2. Ons groepje (bestaande uit Loney en Inan) heeft
gekozen voor het onderwerp rechten van werknemers.
Het lijkt ons een heel leuk onderwerp, we zijn namelijk
zelf ook heel nieuwsgierig wat we allemaal gaan
tegenkomen qua informatie over dit onderwerp. Het is
heel interessant voor ons namelijk om te weten wat je
wel en niet mag als werknemer in de Nederlandse
samenleving. Wij denken dat de lezers van deze
tijdschrift alleen maar in het voordeel kunnen staan
wanneer ze meer kennis bemachtigen over dit
onderwerp. Deze tijdschrift zal de lezer hopelijk
beïnvloeden in hun dagelijks leven als werknemer. Het
gekozen onderwerp van ons groepje komt uit de
Economische Dimensie van Burgerschap wat je vindt in
het handboek burgerschap. (blz. 179 tot en met 185).
Het kiezen van een onderwerp leek voor ons groepje op het begin
wel lastig, we hadden eerst een ander onderwerp gekozen. Toen
we zagen dat de meeste mensen in onze klas voor hetzelfde
onderwerp als ons hadden gekozen gingen we toch twijfelen.
Uiteindelijk hebben we voor dit onderwerp gekozen We kozen dit
onderwerp niet alleen omdat we ons zelf meer van de anderen
wilden onderscheiden, maar ook omdat het ons ook verstandig
leek om een onderwerp te kiezen waar veel informatie over te
geven valt. Onze huidige onderwerp is de beste kandidaat
hiervoor. Omdat dit onderwerp ook zo breed is, is er hierdoor
ook genoeg ruimte om de creativiteit en kennis van ons groepje
te testen. Het zal voor ons groepje ook nog wel lastig zijn wat we
wel en wat we niet in onze tijdschrift gaan zetten, we willen
namelijk niet overbodige en minder onbelangrijke dingen in onze
tijdschrift hebben.
EEN BREED ONDERWERP
VOL. 1JANUARY 2018
INLEIDING
3. WET & REGELGEVING
VOL. 1JANUARY 2018
Sinds het Kinderwetje van Van Houten uit 1874 is kinderarbeid voor
kinderen tot en met 12 jaar in Nederland niet meer toegestaan. In de huidige
wetten en regels is, op grond van Europese regelgeving, bepaald dat arbeid
door kinderen van 13 t/m 15 jaar verboden is. Maar er zijn uitzonderingen
mogelijk onder strikte voorwaarden. De uitwerking hiervan staat in de
volgende wetten en regelingen:
Arbeidstijdenwet, met een uitwerking in de Nadere
Regeling Kinderarbeid.
Arbeidsomstandighedenwet en
het Arbeidsomstandighedenbesluit. In de
arbeidstijdenwet (artikel 3.2) staat dat de
‘verantwoordelijke persoon’ ervoor moet zorgen dat
‘een kind geen arbeid verricht’. Dat betreft dus zowel
de ouder als de werkgever. Wanneer een werkgever
ervoor kiest om jongeren vanaf 13 jaar in dienst te
nemen, moet de werkgever zich realiseren dat de
regels voor een 13- of 14-jarige anders zijn dan voor
een 18-jarige.
RANDVOORWAARDEN ARBEIDSTIJDENWET
In de Arbeidstijdenwet zijn randvoorwaarden opgenomen voor uitzonderingen op
kinderarbeid. Er geldt bijvoorbeeld dat:
bepaaldeactiviteitenniettijdensdeschooltijdmogenwordenverricht(zieartikel3.2,
tweedelid,onderdelena,bend);
bepaaldeactiviteitenalleennaastofinsamenhangmethetonderwijsmogenworden
verricht(zieartikel3.2,tweedelid,onderdeelc);
teallentijdeinachtwordtgenomendatdeveiligheidvanhetkindnietingevaarkomten
ergeenarbeidwordtverrichtdieeennadeligeinvloedkanuitoefenenopdelichamelijkeof
geestelijkeontwikkelingvandatkind(zieartikel3.4,eerstelid).
4. VOL. 1JANUARY 2018
TOEGESTANE WERKZAAMHEDEN:
NADERE REGELING KINDERARBEID
In de Nadere Regeling Kinderarbeid staat precies beschreven wat een kind op
de werkvloer mag doen. Bij 13- en 14-jarigen mag het alleen gaan om
incidentele werkzaamheden, dus niet om de reguliere arbeid. Zij mogen niet
volledig deel uitmaken van het arbeidsproces.
Voor kinderen van 13 t/m 15 jaar is de vuistregel dat zij lichte, niet-
industriële werkzaamheden mogen doen. Bijvoorbeeld
schoonmaakwerkzaamheden, oppassen, vakken vullen, bollen pellen en
meewerken in de bediening.
Voor jongeren van 16 en 17 geldt dat ze allerlei soorten werk mogen doen,
zolang dit niet gevaarlijk is of schadelijk voor de gezondheid. Wel mogen ze
bepaalde risicovolle werkzaamheden verrichten onder deskundig toezicht. Het
gaat dan bijvoorbeeld om werken in een omgeving waar gevaar voor instorting
bestaat of het besturen van een trekker en het aan- of afkoppelen van
aanhangwagens of werktuigen.
5. VOL. 1JANUARY 2018
TEKENEN ARBEIDSOVEREENKOMST
Voor 13- t/m 15-jarigen geldt dat de ouders de arbeidsovereenkomst mede
moeten ondertekenen. Ouders kunnen in de arbeidsovereenkomst vast laten
leggen welke werkzaamheden hun kinderen zullen verrichten. Veel jongeren
hebben een bijbaantje, bijvoorbeeld in het weekend of tijdens schoolvakanties.
In de praktijk blijkt dat veel jongeren niet goed zijn geïnformeerd over hun
rechten en plichten. Ook overtreden werkgevers nog wel eens de regels, soms
bewust maar vaker onbewust. Het is voor de ontwikkeling en veiligheid van
jongeren echter van groot belang dat zowel werkgever als de jongeren zelf alle
regelgeving in acht te nemen.
Alle werknemers vanaf 22 jaar hebben recht op het wettelijk
minimumloon. Voor jongere werknemers geldt het minimumjeugdloon.
Het minimumjeugdloon wordt in stappen afgeschaft. Sinds 1 juli 2017
geldt het minimumloon (WML) vanaf 22 jaar; dit wordt in 2019 21
jaar. Zie ook het onderwerp Minimumloon op Rijksoverheid.nl.
MINIMUMJEUGDLOON
6. VOL. 1JANUARY 2018
WOORDZOEKER
WERKGEVER
VAKANTIEDAGEN
VAKBOND
VERLOF
SALARIS
ARBOWET
CONTRACT
RECHTEN
PLICHTEN
FEEDBACK
BELASTING
STAKING
Definitie begrippen:
Werkgever: De partij bij de arbeidsovereenkomst die in ruil voor arbeid loon betaalt.
Vakantiedagen: Iedereen in loondienst heeft recht op vakantiedagen, dat wil zeggen dat het loon tijdens de vakantie
wordt doorbetaald.
Vakbond: Een organisatie die opkomt voor de belangen van de werknemers.
Verlof: een periode waarin iemand toestemming heeft om iets te doen, in het bijzonder om afwezig te zijn.
Salaris: beloning voor het werken in loondienst.
Arbowet: Een wet waarin regels staan over gezond en veilig werken.
Contract: Een schriftelijk vastgelegde overeenkomst tussen twee partijen. Daarin staan afspraken waar beide
ondertekende partijen zich aan moeten houden.
Rechten: Een geheel van regels en normen, die door de overheid zijn vastgesteld of erkend en door de overheid
worden gehandhaafd voor een eerlijke samenleving.
Plichten: Een plicht is een wettelijk `nadeel`, datgene dat aan een ander toebehoort en moet worden vervuld.
Feedback: Het geven van commentaar en bespreken positieve en negatieve punten.
Belasting: Het deel van een bedrag dat je aan de overheid moet betalen.
Staking: Een actie waarbij werknemers tijdelijk het werk neerleggen.
7. VOL. 1JANUARY 2018
OUDEREN OPTIMAAL INZETTEN
Voor alle werknemers, en zeker voor oudere werknemers, is het van belang erop te letten
dat de werkbelasting aansluit op wat de werknemer aan kan. Als het werk te zwaar dreigt
te worden, moet gekeken worden of de werkinhoud of -organisatie aangepast kan worden.
Bij tijdig ingrijpen kan vaak voorkomen worden dat een werknemer zich ziek meldt of
zelfs moet stoppen met werken.
hoge tijdsdruk, in combinatie met weinig regelmogelijkheden;
zware fysieke belasting (rug-, knie-, heupbelasting);
zich snel ontwikkelende technologie;
onregelmatige diensten of ploegendienstverband. Om
vroegtijdige uitval te voorkomen is het zeker bij functies met
deze elementen van belang tijdig te zoeken naar en werknemers
voor te bereiden op alternatieve taken en functies. Met speciale
onderzoeken (bijv. Periodiek Medisch Onderzoek (PMO-
Levensfase, STECR), Work Ability Index) kan onderzocht
worden of een werknemer nog in staat is om het werk goed en
veilig uit te voeren.
Oudere werknemers die hun werk te zwaar vinden, hebben vaak te maken met:
8. VOL. 1JANUARY 2018
ARBEIDSOMSTANDIGHEDEN
EN -VOORWAARDEN
Goede arbeidsomstandigheden kunnen veel bijdragen aan een duurzame inzetbaarheid
van werknemers. Wanneer er op de eigen situatie afgestemde voorwaarden worden
gecreëerd, zullen werknemers langer en productiever kunnen werken. Voorbeelden zijn:
taakroulatie;
inzet van hulpmiddelen om fysieke belasting te
verminderen;
meer invloed op de werkdruk;
samenwerken bij zware klussen.
Ook op het gebied van arbeidsvoorwaarden zijn er verschillende mogelijkheden. Het
meest bekend zijn de ‘ontziemaatregelen’ zoals extra vrije dagen voor oudere
werknemers. In steeds meer cao’s worden deze echter afgeschaft. In plaats van de
ontziemaatregelen kunnen in de cao nieuwe maatregelen worden vastgelegd die de
inzetbaarheid bevorderen, bijvoorbeeld levensfasebewust personeelsbeleid, scholing of
aanpassing van arbeidstijden voor ouderen. In veel organisaties waar oudere
werknemers langer doorwerken, ligt het accent niet zozeer op de leeftijd maar op de
belastbaarheid en individuele wensen van de werknemer.
9. Zo kunnen organisaties bijvoorbeeld à-la-carte-systemen gebruiken (keuzemenu’s)
waarin werknemers kunnen aangeven van welke voorwaarden zij gebruik willen
maken. Enkele voorbeelden:
(om)scholing;
(meer) thuiswerken;
langere werkdagen (4x9 uur) afgewisseld met meer vrije dagen;
flexibele contracten (oproepkrachten voor piekperiodes);
verlofdagen (ver)kopen;
sparen voor sabbatical.
VOL. 1JANUARY 2018
Oudere werknemers brengen veel kennis en ervaring met zich mee. Juist met het zicht op
vergrijzing en ontgroening wordt het zaak het arbeidspotentieel slim in te zetten. Voor wie
dat mogelijk is zou zo lang mogelijk moeten doorwerken. Dit vraagt wel om aandacht voor
belastbaarheid, motivatie en ontwikkeling, om (vroegtijdige) uitval te voorkomen en de
inzetbaarheid op peil te houden. Een bijbaan biedt jongeren de gelegenheid om (werk)ervaring
op te doen en geld te verdienen. In geen geval mogen hierbij de gezondheid en ontwikkeling
van jongeren gevaar lopen, net zomin als de schoolprestaties. Daarom is arbeid door jongeren
aan strenge regels gebonden.