12. Stil gebed
Votum en Groet
Ere zij de Vader en de Zoon
En de Heilige Geest,
Als in den beginne, nu en immer,
En van eeuwigheid tot eeuwigheid.
Amen.
13. Lied van de verootmoediging
G 187 – 1
Daar gaat een lam en draagt …
14. Daar gaat een lam (LvdK 187)
t. P. Gerhardt; v. A.C. den Besten; m. Straatsburg 1525
15. Daar gaat een lam (LvdK 187)
t. P. Gerhardt; v. A.C. den Besten; m. Straatsburg 1525
16. Daar gaat een lam (LvdK 187)
t. P. Gerhardt; v. A.C. den Besten; m. Straatsburg 1525
17. Genadeverkondiging uit 2 Cor. 5 : 21
Want Hem Die geen zonde gekend
heeft, heeft Hij voor ons tot zonde
gemaakt, opdat wij zouden worden
gerechtigheid van God in Hem.
19. Daar gaat een lam (LvdK 187)
t. P. Gerhardt; v. A.C. den Besten; m. Straatsburg 1525
20. Daar gaat een lam (LvdK 187)
t. P. Gerhardt; v. A.C. den Besten; m. Straatsburg 1525
21. Daar gaat een lam (LvdK 187)
t. P. Gerhardt; v. A.C. den Besten; m. Straatsburg 1525
22. Wetslezing : Titus 2 : 11 t/m 3 : 8
11 Want de zaligmakende genade van God
is verschenen aan alle mensen,
12 en leert ons de goddeloosheid en de
wereldse begeerten te verloochenen en in
deze tegenwoordige wereld
bezonnen, rechtvaardig en godvruchtig te
leven,
23. 13 terwijl wij verwachten de zalige hoop
en verschijning van de heerlijkheid van de
grote God en onze Zaligmaker, Jezus
Christus. 14 Hij heeft Zichzelf voor ons
gegeven, opdat Hij ons zou vrijkopen van
alle wetteloosheid en voor Zichzelf een
eigen volk zou reinigen, ijverig in goede
werken.15 Spreek over deze
dingen, bemoedig en wijs met alle gezag
terecht. Laat niemand u verachten.
24. 1 Herinner hen eraan dat zij de overheden
en machten onderdanig behoren te
zijn, dat zij hun gehoorzaam zijn en dat zij
tot elk goed werk bereid zijn,
2 dat zij niemand belasteren, niet
strijdlustig zijn maar welwillend, en alle
zachtmoedigheid bewijzen aan alle
mensen.
3 Want ook wij waren voorheen
onverstandig, ongehoorzaam,
25. dwalend, verslaafd aan allerlei begeerten
en hartstochten, levend in slechtheid en
afgunst, hatelijk en elkaar hatend.
4 Maar toen de goedertierenheid van
God, onze Zaligmaker, en Zijn liefde tot de
mensen verschenen is,
5 maakte Hij ons zalig, niet op grond van
de werken van rechtvaardigheid die wij
gedaan zouden hebben,
26. maar vanwege Zijn barmhartigheid, door
het bad van de wedergeboorte en de
vernieuwing door de Heilige Geest. 6 Die
heeft Hij in rijke mate over ons uitgegoten
door Jezus Christus, onze Zaligmaker,
7 opdat wij, gerechtvaardigd door Zijn
genade, erfgenamen zouden
worden, overeenkomstig de hoop van het
eeuwige leven.
27. 8 Dit is een betrouwbaar woord en ik wil
dat u deze dingen sterk benadrukt, opdat
zij die in God geloven, ervoor zouden
zorgen dat zij anderen voorgaan in het
doen van goede werken. Deze dingen zijn
goed en nuttig voor de mensen.
40. 1 In die dagen trad Johannes de Doper op
en hij predikte in de woestijn van Judea,
2 en zei: Bekeer u, want het Koninkrijk der
hemelen is nabijgekomen.
3 Want deze is het over wie gesproken
werd door de profeet Jesaja toen hij zei:
De stem van een die roept in de woestijn:
Maak de weg van de Heere gereed, maak
Zijn paden recht.
41. 4 Deze Johannes had kleding van
kameelhaar en een leren gordel om zijn
middel; zijn voedsel was sprinkhanen en
wilde honing.
5 Toen liep Jeruzalem, heel Judea en heel
het land rondom de Jordaan naar hem uit,
6 en zij werden door hem gedoopt in de
Jordaan, terwijl zij hun zonden beleden.
42. Johannes doopt Jezus
13 Toen kwam Jezus van Galilea naar de
Jordaan, naar Johannes, om door hem
gedoopt te worden. 14 Maar Johannes
wilde Hem hiervan weerhouden en zei: Ik
heb het nodig door U gedoopt te
worden, en komt U naar mij?
15 Maar Jezus antwoordde hem en zei:
Laat het nu gebeuren, want op deze wijze
past het ons alle gerechtigheid te
vervullen. Toen liet hij het Hem toe.
43. 16 En nadat Jezus gedoopt was, kwam Hij
meteen op uit het water; en zie, de
hemelen werden voor Hem geopend, en
Hij zag de Geest van God als een duif
neerdalen en op Zich komen.
17 En zie, een stem uit de hemelen zei: Dit
is Mijn geliefde Zoon, in Wie Ik Mijn
welbehagen heb!
45. Hij kwam bij ons heel gewoon (EL 118)
t. & m. G. Kendrick; E. & R. Zuiderveld-Nieman
46. Hij kwam bij ons heel gewoon (EL 118)
t. & m. G. Kendrick; E. & R. Zuiderveld-Nieman
47. Hij kwam bij ons heel gewoon (EL 118)
t. & m. G. Kendrick; E. & R. Zuiderveld-Nieman
48. Hij kwam bij ons heel gewoon (EL 118)
t. & m. G. Kendrick; E. & R. Zuiderveld-Nieman
49. Hij kwam bij ons heel gewoon (EL 118)
t. & m. G. Kendrick; E. & R. Zuiderveld-Nieman
50. Hij kwam bij ons heel gewoon (EL 118)
t. & m. G. Kendrick; E. & R. Zuiderveld-Nieman
51. Hij kwam bij ons heel gewoon (EL 118)
t. & m. G. Kendrick; E. & R. Zuiderveld-Nieman
52. Hij kwam bij ons heel gewoon (EL 118)
t. & m. G. Kendrick; E. & R. Zuiderveld-Nieman
53. “Gedoopt in mijn plaats”
15 Maar Jezus antwoordde hem en zei:
Laat het nu gebeuren, want op deze wijze
past het ons alle gerechtigheid te
vervullen. Toen liet hij het Hem toe.