2. opbouw Efeze 3:1-10
3:1-3a Paulus
gebonden in verband
de onthulling van
het Efeze-geheimenis
3:3b-5 Paulus’ inzicht
in het geheimenis van
Christus
3:6-10 Het beheer
van het geheimenis
aan Paulus gegeven
3. gezamenlijk - lotdeelbezitters (1:3-14)
gezamenlijk - lichaam (2:1-10)
gezamenlijk - deelhebbers van de belofte (2:11-22)
in Christus Jezus
dat in geest de
natiën zijn:
= het Efeze-
geheimenis
5. kan wijzen op een
complete handeling
3x ‘scheppen’ in Gen.1:27 en 5:1,2
3x ‘werk’ in Gen.2:2,3
3x ‘scheppen’ in Jes.65:17,18
6. iets dat
definitief
beslist is
3x ‘aarde/land’ in Jer. 22:29 vloek over Chonia
3x ‘verdorven’ in Ezech.21:27 gericht over vleselijke lijn van David
3x ‘verbeurd’ in Fil.3:7,8 vleselijke winst achterlaten
9. géén mede-erfgenamen;
het is een ‘lotdeel’ door
God geschonken in
genade, geen erkenning
van ‘recht hebben op’
reden:
Indien Israël de wet van Sinaï
had gehouden, dan zou men
rechtens het koninkrijk ‘verdienen’.
10. de heiligen hadden de toezegging
van een lotdeel vóórdat Efeziërs
geschreven werd
11. indien echter kinderen, dan ook lotdeelbezitters,
inderdaad, lotdeelbezitters van God,
gezamenlijk-lotdeelbezitters nu, van Christus
Rom.8:17
zodat je niet langer
slaaf bent, maar zoon;
indien echter zoon, dan
ook lotdeelbezitter van
God, door Christus
Gal.4:7
15. één lichaam in Christus
met veel leden
1 Korinthiërs 12:12,13
Romeinen 12:4,5
veel gelovigen,
dezelfde geest
--> situatie vóór
de Efezebrief:
16. 12 Want net als het lichaam één is en veel leden heeft, echter al de
leden van het éne lichaam, velen zijnde, één lichaam zijn, zo ook de Christus.
13 Want ook in één geest worden wij allen nbtot één lichaam -gedoopt,
hetzij Joden, hetzij Grieken, hetzij slaven, hetzij vrijen, en allen worden
met één geest -gedrenkt.
1 Korinthiërs 12
17. 4 want net als wij in één
lichaam veel leden hebben
de leden echter niet allen
dezelfde functie hebben,
5 zo zijn wij, de velen, één
lichaam in Christus,
individueel echter elkaars
leden.
Romeinen 12
18. tot de Efezebrief kon het
geen gezamenlijk-lichaam zijn,
want op aarde had Israël
voorrang t.o.v. de natiën
19. twee groepen
1 uit Israël en
1 uit de natiën
wederzijds verzoend
gezamenlijk:
opgewekt
levendgemaakt
gezet te midden
van de op-hemelsen
het geheim van het
gezamenlijk-lichaam:
21. de gelovigen uit de natiën waren eerst als burgers van het
komende Messiaanse rijk op aarde, deelhebbers van de
belofte in Jezus Christus
-natiën ondergeschikt
aan Israël-
22. gelovigen uit de natiën zijn
gezamenlijk-deelhebbers
van de belofte in Christus Jezus
grondbeginselen :
één nieuwe mensheid in Christus Jezus;
een gemeenschappelijk burgerschap en
de belofte van het koninkrijk van de Zoon
van Zijn liefde.
24. het evangelie
waarvan Paulus
dienaar werd:
mijn evangelie - Rom.16:25
evangelie van de voorhuid - Gal.2:7
evangelie van de Christus - Gal.1:7
evangelie van jullie redding - Ef.1:13
evangelie van de vrede - Ef.6:15
geheimenis van het evangelie - Ef.6:19
evangelie van de heerlijkheid van de gelukkige God – 1 Tim.1:11