Deze presentatie wordt gebruikt tijdens het hoorcollege Niet Instrumentele Analytische Chemie zoals dit wordt gedoceerd aan het departement Gezondheidszorg en Technologie van de Katholieke Hogeschool Leuven.
1. Tom MortierAnalytische Chemie 1 BLT – 1 Chemie
Hoofdstuk 12
Complexometrische titraties
12.1 Inleiding
Bij complexometrie worden stabiele complexen gevormd met de te bepalen metaalionen.
Voorbeeld Triamminetrichlorocobalt(III)[CoCl3(NH3)3]
Bron – The Red Book 2005 pagina 35 – IUPAC
Centraal metaalkation (M)
elektronenacceptor
Neutraal complex - ruimtelijk weergegeven
Liganden
elektronendonoren
Complex = een verbinding met coördinatief covalente (of datieve) bindingen tussen een elektronenacceptor
(het metaalion M) en elektronendonoren (liganden L).
Coördinatiegetal = aantal gevormde bindingen tussen het metaalion (M) en de liganden L
Voorbeelden [Ag(NH3)2]+
Coördinatiegetal = 2Diaminezilver-ion
[Fe(CN)6]4–
Hexacyanoferraat(II)-ion Coördinatiegetal = 6
Belangrijkste complexometrische titraties = titraties van metaalionen met complexonen waardoor
chelaatverbindingen ontstaan = chelatometrische titraties of titraties volgens Schwarzenbach
2. Tom MortierAnalytische Chemie 1 BLT – 1 Chemie
Meest gebruikt complexon = ethyleen-diaminetetraazijnzuur (EDTA)
12.2 Algemeenheden
Aminopolycarbonzuren vormen met metaalionen in water oplosbare stabiele chelaten.
Chelaat = verbinding waarbij één ligand meerdere coördinatief covalente bindingen met het metaalion vormt
Tandigheid = het aantal datieve bindingen per ligand.
→ polydentaat of een meertandig complex
N CH2 CH2 N
CH2
CH2CH2
CH2
HOOC
HOOC
COOH
COOH
Structuurformule
EDTA wordt verkort voorgesteld door H4Y en wordt gekenmerkt door 4 Kz-waarden
EDTA bezit vier elektronenrijke acetaatgroepen en twee stikstoffen met een vrij elektronenpaar.
3. Tom MortierAnalytische Chemie 1 BLT – 1 Chemie
12.2 Algemeenheden
n+
+n – 4
Bron: D. Skoog, D. West & J. Holler, Cengage Learning, 8th edition (2003)
Metaalion wordt in een driedimensioneel netwerk als
centraal element ingesloten.
Octaëdrische structuur van een metaal/EDTA chelaat.
EDTA kan met een centraal metaalion een hexadendaat chelaat vormen Coördinatiegetal = 6
Dankzij de kooistructuur zal de complexometrische reactie altijd gebeuren volgens een 1:1 stoichiometrie.
4. Tom MortierAnalytische Chemie 1 BLT – 1 Chemie
12.2 Algemeenheden
EDTA is commercieel verkrijgbaar als het dinatriumzout Na2H2Y·2H2O.
Reacties met de verschillende metaalionen verlopen als volgt
Algemeen
Besluit
1 mol metaalionen reageert steeds met 1 mol EDTA-ionen onafhankelijk van de lading van het metaalion.
Begrippen gramequivalent en normaliteit zijn hier niet nodig.
Concentraties altijd in molariteit uitdrukken.
5. Tom MortierAnalytische Chemie 1 BLT – 1 Chemie
Stabiliteit van het gevormde complex
a) de pH
12.2 Algemeenheden
Bij hoge pH (> 10) is Y4–
de voornaamste component
Het gevormde complex zal bij een hoge pH stabieler zijn dan bij een lage pH.
0,0
0,2
0,4
0,6
0,8
1,0
0 2 4 6 8 10 12 14
pH
α
6. Tom MortierAnalytische Chemie 1 BLT – 1 Chemie
Bron: D. Skoog, D. West & J. Holler, Cengage Learning, 8th edition (2003)
Illustratie uit “Fundamentals of Analytical Chemistry” van Skoog, West & Holler
Bij hoge pH (> 10) is Y4–
de voornaamste component
Het gevormde complex zal bij een hoge pH stabieler zijn dan bij een lage pH.
7. Tom MortierAnalytische Chemie 1 BLT – 1 Chemie
12.2 Algemeenheden
b) de lading van het metaalion
Stabiliteit van het gevormde complex
De vorming van elk chelaat wordt gekenmerkt door een stabiliteitsconstante. Zie tabellenboekje pagina 8
Algemene vormingsreactie
Stabiliteitsconstante
• KMY↓ → stabiliteitcomplex↓
• KMY↑ → stabiliteitcomplex↑
• Lading van het metaalion ↑ → KMY↑
Voorbeelden
NaY3–
KMY = 5,0 x 101 Weinig stabiel → Niet bruikbaar voor een titratie
Eénwaardige metaalionen vormen met EDTA weinig stabiele complexen
LiY3–
KMY = 6,2 x 102
AgY3–
KMY = 2,1 x 102
8. Tom MortierAnalytische Chemie 1 BLT – 1 Chemie
12.2 Algemeenheden
b) de lading van het metaalion
Stabiliteit van het gevormde complex
Voorbeelden
MgY2–
KMY = 4,9 x 108
Tweewaardige metaalionen vormen met EDTA relatief stabiele complexen
CaY2–
KMY = 5,0 x 1010
Tireren bij hoge pH (> 10) → Y4–
de voornaamste component
CuY2–
KMY = 6,3 x 1018
MnY2–
KMY = 6,2 x 1013
ZnY2–
KMY = 3,2 x 1016
FeY2–
KMY = 2,1 x 1014
Drie- en vierwaardige metaalionen vormen met EDTA zeer stabiele complexen
Tireren bij lage pH is mogelijk
FeY–
KMY = 1,3 x 1025
ThY KMY = 1,6 x 1023
AlY–
KMY = 1,3 x 1016
9. Tom MortierAnalytische Chemie 1 BLT – 1 Chemie
12.2 Algemeenheden
StabiliteitMY2– < StabiliteitMY– < StabiliteitMY
Besluiten
Stabiliteit van het gevormde complex
EDTA-titraties
Me2+
→ pH > 10 KMY = klein
Me3+
→ pH ~ 2
Me4+
→ pH <2 KMY = voldoende groot
Scheiding door een controle van de pH is mogelijk!
Opmerking!
H+
-ionen komen vrij tijdens de titratie → pH↓
In een gebufferd midden werken
10. Tom MortierAnalytische Chemie 1 BLT – 1 Chemie
12.3 Titratiecurven
a. Voor het equivalentiepunt
Voor reactie:
Tijdens reactie:
Na reactie:
1 mmol 0,5 mmol
- 0,5 mmol - 0,5 mmol + 0,5 mmol
0,5 mmol 0,5 mmol
∆pM nagaan ifv de toegevoegde hoeveelheid EDTA.
De titratie van 10 ml Mg2+
0,1 M met EDTA 0,1 M
Voorbeeld
Reactievergelijking
Stabiliteitsconstante
De concentratie aan Mg2+
is het vrije Mg2+
in de oplossing.
Mg-EDTA-complex is voldoende stabiel om Mg2+
afkomstig van het chelaat te verwaarlozen.
Voorbeeld van een berekening: pMg na toevoegen van 5 ml EDTA
11. Tom MortierAnalytische Chemie 1 BLT – 1 Chemie
12.3 Titratiecurven
De titratie van 10 ml Mg2+
0,1 M met EDTA 0,1 M
Voorbeeld
b. Op het equivalentiepunt - 10 ml EDTA toegevoegd
Equivalente hoeveelheden Mg2+
& EDTA hebben gereageerd
Voor reactie:
Tijdens reactie:
Na reactie:
1 mmol 1 mmol
- (1 - x) mmol - (1 - x) mmol + (1 - x) mmol
x mmol x mmol (1 - x) mmol
[Mg2+
] uit de KMY berekenen
12. Tom MortierAnalytische Chemie 1 BLT – 1 Chemie
12.3 Titratiecurven
De titratie van 10 ml Mg2+
0,1 M met EDTA 0,1 M
Voorbeeld
c. Na het equivalentiepunt - 10 ml EDTA toegevoegd
[Mg2+
] wordt bepaald door de dissociatie van het complex.
Voorbeeld van een berekening: pMg na toevoegen van 11 ml EDTA
Voor reactie:
Tijdens reactie:
Na reactie:
1 mmol 1,1 mmol
- (1 - x) mmol - (1 - x) mmol + (1 - x) mmol
x mmol (0,1 + x) mmol (1 - x) mmol
[Mg2+
] uit de KMY berekenen
13. Tom MortierAnalytische Chemie 1 BLT – 1 Chemie
0,00
1,00
2,00
3,00
4,00
5,00
6,00
7,00
8,00
9,00
0 5 10 15
Volume EDTA 0,1 M (ml)
pMgSimulatie van de complexometrische titratiecurve van 10 ml Mg2+
0,1 M met EDTA 0,01 M.
12.3 Titratiecurven
Equivalentiepunt
Besluit! Zeer scherpe ∆pMg rond het equivalentiepunt
Mogelijkheid om sommige metaaliontitraties potentiometrisch te volgen met gepaste metaalelektrode.
14. Tom MortierAnalytische Chemie 1 BLT – 1 Chemie
12.4 De complexometrische indicatoren
Eriochroom Zwart T®
Bron: D. Skoog, D. West & J. Holler, Cengage Learning, 8th edition (2003)
Organische kleurstoffen die door chelaatvorming met het metaalion van kleur veranderen.
Voorbeeld
pH = 10 blauw
blauw rood
15. Tom MortierAnalytische Chemie 1 BLT – 1 Chemie
12.5 Voornaamste methoden
12.5.1 Directe methode
50
40
30
20
10
0
EDTA-oplossing
M2 gekend
V2 veranderlijk
Metaalion
Het metaalion wordt rechtstreeks getitreerd met EDTA in aanwezigheid van een indicator
Indicator
V1 gekend
M1 onbekendeBuffer
Mn+
hoofdzakelijk in de vrije toestand, maar een heel
klein gedeelte is gebonden met de indicator
blauw rood
Voor het toevoegen van EDTA
Toevoegen van EDTA tot equivalentiepunt
1.Vrije metaalionen reageren eerst weg
2.Metaalionen uit het M-Ind-complex door EDTA
Oplossing vertoont kleur van M–Ind
Opmerking!
M-EDTA moet stabieler zijn dan M–Ind!
Oplossing vertoont kleur van Ind
rood blauw
16. Tom MortierAnalytische Chemie 1 BLT – 1 Chemie
12.5.1 Directe methode
Het metaalion wordt rechtstreeks getitreerd met EDTA in aanwezigheid van een indicator
Visueel
Rood Blauw
17. Tom MortierAnalytische Chemie 1 BLT – 1 Chemie
Toepassing – Bepaling van Ca2+
• Ca2+
vormt stabielere complexen dan Mg2+
met EDTA
• Ca2+
reageert moeilijk met Eriochroom Zwart T®
Oplossing Zeer kleine hoeveelheid Mg2+
-Erio-T® toevoegen aan de te bepalen Ca2+
-oplossing
Titreren met EDTA
Voor het equivalentiepunt
Chelaatvorming tussen Ca2+
en EDTA
Op het equivalentiepunt
• Ca2+
uit de oplossing weggereageerd
• EDTA gaat het Mg2+
uit het chelaat MgInd–
verdrijven en chelaatvorming aangaan met Mg2+
Rood Blauw
12.5.1 Directe methode
18. Tom MortierAnalytische Chemie 1 BLT – 1 Chemie
12.5.2 Verdringingsreacties
Voor metaalionen die stabielere chelaten vormen met EDTA dan Mg2+
of Ca2+
, maar waarvoor geen geschikte
indicator beschikbaar is of die kunnen neerslaan bij de gebruikte pH.
Titreren met EDTA in aanwezigheid van Erio-T®
Equivalente hoeveelheid Mg2+
vrijgesteld
19. Tom MortierAnalytische Chemie 1 BLT – 1 Chemie
12.5.3 Terugtitratie
Indien geen geschikte indicator beschikbaar is voor de dosage van een metaalion of wanneer het chelaat M-
Ind te stabiel is
Gekende overmaat EDTA toevoegen aan de Mn+
-oplossing.
overmaat
Er blijft H2Y2–
over → titreren met een Zn2+
of een Mg2+
-oplossing (gekende M) i.a.v. een indicator.
MY(n-4)+
moet stabieler zijn dan MgY2–
of ZnY2–
anders verdrijft Mg2+
of Zn2+
het Mn+
uit zijn chelaat.
Voorwaarde
20. Tom MortierAnalytische Chemie 1 BLT – 1 Chemie
12.5.4 Indirecte titratie
Voor sommige anionenconcentraties door deze neer te slaan met een gekende overmaat Men+
.
De overmaat titreren met EDTA.
Overmaat Ca2+
titreren met EDTA.
Voorbeeld
Dosage van [F–
]
Aan de F–
-oplossing voegt men een gekende overmaat Ca2+
-oplossing toe.
Andere voorbeelden: PO4
3–
en SO4
2–
21. Tom MortierAnalytische Chemie 1 BLT – 1 Chemie
12.6 Toepassingen
Voordelen EDTA-titraties
• Laten toe de concentratie van vele metaalionen volumetrisch te bepalen & zijn zeer nauwkeurig
• Onrechtstreeks zijn ook niet-metalen volumetrisch te bepalen
• Door pH-regeling kan men selectief een ion titreren in aanwezigheid van andere ionen
• Belangrijkste toepassing is de bepaling van de hardheid van leidingwater