2. Identity /
imago
Even voorstellen
Ties van Doorn
designer / art director
opleiding:
Design Academy Eindhoven
Ervaring:
Meer dan 20 jaar art director
Ruim 7 jaar zelfstandig
4. Huisstijl /
corporate identity
De aard en het geheel van de visuele presentatie van
een onderneming, zoals naamcode, bedrijfssymbool,
opmaak, lettersoort en eventueel kleur van de
verspreide communicatie.
5. Reniers
Raadgever in recht
Reniers
Raadgever in recht
reniers@raadgeverinrecht.nl
T: 06 45 108 615
Rapenland 4
5663 HR GELDROP
Integer posuere erat a ante venenatis dapibus posuere velit aliquet. Maecenas faucibus mollis interdum. Morbi leo
risus, porta ac consectetur ac, vestibulum at eros. Maecenas sed diam eget risus varius blandit sit amet non magna.
Aenean eu leo quam. Pellentesque ornare sem lacinia quam venenatis vestibulum. Maecenas faucibus mollis
interdum. Aenean eu leo quam. Pellentesque ornare sem lacinia quam venenatis vestibulum.
CONTRACTEN
Vestibulum id ligula port
felis euismod semper
AANSPRAKELIJKHEID
Maecenas faucibus
mollis interdum.
ADVIES
Vestibulum id ligula port
felis euismod semper
ARBITRAGE
VMaecenas faucibus
mollis interdum.
HOME OVER ONS DIENSTEN SPORT&RECHT CONTACT
RAADGEVER IN RECHT.
Reniers heeft de vereiste kennis in huis van onder meer arbeidscontracten waaronder
spelerscontracten, sponsorcontracten, verenigingsrecht, huurrecht, aansprakelijkheidsrecht, tuchtrecht en arbitrage.
6.
7. Merk
Uit een of meer woorden of figuren bestaand,
onderscheidend teken, door een producent of
handelaar aangebracht op door hem in het
handelsverkeer gebrachte waar of de verpakking
ervan, m.n. fabrieks- of handelsmerk.
8. Terminologie
Huisstijl (corporate design) gaat over het uiterlijk van
een organisatie. Bedrijfsstijl (corporate identity) gaat
over de identiteit én het uiterlijk van een organisatie.
In de praktijk worden beide definities onbekommerd
door elkaar gebruikt.
9. Terminology
De Engelse vertaling aanduiding van het begrip
huisstijl is corporate identity. Andere aanduidingen:
corporate branding, visual identity.
14. imago
Dit kan worden omschreven als ‘de wil
van de onderneming en de manier
waarop zij op prikkels vanuit de
omgeving reageert’.
Ik heb persoonlijkheid onderverdeeld
in drie aandachtsgebieden
Persoonlijkheid
Identiteit
16. imago
Gedrag
Meest werkzame corporate identity-
instrument van de onderneming.
Het zijn de handelingen van een
onderneming, waar de doelgroepen haar
op zullen beoordelen.
Identiteit
17. imago
Symboliek
De ‘beelden’ die een organisatie gebruikt om het
gedrags- en communicatie-niveau te
ondersteunen.
Foto’s, illustraties, beeldmerken, logo’s.
Symboliek geeft aan waar de organisatie voor
staat (of voor zou willen staan).
Identiteit
18. imago
Communicatie
Dit is het meest flexibele instrument, dat ook
snel tactisch inzetbaar is.
Een onderneming kan bijvoorbeeld rechtstreeks
aan haar doelgroepen vertellen dat zij
innovatief is.
Identiteit
19. Basiselementen
Een huisstijl bestaat uit verschillende elementen:
logo, kleur, typografie en eventueel nog een
aanvullende vormentaal.
L I E S H O U T H O L L A N D
22. Beeldmerk
Er zijn drie soorten beeldmerken: het icoon, de index
en het symbool. Het icoon en de index tonen wie de
organisatie is en wat zij concreet doet. Het symbool
verwijst in abstracte zin naar de organisatie.
De grenzen tussen icoon, index en symbool zijn niet
altijd even duidelijk te trekken.
23. Kleur
Het consistente gebruik van een beperkte
hoeveelheid kleuren draagt bij aan een grotere
herkenbaarheid van de organisatie.
Albert Heijn
25. Lettertypen
Schreefloze letters hebben over het algemeen een
zakelijker karakter en worden daarom vaker als
primaire huisletter gebruikt.
Schreefletters zijn geschikter voor het lezen van
langere teksten. Vaak is er voor deze toepassing een
secundaire huisletter vastgesteld.
26. Vijfde basiselement
Sommige huisstijlen maken ook nog gebruik van een
zogenaamd vijfde basiselement.
Het vijfde basiselement wordt ook wel aangeduid als
vormentaal.
33. Hoe werkt dat
Wij zetten de lijn uit, vullen dit creatief in en rollen
het tenslotte uit met de juiste middelen.
Dat doe ik niet alleen.
Ik werk niet voor opdrachtgevers, maar samen met.