ICT taak: onderwijsdoelen

1. ICT onderwijsdoelen
Basis kleuteronderwijs
Voor de kleuters in het basisonderwijs worden er verschillende
onderwijsdoelen verwacht te behalen. Maar hier maakt ICT geen deel van uit.
Wel maakt het deeltje “media” deel uit bij de ontwikkelingsvormen van
muzische vorming. Deze doelen zou je als “een deeltje van de ICT-
ontwikkelingsdoelen” kunnen zien:
• de kleuters kunnen alert omgaan met voor hen bestemde audiovisuele
boodschappen
• de kleuters kunnen vaststellen dat klanken, beelden en bewegingen
elkaar wederzijds beïnvloeden
• de kleuters kunnen de volgorde van een reeks van voorwerpen, prenten,
beelden, klanken en geluiden vaststellen, veranderen, schikken,
herschikken en er een nieuw verhaal rond vertellen
• de kleuters kunnen bewuster luisteren en kijken naar de hoeveelheden
geluiden en klanken en zeer eenvoudige audiovisuele boodschappen

2. Echte ICT-onderwijsdoelen zijn er dus niet voor de kleuters uit het basis
onderwijs. Wel kunnen er verschillende andere onderwijsdoelen behaald
worden aan de hand van ICT.
Voorbeelden van onderwijsdoelen die aangeleerd zouden kunnen worden aan
de hand van ICT (filmpjes, online spellen, voor kleuter gerichte websites,…):
• de kleuters kunnen in concrete situaties rekenhandelingen uitvoeren met
betrekking tot aantal en hoeveelheid.
• de kleuters kunnen dingen kwalitatief vergelijken en samenbrengen op
basis van één of twee gemeenschappelijke kenmerken
• de kleuters kunnen aan de hand van visueel materiaal een boodschap
herscheppen
• de kleuters zijn bereid spontaan en zelfstandig voor hen bestemde
boeken en andere info-bronnen in te kijken
• …

3. Buitengewoon kleuteronderwijs
Voor de kleuters in het buitengewoon onderwijs (met type 2) valt ICT wel onder
één van de onderwijsdoelen.
De 8 doelen die kleuters (op ICT vlak) moeten behaald hebben:
1. De leerlingen hebben een positieve houding tegenover ICT en zijn
bereid ICT te gebruiken om hen te ondersteunen bij het leren.
Bv: De kleuters hebben positieve gevoelens wanneer ze werken met
computers (ze zijn er niet bang van,…) en weten hoe ze ermee
kunnen werken (hoe ze met een computermuis moeten werken).
2. De leerlingen gebruiken ICT op een veilige, verantwoorde en
doelmatige manier.
Bv: De kleuters gaan zacht met de ICT-apparatuur om (ze beginnen
er niet op te slaan,….) en doen de dingen die van hun gevraagd
wordt.
3. De leerlingen kunnen zelfstandig oefenen in een door ICT
ondersteunde leeromgeving.
Bv: ze weten wat ze mogen/kunnen doen met de ICT-apparatuur.
4. De leerlingen kunnen zelfstandig leren in een door ICT
ondersteunde leeromgeving.
Bv: ze weten wat ze mogen/kunnen doen met de ICT-apparatuur.
5. De leerlingen kunnen ICT gebruiken om eigen ideeën creatief vorm
te geven.
Bv: ze kunnen een spel spelen op de computer waar ze hun
creativiteit voor nodig hebben.
6. De leerlingen kunnen met behulp van ICT voor hen bestemde
digitale informatie opzoeken, verwerken en bewaren.
Bv: ze kunnen iets opzoeken op een voor kleuter gerichte websites.

4. 7. De leerlingen kunnen ICT gebruiken bij het voorstellen van
informatie aan anderen.
Bv: ze kunnen aan de hand van een filmpje informatie overdragen
aan hun klasgenoten.
8. De leerlingen kunnen ICT gebruiken om op een veilige,
verantwoorde en doelmatige manier te communiceren.
Bv: De kleuters gaan zacht met de ICT-apparatuur om (ze beginnen
er niet op te slaan,….) en doen de dingen die van hun gevraagd
wordt.
Deze ICT doelen worden zowel in het basis lager onderwijs als in het
buitengewoon lager onderwijs (type 2,7) verwacht als onderwijsdoel op vlak
van ICT.