1. Samenwerking tussen aanbestedende diensten
Aanbestedingsseminar Rotterdam 11 oktober 2018
Nikee Groot en Willemijn Hooij
Advocaten Mededingingsrecht, Staatssteun en Aanbestedingsrecht
2. Agenda
1. Introductie en inleiding
2. Verschillende vormen van samenwerking tussen aanbestedende diensten
• Juridische kaders
• Praktijkvoorbeelden
3. Mogelijkheden en onmogelijkheden
• Praktijkvoorbeelden
• Casus
4. Concluderende opmerkingen
3. Waarom willen aanbestedende diensten
samenwerken?
3
Schaalvoordelen behalen
Expertise delen
Grote projecten verwezenlijken
4. Casus
Twee gemeentes hebben na jaren economische voorspoed een pot geld over. Ze
willen samenwerken in het kader van beheer, investering en exploitatie van de
vastgoedportefeuille van de gemeenten.
‒ Welke samenwerkingsvormen zijn er mogelijk?
‒ Verplichte aanbestedingsprocedure?
4
5. Hoe kunnen aanbestedende diensten
samenwerken?
Verschillende manieren:
Alleenrecht (art. 2.24 sub a Aw)
Inbesteden & quasi-inbesteden (art. 2.24a en b Aw)
Horizontale samenwerking (art. 2.24c Aw)
5
6. Alleenrecht: juridisch kader
Art 2.24 sub a Aanbestedingswet
Voorwaarden:
‒ Een a.d. gunt een opdracht aan een
andere a.d.
‒ Verlening op basis van vooraf bekend
gemaakt wettelijk voorschrift of besluit
(definities Awb)
‒ Verenigbaar met het VWEU (jp: openbare
orde, veiligheid, gezondheid, een
dwingende reden van algemeen belang)
Voorbeeld: inzameling huishoudelijk
afval
6
7. Alleenrecht: voor- en nadelen
Voordelen:
Niet aanbestedingsplichtig
Geen toezicht van de a.d. die de
opdracht verleent aan de andere a.d.
die de opdracht verricht
Er hoeft niet aan het
merendeelcriterium te worden voldaan
Exclusieve bevoegdheid
Geen ‘samenwerking’
7
Nadelen:
Alleen binnen bepaald geografisch
gebied
Verlening bij een vooraf bekendgemaakt
wettelijk voorschrift of besluit
Moet voldoen aan het VWEU, hierover is
weinig jurisprudentie
Beperkt per definitie het vrije verkeer
van diensten
8. Inbesteden: juridisch kader
Zuiver inbesteden (binnen eigen organisatie)
‒ Geen overeenkomst vereist
‒ Geen aanbestedingsplicht
Art 2.24a Aanbestedingswet:
Quasi-inbesteden (verticale samenwerking)
‒ Toezichtcriterium
‒ Merendeelcriterium
‒ Geen directe participatie privékapitaal
8
9. Inbesteden: wat is het?
Zuiver inbesteden: een
overheidsopdracht wordt binnen de eigen
organisatie verleend en uitgevoerd,
zonder dat deze aanbesteed hoeft te
worden
• Geen overheidsopdracht want geen
overeenkomst
• Voorbeeld:
Rijksschoonmaakorganisatie (RSO)
9
10. Quasi-inbesteden (I)
• ‘Enkelvoudig’: een a.d. verleent een opdracht aan een r.p. die juridisch van hem te
onderscheiden is, maar die zich binnen zijn eigen gezagsstructuur bevindt
(verlengstuk van de a.d.)
• HvJ EU LitSpecMet
• Vereisten (o.a. HvJ EU Teckal):
• De a.d. oefent toezicht uit op de r.p. als op haar eigen diensten
• Structureel, functioneel en effectief toezicht
• De r.p. verricht het merendeel van haar diensten voor de a.d. (min. 80%)
• Berekening 80%-norm
• Geen directe participatie van privé-kapitaal in de r.p.
• Opnemen in statuten
10
11. Quasi-inbesteden (II)
• ‘Meervoudig’: meerdere a.d. verlenen een opdracht aan een r.p. die juridisch van
hen te onderscheiden is, maar die zich binnen hun eigen gezagsstructuur bevindt
(samenwerkingsverbanden)
• Voorbeeld: GR Participatiewet
• Vereisten:
• De a.d. oefenen gezamenlijk toezicht uit op de gecontroleerde r.p.
• De r.p. verricht het merendeel van haar diensten voor de a.d. (min. 80%)
• Geen directe participatie van privé-kapitaal in de r.p.
11
12. Quasi-inbesteden (III)
• Toezichtscriterium ‘meervoudig’ quasi-inbesteden:
• Besluitvormingsorganen gecontroleerde r.p.: samengesteld uit vertegenwoordigers
van alle deelnemende a.d. (HvJ EU Cabortermo)
• Gezamenlijk beslissende invloed op strategische doelstellingen en belangrijke
beslissingen (HvJ EU Coditel)
• Gecontroleerde r.p. streeft geen belangen na die strijdig zijn met de belangen van
de controlerende a.d. (HvJ EU Coditel)
12
13. Inbesteden: voor- en nadelen
Voordelen
Geen aanbestedingsplicht
Opdracht uitvoeren met veelal
vertrouwde personen
Elke soort dienst kan inbesteed worden
Kan ook door meerdere overheden
quasi-inbesteed worden
13
Nadelen
Veel vereisten aan het toezicht dat
gehouden moet worden bij quasi-
inbesteden
‒ Structureel, functioneel & effectief
Merendeelcriterium
Indien later een private deelneming
ontstaat, herleeft de
aanbestedingsplicht
14. Horizontale samenwerking: wat is het?
Publiek-Publieke samenwerking
Geen aanbestedingsplichtige
overheidsopdracht indien deze
plaatsvindt tussen twee a.d. en is
voldaan aan vier cumulatieve criteria
Zie artikel 2.24c Aanbestedingswet
14
15. Horizontale samenwerking: juridisch kader
• Vereisten art. 2.24c Aanbestedingswet:
• Het gaat om dienstverlening die alleen tussen 2 of meer a.d. plaatsvindt
• Het gaat om echte samenwerking tussen de deelnemende a.d. ter
verwezenlijking van gemeenschappelijke doelen
• Op basis van uitsluitend overwegingen van algemeen belang
• De deelnemende a.d. mogen niet meer dan 20% van de onder de samenwerking
vallende activiteiten op de open markt voor hun rekening nemen
• Voorbeeld: afvalverwerking (art. 10.21 Wet milieubeheer)
15
16. Horizontale samenwerking: voor- en nadelen
Voordelen
Geen aanbestedingsplicht (sinds 2009
door het HvJ EU in Stadtreinigung
Hamburg)
16
Nadelen
20% grens kan obstakel vormen
Er mogen alleen aanbestedende
diensten bij betrokken zijn
De samenwerking moet altijd dienstig
zijn aan het algemeen belang
Er moet sprake zijn van een
daadwerkelijke samenwerking
17. Mogelijkheden & onmogelijkheden
Hoe ver kun je gaan als aanbestedende
dienst?
Eigen organisaties opzetten om te kunnen
inbesteden?
Beweren dat alles wat in het belang is van de
gemeente in het openbare belang is?
Voor willekeurige opdrachten een alleenrecht
toekennen?
17
18. Praktijkvoorbeelden
In de praktijk:
Deinzen aanbestedende diensten vaak terug van
samenwerking om toch over te gaan tot het verstrekken van
een normale opdracht
Verliezen gemeentes en andere aanbestedende diensten
vaak grip over regionale samenwerking
18
19. De publicatieplicht
Bij samenwerking tussen aanbestedende
diensten vaak afwezig
Bij zowel inbesteden als horizontaal
samenwerken bestaat er geen
publicatieplicht
Erg lastig voor ondernemers om er
achter te komen wanneer iets wordt
inbesteed
‒ Is dit wenselijk?
19
20. Casus ICT
Vijf gemeenten verlenen aan ICT BV een alleenrecht om
onderhoud en support te leveren voor hun ICT-infrastructuur
(leverancier heeft dezelfde database). Het alleenrecht wordt
voor vijf jaar verleend en dit wordt vastgelegd in een
overeenkomst.
‒ Kunnen deze gemeenten een beroep doen op de uitzondering
inzake het alleenrecht?
20
21. Concluderende opmerkingen
Verschillende manieren voor overheden om samen te werken
Er kan gebruik worden gemaakt van verschillende juridische
samenwerkingsvormen zonder te hoeven aanbesteden, maar
er zijn grenzen
Als ondernemer is er vooralsnog weinig te doen tegen het
ontbreken van de publicatieplicht bij aanbestedende diensten
Wat met Wet M&O?
21
WHO & NGR
Gebaseerd op: https://www.pianoo.nl/sites/default/files/documents/documents/handreiking-vng-publiek-publieke-samenwerking.pdf, pagina 33
Mogelijkheden:
Alleenrecht: opdracht geven aan de gemeente
Horizontale samenwerking
Aparte rp oprichten en daar opdracht aan verlenen
WHO
WHO
Jp: https://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:RBSGR:2012:BW5722 & https://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:RBSGR:2012:BW5722
Voorbeeld afval: Gemeente X heeft een BV opgericht om huisvuil op te halen en te verwerken. In de statuten staat de doelstelling van de BV (huisafval van de gemeente inzamelen en duurzaam verwerken). Gem X verstrekt aan de BV een uitsluitend recht om het huisvuil op te halen. De overeenkomt wordt gesloten voor 2 jaar en kan drie keer met 1 jaar worden verlengd. De opdrachtwaarde ligt hoger dan de Europese drempelwaarde.
Kan beroep worden gedaan op 2.24 sub a Aw zodat de opdracht niet Europees hoeft te worden aanbesteed? Ja: er is voldaan aan de voorwaarden van art. 2.24 sub a Aw. Gemeentelijke afvalverordening waarop X als inzameldienst wordt aangewezen.
Alleenrecht
Op basis van deze uitzondering op de aanbestedingsplicht verleent een a.d. aan een andere a.d. een uitsluitend recht op basis waarvan opdrachten aan deze a.d. kunnen worden verleend.
Artikel 2.24 sub a Aw: een overheidsopdracht kan worden gegund op grond van een alleenrecht, mits het alleenrecht:
- wordt verleend door de ene a.d. aan de andere a.d. (of een samenwerkingsverband van aanbestedende diensten);
- op basis van een uitsluitend recht dat is gegeven bij een vooraf bekendgemaakt wettelijk voorschrift of besluit van een bestuursorgaan;
- wordt verleend in overeenstemming met het VWEU.
Door een aanbestedende dienst aan een andere aanbestedende dienst
Er moet sprake zijn van een aanbestedende dienst (zie ook art. 1.1 Aw).
Verlening door middel van een wettelijk voorschrift of besluit
Aw bevat geen definities van de begrippen 'wettelijk voorschrift of 'besluit'. Dus: zelfde betekenis als in het algemeen bestuursrecht.
Wettelijk voorschrift: een regeling van een orgaan dat zijn bevoegdheden ontleent aan de Gw of een wet in formele zin. Besluit: een schriftelijke beslissing van een bestuursorgaan, inhoudende een publiekrechtelijke rechtshandeling (artikel 1:3 lid 1 Awb).
Een alleenrecht kan worden verstrekt bij een vooraf bekend gemaakt wettelijk voorschrift of besluit van een bestuursorgaan. Dus een a.d. verleent het alleenrecht aan een andere a.d. bij bekendgemaakte verordening of een besluit van het college van B&W.
Verlening is verenigbaar VWEU
Tenslotte moeten de bepalingen van het uitsluitend recht in overeenstemming zijn met het VWEU. Aangezien een uitsluitend recht per definitie het vrije verkeer van diensten van andere entiteiten beperkt, moet het uitsluitend recht gerechtvaardigd zijn door een uitzondering. Denk bijvoorbeeld aan een rechtvaardiging door de uitoefening van het openbaar gezag, de openbare orde, openbare veiligheid of volksgezondheid of door dwingende redenen van algemeen belang. Bij zo’n rechtvaardiging moet het alleenrecht geschikt zijn om het nagestreefde doel te bereiken en mag het niet verder gaan dan noodzakelijk. Ook moet het uitsluitend recht zonder discriminatie worden toegepast. Of een beroep op een zo’n uitzondering zal slagen, is afhankelijk van de specifieke omstandigheden van het geval en moet individueel getoetst worden.
NGR
WHO
WHO
Voor een overheidsopdracht moet er sprake zijn van een schriftelijke ovk onder bezwarende titel tussen 1 of meer ondernemers of 1 of meer a.d. Als er niet wordt voldaan aan 1 of meer van deze cumulatieve voorwaarden, is er geen sprake van een overheidsopdracht. Bij opdrachtverlening aan entiteiten die behoren tot dezelfde rp is er geen ovk. Je kan immers niet een wederkerige ovk met jezelf sluiten. Dus: dit soort opdrachten vallen buiten de reikwijdte van de Aw en dit heet ook wel inbesteden.
Zuiver inbesteden (inbesteden binnen eigen organisatie): geen ovk vereist en geen aanbestedingsplicht. Een overheidsopdracht wordt binnen de eigen organisatie verleend en uitgevoerd, zonder dat deze aanbesteed hoeft te worden.
Voorbeeld: Rijksoverheid heeft de RSO (Rijksschoonmaakorganisatie) opgericht om de schoonmaakwerkzaamheden in eigen beheer uit te voeren. Schoonmaakmedewerkers komen in dienst van de Rijksoverheid. Een aantal schoonmaakbedrijven dat de afgelopen jaren overeenkomsten op het gebied van schoonmaakdienstverlening met de Rijksoverheid had afgesloten was het niet met deze inbestedingsconstructie eens en maakte een civiele procedure aanhangig. De schoonmaakbedrijven voerden aan dat de Staat der Nederlanden onrechtmatig handelt door de schoonmaakwerkzaamheden door de RSO te laten uitvoeren in plaats van deze middels een aanbesteding in de markt te zetten. Rb Den Haag (jan 2018): er is geen sprake van juridisch te onderscheiden entiteiten, omdat alle betrokken organisaties (RSO, ministeries en andere Rijksoverheidsinstanteis) tot dezelfde publiekrechtelijke rp (Staat der NL) horen. Zie ook: https://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:RBDHA:2018:316
WHO
* Toezichtcriterium: de a.d. oefent toezicht uit op de rechtspersoon zoals op haar eigen diensten.
- De controlerende a.d. moet toezicht uitoefenen zodat ze de beslissingen van de gecontroleerde entiteit kan beïnvloeden. Het gaat hierbij om het uitoefenen van doorslaggevende invloed op de belangrijke beslissingen en strategische doelstellingen van die entiteit. Structureel, functioneel en effectief toezicht, gedeeltelijk toezicht is niet voldoende.
- Bijvoorbeeld op grond van de statuten: een doorslaggevende invloed op de belangrijke beslissingen (activiteiten voor derden, fusie etc.) en strategische doelstellingen van de gecontroleerde entiteit (benoeming/ontslag bestuur, vaststelling meerjarenplan).
* Merendeelcriterium: de rp verricht het merendeel van haar diensten voor de a.d. (meer dan 80%). De controlerende a.d. moet de opdracht hebben gegeven voor meer dan 80% van de werkzaamheden van de rp.
- Werkzaamheden hoeven niet direct ten goede te komen aan de a.d. en het is niet belangrijk als de a.d. of derden-gebruikers voor de diensten betalen (HvJ EU Carbotermo).
- Gecontroleerde rp kan ook taken uitvoeren voor andere rp die door dezelfde a.d. worden gecontroleerd.
- Werkzaamheden voor niet-deelnemende aanbestedende diensten kwalificeren als werkzaamheden uitgevoerd in opdracht van derden. Deze werkzaamheden vallen dus buiten de 80%-norm (HvJ Undis).
- % wordt berekend o.b.v. de gemiddelde totale omzet (werkzaamheden uit het verleden kunnen een belangrijke aanwijzing vormen of wordt voldaan aan de 80-%-norm, wij adviseren om te kijken naar werkzaamheden die zijn verricht in 3 jaar voorafgaand aan de gunning van de opdracht).
* Er mag geen sprake zijn van directe participatie van privé kapitaal in de rp die de opdracht uitvoert (HvJ EU Stadt Halle). Directe participatie van privékapitaal kan een onrechtmatig voordeel geven aan ondernemers t.o.v. hun concurrenten omdat de opdracht niet voor mededinging wordt opengesteld.
- Geen definitie van privékapitaal, maar ws is het kapitaal in de vorm van aandelen.
- Opnemen in de statuten dat participatie / investeringen van privaat kapitaal uitgesloten zijn.
HvJ EU Litspecmet (oktober 2017)
LG: Litouwse staatsspoorwegen, VRD dochter (voert 90% werkzaamheden uit in opdracht van moeder, voornamelijk fabricatie en onderhoud locomotieven en wagons).
2013: VLRD schrijft een niet EU openbare aanbesteding uit voor levering van metaal. Litspecmet won een deel van de opdracht maar startte een kort geding.
LSM vorderde nietigverklaring van de aanbesteding en vorderde heraanbesteding waarin de regels van overheidsopdrachten worden gevolgd. VLRD was namelijk een a.d. volgens LSM.
Prej. vraag aan het HvJ EU gesteld: is een onderneming die enerzijds in handen is van een a.d. die voorziet in behoeften van algemeen belang en anderzijds transacties op een concurrerende markt verricht, een publiekrechtelijke instelling en dus een a.d.?
HvJEU gaat criteria af van publiekrechtelijke instelling:
VLRD heeft r.o. en is onderworpen aan toezicht door LG.
Opgericht met speciaal doel van het algemeen belang, dat niet van industriële en commerciële aard is?
Ja: VLRD heeft het doel van algemeen belang en het maakt niet uit dat ze ook andere activiteiten verricht waarmee ze winst nastreeft. Het gaat erom dat LRVD activiteiten verricht die nodig zijn zodat LG kan voorzien in het algemeen belang.
Geen industriële en commerciële aard, verwijzende rechter moet nagaan of dat zo is.
Conclusie: VLRD is een publiekrechtelijke instelling. Dochter mag niet zomaar vereenzelvigd worden met de moeder, het moet beoordeeld worden of de dochter ook zelf voldoet aan de 3 vereisten voor publiekrechtelijke instellingen (en dus a.d.).
WHO
Voorbeeld: drie gemeenten willen werkzaamheden in het kader van de Participatiewet inbesteden aan een GR. Kan d.m.v. meervoudig quasi-inbesteden.
1: De gemeenten moeten toezicht houden op de GR (toezicht houden via het algemeen en dagelijks bestuur van de GR. Het dagelijks en algemeen bestuur nemen alle belangrijke beslissingen en zeten de strategische doelstellingen van de GR uit).
2: meer dan 80% van de activiteiten van de GR worden uitgevoerd in opdracht van de gemeenten.
3: in de statuten is opgenomen dat de vsp niet openstaat voor de inbreng van privaat kapitaal.
Individuele vertegenwoordigers kunnen verschillende of alle deelnemende a.d. vertegenwoordigen. Toezicht moet effectief zijn.
Indicatie voor beslissende invloed: alleen de controlerende a.d. zijn vertegenwoordigd in het bestuur van de gecontroleerde r.p.
Belangen van de gecontroleerde r.p. kunnen strijdig zijn met de belangen van de controlerende a.d. als de r.p. marktgericht is. Marktgerichtheid kan blijken uit het feit dat de r.p. activiteiten ontplooit buiten de nagestreefde doelen van de statuten of buiten de grenzen van de gemeente (buiten de geografische omvang van de controlerende a.d.). Gecontroleerde r.p. mag activiteiten uitvoeren voor particuliere ondernemingen, mits dit bijkomstig blijft t.o.v. de hoofdactiviteit vd rp.
NGR
WHO
WHO
Bij deze samenwerkingsvorm wordt een (samenwerkings)overeenkomst gesloten tussen twee of meer a.d. ex art. 2.24c Aw.
4 cumulatieve voorwaarden (strike uitlegging om vervalsing door overheidspartijen van eerlijke mededinging te voorkomen):
Het gaat om dienstverlening die alleen tussen 2 of meer a.d. plaatsvindt;
Het gaat om echte samenwerking tussen de deelnemende a.d. ter verwezenlijking van gemeenschappelijke doelen;
Op basis van uitsluitend overwegingen van algemeen belang; en
De deelnemende a.d. mogen niet meer dan 20% van de onder de samenwerking vallende activiteiten op de open markt voor hun rekening nemen.
Gemeenschappelijke uitoefening van openbare taak
H.s. heeft tot doel de gemeenschappelijke uitoefening van het verzekeren van een openbare taak die elke a.d. heeft. De deelnemende gemeenten hoeven niet allemaal dezelfde bijdrage te leveren aan de samenwerking, maar ze moeten wel allemaal een bijdrage leveren die elkaar aanvullen in het kader van de taak van algemeen belang (afvalverwerking = gemeenschappelijk doel, dan kan 1 gemeente zorgen voor ophalen en de ander voor verbranden).
Daadwerkelijke samenwerking
Er moet sprake zijn van een daadwerkelijke samenwerking. Als de ene a.d. voor de andere a.d. een bepaalde taak tegen betaling uitvoert, is het geen echte samenwerking (dit is een normale a.d. waarbij de aanbestedingsregels gevolgd moeten worden).
Open markt
De berekening van de 20% van voorwaarde iv) wordt bepaald aan de hand van de gemiddelde totale omzet (of een andere geschikte maatstaf) over de laatste drie jaren voorafgaand aan de gunning van de opdracht.
Het Hof heeft tot nu toe slechts alleen ten aanzien van afvalverwerking een horizontale samenwerkingsvorm goedgekeurd. Het beroep op deze uitzondering voor ingenieursdiensten en schoonmaakdiensten is afgekeurd.
HvJ EU 9 juni 2009, zaak C-480/06 Stadtreinigung Hamburg, ECLI:EU:C:2009:357.
HvJ EU 19 december 2012, zaak C-159/11 Lecce, ECLI:EU:C:2012:817 en HvJ EU 13 juni 2013, zaak C-386/11 Piepenbrock, ECLI:EU:2013:385.
Voorbeeld: samenwerking tussen 2 gemeentes inzake afvalverwerking (gezamenlijk doel: inzameling huishoudelijk afval ex art. 10.21 Wet milieubeheer), gemeentes maken gebruik van elkaars personeel en materiaal. Geen derden ingeschakeld in het kader van deze samenwerking. Deze overheidsopdrachten zijn niet aanbestedingsplichtig want de samenwerking gaat over de uitvoering van een taak van algemeen belang die gezamenlijk op de gemeenten rust.
NGR
NGR
NGR
WHO & NGR
WHO & NGR
Antwoord: Nee. Er is geen sprake van een wettelijk of bestuursrechtelijk bekend gemaakt uitsluitend recht en er is geen sprake van een aanbestedende dienst aan wie het alleenrecht wordt verleend.
https://www.pianoo.nl/sites/default/files/documents/documents/handreiking-vng-publiek-publieke-samenwerking.pdf