeuw eindigde de vikingtijd. Dat
betekent dat de vikingen over een periode van meer dan tweehonderd
jaar dood en verderf hebben gezaaid in grote delen van Europa. In
zekere zin hielden de Scandinaviërs Europa in hun greep. Hun heer-
schappij wordt wel vergeleken in tijd en geografische impact met de
latere bloeiende heerschappij van het Portugese, Spaanse en Britse Rijk.6
Hedendaagse algemene opvattingen over vikingen
Zelfs toen de vikingtijd een afgesloten hoofdstuk van de Europese ge-
schiedenis was, leefden de verhalen van de monniken en lokale orale
traditie over bloeddorstige noormannen voort. Zelfs in Noorwegen
schildert het onderwijssysteem de vikingen vaak af als ruwe heidenen
die vrouwen misbruikten en onschuldige kinderen en ouderen ont-
hoofden. Het is niet ongewoon dat onderwijzers tijdens bijbelles be-
weren dat de vikingtijd een zwarte bladzijde is in de geschiedenis van
het voor-christelijke Scandinavië.
Op deze manier is het verhaal van A1cuin uit 793 doorgegeven aan
nieuwe generaties kinderen in Scandinavië. Tegelijkertijd is de voor-
stelling van de vikingtijd in 'serieuze' culturele journalistiek soms ge-
baseerd op dezelfde historische misvattingen. In verband met de Olym-
pische Spelen in Lillehammer in 1994 werd een Noorse historicus geïn-
terviewd. Hij beweerde, dat waar de vikingen ook kwamen in Europa,
3 Einhard, The Life of Charlemagne, translation and introduetion by Lewis Thorpe
(Suffolk 1969) 94.
4 Einhard, The life ofCharlemagne 95.
5 A. Fabricius, Illustreret Kirkehistoriefor Folket(Kopenhagen 1901) 122. Alleen in
Denemarken zijn er al minstens 21500 exemplaren van verkocht.
6 Niet in het engels vertaald
444
Vikinginvasie van Engeland in
865. (illustratie 11de
eeuw). Uit:
Ives Cohat, De vikingen heer-
sers der zee (Houten 1990).
Ook al zijn historici het eens over het
begin van de vikingtijd in 793 en de
wreedheid van de aanvallen, er bestaat
veel onenigheid over de oorsprong
van de rooftochten. Er is wel een al-
gemene overeenkomst die door de
Franse historicus Lucien Musset
wordt verwoord: 'Er bestaat geen twij-
fel over dat de vikingen de kusten van
West-Europa veelvuldig bezochten, in
de eerste plaats om hun honger naar
weelde, eer, glorie en sociale status te
stillen.' De inmiddels overleden
Noorse historicus en viking-specialist
Anders Holmsen werd decennia lang
beschouwd als degene die een verklaring voor deze rooftochten heeft
gevonden. Hij beweert een piek in de bevolkingscijfers te kunnen bewij-
zen, die er voor zorgde dat de zonen van rijke families naar het buiten-
land reisden om voldoende land te zoeken voor de handhaving van
hun sociale status. Zo werden de rooftochten een gewaardeerde op-
lossing voor een probleem dat hun sociale status gereduceerd zou heb-
ben, maar culmineerden zij in een vergrote macht en de mogelijkheid
Vikingen
zij verantwoordelijk waren voor het vermoorden van kinderen: 'Zij
plunderden en verkrachtten waar zij ook aan land gingen. Tijdens de
vikingtijd was Noorwegen grotendeels geïsoleerd van de rest van Eu-
ropa. Meestal hadden vikingen min-
achting voor andere culturen.'? Soms
worden de vikingen afgeschilderd als
'the Nazi's oftheir Age'.8
De oorsprong van de viking-
rooftochten
7 E. Luthern, Dagbladet24-03-1992, een bijdrage aan het publieke debat ofViking-
symbolen konden worden gebruikt bij de Olympische Spelen of niet.
8 M. Nilsen, Arbeidersbladet 25-07-1994.
445
Titlestad
tot bloeiende carrières. Holmsen schrijft: 'De vikingrooftochten ver-
schijnen als zijnde een nooduitgang voor een overbevolkte samenle-
ving, als een gigantische hoeveelheid water dat door een dam breekt.'9
Op deze manier wordt een 'bevo1kingsexplosie'lo de uiteindelijke uit-
leg.
Sinds de verschijning van het boek in de jaren dertig, geniet het een
overweldigende populariteit onder Noorse lezers. Op dit moment zijn
er zo'n tachtigduizend exemplarenI I in omloop en is het nog steeds
opgenomen in het Noorse geschiedenisstudenten curriculum. Zijn
materialistische-marxistische benadering van de vikingen leeft tevens
voort in nieuwere schoolboeken, zoals bijvoorbeeld in de nieuwe En-
gelse versie van Norway: A History from the vikings to our Times, ge-
schreven door enkele van de meest prominente historici uit Noorwe-
gen.12 Het voornaamste uit deze materialistische en evolutionistischeI)
verklaringen zijn de verhalen over avonturiers en gelukzoekers. Zo wor-
den we geacht Leiv Erikssons ontdekking van Amerika te interprete-
ren. Gelijksoortige motieven zouden te vinden zijn in onwaarschijnlijke
tochten naar Bagdad of in het 'baantjes-zoeken' als lijfwacht van de
heersers van Constantinopel.
Kritiek van historici op de saga's
In het vorige hoofdstuk werd opgemerkt hoe percepties van de viking-
tijd in het verleden hebben doorgewerkt in populaire en historische
beschrijvingen. Maar al aan het einde van de negentiende eeuw twij-
felden Noorse historici aan het alom geaccepteerde idee van de viking
als een heidense wilde. Een van de meest prominente woordvoerders
van deze nieuwe stroming was Ernst Sars. Hij benadrukte het feit dat
de meeste van de bronnen uit die tijd van monniken of priesters wa-
ren. Religieuze dweepzucht maakte het de kerk onmogelijk 'de voor-
9 Andreas Holmsen, Norges historie fra de eldste tider til 1660 (Oslo 1960) 110.
JO Bekijk de populaire videoband The Norse Raiders - the Norse terrar met de expert
dr. David Chandler, Cromwell ftlms 1996.
11 Claus Krag, Aschehougs Horgeshistoriell (Oslo 1995) Ilo
12 Gepubliceerd in Oslo in 1995.
13 Zie de zweedse archeoloog, UI f Näsman, Prän Region til rike - Frän Stam til Stat,
Rikssamlingen - hevdingmakt og kongemakt (Stavanger 1997) 48.
446
Vikingen
delen van de wilden' te accepteren. Volgens de Deense editie van
Gyldendals' wereldgeschiedenis van het begin van deze eeuw, was het
niet vreemd, dat toen de Scandinaviërs van de negende eeuw zoveel
wreedheid vertoonden, 'zij een bedreiging vormden voor het chris-
tendom'.14
Ondanks dit- terwijl Alcuins verslag louter vanwege zijn priester-
schap lange tijd was geaccepteerd, werd zijn positie binnen de kerk nu
tegen hem gebruikt - werd het een bevooroordeeld standpunt. Hoe
dan ook, er ontstond een kritische traditie, die als doel had het hande-
len van de vikingen vanuit hun eigen geschiedenis te vertalen. Het ge-
brek aan bronnen uit die tijd heeft onderzoek op dit terrein eeuwen-
lang bemoeilijkt. Uitzonderingen hierop vormen een aantal skaldische
gedichten en runenstenen. De saga-critici van de twintigste eeuw zet-
ten zich af tegen het negentiende-eeuwse geloof in de saga-schrijvers
van de dertiende eeuw. Snorri Sturluson heeft de kritische blikken van
veel onderzoekers moeten ondergaan. Zijn werk wordt algemeen be-
schouwd als een tamelijk betrouwbare bron over zijn tijd, de dertiende
eeuw. De discussie tussen de geleerden gaat over de vraag, in welke
mate men op Sturluson kan vertrouwen een geloofwaardig verslag te
geven van contemporaine personen, of van de oorse samenleving in
de elfde eeuw. De oorse historicus Knut Helle zette al in de jaren
zestig de norm die nog steeds wordt gerespecteerd en als waardevol
beschouwd. Hij waarschuwde dat de saga's niet-historische eigenschap-
pen en kenmerken konden bevatten, omdat ze voornamelijk op orale
verslagen waren gebaseerd. Men moet de inhoud van de saga's scep-
tisch benaderen. Desalniettemin verwerpt hij de saga's niet als histori-
sche bronnen: 'Maar zij moeten met grote nauwkeurigheid worden
gezift. Beschikten de saga-schrijvers en hun oorspronkelijke auteurs
over de juiste voorwaarden en woorden om de feitelijke geschiedenis
te kunnen uitdrukken?"5
Helle benadrukte tevens dat wat het meest duidelijk en accuraat
leek in de saga's, de verhalen waren die gemakkelijk overgedragen wer-
den van de ene op de andere generatie. Net als andere historici wees
Helle op onopgesmukte, simpele maar essentiële feiten, verbonden met
14 Paul Laess0e Müller, ed., (Kopenhagen 1919) 262.
15 Knut Helle, Bergen bys historie 1 (Bergen 1982) 13-14.
447
Titlestad
bekende personen en plaatsen. Ofhet konden verhalen zijn, bestaande
uit skaldische coupletten, die door hun vaste grammaticale vorm waar-
schijnlijk oraal dynamischer waren dan in geschreven proza. Ook moet
men zich ervan bewust zijn dat saga-schrijvers het verleden makkelijk
konden verlevendigen met impressies uit hun eigen omgeving.
We zullen deze discussie over de waarde van de saga's als bron voor
historisch onderzoek nog nader beschouwen. Maar eerst moeten we
opmerken dat het voornamelijk historici en filologen zijn die zich heb-
ben geïnteresseerd voor de saga's als geschreven bronnen. Per Sveaas
Andersen sprak in 1977 al over een nieuwe strategie waarmee deze
gespecialiseerde historische studies werden aangevuld. De moderne
viking-geleerde zou, meer dan vroeger, moeten functioneren als een
coördinator van studies uit verschillende velden van het wetenschap-
pelijk onderzoek. Hij moest een samenwerking tot stand brengen tus-
sen de historicus, de archeoloog, de numismaticus, de runoloog en
specialisten op het gebied van plaatsnamen, oud-Noors en religie.16
Bovendien moeten we rekening houden met nieuwe visies op de
tijdsafbakening. Het startpunt van het traditionele onderzoek naar de
vikingtijd is de aanval op Lindisfarne in 793. Het is algemeen geaccep-
teerd de vikingtijd te definiëren aan de hand van militaire maatstaven,
zoals de rooftochten en het geweld. De Britse historicus Peter Sawyer
beweert dat culturele fenomenen als ambachtswerken en handel niet
typerend zijn voor deze periode in de Europese geschiedenis.17
Tege-
lijkertijd benadrukt hij dat de vikingtijd gedefinieerd kan worden als
een tijd waarin de Scandinaviërs de rol van bandieten en veroveraars
speelden.
Revisie vanuit archeologisch oogpunt
Als er iemand is die eer verdient voor het betreden van nieuwe terrei-
nen op het gebied van viking-onderzoek in de jaren negentig, is het de
Noorse archeoloog Bj0rn Myhre. Hij bestrijdt het traditionele stand-
punt dat de vikingtijd begon in 793. Hij beargumenteert dat men de
16 Per Sveaas Andersen, Samlingen av Norge og kristningen av landetBOO-ll30 (Oslo
1977) 12.
17 Peter Sawyer, Scandinavians and the English in the Viking Age (Cambridge 1994)
2-3.
448
Vikingen
periode moet benaderen door te trachten haar in haar geheel te bevat-
ten. Men moet de Scandinavische samenlevingen benaderen vanuit
economische, technologische, etnische en culturele gezichtspunten, de
militaire daarbij inbegrepen. Hij gelooft dat de tijd rijp is voor het kri-
tisch beschouwen van wat we de 'plunder-theorie' kunnen noemen.
Deze theorie gaat ervan uit dat de Scandinaviërs tijdens de vikingtijd
rijk waren dankzij, geweld en wreedheid. Myhre spreekt de theorie
tegen dat de Scandinaviërs alleen door vikingrooftochten in contact
kwamen met de Europese cultuur, die hen in een later stadium heeft
'besmet' met de gesel van het christendom.ls
Pas toen werd, volgens
de oude mythe, Scandinavië een integraal deel van de Europese cultu-
rele gemeenschap.
Myhre betoogt dat de politieke organisatie van de maatschappij in
de pre-vikingtijd in Scandinavië moet worden bestudeerd. Hij brengt
deze vragen niet naar voren van uit een louter theoretisch uitgangs-
punt, maar op basis van archeologische vondsten, daterend uit een
periode van een paar honderd jaar voor de aanval op Lindisfarne, die
een relatief vreedzame uitwisseling aantonen van handel, gedachten
en cultuurgoed rond de Noordzee. Vondsten uit de laatste decennia
roepen de volgende vraag op: als er periodes van vredige communica-
tie bestonden tussen Scandinavië en Europa voor 793, waarom ont-
stond er zo'n explosie van Scandinavische aanvallen op schijnbare vre-
dige Zuid-Europeanen? Ondanks alles bestond een groot deel van het
expansionisme in de vikingtijd uit een relatief vredige agrarische kolo-
nisatie, zoals op IJsland, de Faroër-, Shetland- en Orkney-eilanden,
Schotland, West-Engeland en het eiland Man.
Als we Myhre's argumenten aannemen, wordt de archeologie het
boegbeeld van het onderzoek naar de vikingtijd, omdat de meeste van
de bestaande vondsten van voor de negende eeuw archeologische bron-
nen zijn, zoals begraafplaatsen, huizen etcetera. Myhre beschouwt deze
benadering toch als een multi-disciplinaire onderzoeksstrategie, door
het samenvoegen van de inbreng van zowel historici als sociaal-antro-
pologen - door middel van historische analogieën en antropologische
modellen. Eén van Myhre's voornaamste standpunten is tevens dat
18 Bj0rn Myhre, The Archeology of the Early Viking Age in Norway (komt in mei
1998 uit, Dublin) 1.
449
Titlestad
men moet stoppen met het beschouwen van de vikingtijd als zijnde
het beginpunt van de Middeleeuwen. De vraag luidt dan: wanneer ko-
men de gemeenschappen op die het de vikingen mogelijk maakten
zich tot buiten Scandinavië uit te breiden? Is het mogelijk te achterha-
len met behulp van welke gerechtelijke en politieke systemen deze ge-
meenschappen werkten? Als iemand in staat is deze vragen te beant-
woorden, zal misschien het dramatisch jaar 793 en de aanval op
Lindisfarne als de grote scheidingslijn in de Noord-Europese geschie-
denis vervagen in de bleke mist des tijds...
De eerste geluiden van de vikingtijd
De lezer zal het gebruik van de termen noorderling, noorman en
Scandinaviër zijn opgevallen. Dit is eenvoudigweg om aan te geven
dat de eerste uitingen van een sociaal systeem in de gebieden waar de
vikingen zich vestigden, in grote mate dezelfde uitgangspunten deel-
den wat betreft de ontwikkeling van cultuur, economie, politiek en
technologie. Er bestonden geen nationale staten of een deterministi-
sche ontwikkeling richting de hedendaagse grenzen van oorwegen,
Denemarken en Zweden, maar losse en veranderende confederaties
van verschillende stammen, met namen die al bekend waren van Eu-
ropese kroniekschrijvers van voor 500. De vikingen worden meestal
aangeduid als 'mannen uit het noorden' of'Denen"9, 'en hun taal wordt
vaak de Deense tong genoemd'. Dit woordgebruik suggereert dat de
Denen een belangrijke rol hebben gespeeld, waarschijnlijk door de
kracht van hun vroege, nationale eenheid, zowel in economische su-
perioriteit als in aantallen. We kunnen aannemen, dat al in de negende
eeuw Deense koningen de oppermachtig waren in gebieden als de Oslo-
Fjord en delen van wat nu Zuid-Zweden is. Als we gebruik maken van
moderne termen zou het niet onjuist zijn om Denemarken de eerste
noordse 'supermacht' te noemen. Omdat de moderne nationale staat
nog niet bestond, lijkt het veiliger aan te nemen dat een algemene
19 We moeten ons beseffen dat Noorwegen in 1905 zijn nationale onafhankelijk-
heid verkreeg, van 1319 tot die tijd viel het onder Deens en Zweeds gezag. Eén
gevolg van dit feit was dat het begrip Noors veelvuldig verdween uit boeken over
de vikingtijd, omdat men ervan uitging dat Noren Denen waren.
450
Vikingen
taalkundige term als de 'Danish tongue' de toenmalige Noren en Zwe-
den niet provoceerde of beledigde. Ook al bestonden er geen natio-
nale termen, als Noorwegen, Zweden en Denemarken, zoals deze wor-
den ingevuld vanaf het einde van de negentiende eeuw, toch beston-
den er begrippen van belangrijke versch illen tussen de voornaamste
Scandinavische stammen en volken.
Rond 880 kon de Noorse viking, Ottar, de Engelse koning
Aethelstan20
vertellen over de verschillen tussen de Scandinavische
volken als de oren, Denen en Zweden. Verder sprak hij over
'Nordmannarland' - 'het land van de Noren' en' ordvegr', Noorwe-
gen. ordvegr kan getraceerd worden tot enige honderden jaren voor-
dat Ottar voor de koning van Engeland stond, vertellend over zijn
moederland in het noorden, en we nemen aan dat dit de originele naam
is. Omdat Ottar de Oslo-Fjord ook in zijn Nordvegr plaatste, definiëren
we Noorwegen als dat deel van het land dat ofwel vrij was, of niet on-
der Deense heerschappij stond; bedoeld wordt het gebied van Lindness
in het zuiden tot in het verre noorden in wat nu Noorwegen heet.
Op basis van deze gemeenschappelijke 'Noorse tong' en 'Deense
tong' zullen er rond 1100 belangrijke taalkundige verschillen hebben
bestaan in Scandinavië. Moderne taalkundigen nemen aan dat oud-
Noors, dat gelezen kan worden in handschriften uit de dertiende eeuw,
verschilde van de gesproken taal uit die tijd. In feite bestonden er al
dialecten ten tijde van het oud-Noors.21
De Noorse dialecten van toen
staan waarschijnlijk dichter bij de moderne Noorse dialecten dan we
tot nu toe aannamen.
Door benadering van het linguÏstieke probleem zoals hierboven,
lijkt het voor de hand te liggen te vragen wanneer de Scandinavische
viking-gemeenschappen, die hun culturele en politieke hoogtepunt
tussen 1000 en 1200 bereikten, vorm begonnen te krijgen. Door delen
van Zuid- oorwegen en Denemarken te bestuderen, komen we mis-
schien dichter bij een antwoord op deze vraag. Deze delen van
Scandinavië bevatten een grotere en rijkere hoeveelheid aan archeo-
logische vondsten, die de basis van ons werk verstevigen. We staan
klaar een duik te nemen in de mysterieuze nevelen van ons verleden.
20 P. Sawyer, ed., The Oxford Tllustrated History of the Vikings (Oxford 1997) 5-6,
110,119 en 158-159.
21 Alfred }akobsen, Fagrskinna-studier (Trondheim 1980) 114.
451
10· eeuwse siersteen uit
Lärbro. met scenes uit de
Noordse mythologie.
Titlestad
Donkere eeuwen en stilstand?
Lange tijd werden de zevende en achtste eeuw gezien als donkere, ob-
scure tijden. De kennis van deze periode was gering, zelfs met de hulp
van archeologen, en de geleerden concludeerden dat dit een periode
van stagnatie is geweest voor de Scandinavische landenY Daarentegen
keerden de archeologische opgravingen van de laatste twintig tot der-
tig jaar deze oude veronderstelling volledig om. Ver cheidene vond-
sten bij vikingbegraafplaatsen wijzen op de
oordzee als zijnde een centrum voor rela-
tiefvreedzame handel, zelfs teruggaand tot de
vierde eeuw.23
Deze vondsten duiden op een
hoog ontwikkelde maritieme technologie. Dit
maakte lange tijd handel over de Noordzee
mogelijk, zelfs vóór de tijd waar geleerden van
uitgingen. Handel is een uitdrukking van ie-
mand die iets uit te wisselen heeft, en een
drang bezit naar buitenlandse koopwaar. Dit
tekent een samenleving met een overschot aan
agrarische produkten en ambachtswerken.
Dat is, zeker voor Denemarken, een
onbetwistbaar feit. Vaak wordt over het hoofd
gezien dat de Deense maatschappij toenter-
tijd misschien één van de meest welvarende
ter wereld was, niet uitsluitend dankzij de bin-
nenlandse produktiviteit, maar ook omdat
Denemarken het veiligste handelskruispunt
was tussen de Baltische staten en de Noord-
zee, tussen de Noordse gebieden en het Eu-
ropese vasteland.
Het archeologisch onderzoek op dit ter-
rein - vooral in Denemarken - geeft een dui-
delijk beeld, dat al tijdens de zesde eeuw op basis van een toenemend
materiaal-overschot, geaccentueerde sociale veranderingen voorkwa-
men. De samenleving ontwikkelde en specialiseerde zich, mede door
22 B. Myhre, The archeology, 6.
23 John Nines, Nordsj0en - handel, religiol1 og politik (Stavanger 1996) 18-30.
452
Vikingen
'internationale' invloeden. Zelfs Noorse hoofdmannen uit Tr0ndelag
hadden succesvol gediend als officieren in Romeinse militaire eenhe-
denY Ook door de vestiging van rijke, voorname families - een vroege
vorm van de Scandinavische landbouwadel of landaristocratie - na-
men sociale verschillen toe. Vondsten in rijk versierde graven in De-
nemarken bewijzen deze uitspraak. Volgens Lars J0rgensen - een Deens
historicus - vatte deze nieuwe sociale klasse het plan op hun status en
grandeur te laten zien tijdens begrafenissen.25
Hij ziet deze 'claim to
glory' als een poging van een voorname familie hun positie te marke-
ren in de nieuw gevestigde sociale structuur. Aldus neemt J0rgensen
aan dat de zesde en zevende eeuw een relatief onstabiele periode is
geweest, waarin de voorname families streden om de heerschappij over
grote gebieden van het land. Dit geeft aan dat de Zuid-Scandinavische
gemeenschappen een relatiefstabiele structuur hadden bewerkstelligd,
verbonden met machtscentra van vikingen of kleine koninkrijken26
-
een proces dat waarschijnlijk ook in Noorwegen heeft plaatsgevonden.
De volgende stap is het onderscheiden van de gevestigde structuren.
De ontwikkeling van een Noors juridisch 'systeem'
Heden ten dage introduceren Scandinavische geleerden een concept
van een speciale Scandinavische vorm van feodalisme, een concept dat
in contrast staat met het voorheen heersende standpunt van een min
ofmeer egalitaire maatschappij, gebaseerd op familiesY Een groot deel
van de bevolking, hoewel overheerst door de rijkere voorname fami-
lies, bestond uit vrije boeren - ook volgens het nieuwe concept. Maar
tijdens de zevende en achtste eeuw, toen de Scandinavische gemeen-
schappen een fase van stabilisatie ondergingen, ontstond er behoefte
aan een gecoördineerde regelgeving met betrekking tot wettelijke twis-
ten en strijdlustige onenigheden. Omdat er nog geen goed staatsappa-
24 Zie hierover het artikel van Lise Bender J0rgensen, 'Fjemkontakt - frä Romarri-
ket til Tr0ndelag' in: SPOR (1996) 2, 4-6.
25 Lars J0rgensen, Hvvdingsamfund og Kongemagt (Aarhus 1991) 122.
26 J0rgensen, Hvvdingsamfund, 123.
27 Tore Iversen, TreIldommen - norsk slaveri i middelalderen (ongepubliceerde
dissertatie, Bergen 1994) en Dagfinn Skre, Herredvmmet (ongepubliceerde dis-
sertatie, Oslo 1996).
453
Titlestad
raat - zoals later in de Middeleeuwen - voor het handhaven van de wet
bestond, zoals gevangenissen en parate legers, was interne vrede een
voorwaarde voor stabiliteit in de nieuwe koninkrijken, en was coördi-
natie belangrijker dan ooit tevoren. De voorwaarden voor een later
taatsapparaat waren in handen van een sterke hoofdman, die grote
gebieden bestuurde, vaak door middel van verbonden met minder
machtige vikingleiders - of een verzameling van vrije boeren. Maar
een goed georganiseerde verdediging, in het geval van gedeelde belan-
gen op militair niveau - was niet voldoende om de stabiliteit in deze
gemeenschappen veilig te stellen. Gemeenschappelijk geaccepteerde
regel waren noodzakelijk. Omdat er geen stabiel regeringsmechanisme
bestond om de sociale orde te handhaven, was het onmogelijk voor
één hoofdman ofleider totale en blijvende overheersing te hebben over
de ander en zijn aanhangers.
Het Noorse juridische concept, de essentie
De Deense geleerde Ole Fenger beweert aan de hand van een omvang-
rijke studie, dat er een specifiek Scandinavisch 'rechtssysteem' bestond,
gebaseerd op zogenoemde Germaanse juridische ideeën.28
Op basis
van deze studie concludeert Fenger dat in Scandinavië de families zelf
de verantwoordelijkheid droegen voor elke misdaad die door een fa-
milielid werd begaan. Maar er bestond ook een collectieve
verantwoordelijkheid. Zo wist men dat het niet mogelijk was de wet te
overtreden zonder dat de eigen familie hiervan de dupe werd. Daar-
entegen kon misdadigheid worden goedgemaakt door het betalen van
boetes of door andere overeenkomsten - tussen de betrokkenen. AJs
er geen overeenkomst bereikt werd, kon de zaak worden voorgebracht
aan de thing. Dit was een van de voornaamste verschillen tussen het
oorse en Romeinse rechtsbegrip, wat later het christelijk rechtsbe-
ginsel zou worden genoemd. Terwijl dit laatste haar juridische sys-
teem baseerde op individuele schuld, was het Noorse gebaseerd op
collectieve verantwoordelijkheid.
Vanuit politiek oogpunt bezien, moedigde het Noorse rechtsbe-
ginsel het idee aan van het opsplitsen van de macht tussen verschil-
28 Citaat uit: ale Fenger, H0vdingesamfund og Kongemagt (1992) 155.
454
Vikingen
lende individuen. De hoofdman was onderworpen aan een strikte
afhankelijkheid van de gemeenschap om zijn positie te verstevigen.
Fysieke kracht, oorlogssuccessen, 'politieke diners' en overvloedige
geschenken waren middelen om een sterke positie te verkrijgen. De
hoofdman beschikte niet over directe macht zijn onderdanen te ver-
delen over verschillende groepen van individuen, ondergeschikt aan
zijn directe bevel, ook al kon hij indrukwekkende persoonlijke allian-
ties sluiten. Als bezitter van juridische verantwoordelijkheid-
functioneerde de voorname familie als een element dat de relaties tus-
sen hoofdman en andere vrije personen in evenwicht hield. Het chris-
telijke rechtsbeginsel vestigde echter een nieuw systeem waarin het
individu een burger werd, direct geregeerd door koning en kerk. De
familie verdween als evenwicht- en ordebewaarder. Koning en kerk
vervingen deze macht.
Het Noorse 'parlement' wordt gevestigd
Toen de Zuid-Scandinavische koninkrijken zich tegen het einde van
de zevende eeuw stabiliseerden, ontstond er meer behoefte aan het
reguleren van het rechtssysteem in grotere vergaderingen (things) dan
tussen de clans onderling. Daarom nemen sommige archeologen aan,
dat wat wij kennen als het Noorse parlement, zijn klassieke uiterlijk
ergens tussen de zevende en achtste eeuw heeft gekregen - en dat zich
toen, door moeilijkheden in de samenleving, een soort representatieve
klasse heeft ontwikkeld. Het is waarschijnlijk dat in het begin alle vrije
mannen, de boeren inbegrepen (ook vrouwen: weduwen), deze parle-
mentaire bijeenkomsten bijwoonden om te discussiëren over juridi-
sche geschillen en andere belangrijke problemen die de gemeenschap
aangingen. Maar er bestonden geen geschreven wetten. We gaan er
vanuit dat in plaats daarvan elke bijeenkomst begon met het reciteren
van de wetten door een leider, die deze uit het hoofd kende. Dit werd
gedaan om de aanwezigen een kans te bieden te controleren dat niets
werd toegevoegd of vergeten - tenzij nieuwe wetten door de vergade-
ring waren toegevoegd. We moeten er rekening mee houden dat deze
gemeenschappen sterk aan orale tradities hingen. Dit feit is niets nieuws
in de geschiedenis. In het oude Griekenland en Rome bestond er al
455
Titlestad
een 'art of memory' - met regels om lange toespraken te kunnen
onthouden.29
Het lijkt aannemelijk Fenger te geloven als hij concludeert dat deze
gemeenschappen zelf-regulerend werkten: 'Koninklijke autoriteit of
interventie was niet voldoende noch noodzakelijk om orde te handha-
ven in deze gemeenschappen.'3o Verder mogen we aannemen dat de
viking-maatschappij, na de waarschijnlijke stabilisatie, een hogere stan-
daard had van regels en wetten onder haar inwoners. Verhalen over
een constante en dodelijke bloedwraak zijn waarschijnlijk overdrijvin-
gen en werden gebruikt als propaganda om de voor-christelijke
gemeenschappen af te schilderen als barbaarse en immorele samen-
levingen. Om Ole Fenger te citeren: 'Waar een samenleving is, bestaat
er recht.'31 En we mogen toevoegen, waar een samenleving is, bestaat
ook politiek...
De religie als versterker van het Noorse
rechtvaardigheidsgevoel
De oude religie, de Asatru, vormde een belangrijk onderdeel van het
Noorse rechtsgevoel. Het juridische 'systeem' was een onderdeel van
de machtsdecentralisatie, een onderdeel dat gesterkt werd door de re-
ligie. Er bestond geen almachtige god, noch een geërfde zonde of dui-
vel. Vrouwen speelden een belangrijke rol als cultusleiders en waren
niet uit de publieke sfeer verbannen om slechts mannen te dienen,
zoals de christelijke kerk gebood. In tegenstelling tot in het christen-
dom werd hun seksualiteit gerespecteerd en hadden ze het recht te
scheiden als hun man op seksueel gebied faalde.32
De Noorse religie bood een pluralistische kijk op het leven en
levendienende krachten, en accepteerde zelfs christelijke elementen als
machtige krachten voor de mens. Je zou kunnen zeggen dat het voor-
christelijke wereldbeeld gedifferentieerder en beschaafder was dan het
29 Zie hier over Francis A. Yates, The Art ofMemory (Londen 1966).
30 Fenger, Hovdingesamfund 163.
31 Ibidem.
32 Gro Steinsland, Hvordan bie hedendommen utfordret og pavirket av kristendom-
men? Motet mellom hedendom og kristendom i Norge (Oslo 1995) 19.
456
Vikingen
christelijke dat meer 'zwart-wit' lijkt.JJ
Door gebrek aan kennis onder schoolmeesters wordt de oude reli-
gie vaak als wreder dan het Christendom afgeschilderd, bijvoorbeeld
door kinderen te leren dat het typisch iets voor heidense noormannen
was om kreupele kinderen in het bos achter te laten om te sterven. Het
is een feit dat dit gebruik ook na gedwongen bekering rond 1000 een
tijd voortduurde, zoals blijkt uit de wet van Olav HaraIdsson. Deze
gebood dat kreupele baby's eerst gedoopt werden en dan vermoord of
alleen gelaten voor de kerk om te sterven.34
Het oude juridische systeem vormde samen met de religie een ba-
sis voor een morele verdediging tegen despoten en autocraten die alle
macht aan hun voeten wilden vergaren. Het lijkt redelijk aan te nemen
dat de religie als een organisch deel was geïntegreerd in het toenmalig
politiek denken en open stond voor toleranter en pluralistischer den-
ken dan het christendom.
Een specifiek Noorse beschaving
Als we alle bovengenoemde elementen bij elkaar nemen, zouden we
kunnen stellen dat er tot ongeveer 700 een aparte Noorse beschaving
bestond. Deze beschaving beschikte over een taal met een eigen alfa-
bet, daterend uit de eerste eeuw. Tevens kenden de Scandinaviërs an-
dere Europese literatuur en beheersten ze de schrijfkunst.35
Ze creëer-
den zelfs een van de meest voortreffelijke vormen van populaire lite-
ratuur in de wereldgeschiedenis, de saga's en skaldische poëzie - meestal
uitgedrukt door een voornamelijk orale cultuur - waar het geheugen
belangrijker was dan tegenwoordig. De symboliek in hun taal steunde
op hun specifieke religie die een hoog ontwikkeld denken weerspiegel-
de. De Deense middeleeuwen-specialist, Preben Meulengracht
S0rensen concludeert: 'In Europe only two pre-Christian mythologies,
33 Gro Steinsland, Eros og d"d i normne myter (Oslo 1969) 26.
34 Knut Robberstad, vert., Gulatingslovi (Oslo 1969) 32.
35 Citaat uit: Preben Meulengracht S0rensen, The Oxford Illustrated History of the
Vikings 204. Jan Ragnar Hagland, professor in de Noorse taal op de Universiteit
van Trondheim, refereert naar de eerste gevonden runeninscriptie van Toten/
Stabu in Hedmark/Noorwegen (circa 200), 'Skrift i Trondheim kring ar 1000',
SPOR 1 (1997) 36-37.
457
Titlestad
the Greek and the Norse, have been preserved as coherent ideologies.'36
Hier moeten we hun moderne 'wet- en ordesysteem' aan toevoegen
en hun politieke systeem van vertegenwoordiging, die tot de noodzake-
lijke voorwaarden behoren voor de moderne liberale Europese demo-
cratieën. De wortels van de moderne liberale liggen niet in het oude
Griekenland, maar in het thing-systeem van Scandinavië, met IJsland
als oudste constitutionele democratie van de wereld. Als we de tech-
nologische prestaties van de vikingen erbij opteJlen, zoals scheeps- en
huisconstructies, hun artefacten van hoge kwaliteit en juwelen etce-
tera, zou het terecht zijn te spreken van een hoog ontwikkelde en mo-
derne beschaving tegengewerkt en bedreigd door de uitbreidende
Frankische en christelijke beschaving uit het zuiden.
Het specifiek Noorse deel van het Noorse gebied
We mogen concluderen dat de zevende eeuw geen periode van stag-
natie was in Noorwegen. Integendeel, het is mogelijk verscheidene
vondsten uit verschillende archeologische opgravingen in het zuiden
en noorden van Noorwegen aan te wijzen die zowel een agrarische
expansie als een intensieve exploitatie van het culturele landschap la-
ten zien.37 Ook kunnen we de plaats bepalen van verscheidene machts-
centra aan de Noorse kust, soevereine gemeenschappen met een eigen
politiek.38
Archeologische vondsten in zowel Noorwegen als Denemarken
wijzen op een geleidelijke ontwikkeling van politieke structuren en
reflecties op rechtvaardigheid. Dit duidt op een ingewikkelde sociale
organisatie, lang voor de 'viking-explosie' op en Lindisfarne in 793.
De geleidelijke economische groei gedurende de zesde eeuw doet de
vraag rijzen tot op welke hoogte we Andres Holmsens theorie kunnen
geloven over de kolossale uitbarsting van viking-geweld in Europa.
Myhre is van mening dat er geen bewijs is voor pressie vanuit de be-
volking die sterk genoeg zou zijn om mensen te doen emigreren, of
36 Citaat uit: Meulengracht, The Oxford lllustrated, 208.
37 Citaat uit: Myhre, The Archeology, 7.
38 Brigitta Berglund, 'Kontakter over Kj01en og Midt-Skandinavia i romertid og
folkevandringstid', SP~R I (1994) 22.
458
Vikingen
het doen ontstaan van zo'n kolossale golf van viking-aanvallen.39
An-
dere geleerden steunen Myhre's kritiek op Holmsen. Holmsen
ratificeert zijn theorie door te wijzen op het voorkomen van stadir-
namen, die waarschijnlijk rond 800 zijn ontstaan. Daarentegen date-
ren onderzoekers deze namen nu terug tot een periode van vestiging
in de vijfde eeuw.40 Noch hebben we enig bewijs gevonden dat er een
speciale behoefte bestond aan militaire agressie tijdens de achtste eeuw.
Opgravingen laten zien dat er veel handel was tussen de vikjngen en
hun gelijken in Ierland en op de Britse eilanden - een theorie die ge-
steund wordt door de archeologen Ingrid Fuglestvedt en Per Hernaes.41
De machtige elites rond de Noordzee vestigden een rationeel netwerk
van economische en politieke samenwerkjng, waarbij de leiders niet
alleen geschenken en handelswaar uitwisselden. Vaak werden zonen
van vikingleiders weggestuurd om te worden opgevoed door Engelse
koningen of aristocraten. Door hun dochters uit te huwelijken aan
andere machtige clans werden belangrijke allianties gevestigd. Dit was
tevens een efficinte manier om culturele waarden en impulsen uit te
wisselen. Het is ook mogelijk dat de leiders - afkomstig uit verschil-
lende culturele achtergronden van verschillende gebieden aan de
Noordzee, discussiërend over politiek, sociale organisatie en religie -
nieuwsgierig waren naar nieuwe technologische, politieke en spirituele
stromen in Europa. Dus er bestaan belangrijke tekenen dat deze uit-
wisseling van sociale reflectie ver terug gaat in de tijd.
Na het herlezen van Alcuin concludeerde de Noorse archeoloog
Arvid Lillehammer dat zijn geschriften kennis tonen over de 'wrede
heidenen' voorafgaand aan 793. Myhre steunend, schrijft Lillehammer:
'Er was niets nieuws aan het feit dat er schepen uit Scandinavië kwa-
men, maar aan het feit dat het contact een nieuwe en strijdlustige in-
houd had verkregen.'42 Als Lillehammer en Myhre gelijk hebben, moe-
ten we zoeken naar antwoorden die kunnen uitleggen waarom en hoe
een vredige relatie plotseling veranderde in vijandigheid en oorlog.
39 Citaat uit: Myhre, The Archeology, 16.
40 Inge Saerheim, Litt om stad-namn pa Jaeren, Aetl og Heim (1985) 54-55.
41 Ingrid Fuglestvedt en Per Hernaes, Rituell kommunikasjon i yngr jernalder
(Stavanger 1996) 141-
42 Arnvid Lillehammer, Aschehougs Norgeshistorie II (Oslo 1994) 224.
459
Titlestad
Tijd voor revisie?
Op een bepaalde manier - zoals de schoten in Sarajevo in 1914 het
uitbreken van WOl inluidden - heeft de aanval op Lindisfarne zich
gevestigd als het plotselinge en wrede begin van wat bekend staat als
de vikingtijd. Maar laten we de zaak eens vanuit een andere invalshoek
bekijken. Laten we aannemen dat tijdens de achtste eeuw in de gebie-
den rond de Noordzee een vredige en relatiefstabiele coëxistentie heer-
ste tussen de verscheidene volken die het gebied bewoonden. Dit was
---------
Schematische reconstructie van het Kanahave-kanaal.
Uit: Else Roesdahl, Viking age Denmark (Londen 1982).
alleen maar voordelig voor de clanleiders en hoofdmannen omdat er
geen bloed werd vergoten en geen jonge levens en materiële waarden
verloren gingen. Ook kunnen er van uit te gaan dat de vermoedelijke
uitwisseling van culturele waarden een belangrijke rol heeft gespeeld
in het alledaagse leven. Er bestaat dus geen duidelijke reden waarom
de Noordzee-volken getroffen zouden worden door een golfvan waan-
zin die zou resulteren in tweehonderd jaar oorlog en instabiliteit. De
redenen voor de beroering zijn zeer waarschijnlijk externe fenomenen
geweest. Door bestudering van het toenmalige Europese continent, de
Britse eilanden en Scandinavië als één geheel, krijgen nieuwe perspec-
tieven de overhand.
In de loop van de zevende eeuw hebben Frankische clans een nieuw
koninkrijk gevestigd, steunend op feodale structuren en de christe-
lijke kerk. De eersten die merkten hoe de Frankische staat zich uit-
breidde door onderwerpende rooftochten in de omliggende landen,
460
Een deel van de Danevirke. Uit: Else
Roesdahl. The Viking age Denmark.
Vikingen
waren de Denen. Tijdens de zevende en achtste eeuw was Denemar-
ken een van de sterkste machten in het Baltisch gebied. De Denen to-
lereerden - en steunden zelfs - het verzet van de Saksen en de Friezen
tegen de Franken.43
Diplomatieke onderhandelingen zijn geregistreerd
in de Karolingische Kronieken van de jaren 770-780, waar een moge-
lijk Noorse diplomaat
Halptani (Halfdan)
wordt genoemd.44
De
onderhandelingen stel-
den de Denen duidelijk
niet gerust. De Franki-
sche druk noodzaakte
de Denen hun econo-
mische middelen voor
militaire verdedigings-
doeleinden in te zetten.
Deze militaire opbouw
begon al rond 730, met
het Kanahave kanaal in
726 en de Danevirke in
737. De Danevirke was
de grootste versterkte
muur die ooit in
Noord-Europa was ge-
bouwd. Dus waren de Denen rond 770 voorbereid, zelfs wanneer hun
fysieke grens een machtig leger uit het zuiden niet lang kon tegenhou-
den.
De persoon die de Noord-Europese stabiliteit de meest beslissende
slag toediende, was de Frankische koning Karel de Grote. Om zijn rijk
te financieren en de heidense delen van Europa te kerstenen, begon hij
met agressieve rooftochten die een fataal effect hadden, vooral op de
Saksen. Karel de Grote belegerde de Saksische stad Verden en ont-
hoofdde in één dag een groot aantal Saksen, misschien wel 4500, na ze
43 Henry Loyn beweert: 'De reductie van de onafhankelijkheid van de Saksen en
Friezen droeg bij aan de Deense onrust.' The Vikings in Britain, 40.
44 Bernard Walter Scholz, vert., Carolingian Chronicles (Michigan 1970) 59.
461
Titlestad
gedoopt te hebben. Later organiseerde hij een enorme etnische 'schoon-
maak' onder de Saksen, om zo zijn grip op het gebied veilig te stellen.45
De Deense historicus Thorkild Ramskou heeft deze wreedheden be-
schreven als de meest weerzinwekkende genocides in de geschiedenis.46
Verder, benadrukt hij, zijn het deze acties die het moeilijk maken te
onderscheiden wie de echte barbaren waren, de heidense vikingen of
de christelijke legers.
Ons punt is aan te tonen hoe het expansionisme van Karel de Grote
Europa destabiliseerde. Hij wilde het Romeinse Rijk herintroduceren
in de vorm van een Frankische staat. In dit licht bekeken, kunnen we
de vikingrooftochten op Lindisfarne in 793 zien als een reactie op het
Frankisch christelijk expansionisme, in plaats van de factor die de
'vikingtijd' inluidde en schiep. Dit gezichtspunt is echter niet geheel
nieuw en origineel. In een boek uit 1863 brengt een Deense historicus
een gelijksoortige bewering naar voren.47
Op deze manier wordt de
vikingtijd een historische dwangbuis die het begrip van een sociale
werkelijkheid belemmert, die allang voor het incident bij Lindisfarne
bestond. Zoals de Franse historicus Georges Duby het beschrijft: de
vestiging van de Frankische staat representeert de bloeitijd van het
plunderen als middel om een staat te creëeren. De plunderende en
wrede Karel de Grote was aldus de Scandinavische vikings vóór, en
dwong hen zich te wreken. Het niet-begrijpen van dit inzicht is het
onderschatten van de intelligentie van onze Europese voorouders.
Het creëren van een Scandinavische identiteit als resultaat
van Frankisch expansionisme
In moderne theoriën over de machtsbalans tussen supermachten leidt
actie van de ene partij tot reactie van de ander. Dit is een raamwerk dat
toegepast kan worden op Karel de Grotes expansionisme. Bj0rn Myhre
45 G.P. Baker, The Fighting Kings ofWessex (Londen 1931, herdruk 1996) 86.
46 Thorkild Ramskou, Danmarks historie lJ (Kopenhagen J976) 61.
47 J,J.A. Worsaae, Den danske erobringafEngland ogNormandiet(Kopenhagen 1863)
31. 'Echter, Denemarken behoorde tot de eersten die vochten voor een Noordse
nationale, religieuze en politieke onafhankelijkheid, tegen de wrede overwinnaar
van de Saksen, Karel de Grote, die triomfantelijk aan de zuidgrens van Denemar-
ken stond.'
462
Vikingen
heeft zich hierop gericht sinds hij een duidelijke variatie in culturele
uiteenzettingen in het Scandinavië van de achtste en negende eeuw
ontdekte.48
Opgravingen bij vikingbegraafplaatsen laten zien dat de
Scandinaviërs van die tijd een gemeenschappelijke manier ontwikkel-
den van huizenbouw, kleding, handgemaakte materialen, versiering
en begrafenisgebruiken die we Noors of Scandinavisch kunnen noe-
men. Dit interpreteert Myhre als het vestigen van een culturele
markering tegen de externe druk die op hen lag, allereerst door de
Frankische expansionisme en gedwongen kerstening. Dit is een theo-
rie die wordt gesteund door een sociaal antropologische thesis: een
cultuur onder zware externe druk heeft de neiging zijn onderschei-
dende karakteristieken te laten zien, niet alleen in gedachten, maar ook
in materiële objecten. Dus door Karel de Grotes zoektocht naar Euro-
pese dominantie, waarbij kerstening als wapen bijna net zo belangrijk
was als het zwaard, ontstonden zichzelf onderscheidende Scandinavi-
sche identiteiten en culturele karaktertrekken. Dit proces valt samen
met de aanval op Lindisfarne, en verrassend genoeg was het een van
Karel de Grotes nabije adviseurs die het document articuleerde dat
meer dan duizend jaar onze perceptie over de vikingen en hun tijd
heeft gevormd, namelijk de christelijke monnik Alcuin.
Het oude viking-imago, een niet-Scandinavisch en 'christe-
lijk vijandsbeeld'?
Dankzij onze historische kennis over hoe een gemeenschap reageert
met tegenaanvallen op externe druk en interventie, is het interessant
te zien, dat deze natuurlijke en gemeenschappelijke manier van reage-
ren, pas sinds 1990 analytisch werd toegepast op de vikingtijd. Bj0rn
Myhre weidde als eerste uit over dat de vikingaanvallen waarschijnlijk
een preventief karakter hebben gehad. De Scandinaviërs zouden goed
geïnformeerd zijn over de constructie van gecentraliseerde en christe-
lijke staten op het continent. Zij leerden dat dit nieuwe systeem hun
eigen beschaving bedreigde - in de eerste plaats hun parlementaire 'sys-
teem' en religie - de basis van hun culturele identiteit en historische
48 B. Myhre, 'The beginning of the Viking Age - some current Archeological
Problems', in: Viking Revaluatio115 (Londen 1993) J95.
463
Titlestad
mentaliteit. De belangrijkste symbolen van het nieuwe systeem kon-
den eenvoudig worden gedentificeerd - de kerken en kloosters -
tegelijkertijd 'banken' - plaatsen waar rijke mensen hun materiële rijk-
dommen deponeerden. Dankzij vreedzame handel hadden de
Scandinaviërs hun verblijfplaatsen opgemerkt. Zonder twijfel sloegen
zij Karel de Grotes 'integratie' van de Britse eilanden in zijn geopo-
litieke invloedssfeer gade.49
Toen de Franken de stabiliteit afbraken door
hun militaire opmars naar het noorden en naar de Saksen, verander-
den de vikingen de dreiging in een mogelijkheid de Frankische streek
te veroveren omdat Karel de Grote zich vooral bezighield met de ver-
overing van het Europese continent. Myhres these is echter geen po-
ging de hebberigheid of wreedheid van de vikingaanvallen wit te was-
sen.
De vikingen vallen aan
Tegen het einde van de achtste eeuw hadden de Scandinavische ko-
ninkrijken een organisatorisch en sociaal niveau bereikt, en een eco-
nomische bloei die het mogelijk maakte het Frankisch expansionisme
terug te slaan. Waarschijnlijk uit militaire noodzaak hadden ze een
marine-technologie ontwikkeld die hen superieur maakte op zee. Ze
waren in het bezit van een toenmalig 'Star Warswapen', en ze wisten
hoe ze het moesten benutten: het vikingschip. Het was superieur aan
alle andere schepen van die tijd, in het bijzonder omdat het een drie
keer zo hoge snelheid kon bereiken dan andere schepen, en omdat zij
haast ongezien de kusten bereikten waar ze wilden aanvallen. De be-
manning bestond uit vrije mannen, fysiek zeer sterke strijders, omdat
roeien een van de dagelijkse bezigheden op zee was. Tevens waren ze
uitermate gemotiveerd om te vechten, omdat de 'onderneming' door
hen gedeeld werd. Op militair gebied gedroegen ze zich als moderne
commando-soldaten en gebruikten guerilla-tactiek. Zo durfden de
Scandinaviërs antwoord te geven op Karel de Grotes bedreigende
oorlogsmachine, wetend dat zij hem op land niet konden weerstaan.
Met hun snelle schepen konden ze hem in 'de rug' aanvallen - de
bloeiende en belangrijke zeehavens plunderen en vernielen - en de
49 G.P. Baker, The Fighting Kings, 83-85.
464
Vikingen
Saksen aansporen opnieuw in opstand te komen, met wie de Denen
verscheidene keren hebben samengezworen. Met deze 'naaldtactiek'
konden de Noorse krachten het angstaanjagende leger van Karel de
Grote fragmenteren, zijn soldaten demoraliseren en de fragiele stabili-
teit van zijn rijk bedreigen.so Tijdens de beginfase was het echter de
meest wijze en minst risicovolle tactiek voor de Scandinaviërs hun spie-
ren te laten zien door de grenzen van de 'invloedssfeer' van Karel de
Grote aan te vallen. Dus Lindisfarne in Northumbria was een ideaal
doel, het thuisland van Alcuin, regelmatig in contact met Karels hof.
De Noorse aanvallers wisten op voorhand dat ze zouden worden 'ge-
hoord'.
Conclusie: De vikingtijd, een geprovoceerde breuk in de
interne Scandinavische culturele ontwikkeling
De recente encyclopedie van Claus Krags Geschiedenis van Noorwegen
stelt de vraag ofde vikingtijd wel ofniet kan worden uitgelegd. Tot een
bepaalde hoogte legt hij zich neer bij zijn eigen vraag, maar hij heeft de
neiging het verhaal te ontkrachten dat in eerdere werken zo drama-
tisch is geschetst. Zijn eigenlijke referentie is Peter Sawyer die claimt
dat de vikingactiviteit op het Europese continent 'deels geplaatst werd
binnen de grenzen van normale politieke en militaire activiteiten in
ons deel van de wereld gedurende de Middeleeuwen.'51 Krag refereert
tevens aan Holmsens beweerde toename van de Scandinavische be-
volking als één van de vele factoren die bijdroegen aan de vikingtijd.
Hij geeft echter geen duidelijke rangschikking van factoren die kun-
nen hebben geleid tot deze bijzonder woelige periode in de Europese
geschiedenis. Het is begrijpelijk dat Krag wat vaag is op dit punt, om-
dat er weinig geschreven bronnen zijn om op terug te vallen. En de
bestaande bronnen kunnen behoorlijk onbetrouwbaar zijn. Toch is
het mogelijk te wijzen op een bepaalde tekortkoming in zijn werk - het
falen de archeologische arbeid van de afgelopen paar jaar te
bediscussiëren.
Zoals is aangegeven in dit artikel, dragen de nieuwe archeologische
50 H. Loyn, The Vikings, 20.
51 C. Krag, History ofNorway, 30.
465
Titlestad
vondsten nieuwe invalshoeken aan voor de problemen waarmee de
geleerden, die de vikingtijd bestuderen, worden geconfronteerd. Deze
nieuwe manier van waarnemen nodigt uit tot herziening van de geves-
tigde kijk op de vikingen. Dit gezegd hebbend, moet het hoogtepunt
van de Scandinavische gemeenschappen waaruit de vikingtijd voort-
komt, worden geanalyseerd met als startpunt de zesde en zevende eeuw.
De discontinuïteit in de ontwikkeling was het resultaat van externe
pressie ofagressie vanuit Europa. Deze druk kwam voort uit het nieuwe
Europese idee van de staat als een gecentraliseerd koninkrijk bij de
gratie Gods, in samenwerking met een gecentraliseerde kerk, in prin-
cipe onder directe controle van de paus in Rome. Kortom, de Scan-
dinavische gemeenschappen werden geconfronteerd met een nieuwe,
strijdlustige perceptie van sociale organisatie, op politiek, religieus en
juridisch gebied. Daarbij kan men geen substantieel bewijs leveren van
de beweerde bevolkingstoename in Scandinavië als zijnde de reden
voor de vikingaanvallen. De visie op de eerste aanvallen als een actie
van preventieve militaire verdediging lijkt een redelijke aanname. Dus
kunnen deze aanvallen worden gezien als onderdelen van een botsing
tussen contrasterende beschavingen.
Iets heel anders is de wreedheid van de Scandinavische vikingen,
en hun zucht naar goud en kostbaarheden. Misschien kunnen we sug-
gereren dat ze door en door getraind waren op de school die ze ge-
dwongen waren te doorlopen. De historische bronnen lijken de claim
niet te rechtvaardigen dat de hebzucht naar aardse rijkdommen van
de vikingen die van hun mede-Europeaan oversteeg. Het is tevens een
feit dat Karel de Grote Scandinavië nooit heeft durven aanvallen. Dus
komen we tot de conclusie dat de Noorse 'preventieve aanvallen' werk-
ten. Tegelijkertijd leerden de Scandinaviërs hun lessen. De Noorse
hoofdmannen en koningen grepen de kans hun interne politieke macht
te verstevigen door plundering, terwijl ze externe, materiële bronnen
'verplaatsten' om ze zelf te benutten. Deze manier van externe 'plun-
derende economie'52 werd een substantiële aanvulling op hun voor-
malig interne boeren - en handelseconomie, en ontwikkelde hun sa-
menleving verder op alle niveaus. Enkele van de viking-krijgsheren
52 Frans-Arne Stylegar, 'Trekk av vikingtidens plyndring0konomi i 0stfold, in:
Arboknr 4, 1991-1996 (Sarpsborg 1997).
466
Vikingen
begrepen geleidelijk dat de kerk en het christendom konden worden
gebruikt om hun eigen politieke doeleinden te bevorderen. Rond 1050
werd Noorwegen gekerstend en kreeg het een zelfde statensysteem als
elders in Europa, en vanaf dit jaar namen de vikingaanvallen op Eu-
ropa af.
Maar meer dan tweehonderd jaar heeft de oude Scandinavische
beschaving met succes de nieuwe en rivaliserende cultuur van het zui-
den van Europa weerstaan. De Britse eilanden en het vasteland van
Europa betaalden een hoge prijs voor het gewelddadige expansionisme
van de Franken.
Vertaling: redactie Groniek
Vikingbuit uit de 10· eeuw. Uit: Peter Sawyer ed., The Oxford
illustrated history of the Vikings (Oxford en New Vork 1997).
467
AKOKKRIJTHE
sca nd inavisch
Een verrassende winkel!
Vol met mooie kleding, meubelen en kodo's uit
ScandinaviiH
~ieuwsgierig2
Kom dan gerust naor Gre egöst, uw Scandinavisch
centrum in Nederlond.
marimekko
e P' te •
er Belgisch café
Kleine Kromme Elleboog 9
9112 as Groningen
OSO 3185100
468
Ook voor afstudeer/borrels tot 40 personen
Geopend vanaf 15.00 uur
Supplement
470
Een geval van romanisering in vroeg-christelijke kunst. De apos-
telen, uitgedost als senatoren, die het kruis op de troon (Chris-
tus) het aurum coronarium (kroongoud) brengen, een tradi-
tioneel eerbetoon aan de Romeinse keizer. In het midden de
doop van Christus. Ariaanse kapel, Ravenna. Uit: J. Beckwith,
Early Christian and Byzantine art (Harmonds-worth 1979).

More Related Content

Similar to De vikingen: Barbaren of verdedigers van een moderne beschaving? Een nieuw begrip, Groniek, juli 1998

Begraving en rituelen bij Kelten en Vikingen
Begraving en rituelen bij Kelten en Vikingen Begraving en rituelen bij Kelten en Vikingen
Begraving en rituelen bij Kelten en Vikingen Erwin Claes
 
3.6. monnikelând op 't bildt ferzy 10 02-2016
3.6. monnikelând op 't bildt ferzy 10 02-20163.6. monnikelând op 't bildt ferzy 10 02-2016
3.6. monnikelând op 't bildt ferzy 10 02-2016HPP
 
Lessenserie vikingen
Lessenserie vikingenLessenserie vikingen
Lessenserie vikingen1FHV
 
Vikingen 4: Religie
Vikingen 4: ReligieVikingen 4: Religie
Vikingen 4: ReligieErwin Claes
 
Yardo en Maciej blok 1
Yardo en Maciej blok 1Yardo en Maciej blok 1
Yardo en Maciej blok 1ivanstraten
 
Lessenserie vikingen
Lessenserie vikingenLessenserie vikingen
Lessenserie vikingen1FHV
 
UIT DE ACHTERHOEK - verhalen in de bodem (door Linda Dielemans, Kelvin Wilson...
UIT DE ACHTERHOEK - verhalen in de bodem (door Linda Dielemans, Kelvin Wilson...UIT DE ACHTERHOEK - verhalen in de bodem (door Linda Dielemans, Kelvin Wilson...
UIT DE ACHTERHOEK - verhalen in de bodem (door Linda Dielemans, Kelvin Wilson...Marc Kocken
 
Abraham Kuyper's 'Om de Oude Wereldzee': Speurtocht naar een Zigeunerlied
Abraham Kuyper's 'Om de Oude Wereldzee': Speurtocht naar een ZigeunerliedAbraham Kuyper's 'Om de Oude Wereldzee': Speurtocht naar een Zigeunerlied
Abraham Kuyper's 'Om de Oude Wereldzee': Speurtocht naar een ZigeunerliedConsultancy Social Inclusion
 
Oorsprong Van De Graal
Oorsprong Van De GraalOorsprong Van De Graal
Oorsprong Van De GraalBob van Dijk
 
3 gouden tijdperk van de literatuur
3 gouden tijdperk van de literatuur3 gouden tijdperk van de literatuur
3 gouden tijdperk van de literatuurThomas Vaessens
 

Similar to De vikingen: Barbaren of verdedigers van een moderne beschaving? Een nieuw begrip, Groniek, juli 1998 (20)

Begraving en rituelen bij Kelten en Vikingen
Begraving en rituelen bij Kelten en Vikingen Begraving en rituelen bij Kelten en Vikingen
Begraving en rituelen bij Kelten en Vikingen
 
3.6. monnikelând op 't bildt ferzy 10 02-2016
3.6. monnikelând op 't bildt ferzy 10 02-20163.6. monnikelând op 't bildt ferzy 10 02-2016
3.6. monnikelând op 't bildt ferzy 10 02-2016
 
Schelte van Aysma en Tinco Lycklama in Waardig Afscheid 2018
Schelte van Aysma en Tinco Lycklama in Waardig Afscheid 2018Schelte van Aysma en Tinco Lycklama in Waardig Afscheid 2018
Schelte van Aysma en Tinco Lycklama in Waardig Afscheid 2018
 
Lessenserie vikingen
Lessenserie vikingenLessenserie vikingen
Lessenserie vikingen
 
Speuren in Sonttolregisters, Letterhoeke, Tresoar, 2012
Speuren in Sonttolregisters, Letterhoeke, Tresoar, 2012Speuren in Sonttolregisters, Letterhoeke, Tresoar, 2012
Speuren in Sonttolregisters, Letterhoeke, Tresoar, 2012
 
10 dingen die u niet wist over Dokkum
10 dingen die u niet wist over Dokkum10 dingen die u niet wist over Dokkum
10 dingen die u niet wist over Dokkum
 
Vikingen 4: Religie
Vikingen 4: ReligieVikingen 4: Religie
Vikingen 4: Religie
 
Yardo en Maciej blok 1
Yardo en Maciej blok 1Yardo en Maciej blok 1
Yardo en Maciej blok 1
 
Lessenserie vikingen
Lessenserie vikingenLessenserie vikingen
Lessenserie vikingen
 
Zeeland & Zigeuners (Couleur Locale)
Zeeland & Zigeuners (Couleur Locale) Zeeland & Zigeuners (Couleur Locale)
Zeeland & Zigeuners (Couleur Locale)
 
UIT DE ACHTERHOEK - verhalen in de bodem (door Linda Dielemans, Kelvin Wilson...
UIT DE ACHTERHOEK - verhalen in de bodem (door Linda Dielemans, Kelvin Wilson...UIT DE ACHTERHOEK - verhalen in de bodem (door Linda Dielemans, Kelvin Wilson...
UIT DE ACHTERHOEK - verhalen in de bodem (door Linda Dielemans, Kelvin Wilson...
 
Leeuwarder Courant 22 sept 2015 glas in lood
Leeuwarder Courant 22 sept 2015 glas in loodLeeuwarder Courant 22 sept 2015 glas in lood
Leeuwarder Courant 22 sept 2015 glas in lood
 
Lezing Ihno Dragt 2015 Admiraliteit van Friesland in Dokkum
Lezing Ihno Dragt 2015 Admiraliteit van Friesland in DokkumLezing Ihno Dragt 2015 Admiraliteit van Friesland in Dokkum
Lezing Ihno Dragt 2015 Admiraliteit van Friesland in Dokkum
 
Wrak Flevopolder oorijzers Sneker familie
Wrak Flevopolder oorijzers Sneker familieWrak Flevopolder oorijzers Sneker familie
Wrak Flevopolder oorijzers Sneker familie
 
Mostaert revisited (again)
Mostaert revisited  (again)Mostaert revisited  (again)
Mostaert revisited (again)
 
Abraham Kuyper's 'Om de Oude Wereldzee': Speurtocht naar een Zigeunerlied
Abraham Kuyper's 'Om de Oude Wereldzee': Speurtocht naar een ZigeunerliedAbraham Kuyper's 'Om de Oude Wereldzee': Speurtocht naar een Zigeunerlied
Abraham Kuyper's 'Om de Oude Wereldzee': Speurtocht naar een Zigeunerlied
 
Het ruitje van Sacle Jelles, Fryslan sept 2011
Het ruitje van Sacle Jelles, Fryslan sept 2011Het ruitje van Sacle Jelles, Fryslan sept 2011
Het ruitje van Sacle Jelles, Fryslan sept 2011
 
Oorsprong Van De Graal
Oorsprong Van De GraalOorsprong Van De Graal
Oorsprong Van De Graal
 
3 gouden tijdperk van de literatuur
3 gouden tijdperk van de literatuur3 gouden tijdperk van de literatuur
3 gouden tijdperk van de literatuur
 
Wybrand Scheltinga, Soldaat ende zeemanschap
Wybrand Scheltinga, Soldaat ende zeemanschapWybrand Scheltinga, Soldaat ende zeemanschap
Wybrand Scheltinga, Soldaat ende zeemanschap
 

More from Torgrim Titlestad

Ein moderne hekseprosess – då kommunistpartiet sprakk i 1949
Ein moderne hekseprosess – då kommunistpartiet sprakk i 1949Ein moderne hekseprosess – då kommunistpartiet sprakk i 1949
Ein moderne hekseprosess – då kommunistpartiet sprakk i 1949Torgrim Titlestad
 
The history of a norwegian revolutionary and his national project to change c...
The history of a norwegian revolutionary and his national project to change c...The history of a norwegian revolutionary and his national project to change c...
The history of a norwegian revolutionary and his national project to change c...Torgrim Titlestad
 
Politisk press i nasjonale krisetider
Politisk press i nasjonale krisetiderPolitisk press i nasjonale krisetider
Politisk press i nasjonale krisetiderTorgrim Titlestad
 
Arbeiderhistorie - 1996 NKP - sett fra moskva
Arbeiderhistorie - 1996 NKP - sett fra moskvaArbeiderhistorie - 1996 NKP - sett fra moskva
Arbeiderhistorie - 1996 NKP - sett fra moskvaTorgrim Titlestad
 
Metodiske problem ved bruk av munnlege kjelder i studiet av kommunismens hist...
Metodiske problem ved bruk av munnlege kjelder i studiet av kommunismens hist...Metodiske problem ved bruk av munnlege kjelder i studiet av kommunismens hist...
Metodiske problem ved bruk av munnlege kjelder i studiet av kommunismens hist...Torgrim Titlestad
 
Vikingtid, motstandsrett og folkestyre
Vikingtid, motstandsrett og folkestyreVikingtid, motstandsrett og folkestyre
Vikingtid, motstandsrett og folkestyreTorgrim Titlestad
 
Slaget i hafrsfjord informasjon
Slaget i hafrsfjord informasjonSlaget i hafrsfjord informasjon
Slaget i hafrsfjord informasjonTorgrim Titlestad
 
Presseinfo venstresiden mellom demokrati og diktatur
Presseinfo venstresiden mellom demokrati og diktaturPresseinfo venstresiden mellom demokrati og diktatur
Presseinfo venstresiden mellom demokrati og diktaturTorgrim Titlestad
 

More from Torgrim Titlestad (17)

Ein moderne hekseprosess – då kommunistpartiet sprakk i 1949
Ein moderne hekseprosess – då kommunistpartiet sprakk i 1949Ein moderne hekseprosess – då kommunistpartiet sprakk i 1949
Ein moderne hekseprosess – då kommunistpartiet sprakk i 1949
 
The history of a norwegian revolutionary and his national project to change c...
The history of a norwegian revolutionary and his national project to change c...The history of a norwegian revolutionary and his national project to change c...
The history of a norwegian revolutionary and his national project to change c...
 
Politisk press i nasjonale krisetider
Politisk press i nasjonale krisetiderPolitisk press i nasjonale krisetider
Politisk press i nasjonale krisetider
 
Arbeiderhistorie - 1996 NKP - sett fra moskva
Arbeiderhistorie - 1996 NKP - sett fra moskvaArbeiderhistorie - 1996 NKP - sett fra moskva
Arbeiderhistorie - 1996 NKP - sett fra moskva
 
Stalin midt imot
Stalin midt imotStalin midt imot
Stalin midt imot
 
Soga om tord den hardbalne
Soga om tord den hardbalneSoga om tord den hardbalne
Soga om tord den hardbalne
 
Kampen om nordvegen
Kampen om nordvegenKampen om nordvegen
Kampen om nordvegen
 
Metodiske problem ved bruk av munnlege kjelder i studiet av kommunismens hist...
Metodiske problem ved bruk av munnlege kjelder i studiet av kommunismens hist...Metodiske problem ved bruk av munnlege kjelder i studiet av kommunismens hist...
Metodiske problem ved bruk av munnlege kjelder i studiet av kommunismens hist...
 
Den legendariske olavssaga
Den legendariske olavssagaDen legendariske olavssaga
Den legendariske olavssaga
 
Morkinskinna
MorkinskinnaMorkinskinna
Morkinskinna
 
Tsarens Admiral
Tsarens AdmiralTsarens Admiral
Tsarens Admiral
 
Norge i vikingtid
Norge i vikingtidNorge i vikingtid
Norge i vikingtid
 
Vikingtid, motstandsrett og folkestyre
Vikingtid, motstandsrett og folkestyreVikingtid, motstandsrett og folkestyre
Vikingtid, motstandsrett og folkestyre
 
Slaget i hafrsfjord informasjon
Slaget i hafrsfjord informasjonSlaget i hafrsfjord informasjon
Slaget i hafrsfjord informasjon
 
Viking legacy
Viking legacy  Viking legacy
Viking legacy
 
Presseinfo venstresiden mellom demokrati og diktatur
Presseinfo venstresiden mellom demokrati og diktaturPresseinfo venstresiden mellom demokrati og diktatur
Presseinfo venstresiden mellom demokrati og diktatur
 
Tilbake til sagaene
Tilbake til sagaeneTilbake til sagaene
Tilbake til sagaene
 

De vikingen: Barbaren of verdedigers van een moderne beschaving? Een nieuw begrip, Groniek, juli 1998

  • 1. Torgrim Titlestad ~",r'.r..""J " v D? V~k~~~~n.;:~~~~: a. éh()f;$~erde- ~q .", ' ,'"c'.'''. ",,1ioder~~~~cha­ V.r.~"Uh.:~ !&én nieuw begn~ ~'.iiJ"""i""--~ _ Iq De vikingen. W~debar6aren die-a~" ,begin van de Middeleeuwen half Europa onve", ma kten. Plunde- ra~n1:ls,tich.tmJl}fkfáChers, moordenaars en heidenen bovendien. Dat is f thans het traditionele beeld. Torgrim Titlestad heeft daar zijn twijfels bij. In dit artikel probeert hij nieuw licht te werpen op hun beweegredenen. Voor de meeste Europeanen is het moeilijk om de uitbarsting van de zogenaamde vikingtijd als iets anders te zien dan wreedheid van hei- dense en hebzuchtige Scandinavische barbaren. De aanval in 793 op het klooster van Lindisfarne in Northumbria in het noordoostelijk deel van Engeland wordt over het algemeen gezienI als het begin van de vikingtijd. De aanval op het klooster is levendig op schrift gesteld door de geestelijke Alcuin (gestorven in 804), die oorspronkelijk uit Northumbria kwam. De verslagen over de aanvallen van de vikingen vertegenwoordigden een 'voluminous correspondence which passed between England and the Frankish court of Charles the Great'.2 Alcuins beschrijving van de gebeurtenissen bij Lindisfarne is be- waard gebleven als een historische mijlpaal uit het begin van het tijd- perk. De nadruk op de vernielzucht in Alcuins karakteristieken van de vikingen heeft de hedendaagse perceptie van de vikingen in Europa sterk beïnvloed. De biograafvan Karel de Grote, Einhard, portretteerde Alcuin als 'a man more skilled in all branches of knowledge than any Het eerste vikingincident wordt echter genoemd in de opening van de Angelsaksi- sche kroniek van 789, waarin staat dat Noren uit Hordaland koning Britthrics baljuw en zijn mannen bij Dorchester hebben vermoord. 2 Henry Loyn, The Vikings in Britain (Londen 1997) 39. 443
  • 2. Titlestad person of modern times'.3 De Frankische keizer ontving hem aan zijn hof met grote vriendelijkheid en 'kept him close at his side as long as he lived. The emperor went so far as to have himself called Alcuin's pupil, and to call Alcuin his master.'4 Alcuin heeft gedurende een lange periode de functie vervuld van Karel de Grotes 'minister of culture and church'. Tijdens discussies met de keizer beschreefhij hoe de Fran- ken de Griekse beschaving nieuw leven zouden moeten inblazen, maar nu als een christelijk rijk.5 Tegen het midden van de elfde eeuw eindigde de vikingtijd. Dat betekent dat de vikingen over een periode van meer dan tweehonderd jaar dood en verderf hebben gezaaid in grote delen van Europa. In zekere zin hielden de Scandinaviërs Europa in hun greep. Hun heer- schappij wordt wel vergeleken in tijd en geografische impact met de latere bloeiende heerschappij van het Portugese, Spaanse en Britse Rijk.6 Hedendaagse algemene opvattingen over vikingen Zelfs toen de vikingtijd een afgesloten hoofdstuk van de Europese ge- schiedenis was, leefden de verhalen van de monniken en lokale orale traditie over bloeddorstige noormannen voort. Zelfs in Noorwegen schildert het onderwijssysteem de vikingen vaak af als ruwe heidenen die vrouwen misbruikten en onschuldige kinderen en ouderen ont- hoofden. Het is niet ongewoon dat onderwijzers tijdens bijbelles be- weren dat de vikingtijd een zwarte bladzijde is in de geschiedenis van het voor-christelijke Scandinavië. Op deze manier is het verhaal van A1cuin uit 793 doorgegeven aan nieuwe generaties kinderen in Scandinavië. Tegelijkertijd is de voor- stelling van de vikingtijd in 'serieuze' culturele journalistiek soms ge- baseerd op dezelfde historische misvattingen. In verband met de Olym- pische Spelen in Lillehammer in 1994 werd een Noorse historicus geïn- terviewd. Hij beweerde, dat waar de vikingen ook kwamen in Europa, 3 Einhard, The Life of Charlemagne, translation and introduetion by Lewis Thorpe (Suffolk 1969) 94. 4 Einhard, The life ofCharlemagne 95. 5 A. Fabricius, Illustreret Kirkehistoriefor Folket(Kopenhagen 1901) 122. Alleen in Denemarken zijn er al minstens 21500 exemplaren van verkocht. 6 Niet in het engels vertaald 444
  • 3. Vikinginvasie van Engeland in 865. (illustratie 11de eeuw). Uit: Ives Cohat, De vikingen heer- sers der zee (Houten 1990). Ook al zijn historici het eens over het begin van de vikingtijd in 793 en de wreedheid van de aanvallen, er bestaat veel onenigheid over de oorsprong van de rooftochten. Er is wel een al- gemene overeenkomst die door de Franse historicus Lucien Musset wordt verwoord: 'Er bestaat geen twij- fel over dat de vikingen de kusten van West-Europa veelvuldig bezochten, in de eerste plaats om hun honger naar weelde, eer, glorie en sociale status te stillen.' De inmiddels overleden Noorse historicus en viking-specialist Anders Holmsen werd decennia lang beschouwd als degene die een verklaring voor deze rooftochten heeft gevonden. Hij beweert een piek in de bevolkingscijfers te kunnen bewij- zen, die er voor zorgde dat de zonen van rijke families naar het buiten- land reisden om voldoende land te zoeken voor de handhaving van hun sociale status. Zo werden de rooftochten een gewaardeerde op- lossing voor een probleem dat hun sociale status gereduceerd zou heb- ben, maar culmineerden zij in een vergrote macht en de mogelijkheid Vikingen zij verantwoordelijk waren voor het vermoorden van kinderen: 'Zij plunderden en verkrachtten waar zij ook aan land gingen. Tijdens de vikingtijd was Noorwegen grotendeels geïsoleerd van de rest van Eu- ropa. Meestal hadden vikingen min- achting voor andere culturen.'? Soms worden de vikingen afgeschilderd als 'the Nazi's oftheir Age'.8 De oorsprong van de viking- rooftochten 7 E. Luthern, Dagbladet24-03-1992, een bijdrage aan het publieke debat ofViking- symbolen konden worden gebruikt bij de Olympische Spelen of niet. 8 M. Nilsen, Arbeidersbladet 25-07-1994. 445
  • 4. Titlestad tot bloeiende carrières. Holmsen schrijft: 'De vikingrooftochten ver- schijnen als zijnde een nooduitgang voor een overbevolkte samenle- ving, als een gigantische hoeveelheid water dat door een dam breekt.'9 Op deze manier wordt een 'bevo1kingsexplosie'lo de uiteindelijke uit- leg. Sinds de verschijning van het boek in de jaren dertig, geniet het een overweldigende populariteit onder Noorse lezers. Op dit moment zijn er zo'n tachtigduizend exemplarenI I in omloop en is het nog steeds opgenomen in het Noorse geschiedenisstudenten curriculum. Zijn materialistische-marxistische benadering van de vikingen leeft tevens voort in nieuwere schoolboeken, zoals bijvoorbeeld in de nieuwe En- gelse versie van Norway: A History from the vikings to our Times, ge- schreven door enkele van de meest prominente historici uit Noorwe- gen.12 Het voornaamste uit deze materialistische en evolutionistischeI) verklaringen zijn de verhalen over avonturiers en gelukzoekers. Zo wor- den we geacht Leiv Erikssons ontdekking van Amerika te interprete- ren. Gelijksoortige motieven zouden te vinden zijn in onwaarschijnlijke tochten naar Bagdad of in het 'baantjes-zoeken' als lijfwacht van de heersers van Constantinopel. Kritiek van historici op de saga's In het vorige hoofdstuk werd opgemerkt hoe percepties van de viking- tijd in het verleden hebben doorgewerkt in populaire en historische beschrijvingen. Maar al aan het einde van de negentiende eeuw twij- felden Noorse historici aan het alom geaccepteerde idee van de viking als een heidense wilde. Een van de meest prominente woordvoerders van deze nieuwe stroming was Ernst Sars. Hij benadrukte het feit dat de meeste van de bronnen uit die tijd van monniken of priesters wa- ren. Religieuze dweepzucht maakte het de kerk onmogelijk 'de voor- 9 Andreas Holmsen, Norges historie fra de eldste tider til 1660 (Oslo 1960) 110. JO Bekijk de populaire videoband The Norse Raiders - the Norse terrar met de expert dr. David Chandler, Cromwell ftlms 1996. 11 Claus Krag, Aschehougs Horgeshistoriell (Oslo 1995) Ilo 12 Gepubliceerd in Oslo in 1995. 13 Zie de zweedse archeoloog, UI f Näsman, Prän Region til rike - Frän Stam til Stat, Rikssamlingen - hevdingmakt og kongemakt (Stavanger 1997) 48. 446
  • 5. Vikingen delen van de wilden' te accepteren. Volgens de Deense editie van Gyldendals' wereldgeschiedenis van het begin van deze eeuw, was het niet vreemd, dat toen de Scandinaviërs van de negende eeuw zoveel wreedheid vertoonden, 'zij een bedreiging vormden voor het chris- tendom'.14 Ondanks dit- terwijl Alcuins verslag louter vanwege zijn priester- schap lange tijd was geaccepteerd, werd zijn positie binnen de kerk nu tegen hem gebruikt - werd het een bevooroordeeld standpunt. Hoe dan ook, er ontstond een kritische traditie, die als doel had het hande- len van de vikingen vanuit hun eigen geschiedenis te vertalen. Het ge- brek aan bronnen uit die tijd heeft onderzoek op dit terrein eeuwen- lang bemoeilijkt. Uitzonderingen hierop vormen een aantal skaldische gedichten en runenstenen. De saga-critici van de twintigste eeuw zet- ten zich af tegen het negentiende-eeuwse geloof in de saga-schrijvers van de dertiende eeuw. Snorri Sturluson heeft de kritische blikken van veel onderzoekers moeten ondergaan. Zijn werk wordt algemeen be- schouwd als een tamelijk betrouwbare bron over zijn tijd, de dertiende eeuw. De discussie tussen de geleerden gaat over de vraag, in welke mate men op Sturluson kan vertrouwen een geloofwaardig verslag te geven van contemporaine personen, of van de oorse samenleving in de elfde eeuw. De oorse historicus Knut Helle zette al in de jaren zestig de norm die nog steeds wordt gerespecteerd en als waardevol beschouwd. Hij waarschuwde dat de saga's niet-historische eigenschap- pen en kenmerken konden bevatten, omdat ze voornamelijk op orale verslagen waren gebaseerd. Men moet de inhoud van de saga's scep- tisch benaderen. Desalniettemin verwerpt hij de saga's niet als histori- sche bronnen: 'Maar zij moeten met grote nauwkeurigheid worden gezift. Beschikten de saga-schrijvers en hun oorspronkelijke auteurs over de juiste voorwaarden en woorden om de feitelijke geschiedenis te kunnen uitdrukken?"5 Helle benadrukte tevens dat wat het meest duidelijk en accuraat leek in de saga's, de verhalen waren die gemakkelijk overgedragen wer- den van de ene op de andere generatie. Net als andere historici wees Helle op onopgesmukte, simpele maar essentiële feiten, verbonden met 14 Paul Laess0e Müller, ed., (Kopenhagen 1919) 262. 15 Knut Helle, Bergen bys historie 1 (Bergen 1982) 13-14. 447
  • 6. Titlestad bekende personen en plaatsen. Ofhet konden verhalen zijn, bestaande uit skaldische coupletten, die door hun vaste grammaticale vorm waar- schijnlijk oraal dynamischer waren dan in geschreven proza. Ook moet men zich ervan bewust zijn dat saga-schrijvers het verleden makkelijk konden verlevendigen met impressies uit hun eigen omgeving. We zullen deze discussie over de waarde van de saga's als bron voor historisch onderzoek nog nader beschouwen. Maar eerst moeten we opmerken dat het voornamelijk historici en filologen zijn die zich heb- ben geïnteresseerd voor de saga's als geschreven bronnen. Per Sveaas Andersen sprak in 1977 al over een nieuwe strategie waarmee deze gespecialiseerde historische studies werden aangevuld. De moderne viking-geleerde zou, meer dan vroeger, moeten functioneren als een coördinator van studies uit verschillende velden van het wetenschap- pelijk onderzoek. Hij moest een samenwerking tot stand brengen tus- sen de historicus, de archeoloog, de numismaticus, de runoloog en specialisten op het gebied van plaatsnamen, oud-Noors en religie.16 Bovendien moeten we rekening houden met nieuwe visies op de tijdsafbakening. Het startpunt van het traditionele onderzoek naar de vikingtijd is de aanval op Lindisfarne in 793. Het is algemeen geaccep- teerd de vikingtijd te definiëren aan de hand van militaire maatstaven, zoals de rooftochten en het geweld. De Britse historicus Peter Sawyer beweert dat culturele fenomenen als ambachtswerken en handel niet typerend zijn voor deze periode in de Europese geschiedenis.17 Tege- lijkertijd benadrukt hij dat de vikingtijd gedefinieerd kan worden als een tijd waarin de Scandinaviërs de rol van bandieten en veroveraars speelden. Revisie vanuit archeologisch oogpunt Als er iemand is die eer verdient voor het betreden van nieuwe terrei- nen op het gebied van viking-onderzoek in de jaren negentig, is het de Noorse archeoloog Bj0rn Myhre. Hij bestrijdt het traditionele stand- punt dat de vikingtijd begon in 793. Hij beargumenteert dat men de 16 Per Sveaas Andersen, Samlingen av Norge og kristningen av landetBOO-ll30 (Oslo 1977) 12. 17 Peter Sawyer, Scandinavians and the English in the Viking Age (Cambridge 1994) 2-3. 448
  • 7. Vikingen periode moet benaderen door te trachten haar in haar geheel te bevat- ten. Men moet de Scandinavische samenlevingen benaderen vanuit economische, technologische, etnische en culturele gezichtspunten, de militaire daarbij inbegrepen. Hij gelooft dat de tijd rijp is voor het kri- tisch beschouwen van wat we de 'plunder-theorie' kunnen noemen. Deze theorie gaat ervan uit dat de Scandinaviërs tijdens de vikingtijd rijk waren dankzij, geweld en wreedheid. Myhre spreekt de theorie tegen dat de Scandinaviërs alleen door vikingrooftochten in contact kwamen met de Europese cultuur, die hen in een later stadium heeft 'besmet' met de gesel van het christendom.ls Pas toen werd, volgens de oude mythe, Scandinavië een integraal deel van de Europese cultu- rele gemeenschap. Myhre betoogt dat de politieke organisatie van de maatschappij in de pre-vikingtijd in Scandinavië moet worden bestudeerd. Hij brengt deze vragen niet naar voren van uit een louter theoretisch uitgangs- punt, maar op basis van archeologische vondsten, daterend uit een periode van een paar honderd jaar voor de aanval op Lindisfarne, die een relatief vreedzame uitwisseling aantonen van handel, gedachten en cultuurgoed rond de Noordzee. Vondsten uit de laatste decennia roepen de volgende vraag op: als er periodes van vredige communica- tie bestonden tussen Scandinavië en Europa voor 793, waarom ont- stond er zo'n explosie van Scandinavische aanvallen op schijnbare vre- dige Zuid-Europeanen? Ondanks alles bestond een groot deel van het expansionisme in de vikingtijd uit een relatief vredige agrarische kolo- nisatie, zoals op IJsland, de Faroër-, Shetland- en Orkney-eilanden, Schotland, West-Engeland en het eiland Man. Als we Myhre's argumenten aannemen, wordt de archeologie het boegbeeld van het onderzoek naar de vikingtijd, omdat de meeste van de bestaande vondsten van voor de negende eeuw archeologische bron- nen zijn, zoals begraafplaatsen, huizen etcetera. Myhre beschouwt deze benadering toch als een multi-disciplinaire onderzoeksstrategie, door het samenvoegen van de inbreng van zowel historici als sociaal-antro- pologen - door middel van historische analogieën en antropologische modellen. Eén van Myhre's voornaamste standpunten is tevens dat 18 Bj0rn Myhre, The Archeology of the Early Viking Age in Norway (komt in mei 1998 uit, Dublin) 1. 449
  • 8. Titlestad men moet stoppen met het beschouwen van de vikingtijd als zijnde het beginpunt van de Middeleeuwen. De vraag luidt dan: wanneer ko- men de gemeenschappen op die het de vikingen mogelijk maakten zich tot buiten Scandinavië uit te breiden? Is het mogelijk te achterha- len met behulp van welke gerechtelijke en politieke systemen deze ge- meenschappen werkten? Als iemand in staat is deze vragen te beant- woorden, zal misschien het dramatisch jaar 793 en de aanval op Lindisfarne als de grote scheidingslijn in de Noord-Europese geschie- denis vervagen in de bleke mist des tijds... De eerste geluiden van de vikingtijd De lezer zal het gebruik van de termen noorderling, noorman en Scandinaviër zijn opgevallen. Dit is eenvoudigweg om aan te geven dat de eerste uitingen van een sociaal systeem in de gebieden waar de vikingen zich vestigden, in grote mate dezelfde uitgangspunten deel- den wat betreft de ontwikkeling van cultuur, economie, politiek en technologie. Er bestonden geen nationale staten of een deterministi- sche ontwikkeling richting de hedendaagse grenzen van oorwegen, Denemarken en Zweden, maar losse en veranderende confederaties van verschillende stammen, met namen die al bekend waren van Eu- ropese kroniekschrijvers van voor 500. De vikingen worden meestal aangeduid als 'mannen uit het noorden' of'Denen"9, 'en hun taal wordt vaak de Deense tong genoemd'. Dit woordgebruik suggereert dat de Denen een belangrijke rol hebben gespeeld, waarschijnlijk door de kracht van hun vroege, nationale eenheid, zowel in economische su- perioriteit als in aantallen. We kunnen aannemen, dat al in de negende eeuw Deense koningen de oppermachtig waren in gebieden als de Oslo- Fjord en delen van wat nu Zuid-Zweden is. Als we gebruik maken van moderne termen zou het niet onjuist zijn om Denemarken de eerste noordse 'supermacht' te noemen. Omdat de moderne nationale staat nog niet bestond, lijkt het veiliger aan te nemen dat een algemene 19 We moeten ons beseffen dat Noorwegen in 1905 zijn nationale onafhankelijk- heid verkreeg, van 1319 tot die tijd viel het onder Deens en Zweeds gezag. Eén gevolg van dit feit was dat het begrip Noors veelvuldig verdween uit boeken over de vikingtijd, omdat men ervan uitging dat Noren Denen waren. 450
  • 9. Vikingen taalkundige term als de 'Danish tongue' de toenmalige Noren en Zwe- den niet provoceerde of beledigde. Ook al bestonden er geen natio- nale termen, als Noorwegen, Zweden en Denemarken, zoals deze wor- den ingevuld vanaf het einde van de negentiende eeuw, toch beston- den er begrippen van belangrijke versch illen tussen de voornaamste Scandinavische stammen en volken. Rond 880 kon de Noorse viking, Ottar, de Engelse koning Aethelstan20 vertellen over de verschillen tussen de Scandinavische volken als de oren, Denen en Zweden. Verder sprak hij over 'Nordmannarland' - 'het land van de Noren' en' ordvegr', Noorwe- gen. ordvegr kan getraceerd worden tot enige honderden jaren voor- dat Ottar voor de koning van Engeland stond, vertellend over zijn moederland in het noorden, en we nemen aan dat dit de originele naam is. Omdat Ottar de Oslo-Fjord ook in zijn Nordvegr plaatste, definiëren we Noorwegen als dat deel van het land dat ofwel vrij was, of niet on- der Deense heerschappij stond; bedoeld wordt het gebied van Lindness in het zuiden tot in het verre noorden in wat nu Noorwegen heet. Op basis van deze gemeenschappelijke 'Noorse tong' en 'Deense tong' zullen er rond 1100 belangrijke taalkundige verschillen hebben bestaan in Scandinavië. Moderne taalkundigen nemen aan dat oud- Noors, dat gelezen kan worden in handschriften uit de dertiende eeuw, verschilde van de gesproken taal uit die tijd. In feite bestonden er al dialecten ten tijde van het oud-Noors.21 De Noorse dialecten van toen staan waarschijnlijk dichter bij de moderne Noorse dialecten dan we tot nu toe aannamen. Door benadering van het linguÏstieke probleem zoals hierboven, lijkt het voor de hand te liggen te vragen wanneer de Scandinavische viking-gemeenschappen, die hun culturele en politieke hoogtepunt tussen 1000 en 1200 bereikten, vorm begonnen te krijgen. Door delen van Zuid- oorwegen en Denemarken te bestuderen, komen we mis- schien dichter bij een antwoord op deze vraag. Deze delen van Scandinavië bevatten een grotere en rijkere hoeveelheid aan archeo- logische vondsten, die de basis van ons werk verstevigen. We staan klaar een duik te nemen in de mysterieuze nevelen van ons verleden. 20 P. Sawyer, ed., The Oxford Tllustrated History of the Vikings (Oxford 1997) 5-6, 110,119 en 158-159. 21 Alfred }akobsen, Fagrskinna-studier (Trondheim 1980) 114. 451
  • 10. 10· eeuwse siersteen uit Lärbro. met scenes uit de Noordse mythologie. Titlestad Donkere eeuwen en stilstand? Lange tijd werden de zevende en achtste eeuw gezien als donkere, ob- scure tijden. De kennis van deze periode was gering, zelfs met de hulp van archeologen, en de geleerden concludeerden dat dit een periode van stagnatie is geweest voor de Scandinavische landenY Daarentegen keerden de archeologische opgravingen van de laatste twintig tot der- tig jaar deze oude veronderstelling volledig om. Ver cheidene vond- sten bij vikingbegraafplaatsen wijzen op de oordzee als zijnde een centrum voor rela- tiefvreedzame handel, zelfs teruggaand tot de vierde eeuw.23 Deze vondsten duiden op een hoog ontwikkelde maritieme technologie. Dit maakte lange tijd handel over de Noordzee mogelijk, zelfs vóór de tijd waar geleerden van uitgingen. Handel is een uitdrukking van ie- mand die iets uit te wisselen heeft, en een drang bezit naar buitenlandse koopwaar. Dit tekent een samenleving met een overschot aan agrarische produkten en ambachtswerken. Dat is, zeker voor Denemarken, een onbetwistbaar feit. Vaak wordt over het hoofd gezien dat de Deense maatschappij toenter- tijd misschien één van de meest welvarende ter wereld was, niet uitsluitend dankzij de bin- nenlandse produktiviteit, maar ook omdat Denemarken het veiligste handelskruispunt was tussen de Baltische staten en de Noord- zee, tussen de Noordse gebieden en het Eu- ropese vasteland. Het archeologisch onderzoek op dit ter- rein - vooral in Denemarken - geeft een dui- delijk beeld, dat al tijdens de zesde eeuw op basis van een toenemend materiaal-overschot, geaccentueerde sociale veranderingen voorkwa- men. De samenleving ontwikkelde en specialiseerde zich, mede door 22 B. Myhre, The archeology, 6. 23 John Nines, Nordsj0en - handel, religiol1 og politik (Stavanger 1996) 18-30. 452
  • 11. Vikingen 'internationale' invloeden. Zelfs Noorse hoofdmannen uit Tr0ndelag hadden succesvol gediend als officieren in Romeinse militaire eenhe- denY Ook door de vestiging van rijke, voorname families - een vroege vorm van de Scandinavische landbouwadel of landaristocratie - na- men sociale verschillen toe. Vondsten in rijk versierde graven in De- nemarken bewijzen deze uitspraak. Volgens Lars J0rgensen - een Deens historicus - vatte deze nieuwe sociale klasse het plan op hun status en grandeur te laten zien tijdens begrafenissen.25 Hij ziet deze 'claim to glory' als een poging van een voorname familie hun positie te marke- ren in de nieuw gevestigde sociale structuur. Aldus neemt J0rgensen aan dat de zesde en zevende eeuw een relatief onstabiele periode is geweest, waarin de voorname families streden om de heerschappij over grote gebieden van het land. Dit geeft aan dat de Zuid-Scandinavische gemeenschappen een relatiefstabiele structuur hadden bewerkstelligd, verbonden met machtscentra van vikingen of kleine koninkrijken26 - een proces dat waarschijnlijk ook in Noorwegen heeft plaatsgevonden. De volgende stap is het onderscheiden van de gevestigde structuren. De ontwikkeling van een Noors juridisch 'systeem' Heden ten dage introduceren Scandinavische geleerden een concept van een speciale Scandinavische vorm van feodalisme, een concept dat in contrast staat met het voorheen heersende standpunt van een min ofmeer egalitaire maatschappij, gebaseerd op familiesY Een groot deel van de bevolking, hoewel overheerst door de rijkere voorname fami- lies, bestond uit vrije boeren - ook volgens het nieuwe concept. Maar tijdens de zevende en achtste eeuw, toen de Scandinavische gemeen- schappen een fase van stabilisatie ondergingen, ontstond er behoefte aan een gecoördineerde regelgeving met betrekking tot wettelijke twis- ten en strijdlustige onenigheden. Omdat er nog geen goed staatsappa- 24 Zie hierover het artikel van Lise Bender J0rgensen, 'Fjemkontakt - frä Romarri- ket til Tr0ndelag' in: SPOR (1996) 2, 4-6. 25 Lars J0rgensen, Hvvdingsamfund og Kongemagt (Aarhus 1991) 122. 26 J0rgensen, Hvvdingsamfund, 123. 27 Tore Iversen, TreIldommen - norsk slaveri i middelalderen (ongepubliceerde dissertatie, Bergen 1994) en Dagfinn Skre, Herredvmmet (ongepubliceerde dis- sertatie, Oslo 1996). 453
  • 12. Titlestad raat - zoals later in de Middeleeuwen - voor het handhaven van de wet bestond, zoals gevangenissen en parate legers, was interne vrede een voorwaarde voor stabiliteit in de nieuwe koninkrijken, en was coördi- natie belangrijker dan ooit tevoren. De voorwaarden voor een later taatsapparaat waren in handen van een sterke hoofdman, die grote gebieden bestuurde, vaak door middel van verbonden met minder machtige vikingleiders - of een verzameling van vrije boeren. Maar een goed georganiseerde verdediging, in het geval van gedeelde belan- gen op militair niveau - was niet voldoende om de stabiliteit in deze gemeenschappen veilig te stellen. Gemeenschappelijk geaccepteerde regel waren noodzakelijk. Omdat er geen stabiel regeringsmechanisme bestond om de sociale orde te handhaven, was het onmogelijk voor één hoofdman ofleider totale en blijvende overheersing te hebben over de ander en zijn aanhangers. Het Noorse juridische concept, de essentie De Deense geleerde Ole Fenger beweert aan de hand van een omvang- rijke studie, dat er een specifiek Scandinavisch 'rechtssysteem' bestond, gebaseerd op zogenoemde Germaanse juridische ideeën.28 Op basis van deze studie concludeert Fenger dat in Scandinavië de families zelf de verantwoordelijkheid droegen voor elke misdaad die door een fa- milielid werd begaan. Maar er bestond ook een collectieve verantwoordelijkheid. Zo wist men dat het niet mogelijk was de wet te overtreden zonder dat de eigen familie hiervan de dupe werd. Daar- entegen kon misdadigheid worden goedgemaakt door het betalen van boetes of door andere overeenkomsten - tussen de betrokkenen. AJs er geen overeenkomst bereikt werd, kon de zaak worden voorgebracht aan de thing. Dit was een van de voornaamste verschillen tussen het oorse en Romeinse rechtsbegrip, wat later het christelijk rechtsbe- ginsel zou worden genoemd. Terwijl dit laatste haar juridische sys- teem baseerde op individuele schuld, was het Noorse gebaseerd op collectieve verantwoordelijkheid. Vanuit politiek oogpunt bezien, moedigde het Noorse rechtsbe- ginsel het idee aan van het opsplitsen van de macht tussen verschil- 28 Citaat uit: ale Fenger, H0vdingesamfund og Kongemagt (1992) 155. 454
  • 13. Vikingen lende individuen. De hoofdman was onderworpen aan een strikte afhankelijkheid van de gemeenschap om zijn positie te verstevigen. Fysieke kracht, oorlogssuccessen, 'politieke diners' en overvloedige geschenken waren middelen om een sterke positie te verkrijgen. De hoofdman beschikte niet over directe macht zijn onderdanen te ver- delen over verschillende groepen van individuen, ondergeschikt aan zijn directe bevel, ook al kon hij indrukwekkende persoonlijke allian- ties sluiten. Als bezitter van juridische verantwoordelijkheid- functioneerde de voorname familie als een element dat de relaties tus- sen hoofdman en andere vrije personen in evenwicht hield. Het chris- telijke rechtsbeginsel vestigde echter een nieuw systeem waarin het individu een burger werd, direct geregeerd door koning en kerk. De familie verdween als evenwicht- en ordebewaarder. Koning en kerk vervingen deze macht. Het Noorse 'parlement' wordt gevestigd Toen de Zuid-Scandinavische koninkrijken zich tegen het einde van de zevende eeuw stabiliseerden, ontstond er meer behoefte aan het reguleren van het rechtssysteem in grotere vergaderingen (things) dan tussen de clans onderling. Daarom nemen sommige archeologen aan, dat wat wij kennen als het Noorse parlement, zijn klassieke uiterlijk ergens tussen de zevende en achtste eeuw heeft gekregen - en dat zich toen, door moeilijkheden in de samenleving, een soort representatieve klasse heeft ontwikkeld. Het is waarschijnlijk dat in het begin alle vrije mannen, de boeren inbegrepen (ook vrouwen: weduwen), deze parle- mentaire bijeenkomsten bijwoonden om te discussiëren over juridi- sche geschillen en andere belangrijke problemen die de gemeenschap aangingen. Maar er bestonden geen geschreven wetten. We gaan er vanuit dat in plaats daarvan elke bijeenkomst begon met het reciteren van de wetten door een leider, die deze uit het hoofd kende. Dit werd gedaan om de aanwezigen een kans te bieden te controleren dat niets werd toegevoegd of vergeten - tenzij nieuwe wetten door de vergade- ring waren toegevoegd. We moeten er rekening mee houden dat deze gemeenschappen sterk aan orale tradities hingen. Dit feit is niets nieuws in de geschiedenis. In het oude Griekenland en Rome bestond er al 455
  • 14. Titlestad een 'art of memory' - met regels om lange toespraken te kunnen onthouden.29 Het lijkt aannemelijk Fenger te geloven als hij concludeert dat deze gemeenschappen zelf-regulerend werkten: 'Koninklijke autoriteit of interventie was niet voldoende noch noodzakelijk om orde te handha- ven in deze gemeenschappen.'3o Verder mogen we aannemen dat de viking-maatschappij, na de waarschijnlijke stabilisatie, een hogere stan- daard had van regels en wetten onder haar inwoners. Verhalen over een constante en dodelijke bloedwraak zijn waarschijnlijk overdrijvin- gen en werden gebruikt als propaganda om de voor-christelijke gemeenschappen af te schilderen als barbaarse en immorele samen- levingen. Om Ole Fenger te citeren: 'Waar een samenleving is, bestaat er recht.'31 En we mogen toevoegen, waar een samenleving is, bestaat ook politiek... De religie als versterker van het Noorse rechtvaardigheidsgevoel De oude religie, de Asatru, vormde een belangrijk onderdeel van het Noorse rechtsgevoel. Het juridische 'systeem' was een onderdeel van de machtsdecentralisatie, een onderdeel dat gesterkt werd door de re- ligie. Er bestond geen almachtige god, noch een geërfde zonde of dui- vel. Vrouwen speelden een belangrijke rol als cultusleiders en waren niet uit de publieke sfeer verbannen om slechts mannen te dienen, zoals de christelijke kerk gebood. In tegenstelling tot in het christen- dom werd hun seksualiteit gerespecteerd en hadden ze het recht te scheiden als hun man op seksueel gebied faalde.32 De Noorse religie bood een pluralistische kijk op het leven en levendienende krachten, en accepteerde zelfs christelijke elementen als machtige krachten voor de mens. Je zou kunnen zeggen dat het voor- christelijke wereldbeeld gedifferentieerder en beschaafder was dan het 29 Zie hier over Francis A. Yates, The Art ofMemory (Londen 1966). 30 Fenger, Hovdingesamfund 163. 31 Ibidem. 32 Gro Steinsland, Hvordan bie hedendommen utfordret og pavirket av kristendom- men? Motet mellom hedendom og kristendom i Norge (Oslo 1995) 19. 456
  • 15. Vikingen christelijke dat meer 'zwart-wit' lijkt.JJ Door gebrek aan kennis onder schoolmeesters wordt de oude reli- gie vaak als wreder dan het Christendom afgeschilderd, bijvoorbeeld door kinderen te leren dat het typisch iets voor heidense noormannen was om kreupele kinderen in het bos achter te laten om te sterven. Het is een feit dat dit gebruik ook na gedwongen bekering rond 1000 een tijd voortduurde, zoals blijkt uit de wet van Olav HaraIdsson. Deze gebood dat kreupele baby's eerst gedoopt werden en dan vermoord of alleen gelaten voor de kerk om te sterven.34 Het oude juridische systeem vormde samen met de religie een ba- sis voor een morele verdediging tegen despoten en autocraten die alle macht aan hun voeten wilden vergaren. Het lijkt redelijk aan te nemen dat de religie als een organisch deel was geïntegreerd in het toenmalig politiek denken en open stond voor toleranter en pluralistischer den- ken dan het christendom. Een specifiek Noorse beschaving Als we alle bovengenoemde elementen bij elkaar nemen, zouden we kunnen stellen dat er tot ongeveer 700 een aparte Noorse beschaving bestond. Deze beschaving beschikte over een taal met een eigen alfa- bet, daterend uit de eerste eeuw. Tevens kenden de Scandinaviërs an- dere Europese literatuur en beheersten ze de schrijfkunst.35 Ze creëer- den zelfs een van de meest voortreffelijke vormen van populaire lite- ratuur in de wereldgeschiedenis, de saga's en skaldische poëzie - meestal uitgedrukt door een voornamelijk orale cultuur - waar het geheugen belangrijker was dan tegenwoordig. De symboliek in hun taal steunde op hun specifieke religie die een hoog ontwikkeld denken weerspiegel- de. De Deense middeleeuwen-specialist, Preben Meulengracht S0rensen concludeert: 'In Europe only two pre-Christian mythologies, 33 Gro Steinsland, Eros og d"d i normne myter (Oslo 1969) 26. 34 Knut Robberstad, vert., Gulatingslovi (Oslo 1969) 32. 35 Citaat uit: Preben Meulengracht S0rensen, The Oxford Illustrated History of the Vikings 204. Jan Ragnar Hagland, professor in de Noorse taal op de Universiteit van Trondheim, refereert naar de eerste gevonden runeninscriptie van Toten/ Stabu in Hedmark/Noorwegen (circa 200), 'Skrift i Trondheim kring ar 1000', SPOR 1 (1997) 36-37. 457
  • 16. Titlestad the Greek and the Norse, have been preserved as coherent ideologies.'36 Hier moeten we hun moderne 'wet- en ordesysteem' aan toevoegen en hun politieke systeem van vertegenwoordiging, die tot de noodzake- lijke voorwaarden behoren voor de moderne liberale Europese demo- cratieën. De wortels van de moderne liberale liggen niet in het oude Griekenland, maar in het thing-systeem van Scandinavië, met IJsland als oudste constitutionele democratie van de wereld. Als we de tech- nologische prestaties van de vikingen erbij opteJlen, zoals scheeps- en huisconstructies, hun artefacten van hoge kwaliteit en juwelen etce- tera, zou het terecht zijn te spreken van een hoog ontwikkelde en mo- derne beschaving tegengewerkt en bedreigd door de uitbreidende Frankische en christelijke beschaving uit het zuiden. Het specifiek Noorse deel van het Noorse gebied We mogen concluderen dat de zevende eeuw geen periode van stag- natie was in Noorwegen. Integendeel, het is mogelijk verscheidene vondsten uit verschillende archeologische opgravingen in het zuiden en noorden van Noorwegen aan te wijzen die zowel een agrarische expansie als een intensieve exploitatie van het culturele landschap la- ten zien.37 Ook kunnen we de plaats bepalen van verscheidene machts- centra aan de Noorse kust, soevereine gemeenschappen met een eigen politiek.38 Archeologische vondsten in zowel Noorwegen als Denemarken wijzen op een geleidelijke ontwikkeling van politieke structuren en reflecties op rechtvaardigheid. Dit duidt op een ingewikkelde sociale organisatie, lang voor de 'viking-explosie' op en Lindisfarne in 793. De geleidelijke economische groei gedurende de zesde eeuw doet de vraag rijzen tot op welke hoogte we Andres Holmsens theorie kunnen geloven over de kolossale uitbarsting van viking-geweld in Europa. Myhre is van mening dat er geen bewijs is voor pressie vanuit de be- volking die sterk genoeg zou zijn om mensen te doen emigreren, of 36 Citaat uit: Meulengracht, The Oxford lllustrated, 208. 37 Citaat uit: Myhre, The Archeology, 7. 38 Brigitta Berglund, 'Kontakter over Kj01en og Midt-Skandinavia i romertid og folkevandringstid', SP~R I (1994) 22. 458
  • 17. Vikingen het doen ontstaan van zo'n kolossale golf van viking-aanvallen.39 An- dere geleerden steunen Myhre's kritiek op Holmsen. Holmsen ratificeert zijn theorie door te wijzen op het voorkomen van stadir- namen, die waarschijnlijk rond 800 zijn ontstaan. Daarentegen date- ren onderzoekers deze namen nu terug tot een periode van vestiging in de vijfde eeuw.40 Noch hebben we enig bewijs gevonden dat er een speciale behoefte bestond aan militaire agressie tijdens de achtste eeuw. Opgravingen laten zien dat er veel handel was tussen de vikjngen en hun gelijken in Ierland en op de Britse eilanden - een theorie die ge- steund wordt door de archeologen Ingrid Fuglestvedt en Per Hernaes.41 De machtige elites rond de Noordzee vestigden een rationeel netwerk van economische en politieke samenwerkjng, waarbij de leiders niet alleen geschenken en handelswaar uitwisselden. Vaak werden zonen van vikingleiders weggestuurd om te worden opgevoed door Engelse koningen of aristocraten. Door hun dochters uit te huwelijken aan andere machtige clans werden belangrijke allianties gevestigd. Dit was tevens een efficinte manier om culturele waarden en impulsen uit te wisselen. Het is ook mogelijk dat de leiders - afkomstig uit verschil- lende culturele achtergronden van verschillende gebieden aan de Noordzee, discussiërend over politiek, sociale organisatie en religie - nieuwsgierig waren naar nieuwe technologische, politieke en spirituele stromen in Europa. Dus er bestaan belangrijke tekenen dat deze uit- wisseling van sociale reflectie ver terug gaat in de tijd. Na het herlezen van Alcuin concludeerde de Noorse archeoloog Arvid Lillehammer dat zijn geschriften kennis tonen over de 'wrede heidenen' voorafgaand aan 793. Myhre steunend, schrijft Lillehammer: 'Er was niets nieuws aan het feit dat er schepen uit Scandinavië kwa- men, maar aan het feit dat het contact een nieuwe en strijdlustige in- houd had verkregen.'42 Als Lillehammer en Myhre gelijk hebben, moe- ten we zoeken naar antwoorden die kunnen uitleggen waarom en hoe een vredige relatie plotseling veranderde in vijandigheid en oorlog. 39 Citaat uit: Myhre, The Archeology, 16. 40 Inge Saerheim, Litt om stad-namn pa Jaeren, Aetl og Heim (1985) 54-55. 41 Ingrid Fuglestvedt en Per Hernaes, Rituell kommunikasjon i yngr jernalder (Stavanger 1996) 141- 42 Arnvid Lillehammer, Aschehougs Norgeshistorie II (Oslo 1994) 224. 459
  • 18. Titlestad Tijd voor revisie? Op een bepaalde manier - zoals de schoten in Sarajevo in 1914 het uitbreken van WOl inluidden - heeft de aanval op Lindisfarne zich gevestigd als het plotselinge en wrede begin van wat bekend staat als de vikingtijd. Maar laten we de zaak eens vanuit een andere invalshoek bekijken. Laten we aannemen dat tijdens de achtste eeuw in de gebie- den rond de Noordzee een vredige en relatiefstabiele coëxistentie heer- ste tussen de verscheidene volken die het gebied bewoonden. Dit was --------- Schematische reconstructie van het Kanahave-kanaal. Uit: Else Roesdahl, Viking age Denmark (Londen 1982). alleen maar voordelig voor de clanleiders en hoofdmannen omdat er geen bloed werd vergoten en geen jonge levens en materiële waarden verloren gingen. Ook kunnen er van uit te gaan dat de vermoedelijke uitwisseling van culturele waarden een belangrijke rol heeft gespeeld in het alledaagse leven. Er bestaat dus geen duidelijke reden waarom de Noordzee-volken getroffen zouden worden door een golfvan waan- zin die zou resulteren in tweehonderd jaar oorlog en instabiliteit. De redenen voor de beroering zijn zeer waarschijnlijk externe fenomenen geweest. Door bestudering van het toenmalige Europese continent, de Britse eilanden en Scandinavië als één geheel, krijgen nieuwe perspec- tieven de overhand. In de loop van de zevende eeuw hebben Frankische clans een nieuw koninkrijk gevestigd, steunend op feodale structuren en de christe- lijke kerk. De eersten die merkten hoe de Frankische staat zich uit- breidde door onderwerpende rooftochten in de omliggende landen, 460
  • 19. Een deel van de Danevirke. Uit: Else Roesdahl. The Viking age Denmark. Vikingen waren de Denen. Tijdens de zevende en achtste eeuw was Denemar- ken een van de sterkste machten in het Baltisch gebied. De Denen to- lereerden - en steunden zelfs - het verzet van de Saksen en de Friezen tegen de Franken.43 Diplomatieke onderhandelingen zijn geregistreerd in de Karolingische Kronieken van de jaren 770-780, waar een moge- lijk Noorse diplomaat Halptani (Halfdan) wordt genoemd.44 De onderhandelingen stel- den de Denen duidelijk niet gerust. De Franki- sche druk noodzaakte de Denen hun econo- mische middelen voor militaire verdedigings- doeleinden in te zetten. Deze militaire opbouw begon al rond 730, met het Kanahave kanaal in 726 en de Danevirke in 737. De Danevirke was de grootste versterkte muur die ooit in Noord-Europa was ge- bouwd. Dus waren de Denen rond 770 voorbereid, zelfs wanneer hun fysieke grens een machtig leger uit het zuiden niet lang kon tegenhou- den. De persoon die de Noord-Europese stabiliteit de meest beslissende slag toediende, was de Frankische koning Karel de Grote. Om zijn rijk te financieren en de heidense delen van Europa te kerstenen, begon hij met agressieve rooftochten die een fataal effect hadden, vooral op de Saksen. Karel de Grote belegerde de Saksische stad Verden en ont- hoofdde in één dag een groot aantal Saksen, misschien wel 4500, na ze 43 Henry Loyn beweert: 'De reductie van de onafhankelijkheid van de Saksen en Friezen droeg bij aan de Deense onrust.' The Vikings in Britain, 40. 44 Bernard Walter Scholz, vert., Carolingian Chronicles (Michigan 1970) 59. 461
  • 20. Titlestad gedoopt te hebben. Later organiseerde hij een enorme etnische 'schoon- maak' onder de Saksen, om zo zijn grip op het gebied veilig te stellen.45 De Deense historicus Thorkild Ramskou heeft deze wreedheden be- schreven als de meest weerzinwekkende genocides in de geschiedenis.46 Verder, benadrukt hij, zijn het deze acties die het moeilijk maken te onderscheiden wie de echte barbaren waren, de heidense vikingen of de christelijke legers. Ons punt is aan te tonen hoe het expansionisme van Karel de Grote Europa destabiliseerde. Hij wilde het Romeinse Rijk herintroduceren in de vorm van een Frankische staat. In dit licht bekeken, kunnen we de vikingrooftochten op Lindisfarne in 793 zien als een reactie op het Frankisch christelijk expansionisme, in plaats van de factor die de 'vikingtijd' inluidde en schiep. Dit gezichtspunt is echter niet geheel nieuw en origineel. In een boek uit 1863 brengt een Deense historicus een gelijksoortige bewering naar voren.47 Op deze manier wordt de vikingtijd een historische dwangbuis die het begrip van een sociale werkelijkheid belemmert, die allang voor het incident bij Lindisfarne bestond. Zoals de Franse historicus Georges Duby het beschrijft: de vestiging van de Frankische staat representeert de bloeitijd van het plunderen als middel om een staat te creëeren. De plunderende en wrede Karel de Grote was aldus de Scandinavische vikings vóór, en dwong hen zich te wreken. Het niet-begrijpen van dit inzicht is het onderschatten van de intelligentie van onze Europese voorouders. Het creëren van een Scandinavische identiteit als resultaat van Frankisch expansionisme In moderne theoriën over de machtsbalans tussen supermachten leidt actie van de ene partij tot reactie van de ander. Dit is een raamwerk dat toegepast kan worden op Karel de Grotes expansionisme. Bj0rn Myhre 45 G.P. Baker, The Fighting Kings ofWessex (Londen 1931, herdruk 1996) 86. 46 Thorkild Ramskou, Danmarks historie lJ (Kopenhagen J976) 61. 47 J,J.A. Worsaae, Den danske erobringafEngland ogNormandiet(Kopenhagen 1863) 31. 'Echter, Denemarken behoorde tot de eersten die vochten voor een Noordse nationale, religieuze en politieke onafhankelijkheid, tegen de wrede overwinnaar van de Saksen, Karel de Grote, die triomfantelijk aan de zuidgrens van Denemar- ken stond.' 462
  • 21. Vikingen heeft zich hierop gericht sinds hij een duidelijke variatie in culturele uiteenzettingen in het Scandinavië van de achtste en negende eeuw ontdekte.48 Opgravingen bij vikingbegraafplaatsen laten zien dat de Scandinaviërs van die tijd een gemeenschappelijke manier ontwikkel- den van huizenbouw, kleding, handgemaakte materialen, versiering en begrafenisgebruiken die we Noors of Scandinavisch kunnen noe- men. Dit interpreteert Myhre als het vestigen van een culturele markering tegen de externe druk die op hen lag, allereerst door de Frankische expansionisme en gedwongen kerstening. Dit is een theo- rie die wordt gesteund door een sociaal antropologische thesis: een cultuur onder zware externe druk heeft de neiging zijn onderschei- dende karakteristieken te laten zien, niet alleen in gedachten, maar ook in materiële objecten. Dus door Karel de Grotes zoektocht naar Euro- pese dominantie, waarbij kerstening als wapen bijna net zo belangrijk was als het zwaard, ontstonden zichzelf onderscheidende Scandinavi- sche identiteiten en culturele karaktertrekken. Dit proces valt samen met de aanval op Lindisfarne, en verrassend genoeg was het een van Karel de Grotes nabije adviseurs die het document articuleerde dat meer dan duizend jaar onze perceptie over de vikingen en hun tijd heeft gevormd, namelijk de christelijke monnik Alcuin. Het oude viking-imago, een niet-Scandinavisch en 'christe- lijk vijandsbeeld'? Dankzij onze historische kennis over hoe een gemeenschap reageert met tegenaanvallen op externe druk en interventie, is het interessant te zien, dat deze natuurlijke en gemeenschappelijke manier van reage- ren, pas sinds 1990 analytisch werd toegepast op de vikingtijd. Bj0rn Myhre weidde als eerste uit over dat de vikingaanvallen waarschijnlijk een preventief karakter hebben gehad. De Scandinaviërs zouden goed geïnformeerd zijn over de constructie van gecentraliseerde en christe- lijke staten op het continent. Zij leerden dat dit nieuwe systeem hun eigen beschaving bedreigde - in de eerste plaats hun parlementaire 'sys- teem' en religie - de basis van hun culturele identiteit en historische 48 B. Myhre, 'The beginning of the Viking Age - some current Archeological Problems', in: Viking Revaluatio115 (Londen 1993) J95. 463
  • 22. Titlestad mentaliteit. De belangrijkste symbolen van het nieuwe systeem kon- den eenvoudig worden gedentificeerd - de kerken en kloosters - tegelijkertijd 'banken' - plaatsen waar rijke mensen hun materiële rijk- dommen deponeerden. Dankzij vreedzame handel hadden de Scandinaviërs hun verblijfplaatsen opgemerkt. Zonder twijfel sloegen zij Karel de Grotes 'integratie' van de Britse eilanden in zijn geopo- litieke invloedssfeer gade.49 Toen de Franken de stabiliteit afbraken door hun militaire opmars naar het noorden en naar de Saksen, verander- den de vikingen de dreiging in een mogelijkheid de Frankische streek te veroveren omdat Karel de Grote zich vooral bezighield met de ver- overing van het Europese continent. Myhres these is echter geen po- ging de hebberigheid of wreedheid van de vikingaanvallen wit te was- sen. De vikingen vallen aan Tegen het einde van de achtste eeuw hadden de Scandinavische ko- ninkrijken een organisatorisch en sociaal niveau bereikt, en een eco- nomische bloei die het mogelijk maakte het Frankisch expansionisme terug te slaan. Waarschijnlijk uit militaire noodzaak hadden ze een marine-technologie ontwikkeld die hen superieur maakte op zee. Ze waren in het bezit van een toenmalig 'Star Warswapen', en ze wisten hoe ze het moesten benutten: het vikingschip. Het was superieur aan alle andere schepen van die tijd, in het bijzonder omdat het een drie keer zo hoge snelheid kon bereiken dan andere schepen, en omdat zij haast ongezien de kusten bereikten waar ze wilden aanvallen. De be- manning bestond uit vrije mannen, fysiek zeer sterke strijders, omdat roeien een van de dagelijkse bezigheden op zee was. Tevens waren ze uitermate gemotiveerd om te vechten, omdat de 'onderneming' door hen gedeeld werd. Op militair gebied gedroegen ze zich als moderne commando-soldaten en gebruikten guerilla-tactiek. Zo durfden de Scandinaviërs antwoord te geven op Karel de Grotes bedreigende oorlogsmachine, wetend dat zij hem op land niet konden weerstaan. Met hun snelle schepen konden ze hem in 'de rug' aanvallen - de bloeiende en belangrijke zeehavens plunderen en vernielen - en de 49 G.P. Baker, The Fighting Kings, 83-85. 464
  • 23. Vikingen Saksen aansporen opnieuw in opstand te komen, met wie de Denen verscheidene keren hebben samengezworen. Met deze 'naaldtactiek' konden de Noorse krachten het angstaanjagende leger van Karel de Grote fragmenteren, zijn soldaten demoraliseren en de fragiele stabili- teit van zijn rijk bedreigen.so Tijdens de beginfase was het echter de meest wijze en minst risicovolle tactiek voor de Scandinaviërs hun spie- ren te laten zien door de grenzen van de 'invloedssfeer' van Karel de Grote aan te vallen. Dus Lindisfarne in Northumbria was een ideaal doel, het thuisland van Alcuin, regelmatig in contact met Karels hof. De Noorse aanvallers wisten op voorhand dat ze zouden worden 'ge- hoord'. Conclusie: De vikingtijd, een geprovoceerde breuk in de interne Scandinavische culturele ontwikkeling De recente encyclopedie van Claus Krags Geschiedenis van Noorwegen stelt de vraag ofde vikingtijd wel ofniet kan worden uitgelegd. Tot een bepaalde hoogte legt hij zich neer bij zijn eigen vraag, maar hij heeft de neiging het verhaal te ontkrachten dat in eerdere werken zo drama- tisch is geschetst. Zijn eigenlijke referentie is Peter Sawyer die claimt dat de vikingactiviteit op het Europese continent 'deels geplaatst werd binnen de grenzen van normale politieke en militaire activiteiten in ons deel van de wereld gedurende de Middeleeuwen.'51 Krag refereert tevens aan Holmsens beweerde toename van de Scandinavische be- volking als één van de vele factoren die bijdroegen aan de vikingtijd. Hij geeft echter geen duidelijke rangschikking van factoren die kun- nen hebben geleid tot deze bijzonder woelige periode in de Europese geschiedenis. Het is begrijpelijk dat Krag wat vaag is op dit punt, om- dat er weinig geschreven bronnen zijn om op terug te vallen. En de bestaande bronnen kunnen behoorlijk onbetrouwbaar zijn. Toch is het mogelijk te wijzen op een bepaalde tekortkoming in zijn werk - het falen de archeologische arbeid van de afgelopen paar jaar te bediscussiëren. Zoals is aangegeven in dit artikel, dragen de nieuwe archeologische 50 H. Loyn, The Vikings, 20. 51 C. Krag, History ofNorway, 30. 465
  • 24. Titlestad vondsten nieuwe invalshoeken aan voor de problemen waarmee de geleerden, die de vikingtijd bestuderen, worden geconfronteerd. Deze nieuwe manier van waarnemen nodigt uit tot herziening van de geves- tigde kijk op de vikingen. Dit gezegd hebbend, moet het hoogtepunt van de Scandinavische gemeenschappen waaruit de vikingtijd voort- komt, worden geanalyseerd met als startpunt de zesde en zevende eeuw. De discontinuïteit in de ontwikkeling was het resultaat van externe pressie ofagressie vanuit Europa. Deze druk kwam voort uit het nieuwe Europese idee van de staat als een gecentraliseerd koninkrijk bij de gratie Gods, in samenwerking met een gecentraliseerde kerk, in prin- cipe onder directe controle van de paus in Rome. Kortom, de Scan- dinavische gemeenschappen werden geconfronteerd met een nieuwe, strijdlustige perceptie van sociale organisatie, op politiek, religieus en juridisch gebied. Daarbij kan men geen substantieel bewijs leveren van de beweerde bevolkingstoename in Scandinavië als zijnde de reden voor de vikingaanvallen. De visie op de eerste aanvallen als een actie van preventieve militaire verdediging lijkt een redelijke aanname. Dus kunnen deze aanvallen worden gezien als onderdelen van een botsing tussen contrasterende beschavingen. Iets heel anders is de wreedheid van de Scandinavische vikingen, en hun zucht naar goud en kostbaarheden. Misschien kunnen we sug- gereren dat ze door en door getraind waren op de school die ze ge- dwongen waren te doorlopen. De historische bronnen lijken de claim niet te rechtvaardigen dat de hebzucht naar aardse rijkdommen van de vikingen die van hun mede-Europeaan oversteeg. Het is tevens een feit dat Karel de Grote Scandinavië nooit heeft durven aanvallen. Dus komen we tot de conclusie dat de Noorse 'preventieve aanvallen' werk- ten. Tegelijkertijd leerden de Scandinaviërs hun lessen. De Noorse hoofdmannen en koningen grepen de kans hun interne politieke macht te verstevigen door plundering, terwijl ze externe, materiële bronnen 'verplaatsten' om ze zelf te benutten. Deze manier van externe 'plun- derende economie'52 werd een substantiële aanvulling op hun voor- malig interne boeren - en handelseconomie, en ontwikkelde hun sa- menleving verder op alle niveaus. Enkele van de viking-krijgsheren 52 Frans-Arne Stylegar, 'Trekk av vikingtidens plyndring0konomi i 0stfold, in: Arboknr 4, 1991-1996 (Sarpsborg 1997). 466
  • 25. Vikingen begrepen geleidelijk dat de kerk en het christendom konden worden gebruikt om hun eigen politieke doeleinden te bevorderen. Rond 1050 werd Noorwegen gekerstend en kreeg het een zelfde statensysteem als elders in Europa, en vanaf dit jaar namen de vikingaanvallen op Eu- ropa af. Maar meer dan tweehonderd jaar heeft de oude Scandinavische beschaving met succes de nieuwe en rivaliserende cultuur van het zui- den van Europa weerstaan. De Britse eilanden en het vasteland van Europa betaalden een hoge prijs voor het gewelddadige expansionisme van de Franken. Vertaling: redactie Groniek Vikingbuit uit de 10· eeuw. Uit: Peter Sawyer ed., The Oxford illustrated history of the Vikings (Oxford en New Vork 1997). 467
  • 26. AKOKKRIJTHE sca nd inavisch Een verrassende winkel! Vol met mooie kleding, meubelen en kodo's uit ScandinaviiH ~ieuwsgierig2 Kom dan gerust naor Gre egöst, uw Scandinavisch centrum in Nederlond. marimekko e P' te • er Belgisch café Kleine Kromme Elleboog 9 9112 as Groningen OSO 3185100 468 Ook voor afstudeer/borrels tot 40 personen Geopend vanaf 15.00 uur
  • 28. 470 Een geval van romanisering in vroeg-christelijke kunst. De apos- telen, uitgedost als senatoren, die het kruis op de troon (Chris- tus) het aurum coronarium (kroongoud) brengen, een tradi- tioneel eerbetoon aan de Romeinse keizer. In het midden de doop van Christus. Ariaanse kapel, Ravenna. Uit: J. Beckwith, Early Christian and Byzantine art (Harmonds-worth 1979).