31. Paradigma‟s – een veranderingscyclus
nieuw idee / modernisering
tegenstand
varianten / verdiepingen: “body of knowledge”
acceptatie in theorie en praktijk: niet meer modernisering
routinematig werken, minder facilitair en klantgericht
werkelijkheid moet zich aanpassen aan “body of knowledge”
i.p.v. andersom
paradigma verschuiving / hernieuwd
moderniseringsdenken
32. Paradigma: pioniers
• Iemand die op ander terrein actief wordt (operationele
naïviteit)
• Non-conformist
• Knutselaar
• Jonge pas afgestudeerde
33. Sociaal & Fysiek
Sociaal Fysiek
Beïnvloeden gedrag Beïnvloeden gebied
Productcyclus 2 jaar Productcyclus 100 jaar
Beheer Realisatie
Probleem helpen Iets maken
Mensgericht Taakgericht
Dicht op het hier-en-nu Tientallen jaren vooruitdenken
Specialisten Generalisten
Welzijn, zorg, scholen Corporaties, ontwikkelaars
Kleine bedragen Grote geldstromen
34. Sociaal en Fysiek: niet samenwerking centraal
sociaal-
sociaal
ruimte
ruimtelijke
visie ???
uitkomst ???
„ I N T E G R AA L W E R K E N ‟
35. Sociaal en Fysiek: maar opgave
lange termijn
(eur)regio
stad
economie
sociaal
cultuur
ruimte
middle-
up-down
korte termijn
stadsdeel
buurt
L E E F S T U R I N G
40. Producten voor de ziel
1. Stad en Cultuur, Stad en Economie
Planologisch, Economisch, Antropologisch, Historisch,
Psychologisch, Methodisch
2. Stadsantropologie
a. Roots, routines, routes, rituelen en relaties
b. Beleving, sfeer, thuisgevoel
3. Stadslandschappen
a. Cultuurhistorie
b. Identiteitsdragers
c. Publieke ruimte als belevingsdomein
41. Producten voor de ziel
4. (Enkele) Technieken voor ontdekken en ontsluiten
a. Ruimtelijk-sociaal diagnosticeren: mindmaps, buurtbiografie
b. Cultuurhistorie, stadslandschappen, stadsantropologie
c. Storytelling, 8Questions, 24/48h Soul Search, Ronddolen, Salons
d. Met schrijvers, bewoners, filmers, beeldend kunstenaars, filosofen,
ondernemers, stadsgedichten
5. (Enkele) Technieken voor ontwikkelen
a. Merkwaarden / kwaliteitspijlers
b. Toekomstperspectief / PIDV
c. Conceptontwikkeling en marketingconcepten
d. Vertaling naar concrete woon, werk en winkelmilieus
e. Orgware: gebiedscoalities
74. Goede Plinten, Slechte Plinten
1. Niveau 1: goede plint
2. Niveau 2: goede straat
3. Niveau 3: goede context
75. Goede Plinten, Slechte Plinten, schaal 1: plint
1. Units en functies
• kleinschalig / heldere opbouw
• veel deuren
• grote variëteit, stapeling bezoekmotieven, overdag en avond
2. Transparantie
• binnen communiceert met buiten
• geen blinde of passieve gevels
3. Materiaal
• rijkdom aan ervaring, reliëf, detaillering,
kwaliteit materiaal, ritmiek in- en uitspringende delen
4. Geleding
• meer verticaal dan horizontaal
• heldere constructieve leesbaarheid
5. Overgang publiek-privé
• dialoog gebouw-stad
• zorg voor semi-publieke ruimte
6. Karakter
• ziel, historie, monumentaliteit
• belangrijk stedelijk programma
7. Flexibiliteit
• plinthoogte minimaal 4 m
• bestemmingsplan
76. Goede Plinten, Slechte Plinten, schaal 2: straat
1. Plezierig om te lopen
• balans dominantie voetganger – auto
• zin om de plek te bezoeken, thuis voelen
• inspirerend programma
• traditie
2. Fysiek comfort
• wind
• zon/schaduw
• geluid
• beheer
3. Definitie
• de hoogte moet minimaal de helft van de breedte zijn
• aaneengesloten wanden en bomenrijen
4. Transparantie van gebouwen
5. Complementariteit
gebouwen wisselen elkaar verticaal af
6. Kwaliteit die het oog bindt
7. En wat helpt:
1. goede bomen
2. veel deuren
3. begin en einde van de straat
4. plekken om te zitten
5. dichtheid
77. Goede Plinten, Slechte Plinten, schaal 3: context
1. Publiek
• kritische massa gebruikers
• loopstromen overdag en avond, bronpunten
• plintvragende bevolking - economisch/cultureel kapitaal
2. Programma
• stedelijk programma, culturele en economische trekkers
• concentratie specifieke plintfuncties, specialisaties
3. Pleinen en parken
• verbonden met goede verblijfspleinen en parken
4. Partners
• eigenaren als initiatiefnemers
• zelforganisatie, initiatief versterken, goed gedrag belonen
• niet-onderhandelbaar instrumentarium
5. Positie
1. positie in stedelijk weefsel, continuïteit doorgaande lijnen
2. historie
3. Fijnmazigheid
4. aangename profielen
5. fietsstructuur
79. Winkels?
Trends
1. Winkels – dozen, overaanbod & internet
2. Werken – uniforme gebieden, nieuwe werken of ???
3. Maatschappelijk vastgoed – dozen of ???
4. Wonen – afkeer van de stad of ???