3. Literatuurexploratie: hoe doe je dat?
Literatuurexploratie
Wat weten jullie al, welke kennis hebben jullie nog te
kort? Welke thema's zijn relevant om te verkennen in
de literatuur? Heeft men hier reeds eerder onderzoek
rond gedaan? Heeft men reeds ergens anders in de
praktijkoplossingen proberen aan te brengen voor
ditzelfde probleem? Welke kennisinhouden uit jullie
opleiding(en) zijn relevant voor dit project? Welke
kennis over de opdrachtgever hebben jullie nodig?
4. Tips and tricks
Praten, praten, praten,….
Je licht opsteken bij de opdrachtgever
Je licht opsteken in de literatuur…
Waar je nu al aan moet denken m.b.t. schrijven en refereren
5. Praten, praten, praten
Wat weten jullie zelf al?
Welke kennis hebben jullie zelf al uit de gevolgde opleiding of stage?
Welke expertise kunnen jullie zelf binnen brengen?
Jullie project krijgt vorm door (veel) te praten en te discussiëren.
Jullie leren elkaar kennen maar ook elkaars achtergrond.
Ga na wat je kunt gebruiken uit je eigen opleiding of stage-
ervaring.
6. 6
Je licht opsteken bij de opdrachtgever
Wat wil de opdrachtgever?
Waar staat de opdrachtgever voor?
Wat is de organisatie, de visie, de doelgroep, de doelstelling?
Leer je opdrachtgever kennen.
Zoek een manier om dat op een fijne, efficiënte en doordachte manier te doen.
7. 7
Je licht opsteken in de literatuur
Welke thema's zijn relevant om te verkennen in de literatuur?
Heeft men hier reeds eerder onderzoek rond gedaan?
Heeft men reeds ergens anders in de praktijkoplossingen proberen aan te brengen voor
ditzelfde probleem?
Door de wetenschappelijke literatuur in te duiken krijg je zicht op jouw thema,
welke problemen een rol spelen, welke problemen onderzocht zijn en voor welke
problemen wetenschappelijke oplossingen zijn aangebracht. Je komt te weten wie
belangrijke auteurs zijn en welke organisaties belangrijk zijn voor jouw onderzoek.
8. Hoe beginnen aan literatuuronderzoek?
Begin met je zoektermen te bepalen, zorg voor veel variatie!
taal
taalontwikkeling
taalstimulatie
taalverwerving
…
9. Hoe kom je tot je zoektermen?
• Discussies, brainstorm, erover praten….
• Schema’s maken met belangrijkste begrippen i.v.m. onderwerp
(concept-mapping)
• Google (om te exploreren, om synoniemen te vinden, om
begrippen te genereren), google scholar, woordenboeken,
encyclopedieën, specifieke handboeken,…
• Doorsnuffelen van (nieuwe) boeken, (nieuwe) uitgaven van
tijdschriften, catalogi in bibliotheken, boekbesprekingen,…
• Opsporen van literatuur die vermeld wordt in reeds doorgenomen
boeken en artikels
• Heb oog voor namen van relevante auteurs die je meermaals tegen
komt
• Heb oog voor namen van relevante organisaties die je meermaals
tegen komt
Hou alles nauwgezet bij in een notitieboek of logboek!
10. Literatuurstudie =
sneeuwbaleffect: je begint bij één
naam of bron en dit inspireert je tot
meer namen, bronnen, zoektermen
en zo krijg je alsmaar meer
bronnenmateriaal ter beschikking
ONDERWERP
ZOEKTERMEN
RESULTATEN:
boeken, tijdschriften, artikels:
bronverwijzingen
11. 11
Uiteraard zijn er voordelen
Gemakkelijk & goedkoop
Veel ‘linken’ naar andere bronnen van informatie
Informatiestroom versneld binnen handbereik
Open voor iedereen: democratisch & universeel
Informatie in attractief & dynamisch format
Maar er zijn ook grote nadelen
Sommige belangrijke informatiebronnen zijn niet toegankelijk via internet
Vaak té veel, oppervlakkige of irrelevante info (tijds-intensief)
Onbetrouwbaar
niet stabiel, soms moeilijk terug te vinden
Geen controle van academische kwaliteit van aanbod op Internet
Iedereen kan ‘publiceren’ op internet
Voorkeur aan gekende URL’s (uitgeverijen, universiteiten, overheidsorganisaties)
LET OP MET INTERNET
12. 12
https://limo.libis.be/index.html
– De catalogus van de VIVES-bibliotheken heet LIMO en bevat de fysieke collectie van VIVES en
de andere LIBISnet-bibliotheken en de digitale collectie van de VIVES-bibliotheken (licenties
en free full text).
– E-bronnen: alle beschikbare databanken en websites: https://www.vives.be/digitale-
bronnen-vives-zuid
– Catalogi van plaatselijke bibliotheken
Google Scholar: https://scholar.google.be/: zoeken in wetenschappelijke
bronnen en full-text ter beschikking hebben
– gratis binnen de associatie
– toegang tot KULAK mits vertoon studentenkaart, eens in de KULAK kan men alle
journals waarop men geabonneerd is vanuit KUL (en dat zijn er heel wat) vrij
downloaden
Waar vind je betrouwbare info?
13. Analyseren van literatuur
Rapporteren van literatuur
Noodzaak van refereren
Literatuur opzoeken, hoe doe je dat alweer?
Een beetje theorie hernemen….
14. 14
Analyseren van literatuur
1. Abstract (van wetenschappelijk artikel) lezen
2. Geheel skimmend lezen: is het relevant?
3. Noteren op FICHES of BESTAND (creëer eigen bibliotheekje)
– Fiches per ‘onderwerp’ klasseren
– Telkens volledige bibliografische referentie bijhouden!
– Samenvatting in eigen woorden maken
– Eigen bedenkingen & commentaren
– Letterlijke citaten noteren
– Pagina’s noteren van interessante ideeën voor:
eigen literatuurstudie, onderzoeksmethode,
trekking steekproef, operationaliseren van variabelen,…
15. 15
Rapporteren-
om nu al bij stil te staan
• LITERATUURVERSLAG is....
– géén collage van samenvattingen van de doorgenomen literatuur,
– wel een (voorlopige) beantwoording van onderzoeksvragen o.b.v. reeds verricht
onderzoek & bestaande theorieën.
• PER DEELVRAAG:
– kritische bespreking van antwoorden gevonden in literatuur (algemeen aanvaarde
conclusies, meningsverschillen, open vragen,..)
– per topic belangrijkste gegevens uit gelezen literatuur samenbrengen tot één
geheel
• STRUCTUUR-VEREISTEN:
– inleiding, midden, slot (conclusies)
– midden:
• deelvragen in logische volgorde plaatsen
• van algemeen naar specifiek
– Slot = ‘General conclusion’ (= belangrijke interpretatie-fase)
16. 16
Noodzaak van refereren?
• AUTEUR (van bachelorproef = student of studenten)
– Transparantie vereist in uw beweringen
– Geloofwaardigheid eigen betoog (eigen argumenten kracht bijzetten – waarde
eigen studie)
– Geraadpleegde bronnen erkentelijk zijn (respect)
• beschermen tegen PLAGIAAT
• LEZER (van bachelorproef)
– Kan uw bronnen raadplegen vervolg-onderzoek
– Transparantie in bronnen laat bronnen- en tekst-kritiek toe
17. 17
TIP: een gewaarschuwde student is er twee
waard: wat is plagiaat
= Pronken met andermans veren
Toenemend & ernstig probleem
Strafbaar!
niet getolereerd op hogeschool/universiteit
Electronisch (gemak)
Klakkeloos informatie overnemen
Delen van andere scripties overnemen
Stukken tekst van anderen
18. DefinitiePlagiaat is een vorm van examenfraude die bestaat uit elke
overname van het werk ideeën, teksten, structuren, beelden,
plannen … op identieke wijze of onder licht gewijzigde vorm
en zonder adequate bronvermelding.
(art. 77 OER 2017-2018)
19. Verschijningsvormen
• het woordelijk of bijna woordelijk overnemen van andermans
teksten (of onderdelen ervan) ongeacht het soort bron (ook
digitale bronnen al dan niet via het internet) zonder het
aangeven van een citaat (bijvoorbeeld via aanhalingstekens)
en/of zonder adequate bronvermelding;
• het kopiëren van afbeeldingen, schema’s, grafieken, figuren,
geluids- of beeldfragmenten … zonder adequate
bronvermelding;
• het parafraseren van andermans redeneringen zonder
adequate bronvermelding;
• het vertalen van teksten zonder adequate bronvermelding.
20. Waarom wordt geplagieerd?
• uit gebrek aan kennis en/of onderzoeksvaardigheden:
onwetendheid over de manier waarop men informatie moet
opzoeken of gebrek aan vaardigheden om internetbronnen kritisch
te doorzoeken
• uit een onzorgvuldige omgang met bronnenmateriaal of door het
onzorgvuldig notitie nemen: geparafraseerd en geciteerd materiaal
kan gemakkelijk door elkaar gehaald worden als men onzorgvuldig
noteert tijdens het voorbereidend onderzoek. Op die manier is het
risico op onbewust plagiaat groter
• door onwetendheid over wat plagiaat is (en wat het onderscheid is
tussen plagiaat en parafrase) of door er een andere invulling aan te
geven dan in de westerse academische cultuur gangbaar is
• door onwetendheid over hoe men correct moet verwijzen
• uit onzekerheid en een aanvoelen van onbeheersbaarheid van de
opdracht
21. Waarom wordt geplagieerd?
• uit desinteresse, hetzij in het werkstuk, hetzij in de opleiding in het
geheel omdat men enkel het diploma wil halen
• door gebrekkige time management- of een gebrek aan
organisatorische vaardigheden (al dan niet gepaard met gebrek aan
interesse)
• uit gemakzucht: zo weinig mogelijk moeite doen om zoveel
mogelijk te bereiken en toch het diploma te behalen; onderwijs
wordt dan gezien als een paspoort naar een verdere carrière eerder
dan als een leerervaring
• uit ambitie: in de overtuiging dat men zo een betere score zal halen
• door externe factoren: persoonlijke verwachtingen, druk van
familie, competitie voor beurs of job
• omdat het risico tot detectie van het plagiaat laag wordt ingeschat
22. Hoe wordt geplagieerd?
Iemand die bewust plagieert gebruikt verschillende bronnen en
strategieën:
• volledige papers downloaden van internetbronnen of
databases;
• knip- en plakwerk uit verschillende bronnen;
• gebruik van lokale bronnen: werkstukken uit hogere jaren,
papers die in het studentenmilieu circuleren, …;
• bewust fout citeren of refereren om de lezer te misleiden;
• vertalen van tekst (naar het Nederlands of vanuit het
Nederlands naar een andere taal).
24. Turnitin: wat?
• Turnitin = online service voor plagiaatdetectie die de mogelijkheid biedt
om teksten te vergelijken met een referentiecorpus en zo gelijkenissen
met andere documenten te detecteren. Deze overeenkomsten worden
door middel van een percentage tekstgelijkenis gesynthetiseerd in een
rapport dat hyperlinkt naar de gevonden “bronnen” en de potentieel niet-
originele tekstfragmenten visueel markeert.
• Je kan je teksten testen op plagiaat via Toledo.
25. Waarmee wordt vergeleken?
• (1) een databank van live en gearchiveerde internetbronnen,
• (2) een databank van eerder opgeladen documenten
(waarvan een deel eventueel afgeschermd is van andere
gebruikers) en
• (3) een databank van tijdschriften, boeken, thesissen of
andere types publicaties waarmee TurnItIn een overeenkomst
heeft afgesloten
26. Wat als er effectief plagiaat wordt gevonden?
Procedure
Wordt beschouwd als examenfraude.
Art. 77 tem 79 Onderwijs- en Examenreglement 2017-2018
“examenfraude”.
Voorzitter examencommissie= Veerle Dekocker
Enkel examencommissie is bevoegd.
27. Wat als er effectief plagiaat wordt gevonden?
Verdere verloop:
• Beperkte examencommissie onderzoekt en rapporteert.
• Student wordt gehoord door de beperkte
examencommissie of examencommisie.
• Examencommissie kan een sanctie opleggen.
28. Wat als er effectief plagiaat wordt gevonden?
Mogelijke sancties:
• Een aangepast cijfer
• Een nul
• Geen cijfer voor alle examens in de betrokken
examenperiode
• Geen cijfer voor de examens van de betrokken
examenkans
• Afgewezen worden: de student kan zich ten vroegste
opnieuw laten inschrijven voor examens in de eerste
examenperiode van het volgende academiejaar.
29. 29
TIP: refereren moet je nu al doen
APA? Wat is dat alweer? Hoe ging dat alweer? En
waarom moet ik dat nu al doen?
30. 30
Refereren volgens APA-richtlijnen
Zie Document ‘APA-referentiesysteem op Toledo
APA wordt algemeen gebruikt in SAW
• APA adviseert format voor alle onderzoekspublicaties binnen de psychologische
wetenschappen
• Consequent volgen van éénduidige format
BASISPRINCIPE =
1. In-tekst verwijzingen volgens ‘auteur-jaartal’-methode
2. Alfabetisch geordende REFERENTIE-LIJST
31. 31
in-tekst verwijzingen
• Wanneer?
– Letterlijke citaten
– Parafraseren
– Samenvatten van feiten & ideeën uit andere bron
– Telkens wanneer u woorden of zinnen overneemt van iemand anders (ook als
het omschreven is in eigen woorden)
• BASIS = auteur & publicatiejaar
32. 32
Referentielijst
Achteraan in rapport/manuscript/thesis/publicatie
Voorziet in alle informatie die LEZER nodig heeft om bronnen te
localiseren
Lijst van alle bronnen waarnaar in-tekst verwezen wordt
Elke in-tekst referentie wordt (1x) vermeld in de referentielijst (en vice
versa)
33. 33
Referentielijst
BASIS = richtlijnen volgens APA
Er zijn 5 verschillende soorten bronnen (juridische bronnen niet
meegerekend) en dus zeker vijf verschillende soorten van refereren:
– Boeken
– Artikels uit wetenschappelijke tijdschriften
– Krantenartikels
– Ongepubliceerde bronnen zoals: scripties, eindwerken, papers,
jaarverslagen, brochures, interne documenten van organisatie,
cursussen
– Elektronische bronnen
34. Oefening
Psychosociale gevolgen van het whiplash-trauma:
Een literatuuroverzicht.
Deze oefening staat op Toledo. Deze oefening is een ideale opfrissing van APA.
OPDRACHT:
• Corrigeer de in-tekst verwijzingen en de referentielijst.
• Vermeld telkens de fout.
34
35. • Vroeger => handmatig
• Nu via software
Bijv. in Word, zie ook document met uitleg op Toledo.
Of via Mendeley
Of via Bibdesk (open source)
Of nog vele andere (zie wiki)
LET OP!!! De software in Word kan een goede hulp zijn maar
is niet ‘waterdicht’. Je dient altijd je referentielijst te
controleren.
Refereren