1. 1 van 12
Hoofdstuk 19 – Algemeen evenwicht
en collectieve welvaart
Leerdoelen
• Inzicht in verschil partiële en algemeen-evenwichtsanalyse
• Inzicht in wijze waarop optimale allocatie productiefactoren en
eindproducten tot stand komt onder volledige mededinging
• Inzicht in rol prijzen algemeen evenwicht
• Inzicht in aggregatieprobleem bij bepaling collectieve welvaart
• Inzicht in welvaartscriteria Pigou, Pareto en Bergson
2. 2 van 12
Twee belangrijke vragen
• Leiden perfect werkende markten tot optimale
allocatie?
• Hoe weten we of de allocatie optimaal is?
– Is algemeen evenwicht mogelijk?
– Criterium voor collectieve welvaart
– Marktfalen (H20)
– Kosten-batenanalyse (H21)
3. 3 van 12
Partiële vs. algemeen-evenwichtsanalyse
• Partiële analyse
– Analyse markt zonder rekening te houden met
samenhang markten
– Ceteris-paribusclausule
– Afzonderlijke markten tenderen naar evenwicht
• Algemeen evenwicht
– Als alle markten tegelijk in evenwicht zijn
– Loslaten ceteris-paribusclausule
4. 4 van 12
producentenconsumenten
p
q
v a
markt van
eindproducten
p
q
v a
markt voor
productiefactoren
aanbod van goederen
en diensten
vraag naar
productiefactoren
vraag naar goederen
en diensten
aanbod van
productiefactoren
betaling voor geleverde
goederen en diensten
inkomen verkregen uit
arbeid, kapitaal en grond
opbrengst van geleverde
goederen en diensten
betaling voor geleverde
productiefactoren
6. 6 van 12
Vraag naar kleding en naar arbeid
(a) de kledingmarkt
p
qq1 q0
p1
p0
0
a
v1
v0
(b) de arbeidsmarkt voor de kledingindustrie
pl
pl(0)
pl(1)
l
l0l1
av1 v0
0
8. 8 van 12
Simultaan evenwicht op alle markten
• Optimale allocatie eindproducten
– Voor consumenten zijn alle prijsverhoudingen gelijk aan
verhoudingen van marginale betalingsbereidheid
– Allocatie is doeltreffend
• Optimale allocatie productiefactoren
– Prijsverhoudingen komen overeen met marginale
kostenverhoudingen
– Doeltreffend aanbod goederen en diensten
– Doeltreffend aanbod vereist doelmatige inzet productiefactoren
– Voor alle producenten zijn marginale (technische)
substitutieverhoudingen gelijk aan verhoudingen factorprijzen
9. 9 van 12
Welvaartstheorie
• Collectieve welvaart
– Behoeftebevrediging van alle individuen tezamen,
voor zover gebruik wordt gemaakt van relatief
schaarse en alternatief bruikbare middelen
– Optimale allocatie in stelsel van volkomen markten
• Aggregatieprobleem
– Aggregatie van individuele belangen
– Voordeel voor A t.o.v. nadeel voor B
– Welvaartscriterium
10. 10 van 12
Welvaartscriterium Pigou
• Welvaart subjectief begrip
– Hanteerbaar door uit te gaan van welstand
• Doel: maximalisatie nationaal dividend
• Inkomensherverdeling gunstig voor welvaart
– Interpersonele nutsvergelijking mogelijk
• Nut en marginaal nut kardinale grootheid
• Volkomen concurrentie noodzakelijke
voorwaarde voor maximale welvaart
11. 11 van 12
Welvaartscriterium Pareto
• Interpersonele nutsvergelijking problematisch
• Pareto: uitspraken op basis indifferentiecurve
– Nut niet kardinaal, wel ordinaal meetbaar
• Criterium van Pareto
– Over welvaartstoename en over optimum
– Geen uitspraak over wenselijkheid uitkomst
– Volkomen concurrentie noodzakelijke voorwaarde
• Compensatiebeginsel van Kaldor en Hicks
– Neoparetiaans welvaartscriterium