1. 1.
De leerlingen hebben een positieve houding tegenover ICT en zijn bereid ICT te
gebruiken om hen te ondersteunen bij het leren.
Bijvoorbeeld zoals de site die we aan het bouwen zijn, de kleuters kunnen de spelletjes leren
en zijn in staat zo hun competenties te doen groeien.
2. De leerlingen gebruiken ICT op een veilige, verantwoorde en doelmatige manier.
De kleuters kunnen wanneer ze de spelletjes spelen, niet zomaar doorklikken naar andere
sites of zaken zien die niet relevant zijn voor hun.
3. De leerlingen kunnen zelfstandig oefenen in een door ICT ondersteunde
leeromgeving.
De kleuters kunnen zelf aan de slag gaan zonder dat de juf er de hele tijd bij staat, bij lagere
school kinderen lukt dit al veel beter.
4. De leerlingen kunnen zelfstandig leren in een door ICT ondersteunde leeromgeving.
In de lagere school krijgen de studenten allemaal ict lessen, hier leren ze de basis om te
kunnen werken met een computer.
5. De leerlingen kunnen ICT gebruiken om eigen ideeën creatief vorm te geven.
De leerlingen van het lager kunnen bijvoorbeeld zelf een kahoot, powepoint, prezi,..maken
6. De leerlingen kunnen met behulp van ICT voor hen bestemde digitale informatie
opzoeken, verwerken en bewaren.
De leerlingen van het lager kunnen gebruik maken van Wikipedia en andere bronnen voor
het maken van een opdracht.
7. De leerlingen kunnen ICT gebruiken bij het voorstellen van informatie aan anderen.
De leerlingen kunnen na het opzoekwerk de info in een PowerPoint zetten en presenteren.
8. De leerlingen kunnen ICT gebruiken om op een veilige, verantwoorde en doelmatige
manier te communiceren.
De leerlingen kunnen met elkaar communiceren via teams, skype, mail,..