m

1. De macht van de
media
KB H7

2. Project X

3. Twee vragen
Welke invloed hebben de media op beeldvorming?
Welke beïnvloedingtheorieën zijn er?

4. Gedrag
Aangeboren = natuur
Aangeleerd = cultuur
Normen
Waarden
Gewoontes
Socialisatie
Ouders
Familie
Vrienden
School
Geloof
Vereniging
Werk
Media
Gedrag wordt
eigen
gemaakt tot
het
‘normaal’is.

5. Media BeeldvormingInvloed
Hoe bekijken /
beoordelen we de
wereld?

6. Vooroordelen en
stereotypen
Vooroordelen = oordeel
zonder kennis van zaken
Stereotype= vaststaand
beeld van een groep
mensen.
Eén kenmerk wordt
overdreven

7. Media werken mee aan beeld
 Films en series  happy end
 Tijdschriften  fotoshop
 Spelprogramma’s  alles draait om winnen
 Actualiteiten programma’s
 Aandacht voor westerse wereld
 Nederlandse belangen
 Reclames  rolpatronen

8. Beïnvloedingstheorieën
 Injectienaald theorie
 Multiple-step-flow theorie
 Media als betekenisverlener
 Selectieve perceptie
 Agendatheorie
Wetenschappers:

9. Injectienaald theorie
Mensen krijgen druppel voor druppel ideeën binnen
Gaat er van uit dat mensen informatie makkelijk overnemen
Manipulatie =
Het geven van
vervormde informatie
Indoctrinatie =
Het opdringen van
opvattingen en
meningen

10. Multiple-step-flow theorie
Mensen volgen opinieleiders
Als bekenden mensen een
mening hebben over een
onderwerp, volgen anderen

12. Media als betekenisverlener
Media heeft betekenis voor mensen
Vult een behoefte

13. Selectieve perceptie
Mensen maken
onbewust keuzes bij
het waarnemen
 Referentiekader
Je persoonlijke waarden,
normen, belangen,
meningen en ervaringen

14. Agendatheorie
Media bepalen waar
mensen het over
hebben
• Koffietafel
• Politieke agenda

15. Mediawijsheid
Vragen stellen:
 Hoe betrouwbaar is de informatie?
 Wie vertelt dit?
 Welke ‘kleur’ heeft de schrijver
 Welke sponsoren zijn er?
 Hoe gaan we om met persoonlijke gegevens?
 Meer dan één bron gebruiken