3. Formatief
•Telt niet voor overgang, determinatie
etc
•“Diagnostisch”, “proeftoets” etc
Summatief
•Bepaalt (mede) overgang,
determinatie.
4. Inhoudsvalide
•De toets gaat over alle onderwerpen die
behandeld zijn, en niet over
onderwerpen die niet behandeld zijn.
Vormvalide
•De toetsvragen zijn gesteld zoals de
oefenvragen gesteld zijn, en niet op een
andere manier.
5.
6.
7. Ruimtelijk component
Systeem Hoe grijpt een groot aantal
verschijnselen in elkaar?
Diffusie Hoe verspreidt een verschijnsel zich?
Interactie Hoe beïnvloeden verschijnselen
elkaar?
Associatie Hoe correleren verschijnselen?
Spreiding Hoe is iets verdeeld?
Locatie Waar is iets?
8. Geografische complexiteit
Theorie Plaattektoniek, centrum-periferie
Principes (‘vuistregels’) ‘Hoe hoger hoe kouder’, ‘hoe armer
hoe groter de vruchtbaarheid’
Methodes (‘vaardigheden’) Kaartselectie, wisselen van schaal,
vergelijken van gebieden…
Feiten Wat is waar?
9.
10.
11. Checklist
Voor iedereen leesbaar? Arial 12!
Ook bronnen leesbaar? Tekst en kleur?
Klopt opgavenummering?
Klopt bronnennummering?
Duidelijk waar de toets eindigt?
Duidelijk hoeveel tijd ervoor is?
Is de toets goed na te kijken?
toetsing
Duidelijk welke hulpmiddelen gebruikt
mogen worden?
Sluit de stof aan op wat behandeld is?
Sluit vraagstelling aan op hoe de stof
behandelid is?
Wordt goed leren beloond?
Wordt inzicht beloond?
Wordt meedoen in de les beloond?
Heb je versie A/B, herkansing?
12. Stap 1. Construeer een toets
• Over BuiteNLand 4V Hs1 §7: Ontwikkeling en demografie.
• Eisen:
• Is te maken binnen 30 minuten (4V).
• Is valide qua vorm en inhoud.
• Is reproduceerbaar.
• Mix van gesloten en open vragen.
• Minstens één vraag mbv een bron.
13. Stap 2. Wissel uit en maak
• Geef je toets door aan het duo rechts.
• Zijn er vragen onduidelijk gesteld?
• Probeer de vragen te ‘breken’. Kun je een antwoord geven dat niet
wenselijk is, maar wel goed gerekend moet worden?
• Als een vraag zwak is: suggereer hoe die beter verwoord kan
worden.
14. Stap 3. Kijk je eigen toets na
• Kijk je zelfgemaakte toets na.
• Waren er vragen die je op een betere manier had kunnen
formuleren? Zo ja, herschrijf.