1. Taak C: eindtermen
Eindtermen informatie- en communicatietechnologie (ICT)
1. De leerlingen hebben een positieve houding tegenover ICT en zijn bereid ICT te
gebruiken om hen te ondersteunen bij het leren.
Voorbeeld: Tijdens de les wereldoriëntatie vraagt de juf om aan haar uit te leggen uit
welke delen een bloem bestaat. De kinderen moeten dit opzoeken op de Ipad en
vervolgens schrijven op hun werkblad. Een kind vroeg al voordat de leerkracht
uitgepraat was of ze een Ipad mocht gebruiken.
2. De leerlingen gebruiken ICT op een veilige, verantwoorde en doelmatige manier.
Voorbeeld: In de les ICT wordt er kinderen verteld dat er mensen zijn met foute
bedoelingen. In deze les leren ze dus dat ze niet zomaar hun eigen gegevens mogen
doorgeven of online zetten. Ze wijzen de kinderen erop alert te zijn als het op social
media, spam enz. aankomt.
3. De leerlingen kunnen zelfstandig oefenen in een door ICT ondersteunde
leeromgeving.
Voorbeeld: Vorige les heeft ze les, was het een herhalingsles van breuken en
procenten. Vandaag is de leerkracht afwezig. Ze heeft bookwidgets gemaakt waarop
de leerlingen herhalingsoefeningen op kunnen maken. In de les ICT leerde ze hoe ze
zelfstandig online oefeningen leren openen, maken en indienen. Indien nodig kunnen
ze terugvallen op hun boek of dingen online opzoeken.
4. De leerlingen kunnen zelfstandig leren in een door ICT ondersteunde leeromgeving.
Voorbeeld: De leerlingen komen erachter welke sites ze kunnen raadplegen waarop
ze hunzelf kunnen testen. Zoals Bingel, online sites die de leerkracht gebruikt,….
5. De leerlingen kunnen ICT gebruiken om eigen ideeën creatief vorm te geven.
Voorbeeld: Bij een creatieve opdracht zijn de leerlingen bereid om online tools te
gebruiken om hun opdracht zo uniek mogelijk te maken. Dit kan aan de hand van een
collage op Canva, een PowerPoint waarop ze video’s zetten,…
6. De leerlingen kunnen met behulp van ICT voor hen bestemde digitale informatie
opzoeken, verwerken en bewaren.
Voorbeeld: Om te beginnen leren kinderen omgaan met een internetdienst zoals
Google. Ook leren ze hoe ze de gevonden informatie van hun onderwerp op een
juiste manier kunnen toepassen in bijvoorbeeld een PowerPoint. Ze leren deze
opslagen zodat ze hem kunnen terugvinden om af te maken, te presenteren,… word
ook in dit vak besproken.
7. De leerlingen kunnen ICT gebruiken bij het voorstellen van informatie aan anderen.
Voorbeeld: Als de leerlingen moeten presenteren weten ze hoe ze tewerk moeten
gaan. (Op verschillende platformen zoals PowerPoint, Slides,…) Ze leren van hoe ze de
2. laptop opzetten tot hetgeen wat voorgesteld moet worden op een vlotte manier te
openen en voor te stellen (op ICT vlak zoals van dia naar dia overgaan).
8. De leerlingen kunnen ICT gebruiken om op een veilige, verantwoorde en
doelmatige manier te communiceren.
Voorbeeld: De leerlingen leren welke apps ze kunnen gebruiken als ze een probleem
hebben om te communiceren met zowel hun medestudenten als de leerkracht. Dit
kan aan de hand van het digitaal platvorm wat de school gebruikt (bv. : smartschool).