SlideShare a Scribd company logo
1 of 54
Download to read offline
Group
                Nederland




Organic Learning™ – de essentie
van de Nieuwe Organisatie
Hoe organisaties vernieuwen en Human Capital ontwikkelen in de kenniseconomie
Door: Agnès Kusters-Mathey
2
Woord vooraf
Het hart van uw organisatie is uw personeel

‘Veranderen’ is een sleutelwoord in de tijd waarin we leven en werken. Het klimaat
is uitgesproken turbulent; vermeende zekerheden staan op de tocht; ondernemen in
tijden van crisis vraagt om extra inventiviteit en flexibiliteit. Daarbij is één ding zeker, hoe
de economie zich wereldwijd ook gaat ontwikkelen: in Nederland krijgen we hoe dan
ook te maken met structurele arbeidskrapte. De generatie van babyboomers draait de
arbeidsmarkt massaal de rug toe, terwijl de instroom van jong talent hapert. Vergrijzing
en ontgroening zorgen samen voor een grote uitdaging: het op peil en fit houden
van uw arbeidspopulatie.


Terwijl de arbeidsmarkt krapper en complexer wordt, neemt het belang van
de kwaliteit en inzetbaarheid van uw medewerkers juist toe. Immers, in onze kennis-
en dienstenindustrie zijn de inzet, betrokkenheid en het talent van uw mensen de factor
bij uitstek om u binnen uw markt te onderscheiden. Talent- en generatiemanagement,
retentie en diversiteit – het zijn factoren die u maar beter serieus kunt nemen, voor zover
u dat niet al lang doet. De rol van oudere medewerkers neemt enorm toe, terwijl nieuw-
komers hun eigen eisen stellen. En geen enkele organisatie ontkomt aan de noodzaak
om serieus na te denken over een werkcultuur waarin ook niet-Nederlandse mede-
werkers en vrouwen die nu nog aan de zijlijn staan zich thuis voelen en zich kunnen
ontplooien. Enerzijds wordt het aantrekken van getalenteerde medewerkers een
strategische bedrijfsactiviteit die maximale professionaliteit en inventiviteit gaat vereisen;
anderzijds is het zaak de ‘achterdeur’ dicht te houden door serieus werk te maken
van binden en boeien. En om iedereen optimaal gemotiveerd en inzetbaar te houden
– piepjong, middelbaar en senior, autochtoon en allochtoon, mannen en vrouwen – is
permanente educatie een speerpunt, bij voorkeur in een omgeving waar veranderingen
geen vorm krijgen door moeten maar door willen.


De passie om te veranderen is een kernvoorwaarde voor de Nieuwe Organisatie,
het onderwerp waar deze studie over gaat. U vindt, in hoofdstuk 2, een citaat dat zeer
de moeite waard is om bij stil te staan. Het is afkomstig van C.K. Prahalad, Hoogleraar
Corporate Strategy aan de University of Michigan. Hij zegt: “We hebben honderd jaar
gewerkt volgens het idee dat het bedrijf het centrum van het universum was. Alles
draaide om het bedrijf. We moeten echt vanaf nul beginnen, ons hele bestaande
waardesysteem overboord gooien en niet alleen nieuwe bekwaamheden leren,
maar zelfs een hele nieuwe manier van denken.”


                                                                                                   3
Durft u het aan? Deze White Paper, waarin econoom en bedrijfskundige Agnès Kusters
    de karakteristieken en perspectieven van de Nieuwe Organisatie op ons verzoek
    helder en inspirerend heeft verwoord, zet u in elk geval op het spoor naar verandering
    in een tijd waarin alleen ambitieuze mensen het verschil maken. Veranderen betekent
    innovatief organiseren, zo leest u in het eerder genoemde hoofdstuk, het lef hebben
    om arbeid anders in te richten. Nieuwe organisaties zijn platter, functioneren volgens
    het principe van het Nieuwe Werken en zijn ingericht voor het personeel. Het hart van
    de organisatie is het personeel. De Nieuwe Organisatie is ingericht voor het aantrekken
    van kenniswerkers, het binden en boeien van medewerkers en het verder ontwikkelen
    van talenten.


    Binnen de Nieuwe Organisatie verdient HRM een positie op strategisch bestuursniveau.
    HRM stippelt het beleid uit, het management vertaalt dit beleid naar de operationele
    organisatie. In dit beleid staan Learning & Development (lees: ‘veranderen’) in directe
    relatie tot de turbulente omgeving centraal. Trainingen in gesimuleerde situaties zijn
    slechts ‘ondersteunend’; de echte ontwikkeling en vernieuwing voltrekt zich tijdens en
    in samenhang met de werkrealiteit. Niet de vraag wat we leren staat centraal, maar de
    vraag of we onze nieuw verworven kennis en vaardigheden blijvend kunnen toepassen
    en uitdragen. Niet de theorie staat voorop, noch het nieuwste ‘managementmodel’,
    maar de houding en het gedrag van bestuurders, managers en medewerkers.
    ‘Organic Learning™’ is de term die deze lading dekt.


    Ik durf het u aan te bevelen. Bij Adecco Group Nederland hebben wij hier uitstekende
    ervaringen mee. Deze hebben voor een groot deel model gestaan voor deze White
    Paper. In 2007 hebben wij HR de plaats gegeven die het toekomt – een volwaardige
    plaats in het directieteam. In korte tijd is er een vernieuwende strategie ontwikkeld,
    waarvan de uitvoering en verankering zorgvuldig worden bewaakt. De nadruk ligt op
    persoonlijke ontwikkeling, het stimuleren van team spirit en organisatieontwikkeling
    met een open einde. Er lopen ambitieuze managementontwikkelings- en leider-
    schapsprogramma’s, bedoeld om verandering vanuit een gepassioneerde houding en
    inspirerend voorbeeldgedrag organisatiebreed aan te sturen en te coachen. We hebben
    een dynamische afdeling Learning & Development opgetuigd, die veel programma’s en
    projecten initieert en uitvoert, vaak ‘in eigen beheer’ en op eigen kracht. Daarmee is,
    in de terminologie van Agnès Kusters, die een belangrijke rol heeft gespeeld in het
    veranderproces binnen onze organisatie, een ‘flow’ op gang gebracht die erg goed
    aansluit bij de turbulentie van deze en komende tijden. Onze medewerkers zitten goed
    in hun vel, staan open voor verandering en nemen daar actief aan deel. Dit blijkt onder
    meer uit de mooie score op de lijst van Beste Werkgevers van 2011, naar aanleiding
    van het Great Place to Work® onderzoek, waarin medewerkers het voor het zeggen
    hebben. De verloopcijfers binnen onze organisatie zijn nooit zo laag geweest als op
    dit moment. De betrokkenheid en trots van onze medewerkers betalen zich uit in



4
toenemende klanttevredenheid. Ons omzetvolume groeit, ons marktaandeel neemt toe.
Hebben wij de status van Nieuwe Organisatie daarmee bereikt? Misschien wel,
misschien niet. Belangrijker voor mij is dat we een organisatie in ontwikkeling zijn en
blijven, een organisatie waar iedereen wil en kan leren en wil en kan veranderen.
Vindt u dat net zo belangrijk als ik? Dan kan ik u deze White Paper over de Nieuwe
Organisatie van harte aanbevelen!


Patrick Bakker
Algemeen Directeur Adecco Group Nederland




                                                                                          5
Inhoudsopgave
Proloog


Hoofdstuk 1        Ontwikkelingen in onze turbulente omgeving


                   1.1.   De wereld verandert. U ook?
                   1.2    Arbeidskrapte: bent u er klaar voor?
                   1.3    Vergrijzing: 2011 als mijlpaal – maak je borst maar nat!
                   1.4    Ontwikkelingen in de samenleving


Hoofdstuk 2        De Nieuwe Organisatie


                   2.1 Van homeostase...
                   2.2 ... naar de Nieuwe Organisatie
                   2.3 Wat betekent dit in de praktijk?


Hoofdstuk 3        Organic Learning™: Dé weg naar de Nieuwe Organisatie


                   3.1 De traditionele inzet van ‘Learning & Development’
                   3.2 Organic Learning™: succesvol en duurzaam veranderen
                       in de 21ste eeuw
                   3.3 Top 10 gouden regels van Organic Learning™
                   4.4 De consequenties voor uw organisatie


Epiloog


Bronnenoverzicht




                                                                                     7
Over de auteur

    Agnès Kusters-Mathey is als oprichtster van VisieScope
    actief betrokken geweest bij een intensief verandertraject
    dat Adecco Group Nederland in 2007 heeft ingezet.
    Een onderdeel van dit traject was de ontwikkeling,
    begeleiding en/of uitvoering van een groot aantal
    Management Development programma’s, gericht
    op positieve beïnvloeding van inzicht, houding en
    gedrag van medewerkers. Het verandertraject heeft
    zich voltrokken binnen drie managementlagen en de
    afdeling Learning & Development. Belangrijke thema’s
    waren en zijn: persoonlijk leiderschap, teamleiderschap,
    organisatieleiderschap, business empowerment, customer
    intimacy, lef en creativiteit, outside-in denken en acteren,
    generatiemanagement en het Nieuwe Werken. Volgens
    haar eigen principes van Organic Learning™, waarvan
    VisieScope de grondlegger is, heeft zij zichzelf en haar
    bureau gaandeweg het traject ‘overbodig’ gemaakt, al is
    zij nog steeds als adviseur bij Adecco Group Nederland
    betrokken.




8
Agnès Kusters zelf spreekt van een ‘bijzonder succesvolle co-creatie’. Sinds het traject
is ingezet, scoort Adecco Group Nederland steeds hoger in diverse onafhankelijke
onderzoeken naar klant- en medewerkerstevredenheid, waaronder het Incompany en
Great Place to Work® onderzoek. Op verzoek van de Adecco Group heeft Agnès Kusters
(geboren in 1967, in Frankrijk) in deze White Paper vastgelegd wat de kenmerken zijn
van de Nieuwe Organisatie en welke route tot succesvolle vernieuwing leidt, met de
praktijkervaringen van VisieScope bij Adecco zelf als kader.


VisieScope, opgericht in 2003, is gespecialiseerd in de ontwikkeling van inzicht, houding
en gedrag van het management, bedoeld om de prestaties van organisaties blijvend
te verbeteren. VisieScope werkt vanuit de overtuiging dat duurzaam veranderen alleen
van binnenuit plaats kan vinden, door de medewerkers zelf. Deze overtuiging stoelt op
de managementervaring die Agnès Kusters in ruim twintig jaar in het internationale
bedrijfsleven heeft opgedaan. Zij werkte onder meer bij Vedior Nederland, Gamma
Holding NV/Sanders BV, Firma Bosman BV, Bel’Air Gardinen GmbH, Duitsland en Bel’Air
Industries Holding SA, Frankrijk. Agnès Kusters studeerde Internationale Economie &
Bedrijfskunde aan de Ecole Supérieure de Commerce in Lyon, Frankrijk, haalde aan
de Open Universiteit Nederland haar einddoctoraal Human Recource Management
en aan de Erasmus Universiteit haar Master Business Administration (MScBA). In haar
functie van Managing Director van VisieScope begeleidt Agnès Kusters uiteenlopende
organisaties in zowel de private als publieke sector. Daarnaast verzorgt zij met
regelmaat lezingen en presentaties over diverse aspecten van verandermanagement.




                                                                                            9
Proloog
           Probeert u uw leven, uw werk, uw wereld wel eens met
           andere ogen te zien? Wat ziet u niet en wat wilt u wellicht
           überhaupt niet zien?

           Ik doe mijn best… En toch lijkt het alsof ik iedere keer
           iets gemist heb: weer een wereld die voor mij open
           gaat. Ik dacht ‘bij’ te zijn met 500+ contacten op LinkedIn,
           mijn CD’s op Ipod, zoveel apps op mijn Iphone als deze
           aankan, mijn boeken op sticks en zelfs de bibliotheek
           omgetoverd in een Wii speelkamer… en toch kom ik
           steeds nieuwe fenomenen tegen waarbij ik het gevoel
           heb een UFO te zijn. Het houdt niet op.




       ‘De echte ontdekkingsreis is niet zoeken
     naar nieuwe gebieden maar leren zien met
            nieuwe ogen’ - Marcel Proust


           Onze wereld verandert in razend tempo. En als we niet meegaan, dan worden we
           ‘wereldvreemd’, dan komen we in een soort ‘homeostasestand’ terecht. Homeostase
           is, in fysiologie, het vermogen van het lichaam om alle functies, zoals temperatuur,
           zuurgraad, bloeddruk en ademhaling, in evenwicht te houden ondanks omgevings-
           invloeden.




10
Daalt bijvoorbeeld onze lichaamstemperatuur na te lang te zijn blootgesteld aan kou
en wind, dan produceert ons hormonenstelsel hormonen totdat ons lichaam weer
een temperatuur heeft van 37 graden Celsius. Daarna wordt dit regelmechanisme
weer uitgeschakeld. Homeostase is als het ware het proces om terug te gaan naar de
voorgaande comfortzone.


Wil je als persoon je comfortzone rekken om bijvoorbeeld je fysieke weerstand en
vitaliteit te vergroten, dan heb je een flinke dosis doorzettingsvermogen nodig om door
pijn, ongemak en ongeduld heen te komen; om oude automatismen af te leren. Je zult
veel en regelmatig moeten sporten, minder alcohol drinken en vroeg naar bed moeten
gaan om je conditie te kunnen verbeteren.


Homeostase is een mechanisme dat, in onze turbulente kenniseconomie, vijand nr. 1
is voor organisaties. We blijven worstelen met het verlaten van onze comfortzone. Het
‘bekende’ lijkt zo veilig…


Deze White Paper is een betoog voor organisaties die willen veranderen. Organisaties
die hun strategische doelstellingen, structuren en processen grotendeels hebben
gedefinieerd en dus, als het ware, grip hebben op hun ‘hardware’ (het ‘wat’, het
tastbare, het ideale dat op papier staat). Zij weten in hoofdlijnen waar zij naartoe willen,
wat hun doelstellingen zijn. Niettemin, worstelen zij met de ‘hoe’-vraag: hoe ga ik het nu
bereiken? Hoe neem ik de mensen, de ‘software’ daar in mee? Hoe krijg ik mijn bestuur,
mijn management en mijn personeel mee in de veranderingen die noodzakelijk zijn
voor het voortbestaan en de verdere groei van mijn organisatie?


We beginnen met een korte blik op ontwikkelingen in uw omgeving en proberen
antwoord te geven op de vraag waarom organisaties in homeostasestand
blijven hangen. We bespreken wat de ‘Nieuwe Organisatie’ is en wat het voor u
in de praktijk betekent. We vergelijken ten slotte de traditionele benadering van
organisatieontwikkeling met ‘Organic Learning™’: dé weg om groei te kunnen
realiseren in de 21ste eeuw.


Is het glas half leeg of is het glas half vol? Het is mijn diepe overtuiging dat de komende
jaren enorme kansen bieden aan iedere manager en ondernemer die ze wil zien en
omarmen.


Agnès Kusters-Mathey


                                                                                               11
12
1. Ontwikkelingen in onze
   turbulente omgeving
1.1 De wereld verandert. U ook?

‘Veranderingen’ van onze externe omgeving zijn een
doorlopend en oneindig proces geworden. Dat de
wereld verandert, merken we iedere dag in ons werk
en in ons privéleven. Met de globalisering, de digitale
communicatie en internet verandert ons leven steeds
sneller. Veranderingen zijn snel en intensief en wie ze niet
omarmt blijft hangen in het verleden. Kijk naar muziek en
video. Wie koopt er nog een CD of een DVD in de winkel?
In 2010 is de verkoop van CD’s en DVD’s in Nederland met
respectievelijk 12% en 8% gedaald. Het downloaden van
muziek op iTunes en Sportify is met 33% gestegen.
We halen films direct via spelcomputers of tv’s binnen,
de zogenaamde ‘interactieve TV’, nu deze vaker op
het internet worden aangesloten.




                                                               13
Hieronder volgen de vier veranderingen die de meeste impact hebben op organisaties.


     1. Globalisering
     Na de mondialisering van landen en regeringen tot ca. 1800 en de mondialisering
     van multinationals tot 2000, zijn we net begonnen met de mondialisering van het
     individu. We worden ‘wereldburgers’. Dankzij alle nieuwe technologieën vervallen de
     geografische en etnische grenzen. Via media als Facebook krijgen we ‘vrienden’ in alle
     hoeken van de wereld en kunnen voor relatief weinig geld naar de andere kant van de
     aardbol vliegen. Dit maakt het mogelijk om in contact te komen met andere culturen en
     omgevingen. Iets wat voor onze ouders amper voor te stellen was...
     De wereld ligt letterlijk en figuurlijk in onze handen.




     2. Opkomende industrielanden: kansen en bedreigingen
     Iedereen heeft te maken, direct of indirect, met de ‘opkomende’ industrielanden, de
     zogenoemde BRICS-landen ofwel Brazilië, Rusland, India, China en Zuid-Afrika. Deze
     landen kenmerken zich door een ongekende economische groei (10,3% in China
     in 2010), een toppositie in de wereldhandel, een groeiende innovatiekracht en een
     arbeidsreserve om jaloers op te zijn. In Shanghai, bijvoorbeeld, studeren per jaar meer
     academici af dan in heel Europa.


     De groei van de BRICS-landen gaat gepaard met een hevige concurrentie voor
     Europa. Voor de prijs van een DVD-speler uit China kunnen we in Europa nauwelijks
     de verpakking of de handleiding maken. De concurrentie in de industriesector is voor
     ons, westerlingen, zo goed als voorbij: Europese industrieën zijn opgeheven of verhuisd
     naar ‘het oosten’. Industrieën die in Europa nog bestaan, hebben een sterk lokaal
     georiënteerde logistiek of marketing of een hoge innovatiegraad. Is dit erg?




14
Nederland heeft zich prima aangepast: 80% van de Nederlandse economie berust
tegenwoordig op de dienstverlening… Maar let op! De concurrentie in de dienstverlening
is nog maar net begonnen… Wat gaan we doen om onze welvaart te behouden, laat
staan te vergroten?




China - Shenzen – jobfair


3. Toegang tot informatie en gemak
Nieuwe technologieën en sociale netwerken geven ons toegang tot een onbeperkte
hoeveelheid en diversiteit aan informatie. Ook het gemak om informatie te delen en
‘online’ te ‘leven’, is in korte tijd enorm toegenomen. In het centrum van Rotterdam
bijvoorbeeld, hebben consumenten in principe geen cash, creditcards of pinpassen
meer nodig; zij kunnen bij meer dan zeventig winkels met hun mobiele telefoon
afrekenen. Stel je voor: je hebt geen portemonnee meer nodig, je hoeft je pincodes
niet meer te onthouden en je kunt met één druk op de knop je uitgavenpatroon in
details analyseren. Bedrijven en instellingen worden genoodzaakt om ‘organisatie 2.0’
te worden. Hier gaat het niet alleen om online marketing of e-informatieverstrekking.
Nee, het gaat om de hele organisatie die zich dient aan te passen aan de nieuwe
eisen en behoeftes van ons digitale tijdperk. Denk bijvoorbeeld aan het herstructureren
van werving & selectie van
personeel (e-recruitment),
aan het informatiseren en
flexibiliseren van communicatie
of aan het moderniseren
van arbeidsvoorwaarden en
managementstijl (het Nieuwe
Werken).




                                                                                          15
4. Rol van de consument en de klant
     Ook wij, als consument en klant, zijn de afgelopen tien jaar enorm veranderd.
     Nu we over ongekende hoeveelheden (online) informatie beschikken, zijn we in staat
     om kundige beslissingen te nemen. We vergelijken producten, diensten, prijzen,
     consumentenacties en -reacties over de hele wereld. We hebben zicht in het aanbod en
     maken maximaal gebruik van het concurrentiespel.


     De consument van de 20ste eeuw was geïsoleerd; wij zijn verbonden en georganiseerd
     in sociale netwerken en groeperingen. We delen, online, onze ideeën, ervaringen en
     gevoelens. We vragen naar gerichte tips en referenties en geven onze beoordelingen
     over producten en diensten. Consumenten en klanten zijn dienovereenkomstig actiever
     geworden. Zij moedigen elkaar aan om actie te ondernemen en hun stem te verheffen.
     Zij zijn kritisch en geven bedrijven en elkaar, gevraagd en ongevraagd, steeds meer
     feedback en advies. Ten slotte is de consument veeleisender geworden. Het product, de
     service en de communicatie dienen de beste te zijn; en de prijs, uiteraard, de laagste.



     50%
     OFF

     Glas half vol of half leeg?
     Wat zijn de consequenties van deze ontwikkelingen voor uw organisatie?


     1. Uw bedrijf beschouwen als centrum van het universum is voorbij: denk en acteer
        outside-in! Het gaat erom dat uw organisatie de veranderingen in haar externe
        omgeving begrijpt en accepteert en er vooral snel op anticipeert.
     2. Uw producten en diensten beschouwen als centrum van het universum is eveneens
        voorbij. Productinnovatie is maar een randvoorwaarde, sociale innovatie is de sleutel
        tot succes. Sociale innovatie gaat over uw relatie met klanten en de mate waarin
        uw personeel in staat is beloftes na te komen en verwachtingen van klanten te
        overtreffen.
     3. Uw werkveld is de wereld. Informatie, afzetgebieden, concurrentie, inspiratie,
        arbeidsaanbod, enzovoorts… de grenzen van organisaties worden steeds groter.
     4. Uw klanten blijven uw bestaan rechtvaardigen. Echter, uw medewerkers zijn uw
        bestaansrecht geworden… zonder ‘bekwaam’ personeel, geen klanten.
        En bekwaamheid gaat steeds meer over het bij blijven in de ‘veranderingsflow’,
        grenzen verleggen, anders durven te denken en te doen, op alle niveaus…
        weg met de homeostase!




16
1.2 Arbeidskrapte: bent u er klaar voor?

Dat Nederland snel te maken krijgt met een kwantitatieve en vooral een kwalitatieve
arbeidskrapte vanwege vergrijzing, ontgroening en nieuwe functie-eisen, is oud
nieuws. Echter, de economische crisis heeft ons de afgelopen twee jaar laten vergeten
hoe dramatisch de krapte voor onze organisaties wordt. In de pers lag de focus op
ontslagrondes, stijgende werkloosheid en slechte economische vooruitzichten. Daarbij
is de daadwerkelijke kritische situatie van de arbeidsmarkt verzwegen. Nederland
kampt nu al met een krappe arbeidsmarkt; het tekort aan bekwaam personeel gaat
de komende jaren fors stijgen. Dit geldt ook als Nederland in de komende jaren de
bescheiden geraamde economische groei rond de 2%1 bereikt.


Crisis voorbij, waar staan wij nu?
De pessimistische prognoses in 2010 over een aanhoudende stijgende werkloosheid in
2011 blijken achteraf niet juist. Na vijf kwartalen van krimp groeit het aantal banen weer
sinds het 2de kwartaal 2010.


Banen van werknemers
        x 1.000
8.100

8.000

7.900

7.800

7.700

7.600

7.500

7.400

7.300
        l ll lll lV l ll lll lV l ll lll lV l ll lll lV l ll lll lV l ll lll lV l ll lll lV l ll lll lV
          2003        2004        2005        2006        2007        2008        2009        2010

                  – Oorspronkelijk - - - Seizoengecorrigeerd



Bron: CBS, juni 2011




Werkloze beroepsbevolking
        x 1.000
550

500 Nederlandsche Bank – Economische Ontwikkelingen en Vooruitzichten - juni 2011
1
 De                                                                                                       17
450

400
Banen van werknemers
                x 1.000
     8.100

     8.000

     7.900

     7.800

     7.700

     7.600

     7.500

     7.400

     7.300
                l ll lll lV l ll lll lV l ll lll lV l ll lll lV l ll lll lV l ll lll lV l ll lll lV l ll lll lV
                  2003          2004                                                      2009        2010
     De werkloosheid daalt sinds maart 2010.2007 400.0002 werklozen in mei ligt de
                             2005  2006      Met 2008
     werkloosheid – Oorspronkelijk - - - Seizoengecorrigeerd van de beroepsbevolking. Boven de
                    onder de kritische grens van 5,5%
     5,5% werkloosheid is er sprake van een ruime arbeidsmarkt. Onder de 5,5% wordt
     de arbeidsmarkt als ‘krap’ aangemerkt; werkgevers blijven zitten met onvervulde
     vacatures, stijgende wervingskosten, toenemende ongewenste uitstroom en extra
     loonstijgingen om deze uitstroom te beperken.


     Werkloze beroepsbevolking
                x 1.000
     550

     500

     450

     400

     350

     300

     250

     200
                  l ll lll lV    l ll lll lV     l ll lll lV     l ll lll lV      l ll lll lV     l ll lll lV

                   2005             2006            2007             2008            2009           2010

                           – Gecorrigeerd voor seizoeninvloeden - - - Niet gecorrigeerd



     Bron: CBS, april 2011




18   2
         voor seizoeninvloeden gecorrigeerde werkloosheid - CBS, 23 juni 2011
Nieuw is dat de arbeidskrapte voor het eerst sinds de tweede wereldoorlog structureel
is. Dit is het gevolg van de vergrijzing en de ontgroening in Nederland. Ook als verwacht
wordt dat de uitbreidingsvraag tot 2015 nihil blijft, explodeert de vervangingsvraag met
een gemiddeld aantal vacatures in Nederland van 900.000 per jaar in de periode
2013-2016. In vergelijking zijn er in 2008, aangemerkt als hét jaar van arbeidskrapte,
1,03 miljoen vacatures geteld in Nederland. We komen dichtbij dit record.




Indicatie vacature-ontwikkeling per sector 2012-2015


Sector                                                 (Gemiddeld) aantal vacatures per jaar (x 1.000)
                                                       2009       2010        2011 2012-2015

Detailhandel                                              136          175          195      198
Adviesbureaus en makelaardij                               60           78           97       114
Horeca en catering                                         53           69           83       96
Zorg                                                       74           78           83       89
Groothandel                                                43           51           67        77
Toerisme en maatschappelijke organisaties                  41           52           59       64
Industrie                                                  42           32           44       54
Vervoer en telecom                                         31           42           50       54
Uitzendwezen en rest zakelijke diensten                    39           43           46       53
Financiële diensten                                        29           36           41       49
Welzijn                                                    35           38           41       45
Bouw en bouwinstallatie                                    26           17           31        41
Onderwijs                                                  35           35           37        41
Landbouw en visserij                                       15           25           31       34
Openbaar Bestuur                                           28           28           30       34
ICT                                                        16           23           28       29
Schoonmaak                                                 21           19           19       20
Nutsbedrijven                                               3            2            2         2
Delfstoffenwinning                                          1            1            1         1

Totaal                                                   725          845          987      1.094

Bron: UWV Werkbedrijf, juni 2011




Bovengenoemde cijfers zijn gebaseerd op een voorzichtige economische groei van 2%.
Laten we vanuit het oogpunt van krapte op de arbeidsmarkt hopen dat de economie
niet harder gaat aantrekken!




2
    Centraal Planbureau, 2010                                                                            19
Arbeidskwaliteit in de 21ste eeuw
     De eisen van onze turbulente omgeving en het economische stelsel van Nederland
     in het bijzonder, maken de vooruitzichten van de arbeidsmarkt voor werkgevers nog
     somberder.


     We weten allemaal dat de turbulente economische omgeving steeds hoger
     gekwalificeerde medewerkers eist. De uitdaging ligt in het feit dat ‘kennis’ lang niet
     meer voldoende is om productief te zijn. Kennis veroudert snel. Jongeren worden
     opgeleid voor banen die nu nog niet bestaan en om problemen op te lossen die we
     nu nog niet kennen. Volgens het Ministerie van Onderwijs van de Verenigde Staten
     bestond de top-10 banen in 2010 nog niet in 2004.


     Naast specifieke vakkennis beschikt de getalenteerde kenniswerker van de 21ste
     eeuw vooral over ‘nieuwe competenties’. Hier valt te denken aan sociale intelligentie,
     veranderingsgezindheid, absorptievermogen, communicatieve vaardigheden en
     creativiteit.


     Driekwart van de Nederlandse werkgevers zijn dienstverleners. Ongeacht de sector
     waarin zij werkzaam zijn, gaan ze op zoek naar vrijwel dezelfde talenten. Dit
     gaat leiden tot een schreeuwend tekort aan bekwaam personeel en tot een felle
     concurrentie tussen organisaties en brancheverenigingen.


     Glas half vol of half leeg?
     Al deze ontwikkelingen hebben consequenties voor uw organisatie:
     1. De groei van uw organisatie komt in gevaar door gebrek aan bekwaam personeel.
     2. Het is 5 voor 12. De ontwikkelingen op de arbeidsmarkt zijn zodanig complex en
         omvangrijk, dat u tijd nodig heeft om het juiste beleid voor uw organisatie uit te
         kunnen stippelen en implementeren voordat u getalenteerde kenniswerkers heeft
         geworven en ontwikkeld.
     3. De enorme krapte noodzaakt u om intern talenten te ontwikkelen.
         Alle medewerkers, op alle niveaus, in de lijn en in de staf, jong en oud,
         zullen moeten voldoen aan de nieuwe competentie-eisen.
     4. Wie vooruitloopt, komt in de positieve spiraal: wie de eerste ‘innovatieve’
         maatregelen ontwikkelt en uitvoert, werft het beste personeel, verbetert
         zijn werkgeversimago en blijft (hopelijk) voorop lopen. Employerbranding,
         bijvoorbeeld, wordt belangrijker dan ooit. Er ontstaat een steeds grotere kloof
         tussen ‘old school’ en ‘new school’ organisaties met, respectievelijk, verslechterde
         of verbeterde concurrentieposities.


     Hoe u met deze consequenties kunt omgaan, komt later in deze White Paper
     ter sprake.


20
1.3 Vergrijzing: 2011 als mijlpaal – maak je borst maar nat!

Dat Europa de komende jaren in dubbel tempo vergrijst is oud nieuws; dat weten we
al dertig jaar. Echter, we gaan nu pas daadwerkelijk de consequenties merken. Dit jaar
begint de omvangrijke baby-boom generatie (geboren in de jaren 50 en begin 60) de
pensioengerechtigde leeftijd te bereiken, waardoor het aantal ouderen razend snel
stijgt. Tot 2015 komen er in Nederland een half miljoen 65-plussers bij. Ter illustratie, in
de afgelopen vijf jaar ging het nog maar om een kwart miljoen.




De vergrijzing zal de komende decennia niet alleen toenemen vanwege demografische
ontwikkelingen. Ook de stijgende levensverwachting zal een steeds belangrijkere rol
spelen. Per jaar worden we gemiddeld drie maanden ouder; dit betekent gemiddeld
vier jaar per generatie. Met de innovatie en ontwikkelingen in de gezondheidszorg blijft
deze parameter alleen maar stijgen.




                                                                                               21
Levensverwachting door de eeuwen heen



                                                                                                                       2010 - 2050


                                85

                                80

                                75
     Life expectancy in years




                                70

                                65

                                60

                                55
                                                                                                                Hart- en vaatziekten
                                50
                                                                                                                Antibiotica, vaccins
                                45
                                                                                                                Drinkwater en riolering
                                40
                                                                                                                Industriële revolutie
                                35

                                30
                                     1600      1650   1700    1750    1800   1850    1900    1950   2000
                                                                     Year
                                            Bron: TopInstituut Gezond en Succesvol Ouder Worden (TI-GO)


                                            Het spreekt voor zich dat de basis oudedagsvoorziening (later tot AOW omgedoopt)
                                            niet meer van onze tijd is. Deze is in 1947 door de toenmalige Minister van Sociale
                                            Zaken Willem Drees op basis van een gemiddelde levensverwachting van 75 jaar
                                            ingevoerd. In dit perspectief is de verhoging van de pensioenleeftijd van 65 naar
                                            67 jaar nog zeer bescheiden en slechts een begin.


                                            Door de vergrijzing en de noodzakelijke verhoging van de pensioenleeftijd zal het
                                            aantal oudere medewerkers binnen uw organisatie aanzienlijk toenemen. Hierbij is
                                            2011 een mijlpaal. Vanaf dit jaar gaat het aantal ‘senioren’ dat nog vijf tot vijftien jaar
                                            bij u zal werken in razend tempo groeien. Dit staat in schril contrast in tot de huidige
                                            situatie waarin veel werkgevers hun ‘oudere medewerkers’ liever kwijt dan rijk zijn.


                                            De ‘Ageing challenge’ voor organisaties ligt niet primair in het vervangen van
                                            senioren die met pensioen gaan. Nogmaals, we hebben genoeg tijd (gehad)
                                            om hierop te anticiperen. De uitdaging ligt op twee andere fronten.




22
-   Hoe houden we de groeiende groep werkende ouderen productief? Felix Steemers
    toont in zijn promotieonderzoek aan dat de inzetbaarheid van medewerkers over
    het geheel genomen al vanaf ongeveer hun 40ste jaar terugloopt. In een wereld
    die snel verandert en eist dat u uw producten, diensten en bedrijfsvoering even snel
    aanpast, is het noodzakelijk dat uw personeel, dus ook uw senioren, productief en
    inzetbaar blijft.
-   De tweede uitdaging is het vermijden dat deze groep een belemmering vormt voor
    de veranderingsgezindheid van uw organisatie. Hierbij valt bijvoorbeeld te denken
    aan innovatie, het omgaan met nieuwe technologieën en communicatiemiddelen,
    het samenwerken met jongere generaties, kortom het doorbreken van verouderde
    denk- en gedragspatronen.


Glas half vol of half leeg?
Ik zie de vergrijzing sneller als kans dan als bedreiging. Senioren zorgen voor stabiliteit,
organisatieloyaliteit, ervaring en tegengewicht voor de soms ‘chaotische’ creativiteit en
vrijheid van jongeren. Generaties vullen elkaar perfect aan, als je hun specifieke krachten
maar herkent en erkent en er iets mee doet.


Daarnaast worden organisaties, dankzij de grote impact van de vergrijzing, gedwongen
om te vernieuwen. Niets doen is er niet meer bij. Eindelijk de kans om echte, structurele
veranderingen door te voeren.


Maar wees alert: de productiviteit en prestatie van uw organisatie worden in de
komende jaren steeds meer afhankelijk van senior medewerkers. Zij moeten dan
ook meer aandacht krijgen, wilt u hun krachten optimaal benutten en ze fit, inzetbaar
en gemotiveerd houden. Gericht beleid is onontkoombaar om senioren productief te
houden in de transformatie die in uw organisatie de komende jaren zal moeten
worden doorgemaakt.



                                                                                               23
1.4 Ontwikkelingen in de samenleving

     De nieuwe generatie: nieuwer dan ooit
     De massale uittocht van babyboomers en het tekort aan jongeren om deze te
     vervangen, maken beschikbare jongeren in het bijzonder belangrijk. De jonge
     generatie krijgt verschillende stempels mee zoals ‘generatie Mij’, ‘generatie 2.0’,
     ‘gamers’, ‘grenzeloze generatie’, of ‘screenagers’. Dit zijn jongeren tot begin 30 die
     opgegroeid zijn in het tijdperk van overvloed. Overvloed aan kennis (internet), aan
     informatie (digitale technologieën), aan keuzes, aan welvaart. Hun maatschappelijke,
     economische, sociale en politieke referentiekaders zijn daar voortvloeisels van.
     Deze bepalen voor een belangrijk deel hun persoonlijkheid, mentaliteit, drijfveren,
     behoeften en ambities, zowel professioneel als privé.


     Jongeren zijn zelfbewust, assertief en weten goed wat hun wensen en rechten
     zijn. Ze zijn veeleisend en beter opgeleid dan voorgaande generaties.
     Op de arbeidsmarkt zoeken zij vooral inhoudelijke uitdagingen, zinvol werk,
     ontplooiingsmogelijkheden en vrijheid. Zij willen zo veel mogelijk ervaring opdoen en
     leren van anderen. Vrijheid in de invulling van hun werk en van hun werktijd spreekt
     voor zich. Jongeren denken in termen van ‘output’. Of zij ’s nachts, op het strand op
     Bali of op een flexibele werkplek langs de snelweg, hun werk doen is niet relevant.
     Het gaat om de bereikte resultaten. Ten slotte, carrière maken is belangrijk maar mag
     niet ten koste gaan van alles. Vrije tijd en privéleven zijn meer bepalend voor wie je
     bent dan je werk.


     Verschillen tussen generaties
     Tijdens Prinsjesdag 2010 noemde Minister Donner (toen demissionair Minister van
     Sociale Zaken), ‘het goed laten functioneren van de arbeidsmarkt en het maximale
     halen uit de drie werkende generaties’ de achilleshiel voor het herstel van de
     Nederlandse economie. Organisaties worden voor het eerst geconfronteerd met het
     managen van drie werkende generaties waarvan de jongste, de allerbelangrijkste
     voor onze toekomst, wezenlijk verschilt van de twee eerste.




24
Verschillen tussen de 3 werkende generaties


Generatie          Babyboom                    X                             X
                   (50-plussers)               (tussen 35 en 50 jaar)        (tussen 20 en 35 jaar)

Mentaliteit        - status gevoelig (titel,   - functioneel, rationeel      - jezelf ‘zijn’ staat voorop
                     functie, geld)            - team als kracht             - eigenzinnig, authentiek
                   - individualistisch                                       - werken is prettig,
                                                                               ontdekken

Managen            - hiërarchisch              - resultaatgericht            - transparantie
                   - conflictvermijdend        - efficiency voorop           - authentiek
                   - vertrouwelingen om        - autoriteit verdiend via     - allergie aan ‘oude’
                     zich heen                   kennis & vaardigheden         patronen
                                                                             - autoriteit is relatief

Samenwerken        - goede sfeer belangrijk    - noodzakelijk                - als no-nonsense
                                                                             - diversiteit

Communiceren       - overtuigen,               - zakelijk & zinvol           - snel en doelgericht
                     argumenteren              - open, direct                - constructief kritisch
                   - politiek                  - persoonlijk contact         - multitasking

Veranderen         - (her)structureren         - verbeteren                  - doorlopend proces
                                               - professionaliseren          - in (kleine) stappen

Besluiten          - consensus                 - pragmatisch                 - snel
                   - politiek                  - krachten benutten en        - op goed gevoel
                                                 bundelen

Opleiden / leren   - zelfontplooiing           - zelfontplooiing, leren in   - ontwikkelen in privé
                   - solistisch                  het werk                      en werk
                                               - van elkaar, van experts     - het gaat om leren jezelf
                                                                               te zijn
                                                                             - leren van iedereen

Conflict hantering - voorzichtig, vermijden,   - meervoudig kijken           - transparantie
                     reactief                  - enige zelfreflectie         - laten gaan
                   - weinig zelfreflectie

Bron: VisieScope, bewerking van wetenschappelijke en empirische onderzoeken




                                                                                                            25
Diversiteit: allochtonen en vrouwen


     Allochtonen
     Toen de geboortegolf van de jaren 50 en 60 inzakte, door een scala aan moderne
     trends als secularisering, emancipatie en individualisering, werd de immigratie de motor
     achter de sterke bevolkingsgroei in Nederland. De herkomst van immigranten was
     zeer divers: Surinamers na de onafhankelijkheid van Suriname in 1975, landgenoten
     uit de Nederlandse Antillen, gastarbeiders uit Zuid- en Oost- Europa en Noord-Afrika,
     studenten uit China en politieke vluchtelingen uit onrustige gebieden. Sinds die tijd is de
     ‘diversiteit’ in Nederland alleen maar toegenomen met alle consequenties van dien voor
     de diversiteit aan culturele en etnische modellen.


     Met een recordaantal van 140.000 immigranten in 2008 is de verwachting dat de
     Nederlandse beroepsbevolking nog zo’n 30 jaar zal toenemen, voornamelijk dankzij de
     immigratie. Daarnaast is de allochtone bevolking jonger dan de autochtone. In de grote
     steden van West-Nederland vormen de helft van de jongeren van niet-westerse afkomst
     tot 20 jaar uw toekomstige medewerkers en managers.


     Aandeel niet-westerse allochtonen onder jongeren
          % van de 0- tot 20- jarigen
     60

     50

     40

     30

     20

     10

      0
                 Nederland              Amsterdam    Rotterdam           Den Haag
     Bron: CBS


     De rijke diversiteit aan immigranten leidt tot een hoge diversiteit van onze samenleving.



     Vrouwen
     Dat de positie van vrouwen op de Nederlandse arbeidsmarkt niet bij onze tijd past is
     bekend. Slechts 20% van de vrouwen met kinderen werkt fulltime tegen gemiddeld 62%
     in de Europese Unie. Wat managementfuncties betreft, staat Nederland onderaan de
     lijst, achter Pakistan, op de ranglijst van het aantal vrouwen in bestuursfuncties.




26
Vrouwen vormen één van de belangrijkste arbeidsreserves voor de toekomst. Naast een
ongekend onbenut potentieel van beschikbare arbeidsuren zijn zij dé kenniswerkers
van morgen: voor het eerst in Nederland zijn vrouwen in de leeftijd van 25 tot 35 jaar
beter opgeleid dan mannen (respectievelijk 42% en 36% met een hbo- of wo-diploma).


Glas half vol of half leeg?
Wat zijn de consequenties van deze ontwikkelingen voor uw organisatie?
1. Kenmerken van jongeren en van de ‘nieuwe’ consument en klant (ongeacht de
   leeftijd) sluiten nauw aan bij elkaar. Jongeren zijn dé motor van vernieuwing voor
   uw organisatie.
2. De 3 werkende generaties vullen elkaar perfect aan voor een high performance
   organisatie. Voorwaarde is wel dat u bij de inzet de verschillen kent, erkent en benut.
3. In een krappe arbeidsmarkt, zult u een aantrekkelijke werkgever moeten zijn, ook
   voor allochtonen en vrouwen.
4. Als leverancier moet u toegevoegde waarde brengen aan de ‘nieuwe’ consumenten.




                                                                                             27
28
2. De nieuwe organisatie
Het eerste hoofdstuk geeft een korte blik op ontwikkelingen
in onze externe omgeving. Deze ontwikkelingen zijn snel,
complex en grotendeels onvoorspelbaar. In dit hoofdstuk
proberen we uit te leggen waarom organisaties zo veel
moeite hebben om zich aan te passen aan omgevings-
turbulenties. We schetsen vervolgens de kenmerken van de
Nieuwe Organisatie en wat dit voor u in de praktijk betekent.

2.1 Van homeostase…

Nederland staat niet voor niets op de 7de plaats3 op de ranglijst van rijkste landen
ter wereld. Deze positie is grotendeels te danken aan het poldermodel. In de jaren
80 en 90 heeft het model uitstekend gefunctioneerd. We zaten nog in het tijdperk
van industriële economieën waarin product en procesefficiency centraal stonden.


Nu, 30 jaar later, in het tijdperk van kenniseconomieën, hebben we last van ‘ons
poldermodel’. Onze directeuren, managers en professionals zijn hiermee opgegroeid.
Zij sturen op kosten en procedures. Input en controles zijn hun referentiekaders voor
succes. Het bewijs? Kijk maar eens hoe directeuren de afgelopen twee jaar, tijdens de
crisis, ‘harder’ zijn gaan managen door het opstapelen van Key Performance Indicators,
targets en rapportages.




3
    bbp per hoofd van de bevolking, Internationaal Monetair Fonds, 2009                  29
De moderne kenniseconomie stelt andere eisen en veel managers hebben moeite om
                   hun gevestigde denk- en gedragpatronen te verleggen. Het lukt ze niet om, structureel,
                   controle los te laten, om out-of-the box te denken en vooral om hun teams slimmer en
                   innovatiever te managen.


                   De polder voorbij

     Van poldermodel…                                                 ... naar deltamodel sociale innovatie
     Consensus, vertegenwoordiging belanghebbenden                    Dynamische kennisstromen
     Industriële economie, lage toegevoegde waarde                    Kenniseconomie, hoge toegevoegde waarde
     Crosshierarchisch management                                     Crossfunctioneel en crosscultureel
     Traditionele organisatievormen                                   Flexibele organisatievormen
     Laaggeschoolde productiemedewerkers                              Hooggeschoolde kenniswerkers

                   Bron: Prof. dr. H. Volberda


                   Nederland is sinds het begin van de 21ste eeuw in een stilstand gekomen. Wij zijn
                   van de 3de plaats (2000) gedegradeerd naar de 10de plaats (2009) op de ranglijst
                   van meest concurrerende en innoverende landen ter wereld4. Dat ligt niet aan de
                   kwaliteit van Research & Development, of aan het aantal octrooien. In dat opzicht
                   gaat het juist uitstekend. Het zijn verrassend genoeg vooral de ‘zachte’ kanten in de
                   bedrijfsorganisatie waar Nederland achterstanden oploopt.


                   ‘Sociale innovatie is veel belangrijker dan Research & Development’, zegt Prof. dr.
                   Henk Volberda, hoogleraar strategisch management aan de Rotterdam School of
                   Management - Erasmus Universiteit. Hij baseert zijn uitspraak op onderzoek onder
                   10.000 bedrijven en instellingen in Nederland. Daaruit blijkt dat slechts 25% van
                   het innovatiesucces wordt bepaald door R&D en 75% door slim managen en
                   innovatief organiseren.




                   4
                     World Economic Forum, 2010 – in 2010 is Nederland gestegen tot de 8ste plaats, het heeft echter voornamelijk te
                   maken met investeringen in de publieke sector (fysieke infrastructuur en gezondheidszorg) en nauwelijks met de
30                 verbetering van bedrijvigheid
2.2 … naar de Nieuwe Organisatie

Waaraan voldoet de Nieuwe Organisatie? C.K. Prahalad, Hoogleraar Corporate Strategy
aan de University of Michigan: ‘We hebben honderd jaar gewerkt volgens het idee dat
het bedrijf het centrum van het universum was. Alles draait om het bedrijf… We moeten
echt vanaf nul beginnen, ons hele bestaande waardesysteem overboord gooien en niet
alleen nieuwe bekwaamheden leren, maar zelfs een hele nieuwe manier van denken’.


Van ‘de traditionele organisatie’ naar ‘De Nieuwe Organisatie’


                               20ste eeuw - De Traditionele      21ste eeuw - De Nieuwe
                               Organisatie                       Organisatie
 Visie                         Visie op markt en klanten         Visie op ontwikkelingen van
                                                                 alle stakeholders
 Strategie bepaling            Topmanagement                     Hele organisatie met cruciale rol
                                                                 voor lijnmanager
 Perspectief                   Stabiliteit, evenwicht,           Instabiliteit, uitspringen, excelleren
                               consensus, gemiddelde
 Human Capital                 Ondersteunend                     CHCO: Chief Human Capital Officer
 Management
 Managementstijl &             Managen, beheren, directief       Creatief leiderschap, sociale
 leiderschap                   leiderschap, stand alone          innovatie
 Bedrijfsvoering               Scheiding tussen denken en        Doorlopende ontdekking, leren,
                               doen                              zich aanpassen
 Rol topmanagement             Middelen toewijzen                Talenten onthullen, ontwikkelen
                                                                 en benutten
 Positionering                 Bedrijf staat centraal            Talenten staan centraal
 Critical resources            Financiële en fysieke aspecten    Talenten, kennis, infrastructuur
                                                                 voor dialoog
 Generatiemanagement           Kennis & ervaring, generatie      Vaardigheden, houding & gedrag,
                               1.0 (Babyboom/X)                  mix generaties 1.0 (babyboom/X),
                                                                 2.0 (Y) en aankomende Z (jonger
                                                                 dan 20 jaar)
 War for Talent                Werkgever is klant                Talent is klant
 Relatiemanagement             Samenwerking, intern en           Co-creatie, intern en extern
                               extern                            geïntegreerd
 Tijdperspectief               Lange termijn                     Korte termijn en middellange
                                                                 termijn
 Veranderen & leren            Fysiek (structuren, financiële    Organisch, dagelijks, incrementeel
                               aspecten)                         (‘in lagen’)


Bron: VisieScope
                                                                                                          31
Om te groeien naar het model van de Nieuwe Organisatie is het doorslaggevend dat
     er bij het management een passie is om te veranderen. Passie voor het verleggen
     van zijn eigen grenzen en passie voor het doen excelleren van zijn team en
     organisatie. Alleen ambitieuze mensen zullen het verschil maken. De ‘zesjescultuur’ is
     definitief voorbij.


     Veranderen betekent innovatief organiseren, het lef hebben om de arbeid anders
     in te richten. Nieuwe Organisaties zijn platter, functioneren volgens het principe van
     het Nieuwe Werken en zijn ingericht voor hun personeel. Het hart van de organisatie
     is het personeel. De Nieuwe Organisatie is ingericht voor het aantrekken van
     kenniswerkers, het binden en boeien van medewerkers en het verder ontwikkelen
     van talenten.




32
2.3 Wat betekent dit in de praktijk?

In de praktijk betekent dit een driedimensionale aanpak.


1. Het volledig integreren van Human Capital in de algemene visie, missie en strategie
   van de organisatie
2. De gap tussen de huidige situatie (IST) en de gewenste situatie (SOLL) vastleggen
3. Het implementeren van de juiste én innovatieve HRM-instrumenten met nadruk op
   Leren (= veranderen) & Ontwikkelen


De 7 stappen van Human Capital Management


                                                                                 Omgeving
 1                                          Organisatie
     Bewustwording
 2
                                               HCM


 3                                             ‘IST’
                                                                                     Strategie
     Beeldvorming

 4
                                              ‘SOLL’



 5                                           Instroom                                 Doelen




     Implementatie                          Doorstroom
 6

                                                                                       Acties


                                             Uitstroom
 7




Bron: VisieScope



Bewustwording
Stap 1: bepaling van de visie, missie en strategie van de organisatie op basis van
een omgevingsanalyse
Stap 2: integratie van de Human Capital Management visie, missie en strategie




                                                                                                 33
Beeldvorming
     Stap 3: analyse van de huidige situatie (IST) m.b.t. Human Capital Management
     Stap 4: omschrijving van de gewenste situatie (SOLL) m.b.t. Human Capital
     Management
     > Vastlegging van de gap tussen IST en SOLL en bepaling van de tactische doelen


     Implementatie
     Keuze, vormgeving en uitrol van de geschikte instrumenten en processen met
     betrekking tot:
     Stap 5: instroom
     Stap 6: doorstroom
     Stap 7: uitstroom


     1. Het volledig integreren van Human Capital in de algemene visie, missie en
        strategie van de organisatie


     We spreken niet meer over het ‘beheren van personeel’ (Human Resource
     Management) maar over het ontwikkelen en leiden van talenten (Human Capital
     Leadership). Human Capital is de motor van de organisatie; financiële en fysieke
     factoren zijn slechts randvoorwaarden geworden.


     De eerste consequentie is dat HRM volledig deel moet uitmaken van het algemeen
     bestuur. Dit is een vereiste om Human Capital te kunnen integreren in de
     organisatiestrategie. Bij 60% van de Nederlandse organisaties zit HRM niet in de hoogste
     bestuurslaag. Bij bedrijven met meer dan 1000 medewerkers geldt dit voor 50%. Het is het
     hoogste percentage op één na van alle EU-landen 5. Hieruit blijkt dat HRM in de visie en
     missie van de organisatie meestal nog lang geen volledige entiteit is.


     ’HRM heeft in Nederland een zwaar operationeel karakter’ zegt Job Hoogendoorn,
     directeur en hoofddocent HRM aan de Rotterdam School of Management - Erasmus
     Universiteit. 83% van de bedrijven heeft een formele ondernemingstrategie. Daarvan
     heeft maar 44% de vertaalslag gemaakt naar een HRM-strategie. Van deze 44% heeft
     de helft ook daadwerkelijk actieprogramma’s gemaakt. Slechts een fractie daarvan
     wordt uitgevoerd.


     De tweede consequentie is dat de implementatie van HRM door de lijnmanagers
     plaatsvindt. Managers moeten de verantwoordelijkheid nemen en dragen voor
     het ontwikkelen en leiden van hun personeel. Een HRM-afdeling kan een beleid
     ontwikkelen, instrumenten ontwerpen en faciliteren; de uitvoering van een succesvolle
     HRM-strategie ligt echter in de operatie.




34   5
         J. Hoogendoorn, Rottedam School of Management – Erasmus Universiteit
In het verlengde daarvan ligt de uitdaging van HRM-managers in het veel actiever
opeisen van hun rol en positie in de strategische besluitvorming en als ‘businesspartner’
van de lijn.


2. De gap tussen de huidige situatie (IST) en de gewenste situatie (SOLL) vastleggen


Het is verbazingwekend hoeveel HRM-instrumenten er worden ontwikkeld, die
vervolgens niet of slecht door de operatie worden gebruikt. Vaak is dit het gevolg van
het feit dat instrumenten worden ontwikkeld om een knelpunt op te lossen in plaats van
invulling te geven aan een doorgedachte HRM-strategie.


Bij een grote organisatie werd geconstateerd dat de lijnmanagers onvoldoende
aandacht gaven aan hun teams. Naar aanleiding daarvan werd flink geïnvesteerd
in het ontwikkelen van een Performance Management Cyclus. De 360° feedback,
functionerings-, beoordelings- en POP- gesprekken zouden dienen als contactmomenten
tussen de manager en de medewerkers. Twee jaar later werd met pijn geconcludeerd
dat deze contactmomenten afgeraffeld werden of überhaupt niet plaatsvonden. De
performance management cyclus was uitgestippeld om het probleem ‘gebrek aan
aandacht’ op te lossen; een soort symptoombestrijding zonder te kijken naar de oorzaak
van het probleem, de ‘echte ziekte’. Dit heeft veel geld gekost en niets verbeterd.


Om dit soort desinvesteringen te voorkomen, is eerst een gedegen analyse van
de gap tussen de huidige en de gewenste situaties met betrekking tot Human
Capital noodzakelijk. In hetzelfde voorbeeld zou de analyse eerst gaan over
onder meer leiderschap en managementcompetenties. Welke leiderschapstijl en
managementcompetenties hebben we nu in huis en wat is over twee jaar wenselijk?


Pas als de gap geanalyseerd is, kunnen de juiste instrumenten worden ingezet. Anders
bestaat er een groot risico op het maken van dubbele kosten: de directe kosten voor het
ontwikkelen van een instrument dat niet of slecht wordt gebruikt en de indirecte kosten
voor de implementatie van een instrument dat een bescheiden rendement haalt.
Hierbij is nog geen rekening gehouden met de negatieve impact op het imago van
de HRM-afdeling die weer ‘iets dropt’ in de operatie.




                                                                                            35
3. Het implementeren van de juiste én innovatieve HRM-instrumenten met nadruk
                        op Leren (= veranderen) & Ontwikkelen


                     Human Capital Management - implementatiefase



                                                                              functie- en taakdifferentiatie
                                                                              recruitment
                                                                              selectie
                                                                              introductie
                                        Instroom                              inwerkprogramma

                                                                             Learning & Development:
                                                                              careerplanning
                                                                              succession planning
                                                                              persoonsgebonden opleidingsbudget/plan
                                                                              (maatwerk) opleiding
                                                                              talentmanagement
                                                                              management development
                                                                              coaching
                                                                              mentoring
                                                                              mobiliteit
Implementatie                                                                Compensation & benefits:
(HRM-instrumenten)                  Doorstroom                                arbeidsvoorwaarden à la carte
                                                                              flexibele werktijden
                                                                              individuele regelingen verlof & levensloop
                                                                             Vitaliteit:
                                                                              energie management
                                                                              Arbo
                                                                             Performance management


                                                                              exitonderzoek
                                    Uitstroom                                 pensioen / outplacement
                                                                              input: coaching
                                                                              output: mentoring & projects




                     Bron: VisieScope


                     HRM-instrumenten zijn alleen effectief als zij voortvloeien uit een doorgedachte
                     HRM-visie en strategie en als zij aan elkaar worden gekoppeld.


                     We hebben net onderbouwd hoe krap de arbeidsmarkt wordt. In tijden van arbeids-
                     krapte wordt er fors geïnvesteerd in de werving & selectie van nieuwe medewerkers.
                     Arbeidsmarktcommunicatie, recruitersteams, assessments, aannamekosten,
                     inwerkprogramma’s, het houdt niet op. Deze investeringen zijn zinloos als de
                     achterdeuren van de organisatie open blijven staan, als medewerkers even snel
                     uitstromen. Organisaties moeten beseffen dat een succesvolle invulling van de
                     HRM-strategie begint met het binden en boeien van personeel.


                     Binden en boeien doe je door medewerkers ruimte, inspiratie en middelen te bieden
                     voor verdere ontwikkeling van talenten. Uiteraard dienen de primaire en secondaire
                     arbeidsvoorwaarden marktconform te zijn. Daar gaan kenniswerkers van uit. Uw



36
onderscheidingsvermogen als werkgever ligt echter in ontwikkelingsinstrumenten
als careerplanning, stretch assignments, persoonlijke ontwikkeling, Management
Development en interne mobiliteitstrajecten. Dit geldt des te meer voor jongeren die
voortdurend op zoek zijn naar ontplooiing, ontdekking en zingeving. Biedt u in deze zin
als werkgever geen passende werkomgeving, dan is de uitstroom van jonge talenten
minstens zo groot als de instroom. Bovendien loopt uw werkgeversreputatie gevaar,
want jongeren delen hun ervaringen op internet en geven hun ongezouten mening over
uw organisatie!


HRM-instrumenten faciliteren de ontwikkeling van personeel, maar voor de échte
ontwikkeling is het management cruciaal. Zijn uw managers in staat om duidelijke
verwachtingen uit te spreken en effectieve feedback te geven? Generatie Y heeft weinig
met de traditionele hiërarchische rapportagelijnen. ‘Een leidinggevende, prima, maar laat
dat vooral iemand zijn van wie we iets kunnen leren’, is de moraal. Blijven uw managers
hun teams aansturen volgens de kenmerken van de ‘Traditionele Organisatie’? Dan blijven
de achterdeuren hoogstwaarschijnlijk open staan.


Ten slotte zullen organisaties niet alleen moeten roepen dat zij hun talenten belangrijk
vinden, zij zullen het vooral moeten laten zien. Practice what you preach! Edward
Lawler, Hoogleraar aan de Universiteit van Southern California, waarschuwt nu al voor
de ‘Talent lie’ – zeggen dat mensen belangrijk zijn maar er niet naar handelen.




                                                                                            37
38
3. Organic Learning™: dé weg
   naar de Nieuwe Organisatie
In onze turbulente omgeving heeft Human Capital Manage-
ment de sleutelrol in het vernieuwen van organisaties. De
vraag is nu, hoe een traditionele organisatie transformeren
in een Nieuwe Organisatie?

Het mag duidelijk zijn dat de kern van transformatie in het
‘leren & ontwikkelen’ zit. Het derde hoofdstuk vergelijkt
de traditionele inzet van ‘Learning & Development’ met
‘Organic Learning’: succesvol veranderen in de 21ste eeuw.



Inleiding

Lukt het niet om onze organisatie te veranderen, dan veranderen we de woorden die
we gebruiken om zaken aan te duiden. ‘Leidinggeven’ wordt ‘coachen’, ‘cafetaria-plan’
wordt ‘employee benefits’, ‘personeelsontwikkeling’ wordt ‘Learning & Development’,
taakstelling wordt ‘balanced scorecard’ en de ‘afdeling opleiding’ wordt een eigen
‘Academy’. Onderzoek wijst keer op keer uit dat het met Learning & Development maar
niet wil vlotten. De validiteit van leerstijltests blijkt keer op keer te laag. De relatie tussen
certificering en kwaliteit is nog nooit aangetoond. We houden vast aan theorieën en
modellen die ons geruststellen maar waar we nauwelijks van leren.




                                                                                                    39
3.1 De traditionele inzet van ‘Learning & Development’

     1. Kennisgedreven en ver van de werkvloer
     De traditionele benadering van Learning & Development (L&D) is kennisgedreven en
     vindt ver van de werkvloer plaats, in gesimuleerde leersituaties.


     ‘Kennis is macht’. Zo veel mogelijk kennis opbouwen werkte uitstekend in het
     industriële tijdperk. In de kenniseconomie verandert kennis zodanig snel, dat het
     voor medewerkers onmogelijk is om de flow aan nieuwe kennis bij te houden. De
     uitdaging ligt niet in de hoeveelheid opgestapelde kennis. Nee, de uitdaging ligt in de
     bekwaamheid om de juiste kennis te vergaren op het juiste moment, deze kennis te
     absorberen, interpreteren en door te vertalen naar de specifieke behoeftes van
     de organisatie.


     In de traditionele benadering van L&D worden vaardigheden geoefend in gesimuleerde
     leersituaties, ver van de werkvloer. Tijdens trainingen worden modellen doorlopen en
     vaardigheden geoefend. Komt de medewerker terug naar de werkvloer, dan is het
     effect van de training vaak binnen enkele dagen verdwenen. Bij een grote organisatie
     hadden managers hun communicatieve vaardigheden getraind in een 10-daags
     trainingsprogramma. Zij kenden de regels van feedback uitstekend, konden de
     principes van effectief communiceren prima tekenen en de valkuilen, ervaren tijdens de
     rollenspelen, goed weergeven. In de dagelijkse praktijk merkten hun teams echter niets
     van hun leertraject. De mislukking lag niet aan de kwaliteit van de trainingen, deze was
     uitstekend. De mismatch werd veroorzaakt door de loskoppeling van de leergang en
     het functioneren van de manager op de werkvloer.


     Uiteraard ontstaan er talloze leervormen zoals ‘action-learning’ en leiderschaps-
     projecten om de brug te slaan tussen opleidingen en dagelijkse praktijk. Echter, het
     leerproces vindt plaats in een ‘simulatie’ die tijdelijk ingericht is. Komt de medewerker
     terug op zijn werkplek, dan belandt hij meestal weer snel in zijn oude denk- en
     gedragspatronen.


     2. Verbeteren wat ik niet kan of niet wil
     De traditionele benadering van L&D is gericht op het verbeteren van beperkingen en
     aandachtspunten van de medewerker.


     Naar aanleiding van een functioneringsgesprek worden Persoonlijk Ontwikkelings-
     plannen vastgelegd. De leerdoelen betreffen vooral competenties die bij de
     medewerker onvoldoende zijn ontwikkeld.




40
Traditionele ontwikkeling raakt meestal alleen het eerste niveau van leren en
veranderen: het waarneembare gedrag. Het onzichtbare, zoals motivatie, identiteit,
overtuigingen en normen en waarden, wordt nauwelijks of slechts tijdelijk getroffen.


Een manager die zijn klantgerichtheid ‘moet’ ontwikkelen, zou er eerst achter moeten
komen of hij dat eigenlijk wel wil, waarom hij nu acteert zoals hij het doet en of hij
over de innerlijke competenties beschikt (sociale vaardigheid, lef, creativiteit) om
überhaupt klantgerichter te worden. Doe je dit niet, dan heeft het ontwikkelingtraject
een averechts effect. Denk aan ineffectiviteit en demotivatie van de manager die zich
nauwelijks verder ontwikkelt, aan tijdverlies en slecht besteed opleidingsgeld en aan
het mogelijke verlies van klanten.


3. Hiërarchisch en stand alone

                                                        Zij doen niet
                                             Directie   wat ik wil



                      Personeel
                                                                   HRM
       Ik moet weer
       op training
                                                                           Help!

                                            Extern bureau
   Leidinggevenden



                                                              Ik ga je
                                                              helpen
                           Zie je, ik kan
                           niks met hen




Bron: VisieScope


De traditionele benadering van organisatieontwikkeling volgt de volgende routing.


1. De directie merkt op dat medewerkers niet doen wat van hen wordt verwacht en
   geeft de opdracht aan HRM om ‘er iets aan te doen’.
2. HRM geeft de opdracht aan een trainingsbureau om het personeel te ontwikkelen.
3. Het trainingsbureau traint het personeel en stuurt zijn factuur toe.




                                                                                         41
4. Het personeel ‘gaat op training’, krijgt nieuwe inzichten en oefent even hoe het
        anders kan, gaat vervolgens terug naar het werk en belandt opnieuw in de veilige
        oude situatie. Er verandert zo goed als niets.
     5. De leidinggevenden voelen zich slachtoffers en geloven dat succes alleen kan
        worden bereikt met andere medewerkers.


     In de traditionele benadering is het topmanagement de opdrachtgever. De leergang
     staat losgekoppeld van de rest van de organisatie.


     -   De deelnemers volgen de opleiding. Vaak worden noch redenen, noch de
         samenhang met de visie, missie en strategie van de organisatie fatsoenlijk
         toegelicht. Individuele en collectieve verwachtingen worden nauwelijks uitgesproken.
     -   De leidinggevenden worden geïnformeerd en aan de zijlijn gehouden. Ze worden
         betrokken maar doen niet mee (ze zijn er immers van overtuigd dat het niet aan hen
         ligt). Ze krijgen geen actieve rol in de leergang.
     -   HRM initieert maar blijft aan de zijlijn. Er wordt zo goed als geen verbinding gemaakt
         met de HRM-instrumenten.


     De grootste winnaar is het externe trainingsbureau dat zijn standaard modules uitrolt,
     met een paar aanpassingen onder het motto ‘maatwerk’. De organisatie bemoeit zich
     nauwelijks met het ontwerpen en uitvoeren van het programma (niet voor niets wordt er
     een specialist met veel kennis en ervaring in huis gehaald) en wordt afhankelijk van de
     externe partner.


     Het resultaat is dat uw opleidingsbudgetten omhoog schieten, terwijl uw organisatie
     nauwelijks verandert.


     Het rendement van trainingen en ontwikkelingsprogramma’s wordt maar zelden
     gemeten. Meestal blijft het bij een evaluatie van de tevredenheid van de deelnemers.
     Scoort de evaluatie hoog, dan was het programma goed. Maar dit zegt natuurlijk niets
     over de mate waarin deelnemers in beweging zijn gebracht. Veranderen gaat gepaard
     met confrontatie, pijn, ongemak en ongeduld. Een goed verandertraject verandert
     mensen en organisaties.




42
3.2 Organic Learning™ : succesvol en duurzaam
veranderen in de 21ste eeuw

De traditionele benadering van ‘Learning & Development’ stamt uit het industriële
tijdperk. Kennis, hiërarchie en fysieke middelen (theorieën, modellen, tests, en
dergelijke) zijn de kern om te leren en veranderen.


In de kenniseconomie is de organisatie een levend organisme. De mens is dé motor
van organisatieontwikkeling en -verandering.


1. Gedreven op houding en gedrag
Organisatieveranderingen in de 21ste eeuw vinden dagelijks plaats en in kleine
stappen. Iedereen, van bestuur tot en met uitvoeringspersoneel, is hiervoor
verantwoordelijk en doet, in zijn eigen rol, mee. De juiste houding en het juiste gedrag
van alle medewerkers bepalen de mate waarin de organisatie in staat is zich synchroon
met de veranderingen van de turbulente omgeving te ontwikkelen.


Houding en gedrag vloeien voort uit het onzichtbare van het individu. Hoe meer het
innerlijke in harmonie is, hoe breder de basis is van de relatie met anderen.


Organic Learning™ ontwikkelt de mens van binnenuit om het zichtbare gedrag
duurzaam te veranderen.


2. Leren en veranderen is fijn
Veranderen is alleen mogelijk als mensen ervoor openstaan en gemotiveerd zijn. Als
mensen niet willen, zich verzetten of afsluiten, en dus niet benaderbaar zijn, komt er
geen verandering op gang.


Organic Learning™ benadert de mens vanuit zijn krachten en potentiële talenten.
Welke krachten en talenten heb je in je en welke kun je verder ontplooien. Het ‘willen
veranderen’ gaat vanzelf, krachten zijn namelijk gekoppeld aan drijfveren. Organic
Learning™ motiveert, geeft zelfvertrouwen en lef om te durven veranderen. Talenten
worden tevens onthuld en ontwikkelresultaten snel bereikt.


3. Integraal proces
Organic Learning™ begint bij het management. Managers dienen het voorbeeld te
zijn van houding en gedrag die voor de gehele organisatie gewenst zijn. Verwacht
niet dat je medewerkers loyaal zijn als je zelf afspraken niet nakomt. Managers zijn
verantwoordelijk voor het creëren van een leeromgeving en het stimuleren van trial and
error om van fouten te kunnen leren.



                                                                                           43
Organic Learning™ betekent ook dat de gehele organisatie zich tegelijkertijd ontwikkelt.
     Veranderen hoort niet meer uitsluitend bij de ontwikkeling van een kleine club van ‘high
     potentials’. Iedereen doet mee en iedereen is aan elkaar gekoppeld in het leerproces:
     het bestuur en de uitvoeringsmedewerkers, de staf en de lijn, jongeren en senioren,
     mannen en vrouwen, verschillende etnische culturen bij elkaar, enzovoorts - cross
     door elkaar. Het gaat erom dat zo veel mogelijk inzichten, kennis en vaardigheden
     aan elkaar worden gebundeld om van elkaar en met elkaar te kunnen leren en dus
     veranderen.


     Organic Learning™ integreert ook de bestaande (HRM-)instrumenten en processen
     in het veranderproces. Hier valt te denken aan de Performance Management
     Cyclus, aan competentiemanagement, instroombeleid, succession planning en
     generatiemanagement, aan Lean Six Sigma en projectmanagement.


     4. Op de werkvloer en door de organisatie zelf
     Bij Organic Learning™ vindt het leerproces plaats op de werkvloer, in de dagelijkse
     praktijk. Opleidingen reiken inzicht, kennis en tools aan. Organic Learning™ dwingt
     de medewerker deze meteen toe te passen in het dagelijkse werk, individueel en op
     teamniveau.


     Het mag duidelijk zijn dat zo’n proces door de organisatie zelf aangestuurd en
     uitgevoerd dient te worden. Dit is de enige garantie voor de duurzame borging van de
     verandering binnen de organisatie. Dit betekent dat een externe interventie noodzakelijk
     is om de beweging in gang te krijgen en het interne uitvoerende team tot het geschikte
     niveau te brengen. Echter, het externe bureau mag beslist uitsluitend in de schaduw
     blijven en vooral geen leerproces overnemen. Faciliteren en leren leren, ja. Overnemen
     en zich onmisbaar maken, nooit. Dit houdt in dat de prestatie van externen gemeten
     zou moeten worden aan de snelheid waarmee zij overbodig zijn geworden.


     Organic Learning™ meet de verandering. Nul-metingen, na-metingen en tussen-
     evaluaties zijn doorslaggevend om de resultaten van een veranderingstraject inzichtelijk
     te maken; om de deelnemers te motiveren en het hoogmanagement te bevestigen dat
     de juiste leermethodiek gekozen is, zodat deze kan worden voortgezet.


     5. Organisch tijdloos
     Ruim 70% van de veranderingsprocessen in Nederlandse organisaties loopt vroegtijdig
     vast of levert niet het beoogde resultaat 6 op. Van de veranderingen die kunnen worden
     geconstateerd, is 75% tot 80% niet tot stand gekomen op basis van een plan of een
     intentie. In een verandertraject worden allerlei waarheden inzichtelijk. De strategie is
     onduidelijk of bestaat überhaupt niet, managers zouden gelukkiger en effectiever zijn in
     een andere functie, met minder managers zou de organisatie effectiever functioneren.



44   6
         Léon de Caluwé, 2010, ‘Mensen veranderen’
Vooraf uitgestippelde plannen en veranderprogramma’s zijn star. Zij houden weinig
rekening met gebeurtenissen die in een leerproces organisch ontstaan. Hun rigiditeit
beperkt het veranderproces.


Organic Learning™ is de kunde om alle organische processen binnen een organisatie
just in time mee te nemen in het individuele en collectieve leertraject en deze te
gebruiken om kracht te geven aan de verandering.


6. Voordelen van Organic Learning™
Organic Learning™ is een bewezen denkwijze en een methodiek om organisatie-
veranderingen in de kenniseconomie tot stand te brengen.


Het personeel is zelf de bedenker en zelf de eigenaar van het veranderingstraject,
wat leidt tot resultaten en duurzame borging binnen de organisatie.


Het is een positieve benadering van verandering die krachten van organisaties onthult
en versterkt.


De inzet van externe bureaus wordt daardoor beperkt en aanzienlijke opleidings-,
consultancy-, en interim-managementkosten voor ineffectieve werkzaamheden worden
bespaard.


7. Top-3 randvoorwaarden voor Organic Learning™
De eerste randvoorwaarde voor Organic Learning™ is dat directie en HRM
de traditionele benadering van L&D loslaten. Hiervoor moeten zij hun eigen
referentiekaders verruimen en durven te kiezen voor vernieuwing en sociale
innovatie op het gebied van mens- en organisatieontwikkeling.


De tweede randvoorwaarde is dat HRM en L&D hun positie als strategische en business
partner innemen; dat zij de ambassadeurs zijn van organisatieontwikkeling.


De derde is dat het bestuur meedoet. Commitment van directeuren is niet genoeg;
het gaat erom dat zij creatieve leiders worden. Creatieve leiders geven toegang tot
competentie, benutten talenten en wijzen deze toe. Zij creëren ruimte voor sociale
innovatie en stimuleren de lerende organisatie.




                                                                                        45
3.3 Top 10 gouden regels van Organic Learning™

     1. Begin met het vergroten van de bewustwording van het management: de externe
         omgeving verandert, de organisatie dient mee te veranderen;
     2. Zet het ‘ontwikkelen van houding & gedrag’ in als leidraad in verandertrajecten;
     3. Focus op krachten en potentiële talenten van medewerkers;
     4. Herplaats of neem afscheid van managers die niet bij de nieuwe organisatie passen
         en niet in staat zijn zich hier naar toe te ontwikkelen;
     5. Richt een integraal ontwikkelingstraject in waarin alle medewerkers meedoen;
         begin met het management;
     6. Integreer het ontwikkelingstraject in de organisatie- en HRM visie, missie en strategie;
     7. Schakel externen alleen in om het proces in gang te zetten en uw organisatie te
         leren leren. Bedenk zelf, in co-creatie, het verandertraject en voer zoveel mogelijk
         zelf uit;
     8. Meet de ontwikkelingen regelmatig;
     9. Ontwerp en scherp doorlopend het ontwikkelingsprogramma aan; neem individuele,
         team- en organisatie ontwikkelingen just-in-time mee in het verandertraject;
     10. Ga er vooral mee aan de slag: minder praten en meer doen.




46
3.4. De consequenties voor uw organisatie

Van de traditionele naar de Nieuwe Organisatie – consequenties & randvoorwaarden


                      Kenmerken                       Consequenties &
                                                      randvoorwaarden

 Visie                Visie op ontwikkelingen van     - outside-in denken & acteren
                      alle stakeholders (klanten,     - kennis van externe omgeving
                      potentiële medewerkers,         - groot absorptievermogen &
                      sociale partners, …)              analysevermogen
                                                      - brede interesse en
                                                        ontwikkeling

 Strategie bepaling   Hele organisatie met cruciale   Eigenaarschap: lijnmanager
                      rol voor lijnmanager            neemt en draagt zijn
                                                      verantwoordelijkheid

 Perspectief          Instabiliteit, uitspringen,     Interne- en externe co-creatie,
                      excelleren                      strategische allianties, cross-
                                                      hiërarchisch & functioneel,
                                                      crowdsourcing

 Human Capital        CHCO: Chief Human Capital       - Human Capital Management
 Management           Officer                           volledig geïntegreerd in
                                                        organisatie- visie, missie &
                                                        strategie
                                                      - gap tussen IST en
                                                        SOLL vastgelegd
                                                        (personeelsbezetting,
                                                        vaardigheden,
                                                        leiderschapsprofiel, gedrag
                                                        & attitude, potentieelgrid, mix
                                                        jong-midlife-senior,…)
                                                      - nadruk op Leren &
                                                        Ontwikkelen (careerplanning,
                                                        stretch assignments,
                                                        persoonlijke ontwikkeling,
                                                        Management Development,
                                                        mobiliteitstrajecten)
                                                      - beleid door de staf,
                                                        implementatie door de lijn




                                                                                          47
Managementstijl      Creatief leiderschap, sociale   - eigenaarschap
     & leiderschap        innovatie                       - inspirerend leiderschap
                                                          - coachen
                                                          - delegeren & loslaten -
                                                            herplaatsing / afscheid van
                                                            wie niet kan / wil

     Bedrijfsvoering      Doorlopende ontdekking,         - flexibiliteit van personeel
                          leren, zich aanpassen             (flexschil) en organisatie
                                                          - verandergezind en ambitieus
                                                          - trial & error

     Rol                  Talenten onthullen,             - nauwe betrokkenheid bij
     topmanagement        ontwikkelen en benutten           Leren & ontwikkelen
                                                          - faciliteren
                                                          - creëren van draagvlak
                                                          - do what you preach

     Positionering        Talenten staan centraal         - talentmanagement &
                                                            Management Development
                                                          - careerplanning,
                                                            successionplanning, mobiliteit

     Critical resources   Talenten, kennis,               - persoonsgebonden
                          infrastructuur voor dialoog       opleidingsplan & -
                                                            (maatwerk) opleiding
                                                          - coaching & mentoring
                                                          - networking
                                                          - crowdsourcing

     Generatie-           Vaardigheden, houding &         - inzetbaarheid van senioren:
     management           gedrag, mix generaties 1.0        opleiding, mobiliteit,
                          (Babyboom / X), 2.0 (Y) en        coaching, mentoring door
                          aankomende Z (jonger dan          jongeren
                          20 jaar)                        - krachten van generaties
                                                            herkennen en aan elkaar
                                                            koppelen
                                                          - levensfasebewust
                                                            personeelsbeleid
                                                          - het Nieuwe Werken
                                                          - vitaliteitprogramma’s per
                                                            generatie / levensfase
                                                          - cross-generation
                                                            teambuilding


48
War for Talent    Talent is klant                - employer branding
                                                  - doelgroepsegmentatie
                                                    (jongeren, allochtonen,
                                                    vrouwen, herintreders,
                                                    opleidingsniveau, fulltime/
                                                    parttime,…)
                                                  - recruitment 2.0: online
                                                    werving & selectie
                                                  - vinden, binden & boeien van
                                                    jongeren
                                                  - het Nieuwe Werken
                                                  - diversiteit
                                                  - individueel maatwerk
                                                  - sociale media
                                                  - co-creatie met HRM
                                                    dienstverleners

 Relatie-          Co-creatie, intern en extern   - sociale netwerken
 management        geïntegreerd                   - sociale media
                                                  - digitaal communiceren
                                                  - crowdsourcing

 Tijdperspectief   Korte termijn en middellange   - snel besluiten & acteren
                   termijn                        - flexibiliteit
                                                  - outsourcing

 Veranderen &      Organisch, dagelijks,          Organic Learning™
 leren             incrementeel (‘in lagen’)


Bron: VisieScope




                                                                                  49
50
Epiloog
Nu het vertrouwen in de economie terugkeert is ‘de beschikbaarheid van talent, kennis
en kunde’ bedreiging nr. 1 voor toekomstige groei. Dit blijkt uit het 14de CEO survey
die PwC in februari 2011 publiceerde tijdens het World Economic Forum. In Nederland
beschouwt 63% van de geïnterviewde CEO’s dit als topprioriteit. 61% wil dit probleem
de komende 12 maanden voortvarend aanpakken.


Hopelijk zit u erbij en bent u de komende jaren volop bezig om uw homeostase grenzen
te verleggen en een duurzame ‘Nieuwe Organisatie’ neer te zetten. Organic Learning™
is een leer- en ontwikkelmethode, een no-nonsense aanpak en vooral de weg naar
duurzame groei.


Mijn oproep ter afsluiting van deze White Paper is: laten we vooral in actie komen, laten
we het vooral ‘doen’. Want veranderingen bieden immers enorme kansen aan wie ze
herkent, omarmt en eigen maakt. Het glas blijft half vol!




                                                                                            51
Bronnen
     -   Alders, M. (2006), Helft van de jeugd in grote steden niet-westers allochtoon, CBS
     -   Becker, H. (1992), Generaties en hun kansen
     -   Bontekoning, A. (2007), Generaties in organisaties
     -   Caluwé, de L. (2010), Mensen veranderen
     -   CBS PBL, Andries de Jong en Coen van Duin, ‘Regionale prognose 2009-2040:
         vergrijzing en omslag van groei naar krimp’, 4de kwartaal 2009
     -   Driessen, M. (2010), Beroepsbevolking, geslacht en leeftijd, CBS
     -   Duin, C. van (2009), Bevolkingsprognose 2008-2050: naar 17,5 miljoen inwoners,
         CBS Bevolkingstrends
     -   Gonnissen, K. (2010), De Bedrijfsatleet
     -   Lancaster, L. (2002), When Generations Collide
     -   Prahalad, C. (2004), The Future of Competition
     -   Prahalad, C.K. (2008), The new age of innovation
     -   PricewaterhouseCoopers (2011), 14th Annual Global CEO Survey
     -   Raad voor Werk en Inkomen, kwartaalanalyse arbeidsmarkt
     -   Spangenberg, F (2009), De grenzeloze generatie
     -   Steemers, F. (2010), Blijvende inzetbaarheid in langere loopbanen
     -   TopInstituut Gezond en Succesvol Ouder Worden (TI-GO),
         Menno Kok, ‘Langer Leven’, 2010
     -   UWV Werkbedrijf, (juni 2010), Arbeidsmarktprognose 2010-2011
     -   Volberda, H.W. (2004), De flexibele onderneming




52
53
Group
                 Nederland


info@adecco.nl
adecco.nl

More Related Content

What's hot

AOG School of Management
AOG School of Management AOG School of Management
AOG School of Management Tom Rustebiel
 
De opgave voor scholen
De opgave voor scholenDe opgave voor scholen
De opgave voor scholenPol van Tuijl
 
Veranderend en vernieuwend leiderschap - LLEAD webinar 1 (Maart 2021)
Veranderend en vernieuwend leiderschap - LLEAD webinar 1 (Maart 2021)Veranderend en vernieuwend leiderschap - LLEAD webinar 1 (Maart 2021)
Veranderend en vernieuwend leiderschap - LLEAD webinar 1 (Maart 2021)Peter Oeij
 
Lean werken valt of staat met leiderschap
Lean werken valt of staat met leiderschapLean werken valt of staat met leiderschap
Lean werken valt of staat met leiderschapdr. Kjeld H. Aij MBA
 
Management Drives Onderwijs brochure
Management Drives Onderwijs brochureManagement Drives Onderwijs brochure
Management Drives Onderwijs brochuremdonderwijs
 
Business Case Newtel (2)
Business Case Newtel (2)Business Case Newtel (2)
Business Case Newtel (2)Paul Bollen
 
8 Managementvaardigheden Voor Verandergerichtheid
8 Managementvaardigheden Voor Verandergerichtheid8 Managementvaardigheden Voor Verandergerichtheid
8 Managementvaardigheden Voor Verandergerichtheidhelgajanssen
 
Onderwijs brochure Management Drives
Onderwijs brochure Management DrivesOnderwijs brochure Management Drives
Onderwijs brochure Management Drivesastridoostrom
 
Leren veranderen, veranderen Leren
Leren veranderen, veranderen LerenLeren veranderen, veranderen Leren
Leren veranderen, veranderen LerenOdyssee Groep
 
Haardvuursessie 2 leiderschap in transitie
Haardvuursessie 2 leiderschap in transitieHaardvuursessie 2 leiderschap in transitie
Haardvuursessie 2 leiderschap in transitieRutger van der Zande
 
Lean is leiderschap sept 2011
Lean is leiderschap sept 2011Lean is leiderschap sept 2011
Lean is leiderschap sept 2011Kienologic
 
Hoofdstuk 7 Professionele ontwikkeling
Hoofdstuk 7 Professionele ontwikkelingHoofdstuk 7 Professionele ontwikkeling
Hoofdstuk 7 Professionele ontwikkelingTrommelen & Co bv
 
Ser brochure eigen regie-loopbaan september 2020
Ser brochure eigen regie-loopbaan september 2020Ser brochure eigen regie-loopbaan september 2020
Ser brochure eigen regie-loopbaan september 2020Matthijs Akkenaar
 
Presentatie duurzame inzetbaarheid
Presentatie duurzame inzetbaarheidPresentatie duurzame inzetbaarheid
Presentatie duurzame inzetbaarheidhanzegilde
 
Het Nieuwe Werken Gedrags- & cultuurscan. DaaD Consultancy 06 - 2625 2377
Het Nieuwe Werken Gedrags- & cultuurscan. DaaD Consultancy 06 - 2625 2377Het Nieuwe Werken Gedrags- & cultuurscan. DaaD Consultancy 06 - 2625 2377
Het Nieuwe Werken Gedrags- & cultuurscan. DaaD Consultancy 06 - 2625 2377Diane Dros
 

What's hot (20)

130314 Relatiedag Tredin 1.0
130314 Relatiedag Tredin 1.0130314 Relatiedag Tredin 1.0
130314 Relatiedag Tredin 1.0
 
AOG School of Management
AOG School of Management AOG School of Management
AOG School of Management
 
De opgave voor scholen
De opgave voor scholenDe opgave voor scholen
De opgave voor scholen
 
Veranderend en vernieuwend leiderschap - LLEAD webinar 1 (Maart 2021)
Veranderend en vernieuwend leiderschap - LLEAD webinar 1 (Maart 2021)Veranderend en vernieuwend leiderschap - LLEAD webinar 1 (Maart 2021)
Veranderend en vernieuwend leiderschap - LLEAD webinar 1 (Maart 2021)
 
Leiderschap 4.0.
Leiderschap 4.0.Leiderschap 4.0.
Leiderschap 4.0.
 
Lean werken valt of staat met leiderschap
Lean werken valt of staat met leiderschapLean werken valt of staat met leiderschap
Lean werken valt of staat met leiderschap
 
Management Drives Onderwijs brochure
Management Drives Onderwijs brochureManagement Drives Onderwijs brochure
Management Drives Onderwijs brochure
 
Presentatie Patrick Van Der Voorn
Presentatie Patrick Van Der VoornPresentatie Patrick Van Der Voorn
Presentatie Patrick Van Der Voorn
 
Business Case Newtel (2)
Business Case Newtel (2)Business Case Newtel (2)
Business Case Newtel (2)
 
8 Managementvaardigheden Voor Verandergerichtheid
8 Managementvaardigheden Voor Verandergerichtheid8 Managementvaardigheden Voor Verandergerichtheid
8 Managementvaardigheden Voor Verandergerichtheid
 
Onderwijs brochure Management Drives
Onderwijs brochure Management DrivesOnderwijs brochure Management Drives
Onderwijs brochure Management Drives
 
Leren veranderen, veranderen Leren
Leren veranderen, veranderen LerenLeren veranderen, veranderen Leren
Leren veranderen, veranderen Leren
 
Haardvuursessie 2 leiderschap in transitie
Haardvuursessie 2 leiderschap in transitieHaardvuursessie 2 leiderschap in transitie
Haardvuursessie 2 leiderschap in transitie
 
Lean is leiderschap sept 2011
Lean is leiderschap sept 2011Lean is leiderschap sept 2011
Lean is leiderschap sept 2011
 
Hoofdstuk 7 Professionele ontwikkeling
Hoofdstuk 7 Professionele ontwikkelingHoofdstuk 7 Professionele ontwikkeling
Hoofdstuk 7 Professionele ontwikkeling
 
Ser brochure eigen regie-loopbaan september 2020
Ser brochure eigen regie-loopbaan september 2020Ser brochure eigen regie-loopbaan september 2020
Ser brochure eigen regie-loopbaan september 2020
 
Meer Winst door Wendbaarheid in 5 stapen
Meer Winst door Wendbaarheid in 5 stapenMeer Winst door Wendbaarheid in 5 stapen
Meer Winst door Wendbaarheid in 5 stapen
 
Duurzame inzetbaarheid ontmoet agile en wat betekent dit voor hr.docx
Duurzame inzetbaarheid ontmoet agile en wat betekent dit voor hr.docxDuurzame inzetbaarheid ontmoet agile en wat betekent dit voor hr.docx
Duurzame inzetbaarheid ontmoet agile en wat betekent dit voor hr.docx
 
Presentatie duurzame inzetbaarheid
Presentatie duurzame inzetbaarheidPresentatie duurzame inzetbaarheid
Presentatie duurzame inzetbaarheid
 
Het Nieuwe Werken Gedrags- & cultuurscan. DaaD Consultancy 06 - 2625 2377
Het Nieuwe Werken Gedrags- & cultuurscan. DaaD Consultancy 06 - 2625 2377Het Nieuwe Werken Gedrags- & cultuurscan. DaaD Consultancy 06 - 2625 2377
Het Nieuwe Werken Gedrags- & cultuurscan. DaaD Consultancy 06 - 2625 2377
 

Viewers also liked

Activiteiten It Fits
Activiteiten It FitsActiviteiten It Fits
Activiteiten It Fitskasperbrands
 
Work 2 2011
Work 2 2011Work 2 2011
Work 2 2011rinuswit
 
Ajilon Corporate brochure
Ajilon Corporate brochureAjilon Corporate brochure
Ajilon Corporate brochurerinuswit
 
Anouk Nr1 2011
Anouk Nr1 2011Anouk Nr1 2011
Anouk Nr1 2011rinuswit
 
Anouk Nr. 2 2010 alles over en voor topsecretaresses
Anouk Nr. 2 2010 alles over en voor topsecretaressesAnouk Nr. 2 2010 alles over en voor topsecretaresses
Anouk Nr. 2 2010 alles over en voor topsecretaressesrinuswit
 
White Paper Future Jobs
White Paper Future JobsWhite Paper Future Jobs
White Paper Future Jobsrinuswit
 
WORK! 2011 nr. 1
WORK! 2011 nr. 1WORK! 2011 nr. 1
WORK! 2011 nr. 1rinuswit
 

Viewers also liked (8)

Activiteiten It Fits
Activiteiten It FitsActiviteiten It Fits
Activiteiten It Fits
 
Work 2 2011
Work 2 2011Work 2 2011
Work 2 2011
 
Ajilon Corporate brochure
Ajilon Corporate brochureAjilon Corporate brochure
Ajilon Corporate brochure
 
Anouk Nr1 2011
Anouk Nr1 2011Anouk Nr1 2011
Anouk Nr1 2011
 
Anouk Nr. 2 2010 alles over en voor topsecretaresses
Anouk Nr. 2 2010 alles over en voor topsecretaressesAnouk Nr. 2 2010 alles over en voor topsecretaresses
Anouk Nr. 2 2010 alles over en voor topsecretaresses
 
White Paper Future Jobs
White Paper Future JobsWhite Paper Future Jobs
White Paper Future Jobs
 
WORK! 2011 nr. 1
WORK! 2011 nr. 1WORK! 2011 nr. 1
WORK! 2011 nr. 1
 
Manpower Overview
Manpower OverviewManpower Overview
Manpower Overview
 

Similar to 15 9 2011 White Paper Organic Learning

Brochure Start Connecting
Brochure Start ConnectingBrochure Start Connecting
Brochure Start ConnectingErik Janssen
 
AO_Gemeenten_Magazine_53_v2
AO_Gemeenten_Magazine_53_v2AO_Gemeenten_Magazine_53_v2
AO_Gemeenten_Magazine_53_v2Lieke Zunderdorp
 
Whitepaper duurzame inzetbaarheid
Whitepaper duurzame inzetbaarheidWhitepaper duurzame inzetbaarheid
Whitepaper duurzame inzetbaarheidMaarten Tigchelaar
 
Lezing innovatie, duurzaamheid, igm voor gbc 2010
Lezing innovatie, duurzaamheid, igm voor gbc 2010Lezing innovatie, duurzaamheid, igm voor gbc 2010
Lezing innovatie, duurzaamheid, igm voor gbc 2010LR Consulting (Netherlands)
 
Informatiekaart Ondernemend naar de toekomst
Informatiekaart Ondernemend naar de toekomstInformatiekaart Ondernemend naar de toekomst
Informatiekaart Ondernemend naar de toekomstWilma Nijboer
 
Presentatie bindje juni 2011
Presentatie bindje juni 2011Presentatie bindje juni 2011
Presentatie bindje juni 2011Rudie Jansman
 
Masterclass Strategisch hrm
Masterclass Strategisch hrmMasterclass Strategisch hrm
Masterclass Strategisch hrmPeter Lamerigts
 
Profiel R.W. Portielje b-insynq. docx
Profiel R.W. Portielje b-insynq. docxProfiel R.W. Portielje b-insynq. docx
Profiel R.W. Portielje b-insynq. docxRobert Portielje
 
Website tekst rond visie missie-sterktes etc
Website tekst rond visie missie-sterktes etcWebsite tekst rond visie missie-sterktes etc
Website tekst rond visie missie-sterktes etcDirk Ameel
 
Bedrijfspresentatie Seeder De Boer
Bedrijfspresentatie Seeder De BoerBedrijfspresentatie Seeder De Boer
Bedrijfspresentatie Seeder De Boergkilsdonk
 
Zo helpt Part-up al het talent in je organisatie te benutten
Zo helpt Part-up al het talent in je organisatie te benuttenZo helpt Part-up al het talent in je organisatie te benutten
Zo helpt Part-up al het talent in je organisatie te benuttenLaurens Waling
 
Verbindend Leiderschap Voor De Rabobank Groep
Verbindend Leiderschap Voor De Rabobank GroepVerbindend Leiderschap Voor De Rabobank Groep
Verbindend Leiderschap Voor De Rabobank GroepElitas Groep BV
 
Bedrijfspresentatie SeederDeBoer
Bedrijfspresentatie SeederDeBoerBedrijfspresentatie SeederDeBoer
Bedrijfspresentatie SeederDeBoerSeederDeBoer
 
Bedrijfspresentatie Seeder De Boer
Bedrijfspresentatie Seeder De BoerBedrijfspresentatie Seeder De Boer
Bedrijfspresentatie Seeder De BoerSeederDeBoer
 

Similar to 15 9 2011 White Paper Organic Learning (20)

Brochure Start Connecting
Brochure Start ConnectingBrochure Start Connecting
Brochure Start Connecting
 
AO_Gemeenten_Magazine_53_v2
AO_Gemeenten_Magazine_53_v2AO_Gemeenten_Magazine_53_v2
AO_Gemeenten_Magazine_53_v2
 
Whitepaper duurzame inzetbaarheid
Whitepaper duurzame inzetbaarheidWhitepaper duurzame inzetbaarheid
Whitepaper duurzame inzetbaarheid
 
Lezing innovatie, duurzaamheid, igm voor gbc 2010
Lezing innovatie, duurzaamheid, igm voor gbc 2010Lezing innovatie, duurzaamheid, igm voor gbc 2010
Lezing innovatie, duurzaamheid, igm voor gbc 2010
 
Informatiekaart Ondernemend naar de toekomst
Informatiekaart Ondernemend naar de toekomstInformatiekaart Ondernemend naar de toekomst
Informatiekaart Ondernemend naar de toekomst
 
Presentatie bindje juni 2011
Presentatie bindje juni 2011Presentatie bindje juni 2011
Presentatie bindje juni 2011
 
Masterclass Strategisch hrm
Masterclass Strategisch hrmMasterclass Strategisch hrm
Masterclass Strategisch hrm
 
Profiel R.W. Portielje b-insynq. docx
Profiel R.W. Portielje b-insynq. docxProfiel R.W. Portielje b-insynq. docx
Profiel R.W. Portielje b-insynq. docx
 
12 sleutels voor duurzaam HRM - Peggy De Prins
12 sleutels voor duurzaam HRM - Peggy De Prins12 sleutels voor duurzaam HRM - Peggy De Prins
12 sleutels voor duurzaam HRM - Peggy De Prins
 
ArtikelSamenSterk
ArtikelSamenSterkArtikelSamenSterk
ArtikelSamenSterk
 
Website tekst rond visie missie-sterktes etc
Website tekst rond visie missie-sterktes etcWebsite tekst rond visie missie-sterktes etc
Website tekst rond visie missie-sterktes etc
 
Jan_den_Breejen_-_Doe_het_eens_andersom
Jan_den_Breejen_-_Doe_het_eens_andersomJan_den_Breejen_-_Doe_het_eens_andersom
Jan_den_Breejen_-_Doe_het_eens_andersom
 
Jan_den_Breejen_-_Doe_het_eens_andersom
Jan_den_Breejen_-_Doe_het_eens_andersomJan_den_Breejen_-_Doe_het_eens_andersom
Jan_den_Breejen_-_Doe_het_eens_andersom
 
Bs Zelforganisatie folder
Bs Zelforganisatie folderBs Zelforganisatie folder
Bs Zelforganisatie folder
 
Bedrijfspresentatie Seeder De Boer
Bedrijfspresentatie Seeder De BoerBedrijfspresentatie Seeder De Boer
Bedrijfspresentatie Seeder De Boer
 
Zo helpt Part-up al het talent in je organisatie te benutten
Zo helpt Part-up al het talent in je organisatie te benuttenZo helpt Part-up al het talent in je organisatie te benutten
Zo helpt Part-up al het talent in je organisatie te benutten
 
Goodcompany_De Basis
Goodcompany_De BasisGoodcompany_De Basis
Goodcompany_De Basis
 
Verbindend Leiderschap Voor De Rabobank Groep
Verbindend Leiderschap Voor De Rabobank GroepVerbindend Leiderschap Voor De Rabobank Groep
Verbindend Leiderschap Voor De Rabobank Groep
 
Bedrijfspresentatie SeederDeBoer
Bedrijfspresentatie SeederDeBoerBedrijfspresentatie SeederDeBoer
Bedrijfspresentatie SeederDeBoer
 
Bedrijfspresentatie Seeder De Boer
Bedrijfspresentatie Seeder De BoerBedrijfspresentatie Seeder De Boer
Bedrijfspresentatie Seeder De Boer
 

15 9 2011 White Paper Organic Learning

  • 1. Group Nederland Organic Learning™ – de essentie van de Nieuwe Organisatie Hoe organisaties vernieuwen en Human Capital ontwikkelen in de kenniseconomie Door: Agnès Kusters-Mathey
  • 2. 2
  • 3. Woord vooraf Het hart van uw organisatie is uw personeel ‘Veranderen’ is een sleutelwoord in de tijd waarin we leven en werken. Het klimaat is uitgesproken turbulent; vermeende zekerheden staan op de tocht; ondernemen in tijden van crisis vraagt om extra inventiviteit en flexibiliteit. Daarbij is één ding zeker, hoe de economie zich wereldwijd ook gaat ontwikkelen: in Nederland krijgen we hoe dan ook te maken met structurele arbeidskrapte. De generatie van babyboomers draait de arbeidsmarkt massaal de rug toe, terwijl de instroom van jong talent hapert. Vergrijzing en ontgroening zorgen samen voor een grote uitdaging: het op peil en fit houden van uw arbeidspopulatie. Terwijl de arbeidsmarkt krapper en complexer wordt, neemt het belang van de kwaliteit en inzetbaarheid van uw medewerkers juist toe. Immers, in onze kennis- en dienstenindustrie zijn de inzet, betrokkenheid en het talent van uw mensen de factor bij uitstek om u binnen uw markt te onderscheiden. Talent- en generatiemanagement, retentie en diversiteit – het zijn factoren die u maar beter serieus kunt nemen, voor zover u dat niet al lang doet. De rol van oudere medewerkers neemt enorm toe, terwijl nieuw- komers hun eigen eisen stellen. En geen enkele organisatie ontkomt aan de noodzaak om serieus na te denken over een werkcultuur waarin ook niet-Nederlandse mede- werkers en vrouwen die nu nog aan de zijlijn staan zich thuis voelen en zich kunnen ontplooien. Enerzijds wordt het aantrekken van getalenteerde medewerkers een strategische bedrijfsactiviteit die maximale professionaliteit en inventiviteit gaat vereisen; anderzijds is het zaak de ‘achterdeur’ dicht te houden door serieus werk te maken van binden en boeien. En om iedereen optimaal gemotiveerd en inzetbaar te houden – piepjong, middelbaar en senior, autochtoon en allochtoon, mannen en vrouwen – is permanente educatie een speerpunt, bij voorkeur in een omgeving waar veranderingen geen vorm krijgen door moeten maar door willen. De passie om te veranderen is een kernvoorwaarde voor de Nieuwe Organisatie, het onderwerp waar deze studie over gaat. U vindt, in hoofdstuk 2, een citaat dat zeer de moeite waard is om bij stil te staan. Het is afkomstig van C.K. Prahalad, Hoogleraar Corporate Strategy aan de University of Michigan. Hij zegt: “We hebben honderd jaar gewerkt volgens het idee dat het bedrijf het centrum van het universum was. Alles draaide om het bedrijf. We moeten echt vanaf nul beginnen, ons hele bestaande waardesysteem overboord gooien en niet alleen nieuwe bekwaamheden leren, maar zelfs een hele nieuwe manier van denken.” 3
  • 4. Durft u het aan? Deze White Paper, waarin econoom en bedrijfskundige Agnès Kusters de karakteristieken en perspectieven van de Nieuwe Organisatie op ons verzoek helder en inspirerend heeft verwoord, zet u in elk geval op het spoor naar verandering in een tijd waarin alleen ambitieuze mensen het verschil maken. Veranderen betekent innovatief organiseren, zo leest u in het eerder genoemde hoofdstuk, het lef hebben om arbeid anders in te richten. Nieuwe organisaties zijn platter, functioneren volgens het principe van het Nieuwe Werken en zijn ingericht voor het personeel. Het hart van de organisatie is het personeel. De Nieuwe Organisatie is ingericht voor het aantrekken van kenniswerkers, het binden en boeien van medewerkers en het verder ontwikkelen van talenten. Binnen de Nieuwe Organisatie verdient HRM een positie op strategisch bestuursniveau. HRM stippelt het beleid uit, het management vertaalt dit beleid naar de operationele organisatie. In dit beleid staan Learning & Development (lees: ‘veranderen’) in directe relatie tot de turbulente omgeving centraal. Trainingen in gesimuleerde situaties zijn slechts ‘ondersteunend’; de echte ontwikkeling en vernieuwing voltrekt zich tijdens en in samenhang met de werkrealiteit. Niet de vraag wat we leren staat centraal, maar de vraag of we onze nieuw verworven kennis en vaardigheden blijvend kunnen toepassen en uitdragen. Niet de theorie staat voorop, noch het nieuwste ‘managementmodel’, maar de houding en het gedrag van bestuurders, managers en medewerkers. ‘Organic Learning™’ is de term die deze lading dekt. Ik durf het u aan te bevelen. Bij Adecco Group Nederland hebben wij hier uitstekende ervaringen mee. Deze hebben voor een groot deel model gestaan voor deze White Paper. In 2007 hebben wij HR de plaats gegeven die het toekomt – een volwaardige plaats in het directieteam. In korte tijd is er een vernieuwende strategie ontwikkeld, waarvan de uitvoering en verankering zorgvuldig worden bewaakt. De nadruk ligt op persoonlijke ontwikkeling, het stimuleren van team spirit en organisatieontwikkeling met een open einde. Er lopen ambitieuze managementontwikkelings- en leider- schapsprogramma’s, bedoeld om verandering vanuit een gepassioneerde houding en inspirerend voorbeeldgedrag organisatiebreed aan te sturen en te coachen. We hebben een dynamische afdeling Learning & Development opgetuigd, die veel programma’s en projecten initieert en uitvoert, vaak ‘in eigen beheer’ en op eigen kracht. Daarmee is, in de terminologie van Agnès Kusters, die een belangrijke rol heeft gespeeld in het veranderproces binnen onze organisatie, een ‘flow’ op gang gebracht die erg goed aansluit bij de turbulentie van deze en komende tijden. Onze medewerkers zitten goed in hun vel, staan open voor verandering en nemen daar actief aan deel. Dit blijkt onder meer uit de mooie score op de lijst van Beste Werkgevers van 2011, naar aanleiding van het Great Place to Work® onderzoek, waarin medewerkers het voor het zeggen hebben. De verloopcijfers binnen onze organisatie zijn nooit zo laag geweest als op dit moment. De betrokkenheid en trots van onze medewerkers betalen zich uit in 4
  • 5. toenemende klanttevredenheid. Ons omzetvolume groeit, ons marktaandeel neemt toe. Hebben wij de status van Nieuwe Organisatie daarmee bereikt? Misschien wel, misschien niet. Belangrijker voor mij is dat we een organisatie in ontwikkeling zijn en blijven, een organisatie waar iedereen wil en kan leren en wil en kan veranderen. Vindt u dat net zo belangrijk als ik? Dan kan ik u deze White Paper over de Nieuwe Organisatie van harte aanbevelen! Patrick Bakker Algemeen Directeur Adecco Group Nederland 5
  • 6.
  • 7. Inhoudsopgave Proloog Hoofdstuk 1 Ontwikkelingen in onze turbulente omgeving 1.1. De wereld verandert. U ook? 1.2 Arbeidskrapte: bent u er klaar voor? 1.3 Vergrijzing: 2011 als mijlpaal – maak je borst maar nat! 1.4 Ontwikkelingen in de samenleving Hoofdstuk 2 De Nieuwe Organisatie 2.1 Van homeostase... 2.2 ... naar de Nieuwe Organisatie 2.3 Wat betekent dit in de praktijk? Hoofdstuk 3 Organic Learning™: Dé weg naar de Nieuwe Organisatie 3.1 De traditionele inzet van ‘Learning & Development’ 3.2 Organic Learning™: succesvol en duurzaam veranderen in de 21ste eeuw 3.3 Top 10 gouden regels van Organic Learning™ 4.4 De consequenties voor uw organisatie Epiloog Bronnenoverzicht 7
  • 8. Over de auteur Agnès Kusters-Mathey is als oprichtster van VisieScope actief betrokken geweest bij een intensief verandertraject dat Adecco Group Nederland in 2007 heeft ingezet. Een onderdeel van dit traject was de ontwikkeling, begeleiding en/of uitvoering van een groot aantal Management Development programma’s, gericht op positieve beïnvloeding van inzicht, houding en gedrag van medewerkers. Het verandertraject heeft zich voltrokken binnen drie managementlagen en de afdeling Learning & Development. Belangrijke thema’s waren en zijn: persoonlijk leiderschap, teamleiderschap, organisatieleiderschap, business empowerment, customer intimacy, lef en creativiteit, outside-in denken en acteren, generatiemanagement en het Nieuwe Werken. Volgens haar eigen principes van Organic Learning™, waarvan VisieScope de grondlegger is, heeft zij zichzelf en haar bureau gaandeweg het traject ‘overbodig’ gemaakt, al is zij nog steeds als adviseur bij Adecco Group Nederland betrokken. 8
  • 9. Agnès Kusters zelf spreekt van een ‘bijzonder succesvolle co-creatie’. Sinds het traject is ingezet, scoort Adecco Group Nederland steeds hoger in diverse onafhankelijke onderzoeken naar klant- en medewerkerstevredenheid, waaronder het Incompany en Great Place to Work® onderzoek. Op verzoek van de Adecco Group heeft Agnès Kusters (geboren in 1967, in Frankrijk) in deze White Paper vastgelegd wat de kenmerken zijn van de Nieuwe Organisatie en welke route tot succesvolle vernieuwing leidt, met de praktijkervaringen van VisieScope bij Adecco zelf als kader. VisieScope, opgericht in 2003, is gespecialiseerd in de ontwikkeling van inzicht, houding en gedrag van het management, bedoeld om de prestaties van organisaties blijvend te verbeteren. VisieScope werkt vanuit de overtuiging dat duurzaam veranderen alleen van binnenuit plaats kan vinden, door de medewerkers zelf. Deze overtuiging stoelt op de managementervaring die Agnès Kusters in ruim twintig jaar in het internationale bedrijfsleven heeft opgedaan. Zij werkte onder meer bij Vedior Nederland, Gamma Holding NV/Sanders BV, Firma Bosman BV, Bel’Air Gardinen GmbH, Duitsland en Bel’Air Industries Holding SA, Frankrijk. Agnès Kusters studeerde Internationale Economie & Bedrijfskunde aan de Ecole Supérieure de Commerce in Lyon, Frankrijk, haalde aan de Open Universiteit Nederland haar einddoctoraal Human Recource Management en aan de Erasmus Universiteit haar Master Business Administration (MScBA). In haar functie van Managing Director van VisieScope begeleidt Agnès Kusters uiteenlopende organisaties in zowel de private als publieke sector. Daarnaast verzorgt zij met regelmaat lezingen en presentaties over diverse aspecten van verandermanagement. 9
  • 10. Proloog Probeert u uw leven, uw werk, uw wereld wel eens met andere ogen te zien? Wat ziet u niet en wat wilt u wellicht überhaupt niet zien? Ik doe mijn best… En toch lijkt het alsof ik iedere keer iets gemist heb: weer een wereld die voor mij open gaat. Ik dacht ‘bij’ te zijn met 500+ contacten op LinkedIn, mijn CD’s op Ipod, zoveel apps op mijn Iphone als deze aankan, mijn boeken op sticks en zelfs de bibliotheek omgetoverd in een Wii speelkamer… en toch kom ik steeds nieuwe fenomenen tegen waarbij ik het gevoel heb een UFO te zijn. Het houdt niet op. ‘De echte ontdekkingsreis is niet zoeken naar nieuwe gebieden maar leren zien met nieuwe ogen’ - Marcel Proust Onze wereld verandert in razend tempo. En als we niet meegaan, dan worden we ‘wereldvreemd’, dan komen we in een soort ‘homeostasestand’ terecht. Homeostase is, in fysiologie, het vermogen van het lichaam om alle functies, zoals temperatuur, zuurgraad, bloeddruk en ademhaling, in evenwicht te houden ondanks omgevings- invloeden. 10
  • 11. Daalt bijvoorbeeld onze lichaamstemperatuur na te lang te zijn blootgesteld aan kou en wind, dan produceert ons hormonenstelsel hormonen totdat ons lichaam weer een temperatuur heeft van 37 graden Celsius. Daarna wordt dit regelmechanisme weer uitgeschakeld. Homeostase is als het ware het proces om terug te gaan naar de voorgaande comfortzone. Wil je als persoon je comfortzone rekken om bijvoorbeeld je fysieke weerstand en vitaliteit te vergroten, dan heb je een flinke dosis doorzettingsvermogen nodig om door pijn, ongemak en ongeduld heen te komen; om oude automatismen af te leren. Je zult veel en regelmatig moeten sporten, minder alcohol drinken en vroeg naar bed moeten gaan om je conditie te kunnen verbeteren. Homeostase is een mechanisme dat, in onze turbulente kenniseconomie, vijand nr. 1 is voor organisaties. We blijven worstelen met het verlaten van onze comfortzone. Het ‘bekende’ lijkt zo veilig… Deze White Paper is een betoog voor organisaties die willen veranderen. Organisaties die hun strategische doelstellingen, structuren en processen grotendeels hebben gedefinieerd en dus, als het ware, grip hebben op hun ‘hardware’ (het ‘wat’, het tastbare, het ideale dat op papier staat). Zij weten in hoofdlijnen waar zij naartoe willen, wat hun doelstellingen zijn. Niettemin, worstelen zij met de ‘hoe’-vraag: hoe ga ik het nu bereiken? Hoe neem ik de mensen, de ‘software’ daar in mee? Hoe krijg ik mijn bestuur, mijn management en mijn personeel mee in de veranderingen die noodzakelijk zijn voor het voortbestaan en de verdere groei van mijn organisatie? We beginnen met een korte blik op ontwikkelingen in uw omgeving en proberen antwoord te geven op de vraag waarom organisaties in homeostasestand blijven hangen. We bespreken wat de ‘Nieuwe Organisatie’ is en wat het voor u in de praktijk betekent. We vergelijken ten slotte de traditionele benadering van organisatieontwikkeling met ‘Organic Learning™’: dé weg om groei te kunnen realiseren in de 21ste eeuw. Is het glas half leeg of is het glas half vol? Het is mijn diepe overtuiging dat de komende jaren enorme kansen bieden aan iedere manager en ondernemer die ze wil zien en omarmen. Agnès Kusters-Mathey 11
  • 12. 12
  • 13. 1. Ontwikkelingen in onze turbulente omgeving 1.1 De wereld verandert. U ook? ‘Veranderingen’ van onze externe omgeving zijn een doorlopend en oneindig proces geworden. Dat de wereld verandert, merken we iedere dag in ons werk en in ons privéleven. Met de globalisering, de digitale communicatie en internet verandert ons leven steeds sneller. Veranderingen zijn snel en intensief en wie ze niet omarmt blijft hangen in het verleden. Kijk naar muziek en video. Wie koopt er nog een CD of een DVD in de winkel? In 2010 is de verkoop van CD’s en DVD’s in Nederland met respectievelijk 12% en 8% gedaald. Het downloaden van muziek op iTunes en Sportify is met 33% gestegen. We halen films direct via spelcomputers of tv’s binnen, de zogenaamde ‘interactieve TV’, nu deze vaker op het internet worden aangesloten. 13
  • 14. Hieronder volgen de vier veranderingen die de meeste impact hebben op organisaties. 1. Globalisering Na de mondialisering van landen en regeringen tot ca. 1800 en de mondialisering van multinationals tot 2000, zijn we net begonnen met de mondialisering van het individu. We worden ‘wereldburgers’. Dankzij alle nieuwe technologieën vervallen de geografische en etnische grenzen. Via media als Facebook krijgen we ‘vrienden’ in alle hoeken van de wereld en kunnen voor relatief weinig geld naar de andere kant van de aardbol vliegen. Dit maakt het mogelijk om in contact te komen met andere culturen en omgevingen. Iets wat voor onze ouders amper voor te stellen was... De wereld ligt letterlijk en figuurlijk in onze handen. 2. Opkomende industrielanden: kansen en bedreigingen Iedereen heeft te maken, direct of indirect, met de ‘opkomende’ industrielanden, de zogenoemde BRICS-landen ofwel Brazilië, Rusland, India, China en Zuid-Afrika. Deze landen kenmerken zich door een ongekende economische groei (10,3% in China in 2010), een toppositie in de wereldhandel, een groeiende innovatiekracht en een arbeidsreserve om jaloers op te zijn. In Shanghai, bijvoorbeeld, studeren per jaar meer academici af dan in heel Europa. De groei van de BRICS-landen gaat gepaard met een hevige concurrentie voor Europa. Voor de prijs van een DVD-speler uit China kunnen we in Europa nauwelijks de verpakking of de handleiding maken. De concurrentie in de industriesector is voor ons, westerlingen, zo goed als voorbij: Europese industrieën zijn opgeheven of verhuisd naar ‘het oosten’. Industrieën die in Europa nog bestaan, hebben een sterk lokaal georiënteerde logistiek of marketing of een hoge innovatiegraad. Is dit erg? 14
  • 15. Nederland heeft zich prima aangepast: 80% van de Nederlandse economie berust tegenwoordig op de dienstverlening… Maar let op! De concurrentie in de dienstverlening is nog maar net begonnen… Wat gaan we doen om onze welvaart te behouden, laat staan te vergroten? China - Shenzen – jobfair 3. Toegang tot informatie en gemak Nieuwe technologieën en sociale netwerken geven ons toegang tot een onbeperkte hoeveelheid en diversiteit aan informatie. Ook het gemak om informatie te delen en ‘online’ te ‘leven’, is in korte tijd enorm toegenomen. In het centrum van Rotterdam bijvoorbeeld, hebben consumenten in principe geen cash, creditcards of pinpassen meer nodig; zij kunnen bij meer dan zeventig winkels met hun mobiele telefoon afrekenen. Stel je voor: je hebt geen portemonnee meer nodig, je hoeft je pincodes niet meer te onthouden en je kunt met één druk op de knop je uitgavenpatroon in details analyseren. Bedrijven en instellingen worden genoodzaakt om ‘organisatie 2.0’ te worden. Hier gaat het niet alleen om online marketing of e-informatieverstrekking. Nee, het gaat om de hele organisatie die zich dient aan te passen aan de nieuwe eisen en behoeftes van ons digitale tijdperk. Denk bijvoorbeeld aan het herstructureren van werving & selectie van personeel (e-recruitment), aan het informatiseren en flexibiliseren van communicatie of aan het moderniseren van arbeidsvoorwaarden en managementstijl (het Nieuwe Werken). 15
  • 16. 4. Rol van de consument en de klant Ook wij, als consument en klant, zijn de afgelopen tien jaar enorm veranderd. Nu we over ongekende hoeveelheden (online) informatie beschikken, zijn we in staat om kundige beslissingen te nemen. We vergelijken producten, diensten, prijzen, consumentenacties en -reacties over de hele wereld. We hebben zicht in het aanbod en maken maximaal gebruik van het concurrentiespel. De consument van de 20ste eeuw was geïsoleerd; wij zijn verbonden en georganiseerd in sociale netwerken en groeperingen. We delen, online, onze ideeën, ervaringen en gevoelens. We vragen naar gerichte tips en referenties en geven onze beoordelingen over producten en diensten. Consumenten en klanten zijn dienovereenkomstig actiever geworden. Zij moedigen elkaar aan om actie te ondernemen en hun stem te verheffen. Zij zijn kritisch en geven bedrijven en elkaar, gevraagd en ongevraagd, steeds meer feedback en advies. Ten slotte is de consument veeleisender geworden. Het product, de service en de communicatie dienen de beste te zijn; en de prijs, uiteraard, de laagste. 50% OFF Glas half vol of half leeg? Wat zijn de consequenties van deze ontwikkelingen voor uw organisatie? 1. Uw bedrijf beschouwen als centrum van het universum is voorbij: denk en acteer outside-in! Het gaat erom dat uw organisatie de veranderingen in haar externe omgeving begrijpt en accepteert en er vooral snel op anticipeert. 2. Uw producten en diensten beschouwen als centrum van het universum is eveneens voorbij. Productinnovatie is maar een randvoorwaarde, sociale innovatie is de sleutel tot succes. Sociale innovatie gaat over uw relatie met klanten en de mate waarin uw personeel in staat is beloftes na te komen en verwachtingen van klanten te overtreffen. 3. Uw werkveld is de wereld. Informatie, afzetgebieden, concurrentie, inspiratie, arbeidsaanbod, enzovoorts… de grenzen van organisaties worden steeds groter. 4. Uw klanten blijven uw bestaan rechtvaardigen. Echter, uw medewerkers zijn uw bestaansrecht geworden… zonder ‘bekwaam’ personeel, geen klanten. En bekwaamheid gaat steeds meer over het bij blijven in de ‘veranderingsflow’, grenzen verleggen, anders durven te denken en te doen, op alle niveaus… weg met de homeostase! 16
  • 17. 1.2 Arbeidskrapte: bent u er klaar voor? Dat Nederland snel te maken krijgt met een kwantitatieve en vooral een kwalitatieve arbeidskrapte vanwege vergrijzing, ontgroening en nieuwe functie-eisen, is oud nieuws. Echter, de economische crisis heeft ons de afgelopen twee jaar laten vergeten hoe dramatisch de krapte voor onze organisaties wordt. In de pers lag de focus op ontslagrondes, stijgende werkloosheid en slechte economische vooruitzichten. Daarbij is de daadwerkelijke kritische situatie van de arbeidsmarkt verzwegen. Nederland kampt nu al met een krappe arbeidsmarkt; het tekort aan bekwaam personeel gaat de komende jaren fors stijgen. Dit geldt ook als Nederland in de komende jaren de bescheiden geraamde economische groei rond de 2%1 bereikt. Crisis voorbij, waar staan wij nu? De pessimistische prognoses in 2010 over een aanhoudende stijgende werkloosheid in 2011 blijken achteraf niet juist. Na vijf kwartalen van krimp groeit het aantal banen weer sinds het 2de kwartaal 2010. Banen van werknemers x 1.000 8.100 8.000 7.900 7.800 7.700 7.600 7.500 7.400 7.300 l ll lll lV l ll lll lV l ll lll lV l ll lll lV l ll lll lV l ll lll lV l ll lll lV l ll lll lV 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 – Oorspronkelijk - - - Seizoengecorrigeerd Bron: CBS, juni 2011 Werkloze beroepsbevolking x 1.000 550 500 Nederlandsche Bank – Economische Ontwikkelingen en Vooruitzichten - juni 2011 1 De 17 450 400
  • 18. Banen van werknemers x 1.000 8.100 8.000 7.900 7.800 7.700 7.600 7.500 7.400 7.300 l ll lll lV l ll lll lV l ll lll lV l ll lll lV l ll lll lV l ll lll lV l ll lll lV l ll lll lV 2003 2004 2009 2010 De werkloosheid daalt sinds maart 2010.2007 400.0002 werklozen in mei ligt de 2005 2006 Met 2008 werkloosheid – Oorspronkelijk - - - Seizoengecorrigeerd van de beroepsbevolking. Boven de onder de kritische grens van 5,5% 5,5% werkloosheid is er sprake van een ruime arbeidsmarkt. Onder de 5,5% wordt de arbeidsmarkt als ‘krap’ aangemerkt; werkgevers blijven zitten met onvervulde vacatures, stijgende wervingskosten, toenemende ongewenste uitstroom en extra loonstijgingen om deze uitstroom te beperken. Werkloze beroepsbevolking x 1.000 550 500 450 400 350 300 250 200 l ll lll lV l ll lll lV l ll lll lV l ll lll lV l ll lll lV l ll lll lV 2005 2006 2007 2008 2009 2010 – Gecorrigeerd voor seizoeninvloeden - - - Niet gecorrigeerd Bron: CBS, april 2011 18 2 voor seizoeninvloeden gecorrigeerde werkloosheid - CBS, 23 juni 2011
  • 19. Nieuw is dat de arbeidskrapte voor het eerst sinds de tweede wereldoorlog structureel is. Dit is het gevolg van de vergrijzing en de ontgroening in Nederland. Ook als verwacht wordt dat de uitbreidingsvraag tot 2015 nihil blijft, explodeert de vervangingsvraag met een gemiddeld aantal vacatures in Nederland van 900.000 per jaar in de periode 2013-2016. In vergelijking zijn er in 2008, aangemerkt als hét jaar van arbeidskrapte, 1,03 miljoen vacatures geteld in Nederland. We komen dichtbij dit record. Indicatie vacature-ontwikkeling per sector 2012-2015 Sector (Gemiddeld) aantal vacatures per jaar (x 1.000) 2009 2010 2011 2012-2015 Detailhandel 136 175 195 198 Adviesbureaus en makelaardij 60 78 97 114 Horeca en catering 53 69 83 96 Zorg 74 78 83 89 Groothandel 43 51 67 77 Toerisme en maatschappelijke organisaties 41 52 59 64 Industrie 42 32 44 54 Vervoer en telecom 31 42 50 54 Uitzendwezen en rest zakelijke diensten 39 43 46 53 Financiële diensten 29 36 41 49 Welzijn 35 38 41 45 Bouw en bouwinstallatie 26 17 31 41 Onderwijs 35 35 37 41 Landbouw en visserij 15 25 31 34 Openbaar Bestuur 28 28 30 34 ICT 16 23 28 29 Schoonmaak 21 19 19 20 Nutsbedrijven 3 2 2 2 Delfstoffenwinning 1 1 1 1 Totaal 725 845 987 1.094 Bron: UWV Werkbedrijf, juni 2011 Bovengenoemde cijfers zijn gebaseerd op een voorzichtige economische groei van 2%. Laten we vanuit het oogpunt van krapte op de arbeidsmarkt hopen dat de economie niet harder gaat aantrekken! 2 Centraal Planbureau, 2010 19
  • 20. Arbeidskwaliteit in de 21ste eeuw De eisen van onze turbulente omgeving en het economische stelsel van Nederland in het bijzonder, maken de vooruitzichten van de arbeidsmarkt voor werkgevers nog somberder. We weten allemaal dat de turbulente economische omgeving steeds hoger gekwalificeerde medewerkers eist. De uitdaging ligt in het feit dat ‘kennis’ lang niet meer voldoende is om productief te zijn. Kennis veroudert snel. Jongeren worden opgeleid voor banen die nu nog niet bestaan en om problemen op te lossen die we nu nog niet kennen. Volgens het Ministerie van Onderwijs van de Verenigde Staten bestond de top-10 banen in 2010 nog niet in 2004. Naast specifieke vakkennis beschikt de getalenteerde kenniswerker van de 21ste eeuw vooral over ‘nieuwe competenties’. Hier valt te denken aan sociale intelligentie, veranderingsgezindheid, absorptievermogen, communicatieve vaardigheden en creativiteit. Driekwart van de Nederlandse werkgevers zijn dienstverleners. Ongeacht de sector waarin zij werkzaam zijn, gaan ze op zoek naar vrijwel dezelfde talenten. Dit gaat leiden tot een schreeuwend tekort aan bekwaam personeel en tot een felle concurrentie tussen organisaties en brancheverenigingen. Glas half vol of half leeg? Al deze ontwikkelingen hebben consequenties voor uw organisatie: 1. De groei van uw organisatie komt in gevaar door gebrek aan bekwaam personeel. 2. Het is 5 voor 12. De ontwikkelingen op de arbeidsmarkt zijn zodanig complex en omvangrijk, dat u tijd nodig heeft om het juiste beleid voor uw organisatie uit te kunnen stippelen en implementeren voordat u getalenteerde kenniswerkers heeft geworven en ontwikkeld. 3. De enorme krapte noodzaakt u om intern talenten te ontwikkelen. Alle medewerkers, op alle niveaus, in de lijn en in de staf, jong en oud, zullen moeten voldoen aan de nieuwe competentie-eisen. 4. Wie vooruitloopt, komt in de positieve spiraal: wie de eerste ‘innovatieve’ maatregelen ontwikkelt en uitvoert, werft het beste personeel, verbetert zijn werkgeversimago en blijft (hopelijk) voorop lopen. Employerbranding, bijvoorbeeld, wordt belangrijker dan ooit. Er ontstaat een steeds grotere kloof tussen ‘old school’ en ‘new school’ organisaties met, respectievelijk, verslechterde of verbeterde concurrentieposities. Hoe u met deze consequenties kunt omgaan, komt later in deze White Paper ter sprake. 20
  • 21. 1.3 Vergrijzing: 2011 als mijlpaal – maak je borst maar nat! Dat Europa de komende jaren in dubbel tempo vergrijst is oud nieuws; dat weten we al dertig jaar. Echter, we gaan nu pas daadwerkelijk de consequenties merken. Dit jaar begint de omvangrijke baby-boom generatie (geboren in de jaren 50 en begin 60) de pensioengerechtigde leeftijd te bereiken, waardoor het aantal ouderen razend snel stijgt. Tot 2015 komen er in Nederland een half miljoen 65-plussers bij. Ter illustratie, in de afgelopen vijf jaar ging het nog maar om een kwart miljoen. De vergrijzing zal de komende decennia niet alleen toenemen vanwege demografische ontwikkelingen. Ook de stijgende levensverwachting zal een steeds belangrijkere rol spelen. Per jaar worden we gemiddeld drie maanden ouder; dit betekent gemiddeld vier jaar per generatie. Met de innovatie en ontwikkelingen in de gezondheidszorg blijft deze parameter alleen maar stijgen. 21
  • 22. Levensverwachting door de eeuwen heen 2010 - 2050 85 80 75 Life expectancy in years 70 65 60 55 Hart- en vaatziekten 50 Antibiotica, vaccins 45 Drinkwater en riolering 40 Industriële revolutie 35 30 1600 1650 1700 1750 1800 1850 1900 1950 2000 Year Bron: TopInstituut Gezond en Succesvol Ouder Worden (TI-GO) Het spreekt voor zich dat de basis oudedagsvoorziening (later tot AOW omgedoopt) niet meer van onze tijd is. Deze is in 1947 door de toenmalige Minister van Sociale Zaken Willem Drees op basis van een gemiddelde levensverwachting van 75 jaar ingevoerd. In dit perspectief is de verhoging van de pensioenleeftijd van 65 naar 67 jaar nog zeer bescheiden en slechts een begin. Door de vergrijzing en de noodzakelijke verhoging van de pensioenleeftijd zal het aantal oudere medewerkers binnen uw organisatie aanzienlijk toenemen. Hierbij is 2011 een mijlpaal. Vanaf dit jaar gaat het aantal ‘senioren’ dat nog vijf tot vijftien jaar bij u zal werken in razend tempo groeien. Dit staat in schril contrast in tot de huidige situatie waarin veel werkgevers hun ‘oudere medewerkers’ liever kwijt dan rijk zijn. De ‘Ageing challenge’ voor organisaties ligt niet primair in het vervangen van senioren die met pensioen gaan. Nogmaals, we hebben genoeg tijd (gehad) om hierop te anticiperen. De uitdaging ligt op twee andere fronten. 22
  • 23. - Hoe houden we de groeiende groep werkende ouderen productief? Felix Steemers toont in zijn promotieonderzoek aan dat de inzetbaarheid van medewerkers over het geheel genomen al vanaf ongeveer hun 40ste jaar terugloopt. In een wereld die snel verandert en eist dat u uw producten, diensten en bedrijfsvoering even snel aanpast, is het noodzakelijk dat uw personeel, dus ook uw senioren, productief en inzetbaar blijft. - De tweede uitdaging is het vermijden dat deze groep een belemmering vormt voor de veranderingsgezindheid van uw organisatie. Hierbij valt bijvoorbeeld te denken aan innovatie, het omgaan met nieuwe technologieën en communicatiemiddelen, het samenwerken met jongere generaties, kortom het doorbreken van verouderde denk- en gedragspatronen. Glas half vol of half leeg? Ik zie de vergrijzing sneller als kans dan als bedreiging. Senioren zorgen voor stabiliteit, organisatieloyaliteit, ervaring en tegengewicht voor de soms ‘chaotische’ creativiteit en vrijheid van jongeren. Generaties vullen elkaar perfect aan, als je hun specifieke krachten maar herkent en erkent en er iets mee doet. Daarnaast worden organisaties, dankzij de grote impact van de vergrijzing, gedwongen om te vernieuwen. Niets doen is er niet meer bij. Eindelijk de kans om echte, structurele veranderingen door te voeren. Maar wees alert: de productiviteit en prestatie van uw organisatie worden in de komende jaren steeds meer afhankelijk van senior medewerkers. Zij moeten dan ook meer aandacht krijgen, wilt u hun krachten optimaal benutten en ze fit, inzetbaar en gemotiveerd houden. Gericht beleid is onontkoombaar om senioren productief te houden in de transformatie die in uw organisatie de komende jaren zal moeten worden doorgemaakt. 23
  • 24. 1.4 Ontwikkelingen in de samenleving De nieuwe generatie: nieuwer dan ooit De massale uittocht van babyboomers en het tekort aan jongeren om deze te vervangen, maken beschikbare jongeren in het bijzonder belangrijk. De jonge generatie krijgt verschillende stempels mee zoals ‘generatie Mij’, ‘generatie 2.0’, ‘gamers’, ‘grenzeloze generatie’, of ‘screenagers’. Dit zijn jongeren tot begin 30 die opgegroeid zijn in het tijdperk van overvloed. Overvloed aan kennis (internet), aan informatie (digitale technologieën), aan keuzes, aan welvaart. Hun maatschappelijke, economische, sociale en politieke referentiekaders zijn daar voortvloeisels van. Deze bepalen voor een belangrijk deel hun persoonlijkheid, mentaliteit, drijfveren, behoeften en ambities, zowel professioneel als privé. Jongeren zijn zelfbewust, assertief en weten goed wat hun wensen en rechten zijn. Ze zijn veeleisend en beter opgeleid dan voorgaande generaties. Op de arbeidsmarkt zoeken zij vooral inhoudelijke uitdagingen, zinvol werk, ontplooiingsmogelijkheden en vrijheid. Zij willen zo veel mogelijk ervaring opdoen en leren van anderen. Vrijheid in de invulling van hun werk en van hun werktijd spreekt voor zich. Jongeren denken in termen van ‘output’. Of zij ’s nachts, op het strand op Bali of op een flexibele werkplek langs de snelweg, hun werk doen is niet relevant. Het gaat om de bereikte resultaten. Ten slotte, carrière maken is belangrijk maar mag niet ten koste gaan van alles. Vrije tijd en privéleven zijn meer bepalend voor wie je bent dan je werk. Verschillen tussen generaties Tijdens Prinsjesdag 2010 noemde Minister Donner (toen demissionair Minister van Sociale Zaken), ‘het goed laten functioneren van de arbeidsmarkt en het maximale halen uit de drie werkende generaties’ de achilleshiel voor het herstel van de Nederlandse economie. Organisaties worden voor het eerst geconfronteerd met het managen van drie werkende generaties waarvan de jongste, de allerbelangrijkste voor onze toekomst, wezenlijk verschilt van de twee eerste. 24
  • 25. Verschillen tussen de 3 werkende generaties Generatie Babyboom X X (50-plussers) (tussen 35 en 50 jaar) (tussen 20 en 35 jaar) Mentaliteit - status gevoelig (titel, - functioneel, rationeel - jezelf ‘zijn’ staat voorop functie, geld) - team als kracht - eigenzinnig, authentiek - individualistisch - werken is prettig, ontdekken Managen - hiërarchisch - resultaatgericht - transparantie - conflictvermijdend - efficiency voorop - authentiek - vertrouwelingen om - autoriteit verdiend via - allergie aan ‘oude’ zich heen kennis & vaardigheden patronen - autoriteit is relatief Samenwerken - goede sfeer belangrijk - noodzakelijk - als no-nonsense - diversiteit Communiceren - overtuigen, - zakelijk & zinvol - snel en doelgericht argumenteren - open, direct - constructief kritisch - politiek - persoonlijk contact - multitasking Veranderen - (her)structureren - verbeteren - doorlopend proces - professionaliseren - in (kleine) stappen Besluiten - consensus - pragmatisch - snel - politiek - krachten benutten en - op goed gevoel bundelen Opleiden / leren - zelfontplooiing - zelfontplooiing, leren in - ontwikkelen in privé - solistisch het werk en werk - van elkaar, van experts - het gaat om leren jezelf te zijn - leren van iedereen Conflict hantering - voorzichtig, vermijden, - meervoudig kijken - transparantie reactief - enige zelfreflectie - laten gaan - weinig zelfreflectie Bron: VisieScope, bewerking van wetenschappelijke en empirische onderzoeken 25
  • 26. Diversiteit: allochtonen en vrouwen Allochtonen Toen de geboortegolf van de jaren 50 en 60 inzakte, door een scala aan moderne trends als secularisering, emancipatie en individualisering, werd de immigratie de motor achter de sterke bevolkingsgroei in Nederland. De herkomst van immigranten was zeer divers: Surinamers na de onafhankelijkheid van Suriname in 1975, landgenoten uit de Nederlandse Antillen, gastarbeiders uit Zuid- en Oost- Europa en Noord-Afrika, studenten uit China en politieke vluchtelingen uit onrustige gebieden. Sinds die tijd is de ‘diversiteit’ in Nederland alleen maar toegenomen met alle consequenties van dien voor de diversiteit aan culturele en etnische modellen. Met een recordaantal van 140.000 immigranten in 2008 is de verwachting dat de Nederlandse beroepsbevolking nog zo’n 30 jaar zal toenemen, voornamelijk dankzij de immigratie. Daarnaast is de allochtone bevolking jonger dan de autochtone. In de grote steden van West-Nederland vormen de helft van de jongeren van niet-westerse afkomst tot 20 jaar uw toekomstige medewerkers en managers. Aandeel niet-westerse allochtonen onder jongeren % van de 0- tot 20- jarigen 60 50 40 30 20 10 0 Nederland Amsterdam Rotterdam Den Haag Bron: CBS De rijke diversiteit aan immigranten leidt tot een hoge diversiteit van onze samenleving. Vrouwen Dat de positie van vrouwen op de Nederlandse arbeidsmarkt niet bij onze tijd past is bekend. Slechts 20% van de vrouwen met kinderen werkt fulltime tegen gemiddeld 62% in de Europese Unie. Wat managementfuncties betreft, staat Nederland onderaan de lijst, achter Pakistan, op de ranglijst van het aantal vrouwen in bestuursfuncties. 26
  • 27. Vrouwen vormen één van de belangrijkste arbeidsreserves voor de toekomst. Naast een ongekend onbenut potentieel van beschikbare arbeidsuren zijn zij dé kenniswerkers van morgen: voor het eerst in Nederland zijn vrouwen in de leeftijd van 25 tot 35 jaar beter opgeleid dan mannen (respectievelijk 42% en 36% met een hbo- of wo-diploma). Glas half vol of half leeg? Wat zijn de consequenties van deze ontwikkelingen voor uw organisatie? 1. Kenmerken van jongeren en van de ‘nieuwe’ consument en klant (ongeacht de leeftijd) sluiten nauw aan bij elkaar. Jongeren zijn dé motor van vernieuwing voor uw organisatie. 2. De 3 werkende generaties vullen elkaar perfect aan voor een high performance organisatie. Voorwaarde is wel dat u bij de inzet de verschillen kent, erkent en benut. 3. In een krappe arbeidsmarkt, zult u een aantrekkelijke werkgever moeten zijn, ook voor allochtonen en vrouwen. 4. Als leverancier moet u toegevoegde waarde brengen aan de ‘nieuwe’ consumenten. 27
  • 28. 28
  • 29. 2. De nieuwe organisatie Het eerste hoofdstuk geeft een korte blik op ontwikkelingen in onze externe omgeving. Deze ontwikkelingen zijn snel, complex en grotendeels onvoorspelbaar. In dit hoofdstuk proberen we uit te leggen waarom organisaties zo veel moeite hebben om zich aan te passen aan omgevings- turbulenties. We schetsen vervolgens de kenmerken van de Nieuwe Organisatie en wat dit voor u in de praktijk betekent. 2.1 Van homeostase… Nederland staat niet voor niets op de 7de plaats3 op de ranglijst van rijkste landen ter wereld. Deze positie is grotendeels te danken aan het poldermodel. In de jaren 80 en 90 heeft het model uitstekend gefunctioneerd. We zaten nog in het tijdperk van industriële economieën waarin product en procesefficiency centraal stonden. Nu, 30 jaar later, in het tijdperk van kenniseconomieën, hebben we last van ‘ons poldermodel’. Onze directeuren, managers en professionals zijn hiermee opgegroeid. Zij sturen op kosten en procedures. Input en controles zijn hun referentiekaders voor succes. Het bewijs? Kijk maar eens hoe directeuren de afgelopen twee jaar, tijdens de crisis, ‘harder’ zijn gaan managen door het opstapelen van Key Performance Indicators, targets en rapportages. 3 bbp per hoofd van de bevolking, Internationaal Monetair Fonds, 2009 29
  • 30. De moderne kenniseconomie stelt andere eisen en veel managers hebben moeite om hun gevestigde denk- en gedragpatronen te verleggen. Het lukt ze niet om, structureel, controle los te laten, om out-of-the box te denken en vooral om hun teams slimmer en innovatiever te managen. De polder voorbij Van poldermodel… ... naar deltamodel sociale innovatie Consensus, vertegenwoordiging belanghebbenden Dynamische kennisstromen Industriële economie, lage toegevoegde waarde Kenniseconomie, hoge toegevoegde waarde Crosshierarchisch management Crossfunctioneel en crosscultureel Traditionele organisatievormen Flexibele organisatievormen Laaggeschoolde productiemedewerkers Hooggeschoolde kenniswerkers Bron: Prof. dr. H. Volberda Nederland is sinds het begin van de 21ste eeuw in een stilstand gekomen. Wij zijn van de 3de plaats (2000) gedegradeerd naar de 10de plaats (2009) op de ranglijst van meest concurrerende en innoverende landen ter wereld4. Dat ligt niet aan de kwaliteit van Research & Development, of aan het aantal octrooien. In dat opzicht gaat het juist uitstekend. Het zijn verrassend genoeg vooral de ‘zachte’ kanten in de bedrijfsorganisatie waar Nederland achterstanden oploopt. ‘Sociale innovatie is veel belangrijker dan Research & Development’, zegt Prof. dr. Henk Volberda, hoogleraar strategisch management aan de Rotterdam School of Management - Erasmus Universiteit. Hij baseert zijn uitspraak op onderzoek onder 10.000 bedrijven en instellingen in Nederland. Daaruit blijkt dat slechts 25% van het innovatiesucces wordt bepaald door R&D en 75% door slim managen en innovatief organiseren. 4 World Economic Forum, 2010 – in 2010 is Nederland gestegen tot de 8ste plaats, het heeft echter voornamelijk te maken met investeringen in de publieke sector (fysieke infrastructuur en gezondheidszorg) en nauwelijks met de 30 verbetering van bedrijvigheid
  • 31. 2.2 … naar de Nieuwe Organisatie Waaraan voldoet de Nieuwe Organisatie? C.K. Prahalad, Hoogleraar Corporate Strategy aan de University of Michigan: ‘We hebben honderd jaar gewerkt volgens het idee dat het bedrijf het centrum van het universum was. Alles draait om het bedrijf… We moeten echt vanaf nul beginnen, ons hele bestaande waardesysteem overboord gooien en niet alleen nieuwe bekwaamheden leren, maar zelfs een hele nieuwe manier van denken’. Van ‘de traditionele organisatie’ naar ‘De Nieuwe Organisatie’ 20ste eeuw - De Traditionele 21ste eeuw - De Nieuwe Organisatie Organisatie Visie Visie op markt en klanten Visie op ontwikkelingen van alle stakeholders Strategie bepaling Topmanagement Hele organisatie met cruciale rol voor lijnmanager Perspectief Stabiliteit, evenwicht, Instabiliteit, uitspringen, excelleren consensus, gemiddelde Human Capital Ondersteunend CHCO: Chief Human Capital Officer Management Managementstijl & Managen, beheren, directief Creatief leiderschap, sociale leiderschap leiderschap, stand alone innovatie Bedrijfsvoering Scheiding tussen denken en Doorlopende ontdekking, leren, doen zich aanpassen Rol topmanagement Middelen toewijzen Talenten onthullen, ontwikkelen en benutten Positionering Bedrijf staat centraal Talenten staan centraal Critical resources Financiële en fysieke aspecten Talenten, kennis, infrastructuur voor dialoog Generatiemanagement Kennis & ervaring, generatie Vaardigheden, houding & gedrag, 1.0 (Babyboom/X) mix generaties 1.0 (babyboom/X), 2.0 (Y) en aankomende Z (jonger dan 20 jaar) War for Talent Werkgever is klant Talent is klant Relatiemanagement Samenwerking, intern en Co-creatie, intern en extern extern geïntegreerd Tijdperspectief Lange termijn Korte termijn en middellange termijn Veranderen & leren Fysiek (structuren, financiële Organisch, dagelijks, incrementeel aspecten) (‘in lagen’) Bron: VisieScope 31
  • 32. Om te groeien naar het model van de Nieuwe Organisatie is het doorslaggevend dat er bij het management een passie is om te veranderen. Passie voor het verleggen van zijn eigen grenzen en passie voor het doen excelleren van zijn team en organisatie. Alleen ambitieuze mensen zullen het verschil maken. De ‘zesjescultuur’ is definitief voorbij. Veranderen betekent innovatief organiseren, het lef hebben om de arbeid anders in te richten. Nieuwe Organisaties zijn platter, functioneren volgens het principe van het Nieuwe Werken en zijn ingericht voor hun personeel. Het hart van de organisatie is het personeel. De Nieuwe Organisatie is ingericht voor het aantrekken van kenniswerkers, het binden en boeien van medewerkers en het verder ontwikkelen van talenten. 32
  • 33. 2.3 Wat betekent dit in de praktijk? In de praktijk betekent dit een driedimensionale aanpak. 1. Het volledig integreren van Human Capital in de algemene visie, missie en strategie van de organisatie 2. De gap tussen de huidige situatie (IST) en de gewenste situatie (SOLL) vastleggen 3. Het implementeren van de juiste én innovatieve HRM-instrumenten met nadruk op Leren (= veranderen) & Ontwikkelen De 7 stappen van Human Capital Management Omgeving 1 Organisatie Bewustwording 2 HCM 3 ‘IST’ Strategie Beeldvorming 4 ‘SOLL’ 5 Instroom Doelen Implementatie Doorstroom 6 Acties Uitstroom 7 Bron: VisieScope Bewustwording Stap 1: bepaling van de visie, missie en strategie van de organisatie op basis van een omgevingsanalyse Stap 2: integratie van de Human Capital Management visie, missie en strategie 33
  • 34. Beeldvorming Stap 3: analyse van de huidige situatie (IST) m.b.t. Human Capital Management Stap 4: omschrijving van de gewenste situatie (SOLL) m.b.t. Human Capital Management > Vastlegging van de gap tussen IST en SOLL en bepaling van de tactische doelen Implementatie Keuze, vormgeving en uitrol van de geschikte instrumenten en processen met betrekking tot: Stap 5: instroom Stap 6: doorstroom Stap 7: uitstroom 1. Het volledig integreren van Human Capital in de algemene visie, missie en strategie van de organisatie We spreken niet meer over het ‘beheren van personeel’ (Human Resource Management) maar over het ontwikkelen en leiden van talenten (Human Capital Leadership). Human Capital is de motor van de organisatie; financiële en fysieke factoren zijn slechts randvoorwaarden geworden. De eerste consequentie is dat HRM volledig deel moet uitmaken van het algemeen bestuur. Dit is een vereiste om Human Capital te kunnen integreren in de organisatiestrategie. Bij 60% van de Nederlandse organisaties zit HRM niet in de hoogste bestuurslaag. Bij bedrijven met meer dan 1000 medewerkers geldt dit voor 50%. Het is het hoogste percentage op één na van alle EU-landen 5. Hieruit blijkt dat HRM in de visie en missie van de organisatie meestal nog lang geen volledige entiteit is. ’HRM heeft in Nederland een zwaar operationeel karakter’ zegt Job Hoogendoorn, directeur en hoofddocent HRM aan de Rotterdam School of Management - Erasmus Universiteit. 83% van de bedrijven heeft een formele ondernemingstrategie. Daarvan heeft maar 44% de vertaalslag gemaakt naar een HRM-strategie. Van deze 44% heeft de helft ook daadwerkelijk actieprogramma’s gemaakt. Slechts een fractie daarvan wordt uitgevoerd. De tweede consequentie is dat de implementatie van HRM door de lijnmanagers plaatsvindt. Managers moeten de verantwoordelijkheid nemen en dragen voor het ontwikkelen en leiden van hun personeel. Een HRM-afdeling kan een beleid ontwikkelen, instrumenten ontwerpen en faciliteren; de uitvoering van een succesvolle HRM-strategie ligt echter in de operatie. 34 5 J. Hoogendoorn, Rottedam School of Management – Erasmus Universiteit
  • 35. In het verlengde daarvan ligt de uitdaging van HRM-managers in het veel actiever opeisen van hun rol en positie in de strategische besluitvorming en als ‘businesspartner’ van de lijn. 2. De gap tussen de huidige situatie (IST) en de gewenste situatie (SOLL) vastleggen Het is verbazingwekend hoeveel HRM-instrumenten er worden ontwikkeld, die vervolgens niet of slecht door de operatie worden gebruikt. Vaak is dit het gevolg van het feit dat instrumenten worden ontwikkeld om een knelpunt op te lossen in plaats van invulling te geven aan een doorgedachte HRM-strategie. Bij een grote organisatie werd geconstateerd dat de lijnmanagers onvoldoende aandacht gaven aan hun teams. Naar aanleiding daarvan werd flink geïnvesteerd in het ontwikkelen van een Performance Management Cyclus. De 360° feedback, functionerings-, beoordelings- en POP- gesprekken zouden dienen als contactmomenten tussen de manager en de medewerkers. Twee jaar later werd met pijn geconcludeerd dat deze contactmomenten afgeraffeld werden of überhaupt niet plaatsvonden. De performance management cyclus was uitgestippeld om het probleem ‘gebrek aan aandacht’ op te lossen; een soort symptoombestrijding zonder te kijken naar de oorzaak van het probleem, de ‘echte ziekte’. Dit heeft veel geld gekost en niets verbeterd. Om dit soort desinvesteringen te voorkomen, is eerst een gedegen analyse van de gap tussen de huidige en de gewenste situaties met betrekking tot Human Capital noodzakelijk. In hetzelfde voorbeeld zou de analyse eerst gaan over onder meer leiderschap en managementcompetenties. Welke leiderschapstijl en managementcompetenties hebben we nu in huis en wat is over twee jaar wenselijk? Pas als de gap geanalyseerd is, kunnen de juiste instrumenten worden ingezet. Anders bestaat er een groot risico op het maken van dubbele kosten: de directe kosten voor het ontwikkelen van een instrument dat niet of slecht wordt gebruikt en de indirecte kosten voor de implementatie van een instrument dat een bescheiden rendement haalt. Hierbij is nog geen rekening gehouden met de negatieve impact op het imago van de HRM-afdeling die weer ‘iets dropt’ in de operatie. 35
  • 36. 3. Het implementeren van de juiste én innovatieve HRM-instrumenten met nadruk op Leren (= veranderen) & Ontwikkelen Human Capital Management - implementatiefase functie- en taakdifferentiatie recruitment selectie introductie Instroom inwerkprogramma Learning & Development: careerplanning succession planning persoonsgebonden opleidingsbudget/plan (maatwerk) opleiding talentmanagement management development coaching mentoring mobiliteit Implementatie Compensation & benefits: (HRM-instrumenten) Doorstroom arbeidsvoorwaarden à la carte flexibele werktijden individuele regelingen verlof & levensloop Vitaliteit: energie management Arbo Performance management exitonderzoek Uitstroom pensioen / outplacement input: coaching output: mentoring & projects Bron: VisieScope HRM-instrumenten zijn alleen effectief als zij voortvloeien uit een doorgedachte HRM-visie en strategie en als zij aan elkaar worden gekoppeld. We hebben net onderbouwd hoe krap de arbeidsmarkt wordt. In tijden van arbeids- krapte wordt er fors geïnvesteerd in de werving & selectie van nieuwe medewerkers. Arbeidsmarktcommunicatie, recruitersteams, assessments, aannamekosten, inwerkprogramma’s, het houdt niet op. Deze investeringen zijn zinloos als de achterdeuren van de organisatie open blijven staan, als medewerkers even snel uitstromen. Organisaties moeten beseffen dat een succesvolle invulling van de HRM-strategie begint met het binden en boeien van personeel. Binden en boeien doe je door medewerkers ruimte, inspiratie en middelen te bieden voor verdere ontwikkeling van talenten. Uiteraard dienen de primaire en secondaire arbeidsvoorwaarden marktconform te zijn. Daar gaan kenniswerkers van uit. Uw 36
  • 37. onderscheidingsvermogen als werkgever ligt echter in ontwikkelingsinstrumenten als careerplanning, stretch assignments, persoonlijke ontwikkeling, Management Development en interne mobiliteitstrajecten. Dit geldt des te meer voor jongeren die voortdurend op zoek zijn naar ontplooiing, ontdekking en zingeving. Biedt u in deze zin als werkgever geen passende werkomgeving, dan is de uitstroom van jonge talenten minstens zo groot als de instroom. Bovendien loopt uw werkgeversreputatie gevaar, want jongeren delen hun ervaringen op internet en geven hun ongezouten mening over uw organisatie! HRM-instrumenten faciliteren de ontwikkeling van personeel, maar voor de échte ontwikkeling is het management cruciaal. Zijn uw managers in staat om duidelijke verwachtingen uit te spreken en effectieve feedback te geven? Generatie Y heeft weinig met de traditionele hiërarchische rapportagelijnen. ‘Een leidinggevende, prima, maar laat dat vooral iemand zijn van wie we iets kunnen leren’, is de moraal. Blijven uw managers hun teams aansturen volgens de kenmerken van de ‘Traditionele Organisatie’? Dan blijven de achterdeuren hoogstwaarschijnlijk open staan. Ten slotte zullen organisaties niet alleen moeten roepen dat zij hun talenten belangrijk vinden, zij zullen het vooral moeten laten zien. Practice what you preach! Edward Lawler, Hoogleraar aan de Universiteit van Southern California, waarschuwt nu al voor de ‘Talent lie’ – zeggen dat mensen belangrijk zijn maar er niet naar handelen. 37
  • 38. 38
  • 39. 3. Organic Learning™: dé weg naar de Nieuwe Organisatie In onze turbulente omgeving heeft Human Capital Manage- ment de sleutelrol in het vernieuwen van organisaties. De vraag is nu, hoe een traditionele organisatie transformeren in een Nieuwe Organisatie? Het mag duidelijk zijn dat de kern van transformatie in het ‘leren & ontwikkelen’ zit. Het derde hoofdstuk vergelijkt de traditionele inzet van ‘Learning & Development’ met ‘Organic Learning’: succesvol veranderen in de 21ste eeuw. Inleiding Lukt het niet om onze organisatie te veranderen, dan veranderen we de woorden die we gebruiken om zaken aan te duiden. ‘Leidinggeven’ wordt ‘coachen’, ‘cafetaria-plan’ wordt ‘employee benefits’, ‘personeelsontwikkeling’ wordt ‘Learning & Development’, taakstelling wordt ‘balanced scorecard’ en de ‘afdeling opleiding’ wordt een eigen ‘Academy’. Onderzoek wijst keer op keer uit dat het met Learning & Development maar niet wil vlotten. De validiteit van leerstijltests blijkt keer op keer te laag. De relatie tussen certificering en kwaliteit is nog nooit aangetoond. We houden vast aan theorieën en modellen die ons geruststellen maar waar we nauwelijks van leren. 39
  • 40. 3.1 De traditionele inzet van ‘Learning & Development’ 1. Kennisgedreven en ver van de werkvloer De traditionele benadering van Learning & Development (L&D) is kennisgedreven en vindt ver van de werkvloer plaats, in gesimuleerde leersituaties. ‘Kennis is macht’. Zo veel mogelijk kennis opbouwen werkte uitstekend in het industriële tijdperk. In de kenniseconomie verandert kennis zodanig snel, dat het voor medewerkers onmogelijk is om de flow aan nieuwe kennis bij te houden. De uitdaging ligt niet in de hoeveelheid opgestapelde kennis. Nee, de uitdaging ligt in de bekwaamheid om de juiste kennis te vergaren op het juiste moment, deze kennis te absorberen, interpreteren en door te vertalen naar de specifieke behoeftes van de organisatie. In de traditionele benadering van L&D worden vaardigheden geoefend in gesimuleerde leersituaties, ver van de werkvloer. Tijdens trainingen worden modellen doorlopen en vaardigheden geoefend. Komt de medewerker terug naar de werkvloer, dan is het effect van de training vaak binnen enkele dagen verdwenen. Bij een grote organisatie hadden managers hun communicatieve vaardigheden getraind in een 10-daags trainingsprogramma. Zij kenden de regels van feedback uitstekend, konden de principes van effectief communiceren prima tekenen en de valkuilen, ervaren tijdens de rollenspelen, goed weergeven. In de dagelijkse praktijk merkten hun teams echter niets van hun leertraject. De mislukking lag niet aan de kwaliteit van de trainingen, deze was uitstekend. De mismatch werd veroorzaakt door de loskoppeling van de leergang en het functioneren van de manager op de werkvloer. Uiteraard ontstaan er talloze leervormen zoals ‘action-learning’ en leiderschaps- projecten om de brug te slaan tussen opleidingen en dagelijkse praktijk. Echter, het leerproces vindt plaats in een ‘simulatie’ die tijdelijk ingericht is. Komt de medewerker terug op zijn werkplek, dan belandt hij meestal weer snel in zijn oude denk- en gedragspatronen. 2. Verbeteren wat ik niet kan of niet wil De traditionele benadering van L&D is gericht op het verbeteren van beperkingen en aandachtspunten van de medewerker. Naar aanleiding van een functioneringsgesprek worden Persoonlijk Ontwikkelings- plannen vastgelegd. De leerdoelen betreffen vooral competenties die bij de medewerker onvoldoende zijn ontwikkeld. 40
  • 41. Traditionele ontwikkeling raakt meestal alleen het eerste niveau van leren en veranderen: het waarneembare gedrag. Het onzichtbare, zoals motivatie, identiteit, overtuigingen en normen en waarden, wordt nauwelijks of slechts tijdelijk getroffen. Een manager die zijn klantgerichtheid ‘moet’ ontwikkelen, zou er eerst achter moeten komen of hij dat eigenlijk wel wil, waarom hij nu acteert zoals hij het doet en of hij over de innerlijke competenties beschikt (sociale vaardigheid, lef, creativiteit) om überhaupt klantgerichter te worden. Doe je dit niet, dan heeft het ontwikkelingtraject een averechts effect. Denk aan ineffectiviteit en demotivatie van de manager die zich nauwelijks verder ontwikkelt, aan tijdverlies en slecht besteed opleidingsgeld en aan het mogelijke verlies van klanten. 3. Hiërarchisch en stand alone Zij doen niet Directie wat ik wil Personeel HRM Ik moet weer op training Help! Extern bureau Leidinggevenden Ik ga je helpen Zie je, ik kan niks met hen Bron: VisieScope De traditionele benadering van organisatieontwikkeling volgt de volgende routing. 1. De directie merkt op dat medewerkers niet doen wat van hen wordt verwacht en geeft de opdracht aan HRM om ‘er iets aan te doen’. 2. HRM geeft de opdracht aan een trainingsbureau om het personeel te ontwikkelen. 3. Het trainingsbureau traint het personeel en stuurt zijn factuur toe. 41
  • 42. 4. Het personeel ‘gaat op training’, krijgt nieuwe inzichten en oefent even hoe het anders kan, gaat vervolgens terug naar het werk en belandt opnieuw in de veilige oude situatie. Er verandert zo goed als niets. 5. De leidinggevenden voelen zich slachtoffers en geloven dat succes alleen kan worden bereikt met andere medewerkers. In de traditionele benadering is het topmanagement de opdrachtgever. De leergang staat losgekoppeld van de rest van de organisatie. - De deelnemers volgen de opleiding. Vaak worden noch redenen, noch de samenhang met de visie, missie en strategie van de organisatie fatsoenlijk toegelicht. Individuele en collectieve verwachtingen worden nauwelijks uitgesproken. - De leidinggevenden worden geïnformeerd en aan de zijlijn gehouden. Ze worden betrokken maar doen niet mee (ze zijn er immers van overtuigd dat het niet aan hen ligt). Ze krijgen geen actieve rol in de leergang. - HRM initieert maar blijft aan de zijlijn. Er wordt zo goed als geen verbinding gemaakt met de HRM-instrumenten. De grootste winnaar is het externe trainingsbureau dat zijn standaard modules uitrolt, met een paar aanpassingen onder het motto ‘maatwerk’. De organisatie bemoeit zich nauwelijks met het ontwerpen en uitvoeren van het programma (niet voor niets wordt er een specialist met veel kennis en ervaring in huis gehaald) en wordt afhankelijk van de externe partner. Het resultaat is dat uw opleidingsbudgetten omhoog schieten, terwijl uw organisatie nauwelijks verandert. Het rendement van trainingen en ontwikkelingsprogramma’s wordt maar zelden gemeten. Meestal blijft het bij een evaluatie van de tevredenheid van de deelnemers. Scoort de evaluatie hoog, dan was het programma goed. Maar dit zegt natuurlijk niets over de mate waarin deelnemers in beweging zijn gebracht. Veranderen gaat gepaard met confrontatie, pijn, ongemak en ongeduld. Een goed verandertraject verandert mensen en organisaties. 42
  • 43. 3.2 Organic Learning™ : succesvol en duurzaam veranderen in de 21ste eeuw De traditionele benadering van ‘Learning & Development’ stamt uit het industriële tijdperk. Kennis, hiërarchie en fysieke middelen (theorieën, modellen, tests, en dergelijke) zijn de kern om te leren en veranderen. In de kenniseconomie is de organisatie een levend organisme. De mens is dé motor van organisatieontwikkeling en -verandering. 1. Gedreven op houding en gedrag Organisatieveranderingen in de 21ste eeuw vinden dagelijks plaats en in kleine stappen. Iedereen, van bestuur tot en met uitvoeringspersoneel, is hiervoor verantwoordelijk en doet, in zijn eigen rol, mee. De juiste houding en het juiste gedrag van alle medewerkers bepalen de mate waarin de organisatie in staat is zich synchroon met de veranderingen van de turbulente omgeving te ontwikkelen. Houding en gedrag vloeien voort uit het onzichtbare van het individu. Hoe meer het innerlijke in harmonie is, hoe breder de basis is van de relatie met anderen. Organic Learning™ ontwikkelt de mens van binnenuit om het zichtbare gedrag duurzaam te veranderen. 2. Leren en veranderen is fijn Veranderen is alleen mogelijk als mensen ervoor openstaan en gemotiveerd zijn. Als mensen niet willen, zich verzetten of afsluiten, en dus niet benaderbaar zijn, komt er geen verandering op gang. Organic Learning™ benadert de mens vanuit zijn krachten en potentiële talenten. Welke krachten en talenten heb je in je en welke kun je verder ontplooien. Het ‘willen veranderen’ gaat vanzelf, krachten zijn namelijk gekoppeld aan drijfveren. Organic Learning™ motiveert, geeft zelfvertrouwen en lef om te durven veranderen. Talenten worden tevens onthuld en ontwikkelresultaten snel bereikt. 3. Integraal proces Organic Learning™ begint bij het management. Managers dienen het voorbeeld te zijn van houding en gedrag die voor de gehele organisatie gewenst zijn. Verwacht niet dat je medewerkers loyaal zijn als je zelf afspraken niet nakomt. Managers zijn verantwoordelijk voor het creëren van een leeromgeving en het stimuleren van trial and error om van fouten te kunnen leren. 43
  • 44. Organic Learning™ betekent ook dat de gehele organisatie zich tegelijkertijd ontwikkelt. Veranderen hoort niet meer uitsluitend bij de ontwikkeling van een kleine club van ‘high potentials’. Iedereen doet mee en iedereen is aan elkaar gekoppeld in het leerproces: het bestuur en de uitvoeringsmedewerkers, de staf en de lijn, jongeren en senioren, mannen en vrouwen, verschillende etnische culturen bij elkaar, enzovoorts - cross door elkaar. Het gaat erom dat zo veel mogelijk inzichten, kennis en vaardigheden aan elkaar worden gebundeld om van elkaar en met elkaar te kunnen leren en dus veranderen. Organic Learning™ integreert ook de bestaande (HRM-)instrumenten en processen in het veranderproces. Hier valt te denken aan de Performance Management Cyclus, aan competentiemanagement, instroombeleid, succession planning en generatiemanagement, aan Lean Six Sigma en projectmanagement. 4. Op de werkvloer en door de organisatie zelf Bij Organic Learning™ vindt het leerproces plaats op de werkvloer, in de dagelijkse praktijk. Opleidingen reiken inzicht, kennis en tools aan. Organic Learning™ dwingt de medewerker deze meteen toe te passen in het dagelijkse werk, individueel en op teamniveau. Het mag duidelijk zijn dat zo’n proces door de organisatie zelf aangestuurd en uitgevoerd dient te worden. Dit is de enige garantie voor de duurzame borging van de verandering binnen de organisatie. Dit betekent dat een externe interventie noodzakelijk is om de beweging in gang te krijgen en het interne uitvoerende team tot het geschikte niveau te brengen. Echter, het externe bureau mag beslist uitsluitend in de schaduw blijven en vooral geen leerproces overnemen. Faciliteren en leren leren, ja. Overnemen en zich onmisbaar maken, nooit. Dit houdt in dat de prestatie van externen gemeten zou moeten worden aan de snelheid waarmee zij overbodig zijn geworden. Organic Learning™ meet de verandering. Nul-metingen, na-metingen en tussen- evaluaties zijn doorslaggevend om de resultaten van een veranderingstraject inzichtelijk te maken; om de deelnemers te motiveren en het hoogmanagement te bevestigen dat de juiste leermethodiek gekozen is, zodat deze kan worden voortgezet. 5. Organisch tijdloos Ruim 70% van de veranderingsprocessen in Nederlandse organisaties loopt vroegtijdig vast of levert niet het beoogde resultaat 6 op. Van de veranderingen die kunnen worden geconstateerd, is 75% tot 80% niet tot stand gekomen op basis van een plan of een intentie. In een verandertraject worden allerlei waarheden inzichtelijk. De strategie is onduidelijk of bestaat überhaupt niet, managers zouden gelukkiger en effectiever zijn in een andere functie, met minder managers zou de organisatie effectiever functioneren. 44 6 Léon de Caluwé, 2010, ‘Mensen veranderen’
  • 45. Vooraf uitgestippelde plannen en veranderprogramma’s zijn star. Zij houden weinig rekening met gebeurtenissen die in een leerproces organisch ontstaan. Hun rigiditeit beperkt het veranderproces. Organic Learning™ is de kunde om alle organische processen binnen een organisatie just in time mee te nemen in het individuele en collectieve leertraject en deze te gebruiken om kracht te geven aan de verandering. 6. Voordelen van Organic Learning™ Organic Learning™ is een bewezen denkwijze en een methodiek om organisatie- veranderingen in de kenniseconomie tot stand te brengen. Het personeel is zelf de bedenker en zelf de eigenaar van het veranderingstraject, wat leidt tot resultaten en duurzame borging binnen de organisatie. Het is een positieve benadering van verandering die krachten van organisaties onthult en versterkt. De inzet van externe bureaus wordt daardoor beperkt en aanzienlijke opleidings-, consultancy-, en interim-managementkosten voor ineffectieve werkzaamheden worden bespaard. 7. Top-3 randvoorwaarden voor Organic Learning™ De eerste randvoorwaarde voor Organic Learning™ is dat directie en HRM de traditionele benadering van L&D loslaten. Hiervoor moeten zij hun eigen referentiekaders verruimen en durven te kiezen voor vernieuwing en sociale innovatie op het gebied van mens- en organisatieontwikkeling. De tweede randvoorwaarde is dat HRM en L&D hun positie als strategische en business partner innemen; dat zij de ambassadeurs zijn van organisatieontwikkeling. De derde is dat het bestuur meedoet. Commitment van directeuren is niet genoeg; het gaat erom dat zij creatieve leiders worden. Creatieve leiders geven toegang tot competentie, benutten talenten en wijzen deze toe. Zij creëren ruimte voor sociale innovatie en stimuleren de lerende organisatie. 45
  • 46. 3.3 Top 10 gouden regels van Organic Learning™ 1. Begin met het vergroten van de bewustwording van het management: de externe omgeving verandert, de organisatie dient mee te veranderen; 2. Zet het ‘ontwikkelen van houding & gedrag’ in als leidraad in verandertrajecten; 3. Focus op krachten en potentiële talenten van medewerkers; 4. Herplaats of neem afscheid van managers die niet bij de nieuwe organisatie passen en niet in staat zijn zich hier naar toe te ontwikkelen; 5. Richt een integraal ontwikkelingstraject in waarin alle medewerkers meedoen; begin met het management; 6. Integreer het ontwikkelingstraject in de organisatie- en HRM visie, missie en strategie; 7. Schakel externen alleen in om het proces in gang te zetten en uw organisatie te leren leren. Bedenk zelf, in co-creatie, het verandertraject en voer zoveel mogelijk zelf uit; 8. Meet de ontwikkelingen regelmatig; 9. Ontwerp en scherp doorlopend het ontwikkelingsprogramma aan; neem individuele, team- en organisatie ontwikkelingen just-in-time mee in het verandertraject; 10. Ga er vooral mee aan de slag: minder praten en meer doen. 46
  • 47. 3.4. De consequenties voor uw organisatie Van de traditionele naar de Nieuwe Organisatie – consequenties & randvoorwaarden Kenmerken Consequenties & randvoorwaarden Visie Visie op ontwikkelingen van - outside-in denken & acteren alle stakeholders (klanten, - kennis van externe omgeving potentiële medewerkers, - groot absorptievermogen & sociale partners, …) analysevermogen - brede interesse en ontwikkeling Strategie bepaling Hele organisatie met cruciale Eigenaarschap: lijnmanager rol voor lijnmanager neemt en draagt zijn verantwoordelijkheid Perspectief Instabiliteit, uitspringen, Interne- en externe co-creatie, excelleren strategische allianties, cross- hiërarchisch & functioneel, crowdsourcing Human Capital CHCO: Chief Human Capital - Human Capital Management Management Officer volledig geïntegreerd in organisatie- visie, missie & strategie - gap tussen IST en SOLL vastgelegd (personeelsbezetting, vaardigheden, leiderschapsprofiel, gedrag & attitude, potentieelgrid, mix jong-midlife-senior,…) - nadruk op Leren & Ontwikkelen (careerplanning, stretch assignments, persoonlijke ontwikkeling, Management Development, mobiliteitstrajecten) - beleid door de staf, implementatie door de lijn 47
  • 48. Managementstijl Creatief leiderschap, sociale - eigenaarschap & leiderschap innovatie - inspirerend leiderschap - coachen - delegeren & loslaten - herplaatsing / afscheid van wie niet kan / wil Bedrijfsvoering Doorlopende ontdekking, - flexibiliteit van personeel leren, zich aanpassen (flexschil) en organisatie - verandergezind en ambitieus - trial & error Rol Talenten onthullen, - nauwe betrokkenheid bij topmanagement ontwikkelen en benutten Leren & ontwikkelen - faciliteren - creëren van draagvlak - do what you preach Positionering Talenten staan centraal - talentmanagement & Management Development - careerplanning, successionplanning, mobiliteit Critical resources Talenten, kennis, - persoonsgebonden infrastructuur voor dialoog opleidingsplan & - (maatwerk) opleiding - coaching & mentoring - networking - crowdsourcing Generatie- Vaardigheden, houding & - inzetbaarheid van senioren: management gedrag, mix generaties 1.0 opleiding, mobiliteit, (Babyboom / X), 2.0 (Y) en coaching, mentoring door aankomende Z (jonger dan jongeren 20 jaar) - krachten van generaties herkennen en aan elkaar koppelen - levensfasebewust personeelsbeleid - het Nieuwe Werken - vitaliteitprogramma’s per generatie / levensfase - cross-generation teambuilding 48
  • 49. War for Talent Talent is klant - employer branding - doelgroepsegmentatie (jongeren, allochtonen, vrouwen, herintreders, opleidingsniveau, fulltime/ parttime,…) - recruitment 2.0: online werving & selectie - vinden, binden & boeien van jongeren - het Nieuwe Werken - diversiteit - individueel maatwerk - sociale media - co-creatie met HRM dienstverleners Relatie- Co-creatie, intern en extern - sociale netwerken management geïntegreerd - sociale media - digitaal communiceren - crowdsourcing Tijdperspectief Korte termijn en middellange - snel besluiten & acteren termijn - flexibiliteit - outsourcing Veranderen & Organisch, dagelijks, Organic Learning™ leren incrementeel (‘in lagen’) Bron: VisieScope 49
  • 50. 50
  • 51. Epiloog Nu het vertrouwen in de economie terugkeert is ‘de beschikbaarheid van talent, kennis en kunde’ bedreiging nr. 1 voor toekomstige groei. Dit blijkt uit het 14de CEO survey die PwC in februari 2011 publiceerde tijdens het World Economic Forum. In Nederland beschouwt 63% van de geïnterviewde CEO’s dit als topprioriteit. 61% wil dit probleem de komende 12 maanden voortvarend aanpakken. Hopelijk zit u erbij en bent u de komende jaren volop bezig om uw homeostase grenzen te verleggen en een duurzame ‘Nieuwe Organisatie’ neer te zetten. Organic Learning™ is een leer- en ontwikkelmethode, een no-nonsense aanpak en vooral de weg naar duurzame groei. Mijn oproep ter afsluiting van deze White Paper is: laten we vooral in actie komen, laten we het vooral ‘doen’. Want veranderingen bieden immers enorme kansen aan wie ze herkent, omarmt en eigen maakt. Het glas blijft half vol! 51
  • 52. Bronnen - Alders, M. (2006), Helft van de jeugd in grote steden niet-westers allochtoon, CBS - Becker, H. (1992), Generaties en hun kansen - Bontekoning, A. (2007), Generaties in organisaties - Caluwé, de L. (2010), Mensen veranderen - CBS PBL, Andries de Jong en Coen van Duin, ‘Regionale prognose 2009-2040: vergrijzing en omslag van groei naar krimp’, 4de kwartaal 2009 - Driessen, M. (2010), Beroepsbevolking, geslacht en leeftijd, CBS - Duin, C. van (2009), Bevolkingsprognose 2008-2050: naar 17,5 miljoen inwoners, CBS Bevolkingstrends - Gonnissen, K. (2010), De Bedrijfsatleet - Lancaster, L. (2002), When Generations Collide - Prahalad, C. (2004), The Future of Competition - Prahalad, C.K. (2008), The new age of innovation - PricewaterhouseCoopers (2011), 14th Annual Global CEO Survey - Raad voor Werk en Inkomen, kwartaalanalyse arbeidsmarkt - Spangenberg, F (2009), De grenzeloze generatie - Steemers, F. (2010), Blijvende inzetbaarheid in langere loopbanen - TopInstituut Gezond en Succesvol Ouder Worden (TI-GO), Menno Kok, ‘Langer Leven’, 2010 - UWV Werkbedrijf, (juni 2010), Arbeidsmarktprognose 2010-2011 - Volberda, H.W. (2004), De flexibele onderneming 52
  • 53. 53
  • 54. Group Nederland info@adecco.nl adecco.nl