God wins all Christ is King

1. Kolossenzen studie
20 mei 2021
Kol-32

2. Kol-32
Doet dan aan als Gods
uitverkorenen, heiligen
en geliefden:
medelijdend mededogen,
mildheid,
ootmoedige gezindheid,
zachtmoedigheid, geduld
Kolossenzen 3:12

3. Kol-32
elkaar verdragend en
wederzijds genade
schenkend; ingeval
iemand tegen iemand
een klacht heeft. Zoals
ook de Heer jullie genade
schenkt, zo ook jullie.
Kolossenzen 3:13

4. Kol-32
Doet over dit alles echter
de liefde aan die de band
is van de rijpheid.
En laat de vrede van
Christus, waartoe jullie
ook in één lichaam
geroepen werden,
scheidsrechter zijn in
jullie hart en wordt
dankbaar.
Kolossenzen 3:14,15

5. Kol-32
Laat het woord van Christus rijkelijk in jullie wonen, in alle wijsheid jullie
zelf onderwijzend en vermanend; psalmen, lofzangen en geestelijke
liederen zingend, met dankbaarheid in jullie hart tot God.
En al wat jullie maar doen in woord of in werk, doet dit alles in de
naam van de Heer Jezus Christus, God, de Vader, dankend door Hem.
Kolossenzen 3:16,17

6. Kol-32
oefen jezelf ecnu in de godsvrucht,
want de oefening van het lichaam is
tot weinig nuttig; de godsvrucht is
echter nuttig tot alles; een belofte
hebbend van het leven nu en dat
wat op het punt staat te komen.
1 Timotheüs 4:7,8
oefen: gumnazo, vgl.
gymnastiek,
(onbekleed gedaan)

7. Kol-32
medelijdend : ontferming (oiktirmon)
mededogen : ingewanden (splagchna)
Gods ’ingewanden’ – innerlijk:
Jeremia 31:20 - over Efraïm

8. Kol-32
Lucas 1:78 Zacharias looft God:
vanwege de barmhartige meedogend-
heden van onze God waarin de Opgang
ons bezoekt uit de hoogte,

9. Kol-32
de Heer was met innerlijke
ontferming bewogen
Mt.9:36; 20:34; Lc.7:13 +
in gelijkenissen:
Mt.18:27; Lc.10:33; 15:20
de wet kende weinig mededogen:
oog om oog – Hebr.10:28

10. Kol-32
binnenste:
In ons worden jullie niet benauwd, jullie echter worden benauwd
in jullie innerlijke gevoelens. Nu, als zelfde terugbetaling (als tot kin-
deren zeg ik dit): worden jullie ook verbreed! 2 Corinthiërs 6:12,13

11. Kol-32
Paulus:
Want mijn getuige
is God, hoezeer ik
naar jullie allen verlang
met het mededogen
van Christus Jezus.
Filippenzen 1:8

12. Kol-32
Doet dan aan als Gods
uitverkorenen, heiligen
en geliefden:
medelijdend mededogen,
Kolossenzen 3:12
medelijdend mededogen:
innerlijk bewogen deelname,
op troost, verkwikking en
hulp aan de ander bedacht

13. Kol-32
Indien er dan enige vertroosting in Christus is, indien er enige bemoediging
van liefde is, indien er enige gemeenschap van geest is, indien er enig mede-
dogen en medelijden is, maakt mijn vreugde compleet,
doordat jullie hetzelfde gezind zijn, dezelfde liefde hebben,
verenigd van ziel, op één ding gezind, Filippenzen 2:1,2
medelijdend mededogen:
innerlijk, gaat aan de daad
van barmhartigheid vooraf
Filippenzen 2:1,2

14. Kol-32
mildheid (bruikbaar):
veracht je de rijkdom van Zijn
mildheid en draagkracht en
geduld, niet erkennend, dat
Zijn mildheid van God tot
nadenken leidt? Rom.2:4

15. Kol-32
mildheid (bruikbaar):
allen mijden Hem, en zijn
tegelijk onnut geworden,
er is niemand, die mildheid
doet, niet één! Rom.3:12

16. Kol-32
wij zijn:
- vaten van barmhartigheid: Rom.9:23
- uitgekozen zonder iets: Titus 3:4,5
- Mijn juk is mild en Mijn last is licht: Mt.11:29,30
- Zonen van de Hoogste zijn mild, zoals hun Vader mild is: Luc.6:35
- Gods dienaren in mildheid: 2 Korintiërs 6:6
- Wordt echter naar elkaar: mild, innerlijk welwillend: Efeziërs 4:32

17. Kol-32
laag-geneigdheid
ootmoedigheid trots/hoogmoed
Spreuken16:18
Lucas 1:51,52 het denken van de mens (Psalm 33:10)
1 Petrus 5:5,6 God weerstaat de hoogmoedigen
Handelingen 20:19 Paulus, in alle ootmoedigheid

18. Kol-32
zachtmoedigheid:
tegendeel van Kolossenzen 3:8,9
jij echter, o mens van God, ontvlucht al deze en jaag naar
rechtvaardigheid, de godsvrucht, het geloof, de liefde,
de volharding, en zachtmoedigheid in lijden

19. Kol-32
geduld:
lankmoedig zijn
God draagt met veel
geduld de
instrumenten
van de
verontwaardiging
Romeinen 9:22
geduld doen
Efeziërs 4:2
Kolossenzen 1:11