12. Neerslag Klimatologisch gemiddelde neerslag in Nederland gedurende de tijd Augustus 2006 (1998, 2000, 2001, 2002, 2004, 2005, 2007, 2008) Pompen of verzuipen
13.
14. Vlieland, 9 november 2007 Breskens, 9 november 2007 Katwijk, 9 november 2007 Noordwijk, 9 november 2007 Zeespiegel
23. Groenland AMSTERDAM - De hoeveelheid ijs op Groenland neemt sinds 2000 steeds sneller af. De Groenlandse ijskap verloor sinds 2000 1500 gigaton aan ijs. Dit jaar 2010 alleen: ca 500 gigaton !!!
72. Groene Consument CO2 Voetafdruk Transport Verlichting Verwarming, isolatie Apparaten uit i.p.v. standby Was buiten drogen Levensmiddelen, vleeswaar
93. DE ANDER ZIJN AF ZIJN !!! KANS UITDAGING MISSIE MUST TE GROEN YES WE CARE
Editor's Notes
Beide soorten satellieten maken meerdere soorten foto’s. De belangrijkste zijn: Zichtbaarlicht foto’s. Op deze foto’s is alles te zien wat ook met het blote oog uit de satelliet te zien zou zijn. Het nadeel is dat ’s nachts niets te zien is omdat het dan te donker is. En juist in het gladheidsseizoen zijn de nachten veel langer dan de dagen. De oplossing voor dit probleem zijn de infrarood foto’s. Nu wordt als het ware de temperatuur gemeten. Hoe kouder het is hoe witter de foto’s. Wolken zijn meestal kouder dan de aarde of de zee. Hoger in de atmosfeer is het ook veel kouder. Zo zijn wolken dus meestal grijzer of witter dan het land en hoge wolken zijn nog witter. Op deze manier kunnen ook satellietfoto’s ’s nachts gemaakt worden. Het nadeel is dat als er hoge bewolking hangt het niet te zien is of zich daaronder ook nog bewolking bevindt. En juist deze lagere bewolking is van groot belang hoe groot de uitstraling ’s nachts is.
Een dergelijke klimaatverandering, met gemiddeld warmere en langere zomers, is nu al in Nederland waarneembaar: weken die tenminste 5 dagen met zeer goede omstandigheden (TCI>70) tellen, zijn sinds de jaren 60 al veel gebruikelijker geworden (Figuur 6.3). Deze trend doet zich niet alleen voor in hoogzomer, maar in een groot deel van het jaar. Deze historische tendens, van gelijktijdige verbetering van de topomstandigheden en van verbreding van het seizoen, sluit goed aan bij de projecties uit Figuur 6.2. Het jaar 2003 is wellicht een indicatie voor in de toekomst frequenter voorkomende warme en droge jaren (Kader F).