1. 1 van 7
Hoofdstuk 7 – Gedragseconomie
Leerdoelen
• Alternatieve perspectieven op nutsfunctie kennen
• Contextafhankelijke beslisregels consumenten in de
praktijk kennen
• Verschijnselen van tijdvoorkeur kennen
2. 2 van 7
Nutsfunctie in ander perspectief
• Verschillende budgetten
– Oormerken inkomen voor doeleinden
– Uitgaven anders bij lopende en toevallige
inkomsten
• Verschillende waardering verlies en winst
• Bezitsneiging en status quo
– Product in bezit wordt hoger gewaardeerd
– Voorkeur voor bekende situatie
3. 3 van 7
Waardering verlies en winst
q1
-q1
q-q 0
U(-q1)
U(q1)
U
-U
welvaartswinst
welvaartverlies
4. 4 van 7
Ligging indifferentiecurven
b
a
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
A
B
D
C
F
E
5. 5 van 7
Consumptiebeslissingen in praktijk
Consumenten gebruiken eenvoudige
beslisregels die contextafhankelijk zijn:
• Goed genoeg
– Satisficing
• Inschatten kansen en risico’s
• Vergelijking andere producten
– Contrasteffect
– Compromiseffect