Beeld en Geluid en de beeldcultuur is vandaag het thema.
Hoe veranderen de media om ons heen, welke gevolgen heeft dat voor productie, distributie en consumptie? De nadruk ligt in deze presentatie op productie, maar houd met name de gedachte aan verandering van consumptie vast. Misschien weinig nieuws, maar het gaat hier vooral om de verbinding tussen de ontwikkelingen in onze omgeving en hoe we als museum daar op dit moment op programmeren.
Een tweetal trends (van de afgelopen 30 jaar!)
De maatschappij verandert: op gebied van mediaproductie zien we twee dingen. In de jaren ’80 liberaliseert de economie. De omroepen zijn niet langer de producent van hun programma’s. Ze besteden vaker uit aan buitenproducenten. Deze onafhankelijke producenten worden steeds groter. Met de start van commerciële televisie in Nederland komt er helemaal een boost. Dit leidt oa tot Endemol. Er komt concentratie van grote bedrijven. Daar staat ook een tegenontwikkeling tegenover: versnippering. Individuen (zzp’ers) die als producent, editor, cameraman et cetera zelfstandig werken. Tezamen heet dit de creatieve industrie. Onder invloed van het boek The rise of the creative class (2002) van Richard Florida is er in de loop van het eerste decennium van deze eeuw steeds meer aandacht voor vanwege het economisch belang van deze ‘industrie’. Steden richten er programma’s voor in. Onderzoeksconsortia et cetera.
Een tweetal trends (van de afgelopen 30 jaar!)
De maatschappij verandert: op gebied van mediaproductie zien we twee dingen. In de jaren ’80 liberaliseert de economie. De omroepen zijn niet langer de producent van hun programma’s. Ze besteden vaker uit aan buitenproducenten. Deze onafhankelijke producenten worden steeds groter. Met de start van commerciële televisie in Nederland komt er helemaal een boost. Dit leidt oa tot Endemol. Er komt concentratie van grote bedrijven. Daar staat ook een tegenontwikkeling tegenover: versnippering. Individuen (zzp’ers) die als producent, editor, cameraman et cetera zelfstandig werken. Tezamen heet dit de creatieve industrie. Onder invloed van het boek The rise of the creative class (2002) van Richard Florida is er in de loop van het eerste decennium van deze eeuw steeds meer aandacht voor vanwege het economisch belang van deze ‘industrie’. Steden richten er programma’s voor in. Onderzoeksconsortia et cetera.
Een tweetal trends (van de afgelopen 30 jaar!)
De maatschappij verandert: op gebied van mediaproductie zien we twee dingen. In de jaren ’80 liberaliseert de economie. De omroepen zijn niet langer de producent van hun programma’s. Ze besteden vaker uit aan buitenproducenten. Deze onafhankelijke producenten worden steeds groter. Met de start van commerciële televisie in Nederland komt er helemaal een boost. Dit leidt oa tot Endemol. Er komt concentratie van grote bedrijven. Daar staat ook een tegenontwikkeling tegenover: versnippering. Individuen (zzp’ers) die als producent, editor, cameraman et cetera zelfstandig werken. Tezamen heet dit de creatieve industrie. Onder invloed van het boek The rise of the creative class (2002) van Richard Florida is er in de loop van het eerste decennium van deze eeuw steeds meer aandacht voor vanwege het economisch belang van deze ‘industrie’. Steden richten er programma’s voor in. Onderzoeksconsortia et cetera.
Het beeld van de creatieve industrie waar geld in zit (Endemol)
Een tweetal trends (van de afgelopen 30 jaar!)
De maatschappij verandert: op gebied van mediaproductie zien we twee dingen. In de jaren ’80 liberaliseert de economie. De omroepen zijn niet langer de producent van hun programma’s. Ze besteden vaker uit aan buitenproducenten. Deze onafhankelijke producenten worden steeds groter. Met de start van commerciële televisie in Nederland komt er helemaal een boost. Dit leidt oa tot Endemol. Er komt concentratie van grote bedrijven. Daar staat ook een tegenontwikkeling tegenover: versnippering. Individuen (zzp’ers) die als producent, editor, cameraman et cetera zelfstandig werken. Tezamen heet dit de creatieve industrie. Onder invloed van het boek The rise of the creative class (2002) van Richard Florida is er in de loop van het eerste decennium van deze eeuw steeds meer aandacht voor vanwege het economisch belang van deze ‘industrie’. Steden richten er programma’s voor in. Onderzoeksconsortia et cetera.
Een tweetal trends (van de afgelopen 30 jaar!)
De maatschappij verandert: op gebied van mediaproductie zien we twee dingen. In de jaren ’80 liberaliseert de economie. De omroepen zijn niet langer de producent van hun programma’s. Ze besteden vaker uit aan buitenproducenten. Deze onafhankelijke producenten worden steeds groter. Met de start van commerciële televisie in Nederland komt er helemaal een boost. Dit leidt oa tot Endemol. Er komt concentratie van grote bedrijven. Daar staat ook een tegenontwikkeling tegenover: versnippering. Individuen (zzp’ers) die als producent, editor, cameraman et cetera zelfstandig werken. Tezamen heet dit de creatieve industrie. Onder invloed van het boek The rise of the creative class (2002) van Richard Florida is er in de loop van het eerste decennium van deze eeuw steeds meer aandacht voor vanwege het economisch belang van deze ‘industrie’. Steden richten er programma’s voor in. Onderzoeksconsortia et cetera.