4. 1. is onderdeel van het strategisch
marktonderzoek (cfr Marketingbeleid)
◦ beperkt zich dus niet tot ‘P’ van Promotion
2. Specifieke analyses :
◦ communicatie-audit: beoordeling van alle
communicatie-uitingen en de consistentie ervan.
5. Tabel 9.1. de communicatie-audit
consistente comm.mix?
6. ◦ onderzoek naar communicatie v/d concurrentie:
= eigen comm.audit
◦ onderzoek naar communicatie-inhoud:
voor de start van het creatieve proces:
onderzoek mogelijke reacties op creatieve
elementen (titels, slogans, endorsers,...)
7. Pre = voor de plaatsing
in de media
Doel:
zal de campagne de
beoogde
doelstellingen
bereiken?
meten van het effect op de verschillende
niveau’s bij de doelgroep:
bekendheid, kennis, attitude, voorkeur,
aankoopintentie,...
8. Hoe: verschillende concepten of uitvoeringen
vergelijken.
Methoden: Figuur 9.3.
Interne evaluatie
proefpanels
gedragtest
11. Fysiologische tests:
◦ huidgeleiding, oogbeweging, hartslag,...
◦ korte blootstelling aan de boodschap: wat heeft
men gezien, onthouden?
12.
13.
14.
15.
16.
17.
18.
19.
20. ◦ herinneringstests:
Vb: portefeuilletest (advertenties, TV-spots)
heeft wel wat nadelen:
◦ = geheugentest
◦ Betrokkenheid bij product is verschillend
◦ Test is direct na het zien v/d boodschap (≠ reëel)
21. ◦ Direct opiniontest:
vragen over de boodschappen die men te zien
kreeg: duidelijkheid, nieuwheid,
overtuigingskracht..
◦ Nadeel:
kunstmatige omgeving
consumer jury effect: proefpanel gedraagt zich als
‘reclameprofessionals’ en rationaliseren teveel.
23. gedragstests:
◦ trailertest:
voor het shoppen: reclamespots bekijken, daarna
shoppen (met controlegroep)
◦ split-scan:
reclameblokken op tv worden aangepast bij
bepaalde testgroepen. Daarna wordt koopgedrag
geanalyseerd
24.
25. ! oppassen met pretests! Zeer veel
beperkingen:
Figuur 9.4
26. Post: = na de plaatsing in de media
! Vooraf ‘nulmeting’ doen, zoniet geen vergelijking
mogelijk
Posttestmethoden:
Figuur 9.5
32. Test van alle (geïntegreerde) communicatie-inspanningen
na een bepaalde periode
33. meten van:
◦ merkbekendheid
◦ merkkennis
◦ attitude
◦ voorkeur
◦ aankoopintentie
◦ tevredenheid
? wat is het effect van de campagne
hierop?
(? productervaring, acties van concurrenten, prijsniveau...)