SlideShare a Scribd company logo
1 of 60
Download to read offline
NUMIS: registratie
van een
vergankelijk
verleden
NUMIS:
registratie van een vergankelijk verleden
Tekst Jan Pelsdonk, Utrecht 2013
ISBN 978-90-809848-0-6
4 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden
Inhoud
Pagina
7 Inleiding
Overzicht: vondsten en registratie in NUMIS
10 NUMIS: definitie
10 Doelen
10 Actuele status van NUMIS
11 Geschiedenis
12 Schatvondstproject
12 Het nieuwe NUMIS in vogelvlucht
14 Werkwijze
14 Veranderingen
15 Eigendom en gebruik
16 Buitenlandse vondsten
NUMIS voor vondstmelders
18 Het nut van registreren
20 Reiniging van gevonden numismatische voorwerpen
20 Veiligheid en milieu
21 Reinigingsmethoden
21 Nabehandeling
22 Schoonmaakmiddelen
23 Metalen
28 Fotohandleiding
NUMIS voor onderzoekers
32 Munten als bron
32 Internationale vondstdatabases
NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 5
33 Publicaties
36 Interpretatie van vondsten
37 Dateringsvraagstukken
NUMIS voor vrijwilligers
40 Stappenplan
40 Uitleg bij het invoeren van de belangrijkste velden in NUMIS
Gedragscodes
48 Algemeen
48 Gedragsregels voor metaaldetectiespecialisten
50 Gedragsregels voor NUMIS-ambassadeurs
51 Gedragsregels voor het determinatieteam
52 Ledenpas
Contactgegevens
54 Lidmaatschap, donateurschap en ANBI
55 Informatie
56 Donateurschap
56 Vondstadviseurs
56 NUMIS Ambassadeurs
58 NUMIS Determinatieteam
59 Fotoverantwoording
60 Ondersteuning
6 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden
NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 7
Inleiding
Het registreren van munten en andere numismatische voorwerpen is van oudsher
uitgevoerd door medewerkers van het Geldmuseum die daarvoor de database NUMIS
hebben ontwikkeld. Vrijwel continu zorgt het steeds groeiend aantal
determinatievragen daarbij – door een tekort aan mankracht – voor lange wachttijden,
met als gevolg dat lang niet alle vondsten worden aangemeld. Helaas kan slechts een
deel van het niet direct geregistreerde materiaal in een later stadium alsnog worden
getraceerd en ingevoerd, want door verkoop van de voorwerpen of het overlijden van
de vinder raakt de vindplaats nog al eens verloren.
Ondanks de beperkte middelen van het Geldmuseum is onderkend dat registratie
onverminderd van belang blijft. In samenwerking met het Koninklijk Nederlands
Genootschap voor Munt- en Penningkunde en de Stichting Nederlandse Penningkabi-
netten en dankzij ondersteuning van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, het
Nederlands Economisch-Historisch Archief, het Internationaal Instituut voor Sociale
Geschiedenis, de Oriëntal Numismatic Society, De Detectoramateur en de Vereniging
voor Penningkunst is het gelukt om het draagvlak voor NUMIS aanzienlijk te
verbreden. De nieuw opgezette structuur maakt het registreren en ontsluiten van
vondsten – meer dan ooit tevoren – vanzelfsprekend. Deze publicatie geeft een
overzicht van de geschiedenis en doelen van NUMIS. De actuele status laat zien wat
er is bereikt en een groeiend aantal ambassadeurs en determinatie-medewerkers (zie
pagina 55 en verder) bekroont de nieuw ingeslagen weg. De informatie in de bijlagen
is opgenomen ter ondersteuning van de vondstmeldingen.
Zonder de inzet van vele vrijwilligers en begunstigers zou het nooit mogelijk zijn
geworden; zij verdienen alle lof. Zij zijn actief op zoek naar nieuwe vondsten of
helpen mee met het beschrijven ervan. Mocht u interesse hebben in versterking van
het team, neem dan vooral contact op met de coördinator van NUMIS
(contactgegevens: zie pagina 55). Wanneer u overweegt NUMIS financieel te
ondersteunen (belastinggunstig dankzij de ANBI-status, zie pagina 54) kunt u daar
eveneens terecht.
8 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden
Het is fijn om te zien hoeveel mensen NUMIS een warm hart toedragen. Wij danken
iedereen hartelijk voor de inzet en zien de toekomst met veel vertrouwen tegemoet.
Herman Gerritsen, voorzitter Martin Bloemendal, vice-voorzitter
Stichting
Nederlandse
Penningkabinetten
Jos Bazelmans, Hoofd Sector Kennis Henk Wlas, directeur
Jan Lingen, Regional Secretary Europe Chris Vegter, voorzitter
Vereniging voor Penningkunst
Gert Lugthart, voorzitter Heleen Buijs, directeur
NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 9
Overzicht:
vondsten en registratie in NUMIS
10 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden
NUMIS: definitie
NUMIS is een digitaal bestand waarin alle Nederlandse vondsten en vindplaatsen van
munten en andere numismatische voorwerpen systematisch worden geregistreerd en
ontsloten. NUMIS is toegankelijk via www.numis.geldmuseum.nl.
Aan de database wordt door een grote groep vrijwilligers gewerkt. Dankzij de brede
samenwerking bestaat in NUMIS geen muur tussen particulieren, wetenschap en
musea. NUMIS staat ook open voor vondsten uit het buitenland (zie pagina 16).
Doelen
 Het voor nu en in de verre toekomst toegankelijk houden van de gegevens van
gevonden munten en andere numismatische voorwerpen in combinatie met de
vindplaatsen.
 Het vergroten van de kennis over de geschiedenis van Nederland en Europa, met
de economisch-monetaire ontwikkeling als zwaartepunt.
 Het creëren van bewustzijn bij het brede publiek voor de meerwaarde van
registratie, zodat zij onderzoek naar de vondsten ondersteunen.
 Het vergroten van samenwerking en informatie-uitwisseling tussen het brede
publiek, metaaldetectiespecialisten, archeologen en het Geldmuseum.
 Het bevorderen van het verantwoord vinden van objecten, met aandacht voor het
behouden van de vondstcontext.
 Het aanmoedigen van vinders om de numismatische voorwerpen aan te (laten)
melden.
 Het beschermen van vinders, melders en vindplaatsen terwijl tegelijkertijd met de
vondstgegevens gewerkt kan worden.
Actuele status van NUMIS
Per 17-5-2013 zijn in NUMIS 275.596 voorwerpen opgenomen. 17.087 records
bevatten een of meer foto’s. Driekwart van het materiaal komt uit schatvondsten, de
rest is los gevonden of uit een muntcomplex afkomstig. Iets meer dan de helft van de
munten is binnen de grenzen van het huidige Nederland vervaardigd. Bij 245.267
NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 11
stuks is de vervaardigingsperiode ingevuld, deze zijn opgenomen in het taartdiagram
hiernaast. Ongeveer 1/5 van het materiaal dateert uit de Prehistorie en Romeinse tijd
en iets minder dan een kwart uit de Middeleeuwen. NUMIS stond tot voor kort
vrijwel niet open voor los
gevonden munten jonger dan het
jaar 1600. Dit geldt en gold niet
voor schatvondsten en
muntcomplexen: deze worden uit
alle periodes opgenomen. Het
taartdiagram toont dat bijna de
helft van de munten in NUMIS
jonger is dan 1600.
NUMIS: voorwerpen per periode.
Geschiedenis
In 1997 is in Rijksmuseum Het Koninklijk Penningkabinet – een van de voorlopers
van het Geldmuseum – het NUMismatisch InformatieSysteem NUMIS opgezet. De
start werd gemaakt via het samenbrengen van diverse kleine bestanden, opgezet door
de conservatoren. Gaandeweg is tevens het grootste deel van het papieren
vondstarchief in NUMIS opgenomen. Dit archief is sinds de 19de
eeuw – eerst te hooi
en te gras, sinds de 20ste
eeuw meer gestructureerd – door het museum opgebouwd.
NUMIS telt bijna 276.000 voorwerpen. Het zwaartepunt ligt bij munten vóór 1600
maar ook uit andere eeuwen zijn munten opgenomen. Hieronder bevinden zich naast
losse vondsten ook de bijna 1600 bekende in Nederland gedane schatvondsten.
Sinds 2004 is NUMIS via het internet ontsloten. Het bestand is in 2012 voor de
tweede keer in vier jaar in de gevarenzone gekomen door een reorganisatie binnen het
Geldmuseum, dat in een bestaanscrisis zit en waarschijnlijk eind 2013 zijn deuren
moet sluiten. De toekomstige huisvesting van NUMIS is nog niet bekend, maar uit
deze publicatie blijkt dat NUMIS springlevend is. Mogelijk biedt ook een nauwere
samenwerking met vrijwilligers mogelijkheden om door te kunnen gaan. Er zijn
immers goede ervaringen opgedaan met het “Schatvondstproject”.
12 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden
Schatvondstproject
Het Schatvondstproject liep in de periode eind 2005 tot begin 2008. Dit project is
geïnitieerd door het Koninklijk Nederlands Genootschap voor Munt- en
Penningkunde en is ondersteund door het Geldmuseum. Het project had tot doel het
digitaliseren en ontsluiten van de bij het Geldmuseum bekende en alleen op papier
ontsloten schatvondsten. Het Geldmuseum verzorgde kopieën van de vondst-
beschrijvingen die – zonder namen en vindplaatsen – per post naar de vrijwilligers
werden gestuurd. De vrijwilligers namen alle vondstbeschrijvingen over in Excel-
tabellen, die vervolgens per e-mail werden geretourneerd en na controle in NUMIS
zijn geïmporteerd. Vanwege een bezuinigingsronde bij het Geldmuseum in 2008 is
het project voortijdig gestopt, maar in zo’n drie jaar tijd zijn op deze manier toch ruim
137.000 papieren beschrijvingen van munten uit muntvondsten gedigitaliseerd en
opgenomen in NUMIS. Het meeste materiaal is in het Jaarboek voor Munt- en
Penningkunde gepubliceerd en dankzij de digitalisering beter dan ooit doorzoekbaar,
al moeten de gedigitaliseerde gegevens deels nog op elementaire punten worden
aangevuld voordat zij in de internetdatabase een plek krijgen.
Aan het project hebben Freek Groenendijk, Kees Pannekeet, Klaas Poelstra, Hans
Rueb en een zestal anonieme vrijwilligers een belangrijke inspanning geleverd. Zij
hebben daarbij getoond hoeveel er dankzij samenwerking mogelijk is. Het is mede
dankzij de inzet van deze betrokken mensen dat NUMIS in de huidige vorm bestaat.
Hulde!
Het nieuwe NUMIS in vogelvlucht
In Engeland worden – met het Portable Antiquities Scheme – goede resultaten behaald
dankzij de inzet van vrijwilligers. Voor NUMIS is op basis van het Engelse voorbeeld
een nieuwe meld- en determinatiefaciliteit opgezet die in de loop van 2013 actief is
geworden.
Bij het nieuwe NUMIS zijn drie groepen vrijwilligers actief. Dit zijn
metaaldetectiespecialisten die (meestal hobbymatig) met vondsten in aanraking
komen, NUMIS-ambassadeurs (die actief vondsten aan NUMIS toevoegen of toe
NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 13
laten voegen) en het determinatieteam (dat in NUMIS aangemelde vondsten
determineert). Zij werken volgens de in bijlage 3 opgenomen gedragsregels. Tevens
zijn er donateurs die NUMIS een warm hart toedragen. Geïnteresseerden kunnen zich
wenden tot de coördinator (zie pagina 55) voor meer informatie.
Het Geldmuseum vervult een verbindende rol. Het onderhoudt de database en de
contacten met de NUMIS-ambassadeurs en het determinatieteam. Ieder jaar wordt er
een NUMIS-dag georganiseerd. Hier kan iedereen terecht met vondsten en
determinatievragen. Op deze dag wordt tevens de jaarvergadering van de NUMIS-
ambassadeurs en het determinatieteam gehouden.
Het Geldmuseum beheert de administratie van de bij NUMIS aangesloten
vrijwilligers. De ambassadeurs ontvangen ieder jaar een registratiepas waarmee zij
zich indien nodig kunnen legitimeren.
Het Lidmaatschap van NUMIS is gratis omdat de leden een belangrijke bijdrage
leveren in de vorm van vrijwilligerswerk. Het onderhouden en verbeteren van het
NUMIS-netwerk kost echter geld. Daarom is het mogelijk donateur van NUMIS te
worden. Donateurs kunnen onder vermelding van “NUMIS” een bedrag naar keuze
overmaken op rekening 5382308 van de Stichting Nederlandse Penningkabinetten te
Utrecht (IBAN: NL35INGB0005382308 BIC: INGBNL2A). Dankzij de ANBI-status
kan belastinggunstig worden geschonken (zie ook pagina 54). Donateurs die meer dan
25 euro overmaken zullen – indien gewenst – worden vermeld in het jaarverslag van
NUMIS. Voor jeugddonateurs (<18 jaar) gebeurt dit vanaf 10 euro.
14 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden
Werkwijze
NUMIS is toegankelijk op het internet. Er wordt op 4 niveaus gewerkt: beheer,
ambassadeur + determinatieteam, melder en gebruiker. Vondstmelders kunnen hun
vondsten – al dan niet bijgestaan door ambassadeurs – direct in NUMIS invoeren. Het
niet privacy- of vindplaatsgevoelige deel van de vondstmelding wordt meteen
zichtbaar op het internet en de melding krijgt de status ‘nieuw’. Informatie over
vinders en vindplaatsen wordt opgeslagen bij het Geldmuseum, deze is niet in te zien
door vrijwilligers en bezoekers.
Het determinatieteam verzorgt de beschrijving. De persoon die de melding uitein-
delijk opwaardeert naar ‘akkoord aangevraagd’, verbindt zijn naam of pseudoniem
aan de vondst. Het Geldmuseum verzorgt hierbij een coördinerende en
kwaliteitsbewakende rol; in het museum wordt de melding op ‘akkoord’ gezet of
indien nodig gewist. Een niet-anonieme melder ontvangt nu automatisch een e-mail
met de verzamelde informatie over zijn gevonden voorwerp.
In NUMIS kunnen het hele jaar door en 24 uur per dag vondsten worden aangemeld
en gedetermineerd; de NUMIS ambassadeurs assisteren hierbij graag. Daarnaast
wordt jaarlijks een NUMIS-dag georganiseerd. Hier kan iedereen terecht met
vondsten en determinatievragen. Op deze dag wordt tevens de jaarvergadering van de
ambassadeurs en het determinatieteam gehouden.
Geregeld verschijnen publicaties over voorwerpen uit NUMIS. Per e-mail worden de
vrijwilligers en donateurs op de hoogte gehouden van de ontwikkeling van NUMIS en
nieuwe publicaties over vondsten. In voorkomende gevallen worden deze publicaties
– uitsluitend voor eigen gebruik – digitaal verspreid.
Veranderingen
Dankzij de grotere groep vrijwilligers is NUMIS als proef ook opengesteld voor
buitenlandse vondsten. Los gevonden munten geslagen na 1600 zijn voortaan
eveneens welkom in NUMIS. Dat is belangrijk omdat sommige factoren (zoals het
gebruik van buitenlands geld in Nederland in de negentiende eeuw) anders
onzichtbaar zouden blijven.
NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 15
Eigendom en gebruik
De vondstmunten zijn over het algemeen particulier bezit. (Een extract uit de
wettelijke bepalingen rond het vinden en het eigendomsrecht is opgenomen onder
‘melden’ op pagina 49.) Een deel van de in NUMIS geregistreerde vondsten is
uiteindelijk in museale collecties of in archeologische depots terecht gekomen.
Andere voorwerpen zijn deels over de wereld verspreid geraakt, vergaan door corrosie
of zelfs omgesmolten en alleen nog via de database bekend.
Zo veel mogelijk informatie in NUMIS is toegankelijk voor een breed publiek, maar
sommige gegevens zijn afgeschermd ter bescherming van vinders, eigenaars en
vindplaatsen. De volgende criteria worden voor het internet gehanteerd:
Persoonsgegevens van vinder, melder en eigenaar worden niet zonder toestemming
van de betrokken persoon aan derden verstrekt. Persoonsgegevens worden altijd met
de grootste zorgvuldigheid behandeld en mogen niet gebruikt worden voor
commerciële doeleinden. Anoniem melden is mogelijk, maar dan kan niet over
vondsten worden gecorrespondeerd. Voor buitenlandse vondstmeldingen geldt een
afwijkende regeling. (Zie de volgende pagina).
Determinatie en foto’s direct zichtbaar
Naam vinder niet opgenomen
Naam eigenaar niet opgenomen
Naam of pseudoniem vondstmelder zichtbaar in overleg met melder
Naam of pseudoniem determinator direct zichtbaar
Exacte vindplaats niet opgenomen
Globale vindplaats direct zichtbaar, uitzonderingen in
overleg met melder, in principe
uiterlijk 5 jaar geblokkeerd
Precisie coördinaten globale vindplaats 5 km2
Doormelden aan archeologische dienst in overleg met melder, ter
voorkoming van dubbelmeldingen
16 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden
Vindplaatsen worden – voor wetenschappelijke doeleinden – zo gedetailleerd
mogelijk bewaard bij het Geldmuseum. In beperkte gevallen wordt deze informatie
beschikbaar gesteld aan (door het Geldmuseum geautoriseerde) professionele
archeologen en historici. Bij voorkeur gebeurt dit met toestemming van de vinder.
Voorwerpen die bij het Geldmuseum ter onderzoek worden ingeleverd, worden na
bestudering zonder uitzondering geretourneerd aan de inzender.
Fotorechten: de door de melder aangeleverde foto’s worden eigendom van het
Geldmuseum en voor onderzoeksdoeleinden in NUMIS opgenomen. Het staat
onderzoekers en gebruikers van NUMIS vrij om dit fotomateriaal te gebruiken, met
als voorwaarde dat de bron (het NUMIS-nummer) daarbij wordt vermeld.
Buitenlandse vondsten
NUMIS is oorspronkelijk opgezet voor het registreren van Nederlandse vondsten. De
database leent zich daarnaast prima voor meldingen uit andere landen. NUMIS biedt
als proef een podium om ook dit vondstmateriaal makkelijker grensoverschrijdend te
kunnen onderzoeken. Daarvoor worden om te beginnen de bij het Geldmuseum
bekende vondsten gedigitaliseerd voor opname in NUMIS. Ook bij derden bekende
gegevens zijn welkom. Het zoeken met een metaaldetector is in sommige landen,
bijvoorbeeld België en Luxemburg, verboden. De vondsten in NUMIS worden puur
uit wetenschappelijk oogpunt geregistreerd. Anders dan in Nederland gaat het hier in
eerste instantie niet om het vastleggen van iedere vondst (al zou dat voor
onderzoekers plezierig zijn), want vondstregistratie is in beginsel een taak van de
afzonderlijke landen. Het Geldmuseum behoudt zich het recht voor om periodiek een
overzicht van alle nieuwe buitenlandse registraties, inclusief de exacte vindplaats en
de persoonsgegevens van de melder, aan de betreffende numismatische kabinetten te
zenden.
Het is te hopen dat de afzonderlijke landen in de nabije toekomst deze aanzet
overnemen en zelf het registreren ter hand kunnen nemen. Vrijwilligers die
geïnteresseerd zijn in het digitaliseren van reeds bij het Geldmuseum bekende
vondsten zijn ondertussen van harte welkom.
NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 17
NUMIS voor vondstmelders
18 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden
Het nut van registreren
Vondstregistratie loopt via www.numis.geldmuseum.nl. Om het melden van munten
zo laagdrempelig mogelijk te houden wordt de vondstmelder niet gevraagd om zelf
een complete determinatie te verzorgen. Bij het melden van een vondst is het van
primair belang dat de koppeling tussen voorwerp en vindplaats wordt vastgelegd. Een
melder is niet verplicht om persoonsgegevens bij NUMIS achter te laten, maar wij
stellen het wel op prijs. Wij gebruiken deze gegevens namelijk om de melding te
kunnen verifiëren en om in de toekomst over de vondst te kunnen corresponderen.
Van het voorwerp worden vindplaats, foto’s, diameter en – zo mogelijk – massa
gevraagd. Het registreren van buitenlandse vondsten is primair een taak van de
landelijke overheden. Toch nemen wij ook deze vondsten in NUMIS mee om breder
onderzoek mogelijk te maken. Mocht u een losse- of schatvondst vondst kennen die
nog niet in NUMIS is opgenomen, kunt u deze (laten) registreren.
In NUMIS bevinden zich diverse incomplete schatvondstvermeldingen. De
Geldersche Volksalmanak van 1837 nummer 3 vermeldt bijvoorbeeld op bladzijde 47
een schatvondst uit Heelsum (gemeente Renkum). Daar “ontdekte eens een landman
een schat met Romeinsche penningen, waarvan sommige het beeld der Antonijnen
vertoonden; de andere werden door een zilversmid gekocht en versmolten”. Een
tweede voorbeeld dateert uit 1745, toen P. van der Schelling in zijn “Catti aorigines
batavorum” op bladzijde 104 schreef over een pot met ongeveer 1200 munten van
Philips de Goede, in 1696 te Katwijk aan den Rijn gevonden. Alle munten bleken
echter al te zijn versmolten voordat hij ze kon zien. Vertwijfeld noteerde hij: “[het]
spijt mij so geweldig dat ik wenste sulks niet te weten”.
Met de huidige nieuwe inzichten en onderzoekstechnieken hadden deze schatvondsten
van cruciaal belang kunnen zijn voor de geschiedenis van Nederland. Slecht
beschreven vondsten lijken tot het verleden te behoren, maar niets is minder waar. In
1992 is bijvoorbeeld een aan de Oud Bussumerweg in Bikbergen gevonden schat van
7 Karolingische denarii direct verkocht. De enige naderhand beschreven munt is een
gebroken denarius van Lotharius I (840-855) uit Dorestat.
NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 19
Snel geldelijk gewin, selectief - of onoordeelkundig bergen, slecht reinigen van door
corrosie aangetaste munten, of zelfs onnozel omsmelten zijn – net als het niet
aanmelden van vondsten – een belemmering voor het vergaren van meer kennis over
het verleden. De drie aangehaalde voorbeelden zijn zo fragmentarisch overgeleverd
dat de bovenstaande beschrijving alle informatie toont die er is. De schatvondsten zijn
in NUMIS opgenomen onder de nummers 1042658, 1016086 en 1060240.
Vroeger wist een vinder misschien niet beter, maar tegenwoordig is informatieverlies
beslist onnodig. Aanmelden via de website is snel gedaan en munten die worden
afgegeven ter determinatie worden altijd geretourneerd aan de melder. Het
wetenschappelijk belang van een vondst staat altijd voorop. Zie ‘Eigendom en
gebruik’ op pagina 15 voor meer informatie.
Bij vondstregistraties gaat het niet om de kwaliteit van de voorwerpen maar om de
combinatie tussen voorwerp en vindplaats. Een zwaar gecorrodeerde veel
voorkomende munt is hierbij in principe net zo belangrijk als een zeldzaam exemplaar
in topconditie. Vele vondsten bij elkaar geven bij trouw registreren een beeld, dat tot
nieuwe inzichten kan leiden. In het hoofdstuk ‘onderzoekers’ is te zien wat met het
verzamelde materiaal gedaan kan worden. Dankzij systematisch registreren van
vondsten komen schijnbaar onzichtbare processen met één druk op de knop aan het
licht. Houdt in gedachten dat een munt zonder vindplaats verloren is en help mee met
registreren!
20 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden
Reiniging van gevonden numismatische voorwerpen
De tekst in deze bijlage is een bewerking van de brochure ‘Het reinigen van munten
en penningen’ van R.W.M. de Graaf (Stichting Nederlandse Penningkabinetten, ’s-
Gravenhage 1984).
Bij het reinigen van munten en penningen is voorzichtigheid geboden. Al te forse
ingrepen zullen meer bederven dan goedmaken. Naast beschadiging ligt uiteindelijk
zelfs vernietiging op de loer. Esthetisch gezien is te grondige reiniging ongewenst.
Munten zijn vaak overdekt met minerale lagen, patina genoemd. Wanneer dit patina
een mooi, egaal uiterlijk heeft, is het doorgaans beter om er niets aan te doen. De
kleur van dit patina is afhankelijk van de chemische samenstelling. Er zijn vele
schakeringen, variërend van zwart en bruin tot grijs, blauw, groen en goudgeel. In het
algemeen wordt patina beschouwd als een verfraaiing en derhalve wordt het ook wel
kunstmatig aangebracht. Al in Romeinse tijd werden bronzen beelden gepatineerd,
zeker vanaf de 18e eeuw ook penningen. In deze bijlage staan per metaalsoort een
aantal adviezen. Bij twijfel kunt u het beste een expert in de arm nemen. Vergeet niet
dat zelfs het Geldmuseum zijn collectie niet zelf reinigt.
Veiligheid en milieu
Wees voorzichtig met het gebruik van chemicaliën. Let er bij het maken van de
oplossingen op dat de zuren in het water gedaan worden en niet andersom, ter
voorkoming van spetters. Uit het oogpunt van veiligheid zijn de volgende spullen aan
te raden:
• een goed stofmasker (mondkapje),
• handschoenen,
• een goede veiligheidsbril of gelaatsscherm, en
• een schone werkjas.
Tijdens de reiniging is een goed geventileerde ruimte nodig, want chemische dampen
zijn erg ongezond. Bij het schoonmaken van munten en penningen zijn zuren en basen
nodig. Helaas zijn deze stuk voor stuk schadelijk voor het milieu. Alle afgewerkte
NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 21
stoffen kunnen het best – onder vermelding van de inhoud – gescheiden ingeleverd
worden bij de (chemokar van de) gemeentereiniging.
Reinigingsmethoden
Er bestaan verschillende reinigingsmethoden. Over het algemeen is het gebruik van
wrijving (poetsen) niet aan te raden, ter voorkoming van beschadiging (krasjes), breuk
of zelfs verpulvering van het voorwerp. De reinigingsmethoden worden verderop per
metaalsoort beschreven.
Nabehandeling
Na elke behandeling is goed spoelen noodzakelijk. Worden de bij het
reinigingsproces gebruikte stoffen als citroenzuur of natriumbisulfaat niet goed uit het
metaal verwijderd, dan kan dit leiden tot verregaande aantasting van het voorwerp.
Achtergebleven zuurresten zorgen – onder invloed van de luchtvochtigheid – voor een
sterk versnelde oxidevorming.
Spoelen kan het best door de voorwerpen in een bad gedestilleerd water te leggen. Zij
mogen niet op elkaar liggen en moeten regelmatig omgedraaid worden om
verkleuringen te voorkomen. Water verversen is noodzakelijk, omdat het water
verzuurt en de chemicaliën op de voorwerpen blijven inwerken. Spoelen is voldoende
bij gouden en zilveren voorwerpen: hier is na ongeveer dertig minuten de behandeling
voltooid. Voor koperen en andere onedele metalen is dit vaak onvoldoende. De
chemicaliën werken bij deze metalen tot diep in de munten door. Hier is
neutraliseren beter.
Neutralisatie heft de werking van een bepaalde stof direct op. Een gebruikt zuur wordt
geneutraliseerd door middel van een loog en een loog door middel van een zuur.
Dompel de met een zuur behandelde munt even onder in een bad met bijvoorbeeld
natronloog. Hierna altijd goed spoelen met gedestilleerd water om het loogrestant te
verwijderen, want het voorwerp kan afhankelijk van de sterkte van het loog en de
duur van de onderdompeling basisch (ontzuurd) geworden zijn.
Voor het neutraliseren van zuren (zoals citroenzuur of fosforzuur) zijn onder andere
22 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden
natronloog en huishoudsoda te gebruiken. Deze laatste is een beduidend zwakker loog
en kan alleen gebruikt worden als de munten met een zwakzure oplossing gereinigd
zijn. Voor het neutraliseren van logen (zoals bijvoorbeeld natronloog) zijn onder
andere citroenzuur en natriumbisulfaat te gebruiken.
Na neutraliseren en spoelen volgt het drogen. Dit moet grondig gebeuren, want
zonder goede droging heeft verontreiniging uit de atmosfeer een grotere inwerking op
het oppervlak, waardoor oxidatie versnelt. Drogen kan met een haarföhn of door de
voorwerpen op een van gaatjes voorziene plaat op de radiator van de verwarming te
leggen, nadat zij eerst met een zachte doek 'handdroog' gedept zijn. Een met nylon
vliegengaas bespannen raamwerkje is ook goed te gebruiken.
Schoonmaakmiddelen
 Gedestilleerd water. Gebruik bij het aanmaken van schoonmaakmiddelen en bij
het gehele reinigingsproces altijd gedestilleerd water en geen leidingwater. Dit is
noodzakelijk omdat in gedestilleerd water geen bestanddelen voorkomen die
schadelijk zijn voor de metalen. Deze treft men wel aan in regen- en leidingwater.
Gedestilleerd water kan dan ook niet door gekookt water vervangen worden.
 Chemicaliën. Alle genoemde chemicaliën zijn verkrijgbaar bij drogist of
apotheker. De genoemde verhoudingen zijn een richtlijn. Het is aan te raden om
met zwakkere oplossingen te starten en deze naar metaalsoort, mate van oxidatie
en vooral ervaring sterker te maken. Behandel koperen, ijzeren of zinken munten
altijd met een base, bijvoorbeeld natronloog, al of niet samen met elektrolyse.
Zuur is voor koperlegeringen agressief en zelden volledig te verwijderen of te
neutraliseren. De gevolgen ervan zijn op langere termijn moeilijk beheersbaar.
o Ammoniak: los 1 deel ammoniak (in een concentratie van 25%) op in 2 delen
gedestilleerd water.
o Ammoniumcarbonaat: los 1 deel ammoniumcarbonaat op in 4 delen
gedestilleerd water.
o Azijnzuur: los 1 deel azijnzuur (in een concentratie van 80%) op in 15 delen
gedestilleerd water.
NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 23
o Citroenzuur: los 1 deel citroenzuurkorrels op in 10 delen gedestilleerd water.
o Fosforzuur: los 1 deel fosforzuur op in 7 delen gedestilleerd water; 7 gram
gelatine per liter zure oplossing toevoegen. Fosforzuur wordt meestal in hoge
concentratie geleverd (40%) en is zeer agressief. Gebruik dit middel bij voorkeur
niet.
o Huishoudsoda/natriumcarbonaat: los 1 deel huishoudsoda of natriumcarbonaat
op in 4 delen gedestilleerd water.
o Natronloog: los 1 deel natriumhydroxide op in 10 delen gedestilleerd water.
Metalen
Munten en penningen zijn gemaakt van diverse metalen, ieder metaal heeft baat bij
een eigen reinigingsmethode.
 Goud heeft weinig onderhoud nodig, omdat het niet oxideert. Moeten de munten
toch gereinigd worden, dan kan het eerste vuil verwijderd worden door ze te
wassen met een zeepsopje (van een zachte, niet-bijtende zeep).
Zijn de munten na deze behandeling nog niet voldoende schoon, dan kunnen zij
gereinigd worden door ze te weken in citroenzuur. Na een paar uur, afhankelijk
van de hoeveelheid vuil, de munten voorzichtig afborstelen met een zacht
nagelborsteltje. Daarna volgt het eerder beschreven proces van spoelen en drogen.
Wanneer na deze behandeling nog onnatuurlijke vlekken met een
donkerblauwachtig uiterlijk achterblijven, zijn deze te verwijderen door middel
van reductie door galvanisatie. Dit is het oplossen van oxidatie door de scheiding
van zuurstof, chloor en zwavel, waaruit de oxidatie op het muntoppervlak bestaat.
Deze werkwijze berust op een galvanische stroom, ontstaand wanneer twee
verschillende metalen zich in een oplossing van (meestal) een loog met
gedestilleerd water bevinden.
Het is ook mogelijk om een base te gebruiken. Strooi op een stukje aluminiumfolie
wat huishoudsoda (een loog). Leg hier de munt op en strooi er nog wat soda
overheen. Vouw het stukje aluminiumfolie dicht en leg het zo ingepakt 10 à 20
minuten in een klein beetje warm water (circa 80 graden, niet koken). Nadat de
24 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden
aangegeven tijd verstreken is, het aluminiumfolie verwijderen en de munt goed
schoonborstelen. Hierna nog goed spoelen en drogen
 Zilver wordt na enige tijd bruin of zelfs zwart. De oorzaak is oxidevorming door
verontreiniging (waaronder zwavel) in de atmosfeer. Het is niet altijd raadzaam
deze aanslag volledig te verwijderen. Door de lichte verkleuring – patina – hebben
deze munten juist een fraaier uiterlijk.
Zijn de munten erg vuil of zijn ze overdekt met oxidekorsten, dan is reiniging
nodig. Het vuil kan, zeker als het erg vast zit, van zeer verschillende samenstelling
zijn. De reinigingsmethode is afhankelijk van het soort vuil. Het is niet altijd direct
duidelijk welke methode het doelmatigste is. Het is aan te bevelen om
verschillende methoden eerst op een proefmuntje uit te proberen. Het ergste vuil
kan, voor zover mogelijk, voorzichtig met een borsteltje worden verwijderd.
Daarna kan een van de volgende methoden worden toegepast.
Behandeling met citroenzuur: leg de munten en paar uur tot een dag, afhankelijk
van de hoeveelheid vuil en de dikte van de oxidekorsten, in een bad citroenzuur.
Hierna volgt weer de gebruikelijke handelwijze van het borstelen, spoelen en
drogen. Deze methode valt eventueel nog te verbeteren door op de bodem van het
bad wat ijzeren spijkertjes te leggen. Door middel van reductie heeft dan een
snellere reiniging plaats.
Behandeling met ammoniak: laat de munten gedurende ongeveer dertig minuten
weken in een ammoniakoplossing, hierna de munten voorzichtig afborstelen, goed
spoelen en drogen.
Behandeling met een zure vloeistof: lichte vlekken kunnen goed gereinigd worden
door ze voorzichtig in te wrijven met een rauwe aardappel of door ze onder te
dompelen in zure melk of warme azijn; hierna spoelen, drogen en voorzichtig met
een zachte doek opwrijven.
Behandeling met silver dip en dergelijke: er zijn een aantal middelen onder allerlei
verschillende namen (zoals silver dip, silver quick, silber tauchbad, cillit bang) in
de handel. Deze zijn meestal goed te gebruiken om bruin en zwart aangeslagen
munten snel en effectief te reinigen. De munten slechts enkele seconden
NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 25
onderdompelen in de vloeistof en de aanslag verdwijnt. Hierna spoelen en drogen.
Het nadeel van deze middelen is dat de aanslag volledig – te grondig – verwijderd
wordt, en dit is meestal niet gewenst. Bij Nederlandse provinciale en Romeinse
munten is het beter om ze even te behandelen met een in ammoniak gedrenkt
watje, waarna zij gespoeld en gedroogd worden.
 Koper, brons en messing zijn moeilijk te reinigen. Een te agressieve behandeling
kan de munten onherstelbaar beschadigen. Ook hier geldt: laat een mooi egaal
patina onaangetast. Vuil en oxidekorsten die afbreuk doen aan het uiterlijk van de
munt, moeten wel verwijderd worden. Hiervoor zijn verschillende methoden, de
tijdsduur van de behandeling is sterk afhankelijk van de hoeveelheid vuil. Probeer
de methode eerst uit op een proefmuntje, voordat een zeldzaam exemplaar wordt
gereinigd. Het ergste vuil kan met voorzichtig een zacht nagelborsteltje verwijderd
worden.
Reiniging in een bad van soda en glycerine: leg de munten in een bad van 10 delen
natriumhydroxide/huishoudsoda, 4 delen glycerine en 100 delen gedestilleerd
water. Hierdoor verdwijnt de groene aanslag van de koperen munten en worden de
oxidekorsten grotendeels opgelost. Is het noodzakelijk de munten nog verder
schoon te maken, bedek ze dan met een pasta bestaande uit 8 delen dierlijke lijm
of gelatine, 150 delen aluminium- of zinkpoeder, 4 delen glycerine en 10 delen
heet gedestilleerd water. Als deze pasta 24 uur op het metaal heeft kunnen
inwerken, worden de munten in heet water ondergedompeld. Hierdoor zal de pasta
geheel oplossen. Herhaling van deze behandeling zal leiden tot volledige
verwijdering van alle corrosielagen, zodat het blanke metaal overblijft; vaak is het
oppervlak dan wel erg pukkelig en geschonden. Hierna goed spoelen, of beter:
neutraliseren (zie de algemene regels).
Behandeling met citroenzuur: laat de munten 30 minuten tot 1 uur, afhankelijk van
de hoeveelheid vuil, weken in een bad citroenzuur. Voor koperen munten is dit
een vrij agressieve methode: stel ze dus niet te lang bloot aan het zuur. Hierna
neutraliseren en drogen.
Behandeling met azijn of azijnzuur: dompel de voorwerpen even onder in azijn of
26 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden
azijnzuur water, met eventueel wat keukenzout. De duur van deze behandeling is
afhankelijk van de hoeveelheid vuil. Na deze behandeling de munten neutraliseren
en drogen.
Behandeling met ammoniumcarbonaat: vlekken op koperen munten kunnen
verwijderd worden door ze enkele minuten te laten weken in een oplossing van
ammoniumcarbonaat in water. Hierna goed borstelen, spoelen en drogen. De
munten kunnen eventueel ook met de oplossing ingewreven worden. Na het
spoelen even voorzichtig opwrijven met een zachte linnen doek.
Koken in sodawater: vaak kan het doel van de reiniging eenvoudig bereikt worden
door de munten te laten koken in gedestilleerd water, waar wat huishoudsoda aan
toegevoegd is.
Behandeling met een zure vloeistof: vlekken op koperen munten kunnen
verwijderd worden door ze in te wrijven met karnemelk gemengd met keukenzout;
alternatieven daarvoor zijn citroensap of zuurkoolsap en tafelbier. Hierna met heet
water naspoelen en met een zachte doek opwrijven.
Inwrijven met zuurvrije vaseline: lichte vervuiling, bijvoorbeeld tussen de
opschriften, kan worden verwijderd door het voorwerp met zuurvrije vaseline in te
wrijven. Laat enige tijd intrekken en veeg daarna met een schoon watje de vaseline
met het vuil van de munten af Hierdoor blijft er een dun vetlaagje achter, dat het
koper of brons nagenoeg van de lucht afsluit en oxidatie verhindert. Gereinigd
koper blijft veel langer mooi als het direct na het neutraliseren en drogen met een
in petroleum gedrenkt doekje wordt ingewreven. De petroleum kan eventueel
vervangen worden door zuurvrije vaseline. Koper, brons en messing moeten niet
in aanraking komen met ijzer, daar dit in vochtige lucht tot het ontstaan van
moeilijk te verwijderen vlekken en verkleuringen kan leiden.
 Nikkel en kopernikkel zijn duurzame metalen. Net als ijzer is nikkel magnetisch.
Nikkel is een erg hard metaal. Het bezit de duurzaamheid die alle edelmetalen
kenmerkt. Nikkelen munten oxideren niet en worden niet donker door
zwavelverbindingen: zij zijn dus zelden van een aanslag voorzien. Mocht er toch
aanslag aanwezig zijn, dan kan deze het beste verwijderd worden door met een in
NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 27
ammoniak gedrenkt watje. Hierna spoelen en drogen.
 IJzer oxideert snel, wat zich uit in roest. Het is daardoor als muntmetaal niet
bijster geschikt. Roest op ijzeren munten vormt in tegenstelling tot zinkroest geen
beschermende laag. IJzer is vooral gebruikt voor noodmunten.
Behandeling met petroleum: leg de munten in een petroleum-bad en wrijf ze na
enkele uren met een watje of een doekje schoon. Dit is geen aangename methode
vanwege de geur van de petroleum.
Behandeling met een zuur: leg de munten in een bad citroenzuur. Nadat aanslag en
roest verwijderd zijn, de munten neutraliseren en drogen.
 Zink kent een snelle oxidatie. Het oorspronkelijke, zilverachtige uiterlijk wordt
dan grauw en grijs. In tegenstelling tot de oxidatie bij ijzeren munten beschermt de
oxidatie bij zinken stukken het voorwerp voor verdere aantasting. Zink is niet
magnetisch. Zoiets als 'zinkpest' bestaat niet, er is slechts 'tinpest'. De witte aanslag
op de munten is dus geen ziekte, maar slechts oxidatie. Daardoor ontstaan
zinkroest, zinksulfide of zinkcarbonaat.
De beste en gemakkelijkste methode om de grijs-witte zinkoxidatie te verwijderen
is een behandeling met citroenzuur. Leg de munten 10 à 20 minuten in het zuur.
De munten moeten gedurende deze tijd wel enige malen omgedraaid worden.
Hierna neutraliseren, zachtjes borstelen en drogen. Het is aan te bevelen de
munten na deze behandeling in te vetten met vaseline of een andere vettige
substantie, omdat anders weer snel verkleuringen optreden.
Enige literatuur over het reinigen:
R.W.M. de Graaf, Het reinigen van munten en penningen (Stichting Nederlandse
Penningkabinetten, ’s-Gravenhage 1984).
T. Stambolov, The corrosion and conservation of metallic antiquities and works of art
(Amsterdam z.j.).
G. Welter, Die Reinigung und Erhaltung von Münzen und Medaillen (Hannover
1965).
H. Winkowsky, Münzen pflegen (München 1969).
28 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden
Fotohandleiding
Bij vondstmeldingen is het meeleveren van foto's wenselijk, omdat zonder foto geen
nadere determinatie of controle kan plaatsvinden. Bovendien kan met een foto in de
toekomst eenvoudiger nader onderzoek naar het voorwerp worden gedaan. Een munt
kan goed worden gefotografeerd aan de hand van de onderstaande aanwijzingen.
Foto's van beide zijden
Het ligt voor de hand, maar toch: maak van BEIDE ZIJDEN een afbeelding. Slechts
met een foto van beide zijden is een goede determinatie mogelijk. Soms lijken
bijvoorbeeld verschillende denominaties sterk op elkaar.
Scannen
Probeer de scanner in te stellen op 300dpi bij 200%. Scan zo weinig mogelijk wit mee
zodat het bestand niet onnodig groot wordt.
Fotograferen
 Houd de camera RECHT boven het object. Een schuin
genomen foto vervormt de munt en maakt delen onscherp,
waardoor determinatie wordt bemoeilijkt. Een statief is erg
handig, ook om het risico op bewogen foto’s te verkleinen.
 Het beste resultaat wordt bereikt met fel strijklicht van één
zijde. Hierdoor wordt het reliëf op de – vaak gesleten – munt
beter zichtbaar. Probeer te fotograferen in zonlicht,
bijvoorbeeld op de vensterbank, of bij kunstlicht met een felle
lamp.
NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 29
 Ter voorkoming van slagschaduw is het aan te raden, munten
op een glasplaat te leggen. Door de glasplaat op – bijvoorbeeld
– een paar boeken te leggen ‘verdwijnt’ de schaduw aan de
rand van de munt.
 Fotografeer bij voorkeur op een blauwe achtergrond. (De beste
kleurnummers zijn ongeveer R80 G100 B230 of #5064e6).
Deze kleur blauw komt normaliter niet in munten voor, in
tegenstelling tot bijvoorbeeld zwart, wit, grijs, rood, groen en
geel. Hierdoor worden de grenzen van de munt duidelijk
zichtbaar.
 Zorg dat het lichtpunt zich bij voorkeur aan
de bovenzijde van de munt bevindt. Bij licht
van onderaf lijkt het reliëf soms optisch niet
op- maar inwaarts te liggen.
Digitale foto’s kunnen direct in NUMIS worden opgenomen. Mocht u alleen papieren
foto’s hebben: deze zijn ook meer dan welkom. Zij kunnen ter attentie van NUMIS
worden gezonden naar het centrale meldpunt (zie pagina 55). Vermeld achterop de
foto bij voorkeur het NUMIS-nummer.
30 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden
NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 31
NUMIS voor onderzoekers
32 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden
Munten als bron
Een munt zonder vindplaats mist de essentiële context en is daardoor grotendeels
verloren voor onderzoek. Jaarlijks worden vele honderden munten gevonden.
Veelal door archeologen en metaaldetectorspecialisten maar ook door het brede
publiek. De vondsten zijn – in combinatie met de vindplaats – stuk voor stuk een
unieke getuigenis van het verleden. De koppeling tussen vindplaats en munt blijkt
een uitermate kwetsbare factor te zijn omdat deze snel verloren gaat. De in
NUMIS opgenomen vondsten zijn een blijvende getuigenis van de geschiedenis
voor toekomstige generaties. De data in NUMIS staat ten dienste van onderzoek
en van iedereen die geïnteresseerd is in het verleden. Het bestand is raadpleegbaar
via het internet op www.numis.geldmuseum.nl.
Via NUMIS wordt onder meer inzicht verkregen in de geschiedenis van regio’s en
de daarbij behorende economische en monetaire processen. Zo kunnen dankzij
vondstregistraties munten nader worden gedateerd en via verspreidingsgebieden
komen handelsroutes en -contacten aan het licht. Deze processen zijn lang niet
alleen interessant voor archeologische opgravingen (die zo beter kunnen worden
gedateerd en verklaard): iedere geïnteresseerde kan immers via NUMIS een beeld
krijgen van het verleden van zijn woonplaats. NUMIS is dus een bron waar
iedereen gebruik van kan maken, waarbij de interesse kan variëren van een
werkstuk voor de basisschool tot interdisciplinair grensoverschrijdend onderzoek.
Internationale vondstdatabases
Met buitenlandse partners wordt samengewerkt aan gezamenlijke ontsluiting van
de diverse landelijke muntvondstdatabases.1
Hierdoor wordt in de toekomst beter
onderzoek mogelijk naar grensoverschrijdende processen. Naast NUMIS zijn ook
in andere landen databases opgebouwd, die deels via het internet zijn in te zien.
Voorbeelden zijn de bestanden van het Portable Antiquities Scheme in het
Verenigd Koninkrijk (278.711 munten online, http://finds.org.uk/database) en de
1
Jan Pelsdonk, “Nederlandse muntvondsten in Europees verband. De weg naar koppeling van
afzonderlijke databases” De Beeldenaar 37 (2013) 170-172.
NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 33
Swiss Inventory on Coin Finds uit Zwitserland en Liechtenstein
(http://www.coinfinds.ch/services/coins/muenzen.php) met circa 250.000 munten
waarvan er 19.847 online zijn (tellingen 23-5-2013). Ook in landen als Polen,
Oostenrijk, Duitsland en Slovenië worden databases opgebouwd. In sommige
landen ontbreekt on-line registratie vooralsnog (zie pagina 16).
De American Numismatic Society huisvest de site www.nomisma.org, waar
internationaal wordt gewerkt aan de standaardisatie van terminologie en meer-
talige ontsluiting van numismatische begrippen. Deze internationale standaard kan
vervolgens worden gebruikt door andere sites, zoals www.numismatics.org/ocre,
Online Coins of the Roman Empire, met een overzicht van spreiding en productie
van munten van het Romeinse Keizerrijk over Europa. Doel van de samenwerking
is een eenvoudige manier om alle databases op een eenduidige manier te
doorzoeken, bijvoorbeeld via een interface zoals in de onderstaande tekeningen.
Publicaties
Vele vondsten bij elkaar geven bij trouw registreren een beeld, dat tot nieuwe
inzichten kan leiden. Er zijn vele grote en kleine onderzoeken op te sommen
waarbij NUMIS is gebruikt. Zo heeft Nico Roymans voor de zesde Van Gelder-
lezing in 2007 onderzoek gedaan naar het vroegste muntgebruik en de munt-
productie in de Nederrijnse regio, waaronder Nederland.2
Andere onderzoeken zijn
bijvoorbeeld over de opkomst en ondergang van de Romeinse markteconomie,
2
Nico Roymans, Muntgebruik in een dynamisch grensgebied. Keltische munten in de Nederrijnse
regio (Utrecht 2008).
34 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden
over het gebruik van IJzertijdmunten, munten uit de Romeinse periode en de
Vroege Middeleeuwen.3
Ook hier vervulde NUMIS een belangrijke rol.
In De Beeldenaar (2011) is op pagina 199-204 een artikel opgenomen waarin de
losse vondsten van Romeinse munten in Nederland worden afgezet tegen die van
Engeland en Wales. De grafiek uit dit artikel is hieronder afgebeeld. Deze grafiek
had niet gemaakt kunnen worden zonder de registratie van vele honderden soms
zwaar gesleten munten. In één oogopslag worden duidelijke verschillen zichtbaar,
die wijzen op de manier waarop munten zich verspreidden. Er komen bijvoorbeeld
opvallend weinig Republikeinse munten in Engeland terecht.
Grafiek: Vondsten van Romeinse munten: eerste productiejaren per periode.
3
Eltjo Buringh, Jan Luiten van Zanden en Maarten Bosker, Soldiers and booze: the rise and
decline of a Roman market economy in north-western Europe (2012, nog niet in druk
verschenen); Jos Bazelmans, “De Romeinse muntvondsten uit de drie noordelijke provincies”
(Utrecht 2003); Jan Pelsdonk, “Muntslag en muntgebruik in Nederland in de pre- en
protohistorie. Beeldvorming via geregistreerde munten van vóór onze jaartelling in de
vondstdatabase NUMIS” [te verschijnen in Jaarboek voor Munt- en Penningkunde 100 (2013)];
J. Bazelmans, D. Getters en A. Pol, “Metal detection and the Frisian Kingdom” Berichten van de
Rijkdienst voor het Oudheidkundig Bodemonderzoek 45 (2002) 220-241; Michael Metcalf en
Wybrand Op den Velde, “The Monetary Economy of the Netherlands, c. 690 - c. 760 and the
trade with England: A Study of the ‘Porcupine’ Sceattas of Series E” deel I en II Jaarboek voor
Munt- en Penningkunde 96 (2009) en 97 (2010); Wybrand Op den Velde en Michael Metcalf,
“The Monetary Economy of the Netherlands, c. 690 - c. 715 and the Trade with England: A
Study of the Sceattas of Series D” Jaarboek voor Munt- en Penningkunde 90 (2003)
NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 35
De kaart hieronder (brongegevens: NUMIS) toont waar in Nederland sceatta’s zijn
gevonden. De vele vondsten laten zien dat deze munten met name zijn gebruikt
langs de kust en de grote rivieren. Zo komen handelsroutes aan het licht die
verborgen blijven als vindplaatsen niet worden vastgelegd. Dankzij systematisch
registreren van vondsten komen dit soort processen met één druk op de knop aan
het licht.
36 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden
Interpretatie van vondsten
Vondstmunten zijn ongeschreven bronnen, die fragmenten uit het dagelijks leven
tonen. De munten duiden soms onverwacht verbanden aan, die nieuw zijn of
afwijken van wat tot nu toe werd aangenomen. Net als bij geschreven bronnen
blijft het hierbij belangrijk om kritisch te blijven. Bijna altijd zijn er factoren die
het verhaal kunnen verdraaien.
Een munt is op een zeker moment vervaardigd, waarna het over een bepaalde
periode is gebruikt. Na verloop van tijd is het voorwerp bewust (verborgen,
geofferd, weggegooid) of onbewust (verloren, rampen, oorlog) in de bodem
terecht gekomen. Bij muntvondsten wordt onderscheid gemaakt tussen schat-
vondsten, losse vondsten en muntcomplexen. Schatvondsten bestaan uit twee of
meer direct bij elkaar gevonden munten. Losse vondsten bestaan uit één enkele
munt, eventueel gevonden in combinatie met andere (niet numismatische)
voorwerpen. Munten uit een muntcomplex zijn over een langere periode in de
bodem terecht gekomen. Bijvoorbeeld op een terrein waar eeuwenlang een markt
is gehouden. De munten uit een schatvondst ‘vertellen’ iets over elkaar. Zij zijn
samen uit de muntcirculatie gehaald of bij elkaar gespaard. (In het eerste geval
zitten er vaak munten van slechtere kwaliteit en lagere waarde in een vondst, in
het tweede geval zijn meestal de beste munten uitgekozen.) Losse vondsten en
muntcomplexen tonen het gebied waar munten zijn gebruikt.
Onderzoekers dienen zich te bedenken dat de vondsten geen compleet overzicht
geven. Dagelijks komen er nieuwe munten bij die het beeld verduidelijken. Het is
bijvoorbeeld niet direct duidelijk of een gevonden munt ‘alleen op doorreis’ was
of lokaal werd gebruikt. De vondsten tonen gebieden waar mensen woonden,
reisden en werkten. Een kaart met stippen toont niets anders dan een
verspreidingspatroon. Dit patroon is bovendien beïnvloed door omgevingsfac-
toren. Allereerst is er de rol van de eigenaar. Als hij een gouden munt laat vallen,
zoekt hij er langer naar dan naar de kleinste pasmunt. In de bodem liggen dus
relatief veel laagwaardige munten, zij vormen geen complete afspiegeling van de
geldcirculatie. Sommige vondsten zijn verdwenen vanwege natuurlijke
NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 37
omstandigheden (zoals de veranderende kustlijn, het door de meanderende rivier
overspoelde Romeinse castellum bij Wijk bij Duurstede of de Sint Elisabeths-
vloed). In sommige gebieden wordt meer met een metaaldetector gezocht omdat er
meer vondsten worden verwacht (een zichzelf vervullende voorspelling) waardoor
andere gebieden onbedoeld ‘leeg’ lijken. Bovendien mag niet overal worden
gezocht. Niet in de laatste plaats spelen de lokale omstandigheden een rol. Zo laat
een harde bodem munten minder snel uit het zicht verdwijnen.
Dateringsvraagstukken
Een andere belangrijke kanttekening moet worden gemaakt bij de datering van
munten. Vanaf ongeveer het derde kwart van de 15de
eeuw komen in toenemende
mate jaartallen op munten voor. Dit leidt soms een verkeerde verwachting.
Munten met het jaartal 1499, geslagen on der Philips de Schone (1499-1506) zijn
bijvoorbeeld geslagen tot in 1506 en komen in vondsten voor tot in 1596
(schatvondst Macharen 1999, NUMIS 1019264) en zelfs nog in 1623 (in de
schatvondst Haaksbergen 1921, NUMIS 1013115). Dat dit van alle tijden is,
bewijzen de guldens van koningin Juliana met het jaartal 1980. Deze zijn – zonder
gewijzigd jaartal – ook in 1981 geslagen, waarbij de productie ondanks het
muntteken van Utrecht deels is in Engeland plaats vond.4
Bij de komst van de euro
werden de guldenmunten ingetrokken. Tot 1-1-2007 konden zij worden
ingewisseld, sinds dat moment zijn ze niet langer wettig betaalmiddel. Toch zal
het mij niet verbazen als u er nog eentje in de keukenlade heeft liggen. Bij het
dateren van vondsten en munten zijn er dus diverse factoren die het beeld kunnen
beïnvloeden.
4
H.O.C.R. Ruding en H.E. Koning, Memorie van Antwoord 11-7-1984 op de wijziging van de
begroting van het Staatsmuntbedrijf voor het jaar 1982. Archief van de Tweede Kamer der
Staten-Generaal, vergaderjaar 1983-1984 dossier 18314 nr 5.
38 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden
Datering van schatvondsten is een ander punt van aandacht. In het bovenstaande
voorbeeld zijn vier munten (a, b, c en d) en een kruik aangetroffen. Ieder voorwerp
heeft een eigen datering. Het vroegst mogelijke tijdstip van verberging (terminus
post quem, tpq) wordt bepaald door het eerste productiejaar van het jongste
voorwerp. In dit geval is de tpq niet het jaar 1500 (toen bestonden de munten a, b
en d nog niet) en ook niet 1570 (toen bestond het jongste voorwerp, munt d, al 40
jaar). Deze schat is dus op zijn vroegst in 1530 in de bodem verzeild geraakt.
Lastiger is het bepalen van het tijdstip waarvóór de schat is verborgen, de terminus
ante quem (taq). Deze wordt bepaald door allerlei factoren, waaronder de eerder
beschreven periode van circulatie.
munt a
munt b
munt c
munt d
kruik
1490
1500
1510
1520
1530
1540
1550
1560
1570
NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 39
NUMIS voor vrijwilligers
40 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden
Stappenplan
De vrijwilligers kezen zelf de momenten uit waarop zij voor NUMIS actief zijn en
hoeveel energie zij in het werk steken. Door allerlei factoren zal de een actiever
kunnen zijn dan de ander.
De eerste prioriteit is het wegwerken van de determinatieachterstand. Vrijwel
tegelijkertijd wordt actief gewerkt aan het verwerven van nieuwe vondstmeldingen. In
een latere fase worden de al bestaande records in NUMIS doorgelicht en aangevuld
zodat de doorzoekbaarheid wordt vergroot. Allereerst komen daarbij de elementaire,
maar leeg gebleven velden – zoals datering – aan bod. Deze velden zijn rood
gemarkeerd in bijlage 4. Dankzij de digitale fotografie wordt het logistiek mogelijk
om een oproep onder oud-melders te verspreiden om fotomateriaal aan te leveren ter
completering van vondstmeldingen van lang geleden. Het is echter evident dat veel
records nooit een foto zullen dragen.
Uitleg bij het invoeren van de belangrijkste velden in NUMIS
In museale collecties wordt het beste van het beste bewaard. Dat geldt niet voor
NUMIS. Veel vondsten zijn van matige kwaliteit. In combinatie met de vindplaatsen
geven deze munten echter een schat aan gegevens prijs. Het is een uitdaging om
iedere keer weer zo veel mogelijk informatie uit de munten te halen en op te nemen in
NUMIS, ten dienste van toekomstig onderzoek.
Het determinatieteam heeft in het begin doorgaans alleen foto’s, diameters en massa’s
tot zijn beschikking. Bovendien zijn veel van de munten in NUMIS niet in Nederland
vervaardigd. Dat betekent dat de kennis van de determinator iedere keer weer op de
proef wordt gesteld. De velden op pagina 41 worden het meest gebruikt. De rood
gekleurde velden zijn daarbij van primair belang. Zonder invulling kan het record niet
worden opgewaardeerd naar ‘gedetermineerd’. De blauwe velden zijn aan te bevelen
maar optioneel en de groene velden bevatten extra’s. Zwart zijn de al gegeven
velden, waaronder vindplaats en NUMIS nummer. Het NUMIS nummer is
onveranderlijk. Het kan worden gebruikt in publicaties en via de URI (bijvoorbeeld:
www.numis.geldmuseum.nl/nl/1103983), zijn koppelingen naar sites mogelijk.
NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 41
Veldnaam Toelichting
NUMIS nummer uniek registratienummer van het specifieke voorwerp
Massa gewicht in gram
Formaat diameter (of grootste formaat) in millimeters
Stempelstand verdraaiing van voor- en keerzijdestempel, van 0,5 tot 12 uur
Voorwerp munt, penning, muntgewicht etcetera
Politieke eenheid naam van de staat ten tijde van de fabricage
Huidig land huidige politieke eenheid
Autoriteit muntheer, muntheren (kan bijvoorbeeld ook een stedelijke
overheid zijn)
Muntsoort naam van het object (niet-munten tussen haakjes)
Datering periode waarin het object is gemaakt
Van Eerste jaar van de periode
Tot Laatste jaar van de periode
Materiaal goud, zilver, koper, lood, papier etcetera
Klop later aangebrachte instempeling
Catalogi standaardbeschrijving in de literatuur
Muntplaats plaats van vervaardiging, eventueel met alternatieve spelling
tussen haakjes, zoals Antwerpen (Anvers) en bij de Romeinen
Lyon (Lugdunum)
Maakwijze geslagen, gegoten, gegraveerd etcetera
Status of functie specifieke (afwijkende) functie van het object
Latere bewerking doorboring, gravering etcetera
Conditie goed, matig of slecht, eventueel met toevoeging (gesleten),
(gecorrodeerd) etc.
Voorzijdebeeld beschrijving van afbeelding
Voorzijdetekst op- en/of omschrift
Keerzijdebeeld beschrijving van afbeelding
Keerzijdetekst op- en/of omschrift
Muntteken teken van het munthuis
Maker naam van de medailleur(s) of stempelsnijder(s)
Muntmeester naam van de betrokken muntmeester(s)
Muntmeesterteken teken van de muntmeester
Publicaties publicatie over dit specifieke voorwerp
Opmerkingen aanvullende gegevens (bijvoorbeeld over de rand)
42 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden
Beschrijf het voorwerp aan de hand van een catalogus en neem deze op in het veld
“catalogi”. Afwijkingen worden vermeld in het opmerkingen-veld, voeg in dat geval
“variant” aan de literatuurverwijzing toe. Hiermee wordt aangeduid dat de munt lijkt
op het in de catalogus beschreven exemplaar, maar toch afwijkt.
Bij het maken van een beschrijving is het niet de bedoeling om klakkeloos een
catalogus over te schrijven. De gevonden munt kan namelijk afwijken van de
standaard en het is juist de uitdaging om te speuren naar onbekende munten. Gebruik
bij twijfel meerdere catalogi, want een niet in de literatuur gevonden munt zegt
vaker iets over de determinator dan over de zeldzaamheid van het object. Bij
problemen kan ook NUMIS worden geraadpleegd om te kijken welke catalogi zijn
gebruikt bij soortgelijke munten.
Algemeen geldt, dat niet op het voorwerp vermelde (of niet zichtbare) afbeeldingen
en teksten tussen haakjes worden geplaatst. Bijvoorbeeld: (15)78. De vermelding
(geen) toont dat er geen sprake is van een klop, latere bewerking, muntteken etcetera.
De term (onbekend) wordt gebruikt als de informatie niet in de gebruikte literatuur is
te vinden. Bijvoorbeeld: muntplaats (onbekend). Ook (ondetermineerbaar) komt
geregeld voor, bijvoorbeeld als het muntteken door slijtage of corrosie is verdwenen.
Gebruik geen afkortingen (met uitzondering van z.j.) omdat dit voor verwarring
zorgt bij gebruikers. Alle velden in NUMIS zijn in het Nederlands ingevuld. Het
gebruiken van meerdere talen maakt objecten lastiger vindbaar.
Achter een autoriteit worden tussen haakjes zijn regeringsjaren opgenomen.
Bijvoorbeeld: Jan I (1268-1294). Meerdere autoriteiten worden van elkaar gescheiden
door “; ”.
Muntnamen worden voluit (géén getallen) en zonder hoofdletter geschreven.
Datering: bij munten jonger dan 1475 wordt – indien geen jaartal is vermeld – “z.j.”
toegevoegd voor een jaar of periode. Bijvoorbeeld: z.j. (1506-1521). Om onduide-
lijkheid te voorkomen worden negatieve getallen gescheiden door een slash. De
NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 43
velden “van” en “tot” zijn bedoeld voor één jaartal van vier cijfers, eventueel
voorafgegaan door een min (-). Twee voorbeelden:
datering (-7 / 14) van -0007 tot 0014
datering 1289 AH (1871-1872 AD) van 1871 tot 1872
Teksten worden in principe in kapitalen geschreven. Iedere tekstonderbreking wordt
aangegeven met een liggend streepje (-) en iedere nieuwe regel (of andere locatie van
een tekst) met een slash (/). Bijvoorbeeld: DIVVS - AVGV - STVS / S - C . Het
omschrift divus Augustus wordt twee keer onderbroken door de afbeelding. Op een
andere locatie (in het veld in dit geval) staat SC, eveneens door de afbeelding
gescheiden. De u in divus wordt – net zoals op de munt – als v genoteerd. Tussen
afzonderlijke woorden staat één spatie.
Leestekens, interpunctie en initiaalteken: gebruik bij voorkeur geen speciale
tekensets (Arabisch, Grieks, Windings enzovoorts) ter voorkoming van problemen
met het exporteren van gegevens uit NUMIS. Met name de volgende leestekens
worden toegepast: + . , : ; ‘ ’ - / * o x
Ze worden (met uitzondering van een komma of apostrof) tussen spaties geplaatst,
dus niet aan een woord vast. Leestekens mogen alleen worden vermeld als ze
zichtbaar zijn. Weggesleten tekens of tekstonderdelen kunnen tussen haakjes worden
toegevoegd: PH(S’ DE)I betekent dat alleen PHI leesbaar is en dat er naar alle
waarschijnlijkheid S’ DE tussen heeft gestaan.
Een zwevende punt wordt als een lage punt weergegeven, een rozet als asterisk *.
Afwijkende tekens tussen haakjes aangeven bijvoorbeeld “(kroon)” of met een
verklaring zoals “(lees : als twee o-tjes boven elkaar)”. Een kruis wordt ongeacht de
versiering als + weergeven.
Op pagina 44 en 45 volgen twee invulvoorbeelden.
44 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden
NUMIS nummer 1049626
Massa 3,524 gram
Formaat 22 mm
Stempelstand h
Voorwerp munt
Politieke eenheid Batenburg
Huidig land Nederland
Autoriteit Herman Diederik van Bronckhorst (1573-1602)
Muntsoort dukaat
Datering (15)78
Van 1578
Tot 1578
Materiaal goud
Klop (geen)
Catalogi Purmer (2009) Ba09
Muntplaats Batenburg
Maakwijze geslagen
Status of functie
Latere bewerking (geen)
Conditie
Voorzijdebeeld staande, geharnaste man (Herman Diederik van Bronckhorst) met
geheven zwaard in rechterhand, linkerhand op gevest van tweede
zwaard
Voorzijdetekst THE . D . BRO . L . - BA - R . I . B . Z . STEI - .
Keerzijdebeeld wapenschild van Bronckhorst-Stein (of Blankenheim-Stein) met
als hartschild Batenburg, tussen afgekort jaartal
Keerzijdetekst *. MONE . NO . AVREA . DNI . HERM . / 7 - 8
Muntteken (geen)
Maker (onbekend)
Muntmeester Hendrik Velthuysen (1576-1578)
Muntmeesterteken (geen)
Publicaties
Opmerkingen imitatie van de dukaten van Richard van de Palts-Simmeren
NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 45
NUMIS nummer 1087719
Massa 3,265 gram
Formaat 16x16mm
Stempelstand 6 h
Voorwerp muntgewicht
Politieke eenheid Amsterdam
Huidig land Nederland
Autoriteit (particuliere productie)
Muntsoort (muntgewicht; excelente, spaanse dukaat)
Datering z.j. (1576-1654)
Van 1576
Tot 1654
Materiaal messing
Klop (geen)
Catalogi Pol (1989) p. 95, 119 en 133
Muntplaats Amsterdam
Maakwijze geslagen
Status of functie
Latere bewerking (geen)
Conditie
Voorzijdebeeld ster boven twee naar elkaar gewende hoofden
Voorzijdetekst (geen)
Keerzijdebeeld letters om opgestoken zwaard (of ponjaard)
Keerzijdetekst G D N
Muntteken (geen)
Maker Guilliam de Neve (1576-1654)
Muntmeester
Muntmeesterteken
Publicaties
Opmerkingen
46 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden
NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 47
Gedragscodes
48 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden
Algemeen
De betrokkenen bij NUMIS houden zich verre van illegale praktijken. Er worden via
NUMIS geen voorwerpen verhandeld of waardebepalingen aan voorwerpen gegeven.
Het doel van NUMIS is puur wetenschappelijk, gericht op het vastleggen en
ontsluiten van gegevens over voorwerpen in combinatie met vindplaatsen.
Gedragsregels voor metaaldetectiespecialisten
Vinders, meestal metaaldetectiespecialisten, opereren zelfstandig in het veld. Zij
doen dit doorgaans hobbymatig. In speciale gevallen kunnen zij zich bij NUMIS laten
registreren als NUMIS-ambassadeur voor een bepaalde regio. De bij NUMIS
meldende metaaldetectiespecialisten houden zich aan de volgende gedragsregels:
 Ongeschreven wet
o Een prettig contact tussen de metaaldetectiespecialist, landeigenaar, beheerder
en autoriteiten werkt ten voordele van iedereen.
 Terreinen
o Per land of regio kunnen de regels voor het gebruik van een metaaldetector
verschillen. Leef deze na.
o Vraag aan de landeigenaar of beheerder van de grond altijd toestemming om te
mogen zoeken.
o Zoek alleen op archeologische terreinen met toestemming van de bevoegde
instanties, om mee te helpen bij een archeologische opgraving.
o Voorkom schade, maak geen gaten (bijvoorbeeld in een grasmat).
o Zoek niet na zonsondergang, zeker zonder toestemming van de landeigenaar.
Iemand die ’s nachts zoekt is verdacht bezig.
 Speciale vondsten
o Laat munitie liggen. Markeer indien nodig de locatie en waarschuw de politie.
o Neem zoveel mogelijk gevonden metalen afval – zoals lood en koper – mee en
lever dit bij uw gemeente in ten voordele het milieu.
NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 49
 Melden
o Als de eigenaar niet is te achterhalen, zijn de vinder en de grondeigenaar beide
voor 50% eigenaar van de vondst.
o Vondsten die zijn gedaan bij een opgraving worden eigendom van de provincie
waarin de vondst is gedaan.
o Een extract uit de wettelijke Nederlandse bepalingen: vondsten waarvan
redelijkerwijs kan worden aangenomen of het vermoeden bestaat dat deze van
wetenschappelijke cultuurhistorische waarde zijn, dienen te worden gemeld bij
de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.5
De Rijksdienst voor het
Cultureel Erfgoed (RCE) voert deze taak uit namens de minister.
Het Geldmuseum heeft met de RCE de afspraak gemaakt dat een melding (van
munten) bij NUMIS beschouwd kan worden als een melding aan de RCE,
waarmee dus de vinder aan zijn wettelijke verplichting heeft voldaan.
In de praktijk is het verstandig om de melding eveneens te doen bij de
gemeente- of provinciaal archeoloog en het meldpunt bodemvondsten. Het
Geldmuseum helpt u bij twijfel wie te benaderen graag verder.
De vondsten dienen tijdelijk ter beschikking te worden gesteld ter bestudering.6
o Numismatische vondsten: na aanmelding bij NUMIS
(www.numis.geldmuseum.nl) wordt de vondst (contactgegevens + vindplaats +
beschrijving) door de coördinator doorgemeld aan de hierboven genoemde
archeoloog. Dit gebeurt in overleg met de melder om een dubbele
vondstmelding te voorkomen. Het voordeel van deze route is dat de archeoloog
niet met determinaties wordt belast en de vondst blijvend via NUMIS
toegankelijk is. Ter onderzoek ingenomen vondsten worden altijd geretour-
neerd aan de inbrenger.
5
Monumentenwet 1988, Artikel 53, eerste lid.
6
Monumentenwet 1988, Artikel 53, tweede lid.
50 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden
Gedragsregels voor NUMIS-ambassadeurs
NUMIS-ambassadeurs vormen een beperkte groep van door de coördinator
aangewezen personen die het vinden en registreren van muntvondsten begeleidt.
Het werk van de NUMIS-ambassadeur omvat in hoofdlijnen de volgende taken:
 Helpen van vinders en eigenaars bij het registreren van hun voorwerpen in
NUMIS.
 Beantwoorden van vragen over het NUMIS-samenwerkingsverband.
 Opspeuren van nog niet geregistreerde vondsten bij particulieren, in musea en in
publicaties, ter registratie in NUMIS.
 Zelf toevoegen van gevonden voorwerpen in NUMIS.
 Adviseren van verbetermogelijkheden en melden van problemen rondom het
gebruik van NUMIS.
 Sporadisch: beschrijven van vondsten, al dan niet in overleg met het
determinatieteam en de vondstadviseurs.
Een NUMIS ambassadeur zal nooit:
 Vertrouwelijke informatie buiten NUMIS verspreiden zonder toestemming van de
vinder.
 Zonder overleg met de vinder zelf gaan zoeken op in vertrouwen aangeduide
locaties.
 Zelf met een metaaldetector aan de slag gaan zonder de gedragsregels voor
metaaldetectiespecialisten na te leven.
NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 51
Gedragsregels voor het determinatieteam
Het NUMIS determinatieteam wordt gevormd door een groep van door de
coördinator aangewezen specialisten die nieuw geregistreerde vondsten beschrijft.
Het werk van de determinatiespecialist omvat in hoofdlijnen de volgende taken:
 Beantwoorden van vragen over het NUMIS-samenwerkingsverband.
 Beschrijven van vondsten, al dan niet in overleg met andere specialisten en de
vondstadviseurs.
 Adviseren van verbetermogelijkheden en melden van problemen rondom het
gebruik van NUMIS.
 Sporadisch: opspeuren van nog niet geregistreerde vondsten bij particulieren, in
musea en in publicaties, ter registratie in NUMIS.
 Sporadisch: zelf toevoegen van gevonden voorwerpen in NUMIS.
Een determinatiespecialist zal nooit:
 Vertrouwelijke informatie buiten NUMIS verspreiden zonder toestemming van de
vinder.
 Zonder overleg met de vinder zelf gaan zoeken op in vertrouwen aangeduide
locaties.
 Zelf met een metaaldetector aan de slag gaan zonder de gedragsregels voor
metaaldetectiespecialisten na te leven.
52 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden
NUMIS Ambassadeur
Ondersteuning van vondstregistraties
H. Ulpkracht
Sint Juttemisdreef 18
1234AB Vindersdorp
012-3456789
email@mijnmail.nl
lid sinds 2013
Deze persoon is voor werkzaamheden aan NUMIS geregistreerd en werkt
volgens afspraak volgens de op de keerzijde vermelde gedragsregels
NUMIS is het landelijke registratiebestand voor munten en andere numismatische voorwerpen in
Nederland. In de database (www.numis.geldmuseum.nl) worden gevonden munten samen met de vindplaats
geregistreerd en ontsloten door een grote groep vinders en vrijwilligers.
De NUMIS ambassadeur doet op vrijwillige basis de volgende werkzaamheden:
Het opspeuren van nog niet geregistreerde vondsten
Het helpen van vinders en eigenaars bij het registreren
Het beantwoorden van vragen over NUMIS
Het aan NUMIS toevoegen en eventueel beschrijven van gevonden voorwerpen
De NUMIS ambassadeur zal nooit:
Vertrouwelijke informatie buiten NUMIS verspreiden zonder toestemming van de vinder
Zonder overleg met de vinder zelf gaan zoeken op in vertrouwen aangeduide locaties
Met een metaaldetector aan de slag gaan zonder de gedragsregels voor metaaldetectiespecialisten na te leven.
NUMIS ambassadeurs vormen een beperkte groep aangewezen personen die het vinden en registreren
van muntvondsten begeleiden. Meer informatie over NUMIS, de complete gedragscode en het melden
van vondsten is op te vragen bij de coördinator.
www.numis.geldmuseum.nl, 030-2143341 (op donderdagen en vrijdagen), numis@geldmuseum.nl
NUMIS wordt financieel ondersteund door:
Stichting Nederlandse Koninklijk Nederlands Genootschap
Penningkabinetten voor Munt- en Penningkunde
Ledenpas
Met de ledenpas kan de NUMIS-ambassadeur in voorkomende gevallen zijn intenties
kenbaar maken of onderbouwen. De pas wordt jaarlijks uitgegeven. Van de persoon
die de gedragsregels niet naleeft en die niet van zins is om hierin verandering aan te
brengen, wordt de registratiepas ingenomen danwel niet verlengd.
20 2013
NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 53
Contactgegevens
54 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden
Lidmaatschap, donateurschap en ANBI
Het Lidmaatschap van NUMIS is gratis omdat de leden een belangrijke bijdrage
leveren in de vorm van vrijwilligerswerk. Het onderhouden en verbeteren van het
NUMIS-netwerk kost echter geld. Daarom is het mogelijk donateur van NUMIS te
worden.
U wordt donateur door een bedrag naar keuze over te maken op rekeningnummer
5382308 van de Stichting Nederlandse Penningkabinetten (SNP) onder vermelding
van ‘NUMIS’ en uw naam- en adresgegevens. IBAN: NL35INGB0005382308, BIC
INGBNL2A.
De SNP is een Algemeen Nut Beogende Instelling (ANBI). Sinds 1 januari 2012 is de
geefwet van kracht, waarmee giften tot €5000 tegen de gangbare voorwaarden
tijdelijk voor 125% van het belastbaar inkomen kunnen worden afgetrokken. In de
hoogste belastingschijf levert een schenking van €100 een maximale
belastingteruggave van €65 op, waardoor de gift de schenker uiteindelijk slechts €35
kost. Zie www.belastingdienst.nl voor uitgebreide informatie over giften en de
geefwet. Voor een nadere toelichting over de mogelijkheden kunt u contact opnemen
met de SNP (contactgegevens op pagina 56).
NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 55
Contactgegevens
Database
NUMIS
www.numis.geldmuseum.nl
Informatie
Centraal meldpunt
Geldmuseum
Postbus 2407
3500GK Utrecht
030-2143341 (do-vrij)
numis@geldmuseum.nl
Coördinatie en beheer
Jan Pelsdonk
030-2143341 (do-vrij)
j.pelsdonk@geldmuseum.nl
ICT ondersteuning
Jasper Letschert
030-2143351
j.letschert@geldmuseum.nl
In verband met financiële problemen bij
het Geldmuseum wijzigen de contactgegevens
waarschijnlijk eind 2013.
In de volgende versie van dit document vindt u de
nieuwe contactgegevens.
56 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden
Donateurschap (via de Stichting Nederlandse Penningkabinetten)
Toon Opdam (penningmeester)
0316-340521
t.opdam@liemerscollege.nl
Martin Bloemendal (vice-voorzitter)
078-6145453
martin@bloemendal.net
Vondstadviseurs
Prehistorie en Romeinse Tijd
Paul Beliën
030-2143368
p.belien@geldmuseum.nl
Middeleeuwen en Moderne Tijd
Jan Pelsdonk
030-2143341
j.pelsdonk@geldmuseum.nl
NUMIS Ambassadeurs
Steunpunten voor vondstregistratie
Het is de bedoeling dat in de volgende versie van deze publicatie een lijst met namen
en contactgegevens wordt opgenomen van personen die voor NUMIS een
contactpersoon in een provincie of specifieke regio zijn.
Bij het on-line gaan van NUMIS wordt deze lijst nog vormgegeven. Hebt u interesse?
Neem contact op met het Centraal Meldpunt.
NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 57
58 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden
NUMIS Determinatieteam
De teamleden werken naar keuze onder eigen naam
of pseudoniem. Zij zijn actief op de NUMIS website
www.numis.geldmuseum.nl.
Leden van het determinatieteam zorgen
voor een beschrijving van de vondsten.
Mocht u interesse hebben in versterking
van dit team of meer informatie
over de werkwijze wensen, dan kunt
u zich richten tot het centraal meld-
punt of een NUMIS Ambassadeur.
NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 59
Fotoverantwoording
Omslag voor: overzichtsfoto van de schatvondst Molenaarsgraaf 2006 (NUMIS 1061665).
Pagina 2: overzichtsfoto van de schatvondst Tzummarum 1991 (NUMIS 1029555).
Pagina 6: antoninianus van Postumus (259-268), gevonden rond 1860 in Utrecht (NUMIS
1053599).
Pagina 8: styca van Eadberth (737-758), in 2007 gevonden in Wijk bij Duurstede (NUMIS
1085401).
Pagina 9: groot van Arnhem (1482-1496) uit de schatvondst Zelhem 1894 (NUMIS 1085033).
Pagina 17: groot van Jan van Kleef, graaf van Marck (1448-1481) uit de schatvondst Loerbeek 1887
(NUMIS 1049647).
Pagina 29: kwart groot uit Vlaanderen van Philips de Goede (1419-1467) in 2012 gevonden in de
gemeente Borsele (NUMIS 1103933).
Pagina 30: overzichtsfoto van de schatvondst Vechten 2006 (NUMIS 1112915).
Pagina 31: gouden florijn uit Florence (1303-1310) in 2011 gevonden op Texel (NUMIS 1101929).
Pagina 33: overgenomen uit Ina Lehmann en Roji Varughese, Interface Meta portal for searching
across different coin finds information sources (Diplomarbeit, Frankfurt am Main 2008).
Pagina 34: overgenomen uit artikel ‘Verloren Verleden’ (Pelsdonk, De Beeldenaar 2011 p 199-204).
Pagina 35: kaart: Nationale Onderzoeksagenda Archeologie (www.noaa.nl), gegevens: NUMIS
(www.numis.geldmuseum.nl).
Pagina 38: denarius van Lodewijk de Vrome (814-840) in 2007 gevonden in Wijk bij Duurstede
(NUMIS 1085412).
Pagina 39: groot uit Holland van Albrecht van Beieren (1389-1404), in 2005 te Woerden gevonden
(NUMIS 1051807).
Pagina 44: gouden dukaat van Batenburg, in 1889 gevonden te Heeswijk (NUMIS 1049626).
Pagina 45: muntgewicht van Guilliam de Neve (1576-1654) voor een excelente of spaanse dukaat, in
2007 in Nijefurd gevonden (NUMIS 1087719).
Pagina 46: Weckfles met 200 bankbiljetten uit het Interbellum, gevonden te Uden in 2009 (NUMIS
1114807).
Pagina 47: penning van Karel V (1506-1555), rond 1520 gemaakt door Conrad Meit (1480-
1550/51), in 2003 in Zwijndrecht gevonden in stortgrond uit het centrum van Rotterdam
(NUMIS 1035300).
Pagina 51: halve albus van de stad Zutphen, uit de schatvondst Zelhem 1894 (NUMIS 1085030).
Pagina 53: dubbele soeverein van Albert & Isabella (1598-1621) uit Brussel, uit de schatvondst
Schijndel 2003-I (NUMIS 1039007).
Pagina 54: Friese sceatta van het Wodan/monster-type, in 2007 gevonden in Menaldumadeel
(NUMIS 1088128).
Pagina 55: kwart groot van Utrecht op naam van Frederik van Blankenheim (1393-1423) uit de
schatvondst Elst 1946-1948 (NUMIS 1095070).
Pagina 57: zilveren rijder van Holland uit het wrak van het Vliegend Hert † 1735 (NUMIS
1090559).
Pagina 58: goudgulden uit Luxemburg uit de schatvondst Grave 2004 (NUMIS 1089058).
Omslag achter: overzichtsfoto van de schatvondst Hansummerweerd 2002 (NUMIS 1088370).
60 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden
De volgende verenigingen en instellingen ondersteunen NUMIS:
www.geldmuseum.nl
Koninklijk Nederlands
Genootschap voor
Munt- en Penningkunde www.koninklijkgenootschap.nl
Stichting
Nederlandse
Penningkabinetten www.koninklijkgenootschap.nl
www.cultureelerfgoed.nl
www.neha.nl
www.socialhistory.org
Oriëntal Numismatic Society www.onsnumis.org
Vereniging voor Penningkunst www.penningkunst.nl
www.detectoramateur.nl
Versie 1, 19 juli 2013

More Related Content

What's hot

Snoepreis Vlaamse Erfgoedbibliotheek kostte 4.114,14 euro
Snoepreis Vlaamse Erfgoedbibliotheek kostte 4.114,14 euroSnoepreis Vlaamse Erfgoedbibliotheek kostte 4.114,14 euro
Snoepreis Vlaamse Erfgoedbibliotheek kostte 4.114,14 euroThierry Debels
 
Samenwerken rond collectiebeleid en ontsluiting: De Vlaamse Erfgoedbibliotheek
Samenwerken rond collectiebeleid en ontsluiting: De Vlaamse ErfgoedbibliotheekSamenwerken rond collectiebeleid en ontsluiting: De Vlaamse Erfgoedbibliotheek
Samenwerken rond collectiebeleid en ontsluiting: De Vlaamse Erfgoedbibliotheekannemie
 
Het Malinwa Archief | Dieter Viaene
Het Malinwa Archief | Dieter ViaeneHet Malinwa Archief | Dieter Viaene
Het Malinwa Archief | Dieter ViaeneFARO
 
Wissel van de wacht. FARO, erfgoedbibliotheken en depotbeleid. (Overlegplatfo...
Wissel van de wacht. FARO, erfgoedbibliotheken en depotbeleid. (Overlegplatfo...Wissel van de wacht. FARO, erfgoedbibliotheken en depotbeleid. (Overlegplatfo...
Wissel van de wacht. FARO, erfgoedbibliotheken en depotbeleid. (Overlegplatfo...Vlaamse Erfgoedbibliotheken
 
Industrieel erfgoed binnen het agentschap Onroerend Erfgoed (Leni Thiers)
Industrieel erfgoed binnen het agentschap Onroerend Erfgoed (Leni Thiers)Industrieel erfgoed binnen het agentschap Onroerend Erfgoed (Leni Thiers)
Industrieel erfgoed binnen het agentschap Onroerend Erfgoed (Leni Thiers)ETWIE
 
De Centrale Archeologische Inventaris (CAI): de theorie
De Centrale Archeologische Inventaris (CAI): de theorieDe Centrale Archeologische Inventaris (CAI): de theorie
De Centrale Archeologische Inventaris (CAI): de theorieOnroerend Erfgoed
 
Collectieplan, wat en waarom? | Bart De Nil
Collectieplan, wat en waarom? | Bart De Nil Collectieplan, wat en waarom? | Bart De Nil
Collectieplan, wat en waarom? | Bart De Nil FARO
 
Infosessie erkenning IOED's en OE-gemeenten: deel 3 IOED Erfgoed Noorderkempen
Infosessie erkenning IOED's en OE-gemeenten: deel 3 IOED Erfgoed NoorderkempenInfosessie erkenning IOED's en OE-gemeenten: deel 3 IOED Erfgoed Noorderkempen
Infosessie erkenning IOED's en OE-gemeenten: deel 3 IOED Erfgoed NoorderkempenOnroerend Erfgoed
 
20171104_Erfgoed_en_Wikimedia_in_Vlaanderen_en_Brussel
20171104_Erfgoed_en_Wikimedia_in_Vlaanderen_en_Brussel20171104_Erfgoed_en_Wikimedia_in_Vlaanderen_en_Brussel
20171104_Erfgoed_en_Wikimedia_in_Vlaanderen_en_BrusselPACKED vzw
 
"Weet ge nog...?" Getuigenissen als bron voor onderzoek naar de geschiedenis ...
"Weet ge nog...?" Getuigenissen als bron voor onderzoek naar de geschiedenis ..."Weet ge nog...?" Getuigenissen als bron voor onderzoek naar de geschiedenis ...
"Weet ge nog...?" Getuigenissen als bron voor onderzoek naar de geschiedenis ...Herita
 
Linked data bij Musea en Erfgoed Antwerpen
Linked data bij Musea en Erfgoed AntwerpenLinked data bij Musea en Erfgoed Antwerpen
Linked data bij Musea en Erfgoed AntwerpenJeroen De Meester
 
Een intergemeentelijke archeologische dienst: WinAr (Veerle Lauwers)
Een intergemeentelijke archeologische dienst: WinAr (Veerle Lauwers)Een intergemeentelijke archeologische dienst: WinAr (Veerle Lauwers)
Een intergemeentelijke archeologische dienst: WinAr (Veerle Lauwers)Onroerend Erfgoed
 
Presentatie vbmk veiligheid in limburgse kerken
Presentatie vbmk veiligheid in limburgse kerkenPresentatie vbmk veiligheid in limburgse kerken
Presentatie vbmk veiligheid in limburgse kerkenAgnes Vugts
 

What's hot (20)

Erfgoed dat kan verbinden
Erfgoed dat kan verbindenErfgoed dat kan verbinden
Erfgoed dat kan verbinden
 
Snoepreis Vlaamse Erfgoedbibliotheek kostte 4.114,14 euro
Snoepreis Vlaamse Erfgoedbibliotheek kostte 4.114,14 euroSnoepreis Vlaamse Erfgoedbibliotheek kostte 4.114,14 euro
Snoepreis Vlaamse Erfgoedbibliotheek kostte 4.114,14 euro
 
Samenwerken rond collectiebeleid en ontsluiting: De Vlaamse Erfgoedbibliotheek
Samenwerken rond collectiebeleid en ontsluiting: De Vlaamse ErfgoedbibliotheekSamenwerken rond collectiebeleid en ontsluiting: De Vlaamse Erfgoedbibliotheek
Samenwerken rond collectiebeleid en ontsluiting: De Vlaamse Erfgoedbibliotheek
 
Het Malinwa Archief | Dieter Viaene
Het Malinwa Archief | Dieter ViaeneHet Malinwa Archief | Dieter Viaene
Het Malinwa Archief | Dieter Viaene
 
Wissel van de wacht. FARO, erfgoedbibliotheken en depotbeleid. (Overlegplatfo...
Wissel van de wacht. FARO, erfgoedbibliotheken en depotbeleid. (Overlegplatfo...Wissel van de wacht. FARO, erfgoedbibliotheken en depotbeleid. (Overlegplatfo...
Wissel van de wacht. FARO, erfgoedbibliotheken en depotbeleid. (Overlegplatfo...
 
Kennis ontwikkelen, kennisdelen en verbinden in het Kennisnetwerk Informatie ...
Kennis ontwikkelen, kennisdelen en verbinden in het Kennisnetwerk Informatie ...Kennis ontwikkelen, kennisdelen en verbinden in het Kennisnetwerk Informatie ...
Kennis ontwikkelen, kennisdelen en verbinden in het Kennisnetwerk Informatie ...
 
Industrieel erfgoed binnen het agentschap Onroerend Erfgoed (Leni Thiers)
Industrieel erfgoed binnen het agentschap Onroerend Erfgoed (Leni Thiers)Industrieel erfgoed binnen het agentschap Onroerend Erfgoed (Leni Thiers)
Industrieel erfgoed binnen het agentschap Onroerend Erfgoed (Leni Thiers)
 
De Centrale Archeologische Inventaris (CAI): de theorie
De Centrale Archeologische Inventaris (CAI): de theorieDe Centrale Archeologische Inventaris (CAI): de theorie
De Centrale Archeologische Inventaris (CAI): de theorie
 
Collectieplan, wat en waarom? | Bart De Nil
Collectieplan, wat en waarom? | Bart De Nil Collectieplan, wat en waarom? | Bart De Nil
Collectieplan, wat en waarom? | Bart De Nil
 
Infosessie erkenning IOED's en OE-gemeenten: deel 3 IOED Erfgoed Noorderkempen
Infosessie erkenning IOED's en OE-gemeenten: deel 3 IOED Erfgoed NoorderkempenInfosessie erkenning IOED's en OE-gemeenten: deel 3 IOED Erfgoed Noorderkempen
Infosessie erkenning IOED's en OE-gemeenten: deel 3 IOED Erfgoed Noorderkempen
 
Het West-Vlaams archievenplatform
Het West-Vlaams archievenplatformHet West-Vlaams archievenplatform
Het West-Vlaams archievenplatform
 
20171104_Erfgoed_en_Wikimedia_in_Vlaanderen_en_Brussel
20171104_Erfgoed_en_Wikimedia_in_Vlaanderen_en_Brussel20171104_Erfgoed_en_Wikimedia_in_Vlaanderen_en_Brussel
20171104_Erfgoed_en_Wikimedia_in_Vlaanderen_en_Brussel
 
Hertekenen van de collectieprofiel
Hertekenen van de collectieprofielHertekenen van de collectieprofiel
Hertekenen van de collectieprofiel
 
Michel Vermote
Michel VermoteMichel Vermote
Michel Vermote
 
"Weet ge nog...?" Getuigenissen als bron voor onderzoek naar de geschiedenis ...
"Weet ge nog...?" Getuigenissen als bron voor onderzoek naar de geschiedenis ..."Weet ge nog...?" Getuigenissen als bron voor onderzoek naar de geschiedenis ...
"Weet ge nog...?" Getuigenissen als bron voor onderzoek naar de geschiedenis ...
 
Stierman Van Bellingen
Stierman Van BellingenStierman Van Bellingen
Stierman Van Bellingen
 
Linked data bij Musea en Erfgoed Antwerpen
Linked data bij Musea en Erfgoed AntwerpenLinked data bij Musea en Erfgoed Antwerpen
Linked data bij Musea en Erfgoed Antwerpen
 
Een intergemeentelijke archeologische dienst: WinAr (Veerle Lauwers)
Een intergemeentelijke archeologische dienst: WinAr (Veerle Lauwers)Een intergemeentelijke archeologische dienst: WinAr (Veerle Lauwers)
Een intergemeentelijke archeologische dienst: WinAr (Veerle Lauwers)
 
Presentatie vbmk veiligheid in limburgse kerken
Presentatie vbmk veiligheid in limburgse kerkenPresentatie vbmk veiligheid in limburgse kerken
Presentatie vbmk veiligheid in limburgse kerken
 
De archiefklant is koning
De archiefklant is koningDe archiefklant is koning
De archiefklant is koning
 

Viewers also liked

Tredea celkee120914
Tredea celkee120914Tredea celkee120914
Tredea celkee120914Celkee Oy
 
Giữ lửa khi “yêu” ở tuổi xế chiều của đàn ông (1)
Giữ lửa khi “yêu” ở tuổi xế chiều của đàn ông (1)Giữ lửa khi “yêu” ở tuổi xế chiều của đàn ông (1)
Giữ lửa khi “yêu” ở tuổi xế chiều của đàn ông (1)alysia526
 
Epic research weekly commodity report 23rd to 27th march 2015
Epic research weekly commodity report  23rd to 27th march 2015Epic research weekly commodity report  23rd to 27th march 2015
Epic research weekly commodity report 23rd to 27th march 2015Epic Research Limited
 
trung tâm mua đồng hồ casio 3 kim
trung tâm mua đồng hồ casio 3 kimtrung tâm mua đồng hồ casio 3 kim
trung tâm mua đồng hồ casio 3 kimangelyn833
 

Viewers also liked (11)

- ANDALUS HOUSE No 441
- ANDALUS HOUSE No 441- ANDALUS HOUSE No 441
- ANDALUS HOUSE No 441
 
Tredea celkee120914
Tredea celkee120914Tredea celkee120914
Tredea celkee120914
 
Fatima p oster
Fatima p osterFatima p oster
Fatima p oster
 
Giữ lửa khi “yêu” ở tuổi xế chiều của đàn ông (1)
Giữ lửa khi “yêu” ở tuổi xế chiều của đàn ông (1)Giữ lửa khi “yêu” ở tuổi xế chiều của đàn ông (1)
Giữ lửa khi “yêu” ở tuổi xế chiều của đàn ông (1)
 
Epic research weekly commodity report 23rd to 27th march 2015
Epic research weekly commodity report  23rd to 27th march 2015Epic research weekly commodity report  23rd to 27th march 2015
Epic research weekly commodity report 23rd to 27th march 2015
 
E502024047
E502024047E502024047
E502024047
 
trung tâm mua đồng hồ casio 3 kim
trung tâm mua đồng hồ casio 3 kimtrung tâm mua đồng hồ casio 3 kim
trung tâm mua đồng hồ casio 3 kim
 
Admission Certificate
Admission CertificateAdmission Certificate
Admission Certificate
 
D502023439
D502023439D502023439
D502023439
 
feat.fm
feat.fmfeat.fm
feat.fm
 
sofia
sofiasofia
sofia
 

Similar to NUMIS Vergankelijk Verleden

Grenzen overschreden
Grenzen overschredenGrenzen overschreden
Grenzen overschredenKVANdagen
 
column crossmedia café
column crossmedia cafécolumn crossmedia café
column crossmedia caféErfgoed 2.0
 
De kunst van culturele erfgoedinformatie en -data
De kunst van culturele erfgoedinformatie en -dataDe kunst van culturele erfgoedinformatie en -data
De kunst van culturele erfgoedinformatie en -dataSaskia Scheltjens
 
Oneindig Noord-Holland bijeenkomst Raad van Advies - 9 september 2010
Oneindig Noord-Holland bijeenkomst Raad van Advies - 9 september 2010Oneindig Noord-Holland bijeenkomst Raad van Advies - 9 september 2010
Oneindig Noord-Holland bijeenkomst Raad van Advies - 9 september 2010Oneindig Noord-Holland
 
Waarom nog spreken over kunstbibliotheken?
Waarom nog spreken over kunstbibliotheken?Waarom nog spreken over kunstbibliotheken?
Waarom nog spreken over kunstbibliotheken?Saskia Scheltjens
 
De werking van een lokaal stedelijk museum
De werking van een lokaal stedelijk museumDe werking van een lokaal stedelijk museum
De werking van een lokaal stedelijk museumHeemkunde Vlaanderen
 
20180116 studiedag faro-conventie_sessie_actiefburgerschap
20180116 studiedag faro-conventie_sessie_actiefburgerschap20180116 studiedag faro-conventie_sessie_actiefburgerschap
20180116 studiedag faro-conventie_sessie_actiefburgerschapOnroerend Erfgoed
 
ADVN - archief en onderzoekscentrum
ADVN - archief en onderzoekscentrumADVN - archief en onderzoekscentrum
ADVN - archief en onderzoekscentrumTom Cobbaert
 
Inspiratiemiddag Crowdfunding Cultuurmarketing: Crowdfunding Napoleon
Inspiratiemiddag Crowdfunding Cultuurmarketing: Crowdfunding NapoleonInspiratiemiddag Crowdfunding Cultuurmarketing: Crowdfunding Napoleon
Inspiratiemiddag Crowdfunding Cultuurmarketing: Crowdfunding NapoleonHester Gersonius
 
Amsterdam - Rotterdam
Amsterdam - RotterdamAmsterdam - Rotterdam
Amsterdam - RotterdamKVANdagen
 
Erfgoeddag 2018 - inspiratiesessies
Erfgoeddag 2018 - inspiratiesessiesErfgoeddag 2018 - inspiratiesessies
Erfgoeddag 2018 - inspiratiesessiesFARO
 
Registratie en evaluatie van de deelcollecties landbouw en voeding van het Su...
Registratie en evaluatie van de deelcollecties landbouw en voeding van het Su...Registratie en evaluatie van de deelcollecties landbouw en voeding van het Su...
Registratie en evaluatie van de deelcollecties landbouw en voeding van het Su...Centrum Agrarische Geschiedenis (CAG)
 
Nooit Genoeg 7
Nooit Genoeg 7Nooit Genoeg 7
Nooit Genoeg 7FARO
 
Open Data: Mission accomplished ... What's next?
Open Data: Mission accomplished ... What's next?Open Data: Mission accomplished ... What's next?
Open Data: Mission accomplished ... What's next?Jeroen De Meester
 
1206 boselie ezels_van_sittard
1206 boselie ezels_van_sittard1206 boselie ezels_van_sittard
1206 boselie ezels_van_sittardKVANdagen
 
Max Rooses: Reconstructie van een Verspreid Archief
Max Rooses: Reconstructie van een Verspreid ArchiefMax Rooses: Reconstructie van een Verspreid Archief
Max Rooses: Reconstructie van een Verspreid ArchiefFARO
 

Similar to NUMIS Vergankelijk Verleden (20)

Grenzen overschreden
Grenzen overschredenGrenzen overschreden
Grenzen overschreden
 
column crossmedia café
column crossmedia cafécolumn crossmedia café
column crossmedia café
 
De kunst van culturele erfgoedinformatie en -data
De kunst van culturele erfgoedinformatie en -dataDe kunst van culturele erfgoedinformatie en -data
De kunst van culturele erfgoedinformatie en -data
 
Oneindig Noord-Holland bijeenkomst Raad van Advies - 9 september 2010
Oneindig Noord-Holland bijeenkomst Raad van Advies - 9 september 2010Oneindig Noord-Holland bijeenkomst Raad van Advies - 9 september 2010
Oneindig Noord-Holland bijeenkomst Raad van Advies - 9 september 2010
 
Waarom nog spreken over kunstbibliotheken?
Waarom nog spreken over kunstbibliotheken?Waarom nog spreken over kunstbibliotheken?
Waarom nog spreken over kunstbibliotheken?
 
De werking van een lokaal stedelijk museum
De werking van een lokaal stedelijk museumDe werking van een lokaal stedelijk museum
De werking van een lokaal stedelijk museum
 
Van registratie naar valorisatie: collectieregistratie in de diepte als katal...
Van registratie naar valorisatie: collectieregistratie in de diepte als katal...Van registratie naar valorisatie: collectieregistratie in de diepte als katal...
Van registratie naar valorisatie: collectieregistratie in de diepte als katal...
 
20180116 studiedag faro-conventie_sessie_actiefburgerschap
20180116 studiedag faro-conventie_sessie_actiefburgerschap20180116 studiedag faro-conventie_sessie_actiefburgerschap
20180116 studiedag faro-conventie_sessie_actiefburgerschap
 
ADVN - archief en onderzoekscentrum
ADVN - archief en onderzoekscentrumADVN - archief en onderzoekscentrum
ADVN - archief en onderzoekscentrum
 
Inspiratiemiddag Crowdfunding Cultuurmarketing: Crowdfunding Napoleon
Inspiratiemiddag Crowdfunding Cultuurmarketing: Crowdfunding NapoleonInspiratiemiddag Crowdfunding Cultuurmarketing: Crowdfunding Napoleon
Inspiratiemiddag Crowdfunding Cultuurmarketing: Crowdfunding Napoleon
 
Amsterdam - Rotterdam
Amsterdam - RotterdamAmsterdam - Rotterdam
Amsterdam - Rotterdam
 
Erfgoeddag 2018 - inspiratiesessies
Erfgoeddag 2018 - inspiratiesessiesErfgoeddag 2018 - inspiratiesessies
Erfgoeddag 2018 - inspiratiesessies
 
Amsterdam Time Machine
Amsterdam Time MachineAmsterdam Time Machine
Amsterdam Time Machine
 
Registratie en evaluatie van de deelcollecties landbouw en voeding van het Su...
Registratie en evaluatie van de deelcollecties landbouw en voeding van het Su...Registratie en evaluatie van de deelcollecties landbouw en voeding van het Su...
Registratie en evaluatie van de deelcollecties landbouw en voeding van het Su...
 
Nooit Genoeg 7
Nooit Genoeg 7Nooit Genoeg 7
Nooit Genoeg 7
 
Open Data: Mission accomplished ... What's next?
Open Data: Mission accomplished ... What's next?Open Data: Mission accomplished ... What's next?
Open Data: Mission accomplished ... What's next?
 
1206 boselie ezels_van_sittard
1206 boselie ezels_van_sittard1206 boselie ezels_van_sittard
1206 boselie ezels_van_sittard
 
Vt2 immaterieel erfgoed
Vt2 immaterieel erfgoedVt2 immaterieel erfgoed
Vt2 immaterieel erfgoed
 
Maak kennis met het geheugen van Mechelen
Maak kennis met het geheugen van MechelenMaak kennis met het geheugen van Mechelen
Maak kennis met het geheugen van Mechelen
 
Max Rooses: Reconstructie van een Verspreid Archief
Max Rooses: Reconstructie van een Verspreid ArchiefMax Rooses: Reconstructie van een Verspreid Archief
Max Rooses: Reconstructie van een Verspreid Archief
 

NUMIS Vergankelijk Verleden

  • 2.
  • 3. NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden Tekst Jan Pelsdonk, Utrecht 2013 ISBN 978-90-809848-0-6
  • 4. 4 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden Inhoud Pagina 7 Inleiding Overzicht: vondsten en registratie in NUMIS 10 NUMIS: definitie 10 Doelen 10 Actuele status van NUMIS 11 Geschiedenis 12 Schatvondstproject 12 Het nieuwe NUMIS in vogelvlucht 14 Werkwijze 14 Veranderingen 15 Eigendom en gebruik 16 Buitenlandse vondsten NUMIS voor vondstmelders 18 Het nut van registreren 20 Reiniging van gevonden numismatische voorwerpen 20 Veiligheid en milieu 21 Reinigingsmethoden 21 Nabehandeling 22 Schoonmaakmiddelen 23 Metalen 28 Fotohandleiding NUMIS voor onderzoekers 32 Munten als bron 32 Internationale vondstdatabases
  • 5. NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 5 33 Publicaties 36 Interpretatie van vondsten 37 Dateringsvraagstukken NUMIS voor vrijwilligers 40 Stappenplan 40 Uitleg bij het invoeren van de belangrijkste velden in NUMIS Gedragscodes 48 Algemeen 48 Gedragsregels voor metaaldetectiespecialisten 50 Gedragsregels voor NUMIS-ambassadeurs 51 Gedragsregels voor het determinatieteam 52 Ledenpas Contactgegevens 54 Lidmaatschap, donateurschap en ANBI 55 Informatie 56 Donateurschap 56 Vondstadviseurs 56 NUMIS Ambassadeurs 58 NUMIS Determinatieteam 59 Fotoverantwoording 60 Ondersteuning
  • 6. 6 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden
  • 7. NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 7 Inleiding Het registreren van munten en andere numismatische voorwerpen is van oudsher uitgevoerd door medewerkers van het Geldmuseum die daarvoor de database NUMIS hebben ontwikkeld. Vrijwel continu zorgt het steeds groeiend aantal determinatievragen daarbij – door een tekort aan mankracht – voor lange wachttijden, met als gevolg dat lang niet alle vondsten worden aangemeld. Helaas kan slechts een deel van het niet direct geregistreerde materiaal in een later stadium alsnog worden getraceerd en ingevoerd, want door verkoop van de voorwerpen of het overlijden van de vinder raakt de vindplaats nog al eens verloren. Ondanks de beperkte middelen van het Geldmuseum is onderkend dat registratie onverminderd van belang blijft. In samenwerking met het Koninklijk Nederlands Genootschap voor Munt- en Penningkunde en de Stichting Nederlandse Penningkabi- netten en dankzij ondersteuning van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, het Nederlands Economisch-Historisch Archief, het Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis, de Oriëntal Numismatic Society, De Detectoramateur en de Vereniging voor Penningkunst is het gelukt om het draagvlak voor NUMIS aanzienlijk te verbreden. De nieuw opgezette structuur maakt het registreren en ontsluiten van vondsten – meer dan ooit tevoren – vanzelfsprekend. Deze publicatie geeft een overzicht van de geschiedenis en doelen van NUMIS. De actuele status laat zien wat er is bereikt en een groeiend aantal ambassadeurs en determinatie-medewerkers (zie pagina 55 en verder) bekroont de nieuw ingeslagen weg. De informatie in de bijlagen is opgenomen ter ondersteuning van de vondstmeldingen. Zonder de inzet van vele vrijwilligers en begunstigers zou het nooit mogelijk zijn geworden; zij verdienen alle lof. Zij zijn actief op zoek naar nieuwe vondsten of helpen mee met het beschrijven ervan. Mocht u interesse hebben in versterking van het team, neem dan vooral contact op met de coördinator van NUMIS (contactgegevens: zie pagina 55). Wanneer u overweegt NUMIS financieel te ondersteunen (belastinggunstig dankzij de ANBI-status, zie pagina 54) kunt u daar eveneens terecht.
  • 8. 8 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden Het is fijn om te zien hoeveel mensen NUMIS een warm hart toedragen. Wij danken iedereen hartelijk voor de inzet en zien de toekomst met veel vertrouwen tegemoet. Herman Gerritsen, voorzitter Martin Bloemendal, vice-voorzitter Stichting Nederlandse Penningkabinetten Jos Bazelmans, Hoofd Sector Kennis Henk Wlas, directeur Jan Lingen, Regional Secretary Europe Chris Vegter, voorzitter Vereniging voor Penningkunst Gert Lugthart, voorzitter Heleen Buijs, directeur
  • 9. NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 9 Overzicht: vondsten en registratie in NUMIS
  • 10. 10 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden NUMIS: definitie NUMIS is een digitaal bestand waarin alle Nederlandse vondsten en vindplaatsen van munten en andere numismatische voorwerpen systematisch worden geregistreerd en ontsloten. NUMIS is toegankelijk via www.numis.geldmuseum.nl. Aan de database wordt door een grote groep vrijwilligers gewerkt. Dankzij de brede samenwerking bestaat in NUMIS geen muur tussen particulieren, wetenschap en musea. NUMIS staat ook open voor vondsten uit het buitenland (zie pagina 16). Doelen  Het voor nu en in de verre toekomst toegankelijk houden van de gegevens van gevonden munten en andere numismatische voorwerpen in combinatie met de vindplaatsen.  Het vergroten van de kennis over de geschiedenis van Nederland en Europa, met de economisch-monetaire ontwikkeling als zwaartepunt.  Het creëren van bewustzijn bij het brede publiek voor de meerwaarde van registratie, zodat zij onderzoek naar de vondsten ondersteunen.  Het vergroten van samenwerking en informatie-uitwisseling tussen het brede publiek, metaaldetectiespecialisten, archeologen en het Geldmuseum.  Het bevorderen van het verantwoord vinden van objecten, met aandacht voor het behouden van de vondstcontext.  Het aanmoedigen van vinders om de numismatische voorwerpen aan te (laten) melden.  Het beschermen van vinders, melders en vindplaatsen terwijl tegelijkertijd met de vondstgegevens gewerkt kan worden. Actuele status van NUMIS Per 17-5-2013 zijn in NUMIS 275.596 voorwerpen opgenomen. 17.087 records bevatten een of meer foto’s. Driekwart van het materiaal komt uit schatvondsten, de rest is los gevonden of uit een muntcomplex afkomstig. Iets meer dan de helft van de munten is binnen de grenzen van het huidige Nederland vervaardigd. Bij 245.267
  • 11. NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 11 stuks is de vervaardigingsperiode ingevuld, deze zijn opgenomen in het taartdiagram hiernaast. Ongeveer 1/5 van het materiaal dateert uit de Prehistorie en Romeinse tijd en iets minder dan een kwart uit de Middeleeuwen. NUMIS stond tot voor kort vrijwel niet open voor los gevonden munten jonger dan het jaar 1600. Dit geldt en gold niet voor schatvondsten en muntcomplexen: deze worden uit alle periodes opgenomen. Het taartdiagram toont dat bijna de helft van de munten in NUMIS jonger is dan 1600. NUMIS: voorwerpen per periode. Geschiedenis In 1997 is in Rijksmuseum Het Koninklijk Penningkabinet – een van de voorlopers van het Geldmuseum – het NUMismatisch InformatieSysteem NUMIS opgezet. De start werd gemaakt via het samenbrengen van diverse kleine bestanden, opgezet door de conservatoren. Gaandeweg is tevens het grootste deel van het papieren vondstarchief in NUMIS opgenomen. Dit archief is sinds de 19de eeuw – eerst te hooi en te gras, sinds de 20ste eeuw meer gestructureerd – door het museum opgebouwd. NUMIS telt bijna 276.000 voorwerpen. Het zwaartepunt ligt bij munten vóór 1600 maar ook uit andere eeuwen zijn munten opgenomen. Hieronder bevinden zich naast losse vondsten ook de bijna 1600 bekende in Nederland gedane schatvondsten. Sinds 2004 is NUMIS via het internet ontsloten. Het bestand is in 2012 voor de tweede keer in vier jaar in de gevarenzone gekomen door een reorganisatie binnen het Geldmuseum, dat in een bestaanscrisis zit en waarschijnlijk eind 2013 zijn deuren moet sluiten. De toekomstige huisvesting van NUMIS is nog niet bekend, maar uit deze publicatie blijkt dat NUMIS springlevend is. Mogelijk biedt ook een nauwere samenwerking met vrijwilligers mogelijkheden om door te kunnen gaan. Er zijn immers goede ervaringen opgedaan met het “Schatvondstproject”.
  • 12. 12 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden Schatvondstproject Het Schatvondstproject liep in de periode eind 2005 tot begin 2008. Dit project is geïnitieerd door het Koninklijk Nederlands Genootschap voor Munt- en Penningkunde en is ondersteund door het Geldmuseum. Het project had tot doel het digitaliseren en ontsluiten van de bij het Geldmuseum bekende en alleen op papier ontsloten schatvondsten. Het Geldmuseum verzorgde kopieën van de vondst- beschrijvingen die – zonder namen en vindplaatsen – per post naar de vrijwilligers werden gestuurd. De vrijwilligers namen alle vondstbeschrijvingen over in Excel- tabellen, die vervolgens per e-mail werden geretourneerd en na controle in NUMIS zijn geïmporteerd. Vanwege een bezuinigingsronde bij het Geldmuseum in 2008 is het project voortijdig gestopt, maar in zo’n drie jaar tijd zijn op deze manier toch ruim 137.000 papieren beschrijvingen van munten uit muntvondsten gedigitaliseerd en opgenomen in NUMIS. Het meeste materiaal is in het Jaarboek voor Munt- en Penningkunde gepubliceerd en dankzij de digitalisering beter dan ooit doorzoekbaar, al moeten de gedigitaliseerde gegevens deels nog op elementaire punten worden aangevuld voordat zij in de internetdatabase een plek krijgen. Aan het project hebben Freek Groenendijk, Kees Pannekeet, Klaas Poelstra, Hans Rueb en een zestal anonieme vrijwilligers een belangrijke inspanning geleverd. Zij hebben daarbij getoond hoeveel er dankzij samenwerking mogelijk is. Het is mede dankzij de inzet van deze betrokken mensen dat NUMIS in de huidige vorm bestaat. Hulde! Het nieuwe NUMIS in vogelvlucht In Engeland worden – met het Portable Antiquities Scheme – goede resultaten behaald dankzij de inzet van vrijwilligers. Voor NUMIS is op basis van het Engelse voorbeeld een nieuwe meld- en determinatiefaciliteit opgezet die in de loop van 2013 actief is geworden. Bij het nieuwe NUMIS zijn drie groepen vrijwilligers actief. Dit zijn metaaldetectiespecialisten die (meestal hobbymatig) met vondsten in aanraking komen, NUMIS-ambassadeurs (die actief vondsten aan NUMIS toevoegen of toe
  • 13. NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 13 laten voegen) en het determinatieteam (dat in NUMIS aangemelde vondsten determineert). Zij werken volgens de in bijlage 3 opgenomen gedragsregels. Tevens zijn er donateurs die NUMIS een warm hart toedragen. Geïnteresseerden kunnen zich wenden tot de coördinator (zie pagina 55) voor meer informatie. Het Geldmuseum vervult een verbindende rol. Het onderhoudt de database en de contacten met de NUMIS-ambassadeurs en het determinatieteam. Ieder jaar wordt er een NUMIS-dag georganiseerd. Hier kan iedereen terecht met vondsten en determinatievragen. Op deze dag wordt tevens de jaarvergadering van de NUMIS- ambassadeurs en het determinatieteam gehouden. Het Geldmuseum beheert de administratie van de bij NUMIS aangesloten vrijwilligers. De ambassadeurs ontvangen ieder jaar een registratiepas waarmee zij zich indien nodig kunnen legitimeren. Het Lidmaatschap van NUMIS is gratis omdat de leden een belangrijke bijdrage leveren in de vorm van vrijwilligerswerk. Het onderhouden en verbeteren van het NUMIS-netwerk kost echter geld. Daarom is het mogelijk donateur van NUMIS te worden. Donateurs kunnen onder vermelding van “NUMIS” een bedrag naar keuze overmaken op rekening 5382308 van de Stichting Nederlandse Penningkabinetten te Utrecht (IBAN: NL35INGB0005382308 BIC: INGBNL2A). Dankzij de ANBI-status kan belastinggunstig worden geschonken (zie ook pagina 54). Donateurs die meer dan 25 euro overmaken zullen – indien gewenst – worden vermeld in het jaarverslag van NUMIS. Voor jeugddonateurs (<18 jaar) gebeurt dit vanaf 10 euro.
  • 14. 14 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden Werkwijze NUMIS is toegankelijk op het internet. Er wordt op 4 niveaus gewerkt: beheer, ambassadeur + determinatieteam, melder en gebruiker. Vondstmelders kunnen hun vondsten – al dan niet bijgestaan door ambassadeurs – direct in NUMIS invoeren. Het niet privacy- of vindplaatsgevoelige deel van de vondstmelding wordt meteen zichtbaar op het internet en de melding krijgt de status ‘nieuw’. Informatie over vinders en vindplaatsen wordt opgeslagen bij het Geldmuseum, deze is niet in te zien door vrijwilligers en bezoekers. Het determinatieteam verzorgt de beschrijving. De persoon die de melding uitein- delijk opwaardeert naar ‘akkoord aangevraagd’, verbindt zijn naam of pseudoniem aan de vondst. Het Geldmuseum verzorgt hierbij een coördinerende en kwaliteitsbewakende rol; in het museum wordt de melding op ‘akkoord’ gezet of indien nodig gewist. Een niet-anonieme melder ontvangt nu automatisch een e-mail met de verzamelde informatie over zijn gevonden voorwerp. In NUMIS kunnen het hele jaar door en 24 uur per dag vondsten worden aangemeld en gedetermineerd; de NUMIS ambassadeurs assisteren hierbij graag. Daarnaast wordt jaarlijks een NUMIS-dag georganiseerd. Hier kan iedereen terecht met vondsten en determinatievragen. Op deze dag wordt tevens de jaarvergadering van de ambassadeurs en het determinatieteam gehouden. Geregeld verschijnen publicaties over voorwerpen uit NUMIS. Per e-mail worden de vrijwilligers en donateurs op de hoogte gehouden van de ontwikkeling van NUMIS en nieuwe publicaties over vondsten. In voorkomende gevallen worden deze publicaties – uitsluitend voor eigen gebruik – digitaal verspreid. Veranderingen Dankzij de grotere groep vrijwilligers is NUMIS als proef ook opengesteld voor buitenlandse vondsten. Los gevonden munten geslagen na 1600 zijn voortaan eveneens welkom in NUMIS. Dat is belangrijk omdat sommige factoren (zoals het gebruik van buitenlands geld in Nederland in de negentiende eeuw) anders onzichtbaar zouden blijven.
  • 15. NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 15 Eigendom en gebruik De vondstmunten zijn over het algemeen particulier bezit. (Een extract uit de wettelijke bepalingen rond het vinden en het eigendomsrecht is opgenomen onder ‘melden’ op pagina 49.) Een deel van de in NUMIS geregistreerde vondsten is uiteindelijk in museale collecties of in archeologische depots terecht gekomen. Andere voorwerpen zijn deels over de wereld verspreid geraakt, vergaan door corrosie of zelfs omgesmolten en alleen nog via de database bekend. Zo veel mogelijk informatie in NUMIS is toegankelijk voor een breed publiek, maar sommige gegevens zijn afgeschermd ter bescherming van vinders, eigenaars en vindplaatsen. De volgende criteria worden voor het internet gehanteerd: Persoonsgegevens van vinder, melder en eigenaar worden niet zonder toestemming van de betrokken persoon aan derden verstrekt. Persoonsgegevens worden altijd met de grootste zorgvuldigheid behandeld en mogen niet gebruikt worden voor commerciële doeleinden. Anoniem melden is mogelijk, maar dan kan niet over vondsten worden gecorrespondeerd. Voor buitenlandse vondstmeldingen geldt een afwijkende regeling. (Zie de volgende pagina). Determinatie en foto’s direct zichtbaar Naam vinder niet opgenomen Naam eigenaar niet opgenomen Naam of pseudoniem vondstmelder zichtbaar in overleg met melder Naam of pseudoniem determinator direct zichtbaar Exacte vindplaats niet opgenomen Globale vindplaats direct zichtbaar, uitzonderingen in overleg met melder, in principe uiterlijk 5 jaar geblokkeerd Precisie coördinaten globale vindplaats 5 km2 Doormelden aan archeologische dienst in overleg met melder, ter voorkoming van dubbelmeldingen
  • 16. 16 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden Vindplaatsen worden – voor wetenschappelijke doeleinden – zo gedetailleerd mogelijk bewaard bij het Geldmuseum. In beperkte gevallen wordt deze informatie beschikbaar gesteld aan (door het Geldmuseum geautoriseerde) professionele archeologen en historici. Bij voorkeur gebeurt dit met toestemming van de vinder. Voorwerpen die bij het Geldmuseum ter onderzoek worden ingeleverd, worden na bestudering zonder uitzondering geretourneerd aan de inzender. Fotorechten: de door de melder aangeleverde foto’s worden eigendom van het Geldmuseum en voor onderzoeksdoeleinden in NUMIS opgenomen. Het staat onderzoekers en gebruikers van NUMIS vrij om dit fotomateriaal te gebruiken, met als voorwaarde dat de bron (het NUMIS-nummer) daarbij wordt vermeld. Buitenlandse vondsten NUMIS is oorspronkelijk opgezet voor het registreren van Nederlandse vondsten. De database leent zich daarnaast prima voor meldingen uit andere landen. NUMIS biedt als proef een podium om ook dit vondstmateriaal makkelijker grensoverschrijdend te kunnen onderzoeken. Daarvoor worden om te beginnen de bij het Geldmuseum bekende vondsten gedigitaliseerd voor opname in NUMIS. Ook bij derden bekende gegevens zijn welkom. Het zoeken met een metaaldetector is in sommige landen, bijvoorbeeld België en Luxemburg, verboden. De vondsten in NUMIS worden puur uit wetenschappelijk oogpunt geregistreerd. Anders dan in Nederland gaat het hier in eerste instantie niet om het vastleggen van iedere vondst (al zou dat voor onderzoekers plezierig zijn), want vondstregistratie is in beginsel een taak van de afzonderlijke landen. Het Geldmuseum behoudt zich het recht voor om periodiek een overzicht van alle nieuwe buitenlandse registraties, inclusief de exacte vindplaats en de persoonsgegevens van de melder, aan de betreffende numismatische kabinetten te zenden. Het is te hopen dat de afzonderlijke landen in de nabije toekomst deze aanzet overnemen en zelf het registreren ter hand kunnen nemen. Vrijwilligers die geïnteresseerd zijn in het digitaliseren van reeds bij het Geldmuseum bekende vondsten zijn ondertussen van harte welkom.
  • 17. NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 17 NUMIS voor vondstmelders
  • 18. 18 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden Het nut van registreren Vondstregistratie loopt via www.numis.geldmuseum.nl. Om het melden van munten zo laagdrempelig mogelijk te houden wordt de vondstmelder niet gevraagd om zelf een complete determinatie te verzorgen. Bij het melden van een vondst is het van primair belang dat de koppeling tussen voorwerp en vindplaats wordt vastgelegd. Een melder is niet verplicht om persoonsgegevens bij NUMIS achter te laten, maar wij stellen het wel op prijs. Wij gebruiken deze gegevens namelijk om de melding te kunnen verifiëren en om in de toekomst over de vondst te kunnen corresponderen. Van het voorwerp worden vindplaats, foto’s, diameter en – zo mogelijk – massa gevraagd. Het registreren van buitenlandse vondsten is primair een taak van de landelijke overheden. Toch nemen wij ook deze vondsten in NUMIS mee om breder onderzoek mogelijk te maken. Mocht u een losse- of schatvondst vondst kennen die nog niet in NUMIS is opgenomen, kunt u deze (laten) registreren. In NUMIS bevinden zich diverse incomplete schatvondstvermeldingen. De Geldersche Volksalmanak van 1837 nummer 3 vermeldt bijvoorbeeld op bladzijde 47 een schatvondst uit Heelsum (gemeente Renkum). Daar “ontdekte eens een landman een schat met Romeinsche penningen, waarvan sommige het beeld der Antonijnen vertoonden; de andere werden door een zilversmid gekocht en versmolten”. Een tweede voorbeeld dateert uit 1745, toen P. van der Schelling in zijn “Catti aorigines batavorum” op bladzijde 104 schreef over een pot met ongeveer 1200 munten van Philips de Goede, in 1696 te Katwijk aan den Rijn gevonden. Alle munten bleken echter al te zijn versmolten voordat hij ze kon zien. Vertwijfeld noteerde hij: “[het] spijt mij so geweldig dat ik wenste sulks niet te weten”. Met de huidige nieuwe inzichten en onderzoekstechnieken hadden deze schatvondsten van cruciaal belang kunnen zijn voor de geschiedenis van Nederland. Slecht beschreven vondsten lijken tot het verleden te behoren, maar niets is minder waar. In 1992 is bijvoorbeeld een aan de Oud Bussumerweg in Bikbergen gevonden schat van 7 Karolingische denarii direct verkocht. De enige naderhand beschreven munt is een gebroken denarius van Lotharius I (840-855) uit Dorestat.
  • 19. NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 19 Snel geldelijk gewin, selectief - of onoordeelkundig bergen, slecht reinigen van door corrosie aangetaste munten, of zelfs onnozel omsmelten zijn – net als het niet aanmelden van vondsten – een belemmering voor het vergaren van meer kennis over het verleden. De drie aangehaalde voorbeelden zijn zo fragmentarisch overgeleverd dat de bovenstaande beschrijving alle informatie toont die er is. De schatvondsten zijn in NUMIS opgenomen onder de nummers 1042658, 1016086 en 1060240. Vroeger wist een vinder misschien niet beter, maar tegenwoordig is informatieverlies beslist onnodig. Aanmelden via de website is snel gedaan en munten die worden afgegeven ter determinatie worden altijd geretourneerd aan de melder. Het wetenschappelijk belang van een vondst staat altijd voorop. Zie ‘Eigendom en gebruik’ op pagina 15 voor meer informatie. Bij vondstregistraties gaat het niet om de kwaliteit van de voorwerpen maar om de combinatie tussen voorwerp en vindplaats. Een zwaar gecorrodeerde veel voorkomende munt is hierbij in principe net zo belangrijk als een zeldzaam exemplaar in topconditie. Vele vondsten bij elkaar geven bij trouw registreren een beeld, dat tot nieuwe inzichten kan leiden. In het hoofdstuk ‘onderzoekers’ is te zien wat met het verzamelde materiaal gedaan kan worden. Dankzij systematisch registreren van vondsten komen schijnbaar onzichtbare processen met één druk op de knop aan het licht. Houdt in gedachten dat een munt zonder vindplaats verloren is en help mee met registreren!
  • 20. 20 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden Reiniging van gevonden numismatische voorwerpen De tekst in deze bijlage is een bewerking van de brochure ‘Het reinigen van munten en penningen’ van R.W.M. de Graaf (Stichting Nederlandse Penningkabinetten, ’s- Gravenhage 1984). Bij het reinigen van munten en penningen is voorzichtigheid geboden. Al te forse ingrepen zullen meer bederven dan goedmaken. Naast beschadiging ligt uiteindelijk zelfs vernietiging op de loer. Esthetisch gezien is te grondige reiniging ongewenst. Munten zijn vaak overdekt met minerale lagen, patina genoemd. Wanneer dit patina een mooi, egaal uiterlijk heeft, is het doorgaans beter om er niets aan te doen. De kleur van dit patina is afhankelijk van de chemische samenstelling. Er zijn vele schakeringen, variërend van zwart en bruin tot grijs, blauw, groen en goudgeel. In het algemeen wordt patina beschouwd als een verfraaiing en derhalve wordt het ook wel kunstmatig aangebracht. Al in Romeinse tijd werden bronzen beelden gepatineerd, zeker vanaf de 18e eeuw ook penningen. In deze bijlage staan per metaalsoort een aantal adviezen. Bij twijfel kunt u het beste een expert in de arm nemen. Vergeet niet dat zelfs het Geldmuseum zijn collectie niet zelf reinigt. Veiligheid en milieu Wees voorzichtig met het gebruik van chemicaliën. Let er bij het maken van de oplossingen op dat de zuren in het water gedaan worden en niet andersom, ter voorkoming van spetters. Uit het oogpunt van veiligheid zijn de volgende spullen aan te raden: • een goed stofmasker (mondkapje), • handschoenen, • een goede veiligheidsbril of gelaatsscherm, en • een schone werkjas. Tijdens de reiniging is een goed geventileerde ruimte nodig, want chemische dampen zijn erg ongezond. Bij het schoonmaken van munten en penningen zijn zuren en basen nodig. Helaas zijn deze stuk voor stuk schadelijk voor het milieu. Alle afgewerkte
  • 21. NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 21 stoffen kunnen het best – onder vermelding van de inhoud – gescheiden ingeleverd worden bij de (chemokar van de) gemeentereiniging. Reinigingsmethoden Er bestaan verschillende reinigingsmethoden. Over het algemeen is het gebruik van wrijving (poetsen) niet aan te raden, ter voorkoming van beschadiging (krasjes), breuk of zelfs verpulvering van het voorwerp. De reinigingsmethoden worden verderop per metaalsoort beschreven. Nabehandeling Na elke behandeling is goed spoelen noodzakelijk. Worden de bij het reinigingsproces gebruikte stoffen als citroenzuur of natriumbisulfaat niet goed uit het metaal verwijderd, dan kan dit leiden tot verregaande aantasting van het voorwerp. Achtergebleven zuurresten zorgen – onder invloed van de luchtvochtigheid – voor een sterk versnelde oxidevorming. Spoelen kan het best door de voorwerpen in een bad gedestilleerd water te leggen. Zij mogen niet op elkaar liggen en moeten regelmatig omgedraaid worden om verkleuringen te voorkomen. Water verversen is noodzakelijk, omdat het water verzuurt en de chemicaliën op de voorwerpen blijven inwerken. Spoelen is voldoende bij gouden en zilveren voorwerpen: hier is na ongeveer dertig minuten de behandeling voltooid. Voor koperen en andere onedele metalen is dit vaak onvoldoende. De chemicaliën werken bij deze metalen tot diep in de munten door. Hier is neutraliseren beter. Neutralisatie heft de werking van een bepaalde stof direct op. Een gebruikt zuur wordt geneutraliseerd door middel van een loog en een loog door middel van een zuur. Dompel de met een zuur behandelde munt even onder in een bad met bijvoorbeeld natronloog. Hierna altijd goed spoelen met gedestilleerd water om het loogrestant te verwijderen, want het voorwerp kan afhankelijk van de sterkte van het loog en de duur van de onderdompeling basisch (ontzuurd) geworden zijn. Voor het neutraliseren van zuren (zoals citroenzuur of fosforzuur) zijn onder andere
  • 22. 22 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden natronloog en huishoudsoda te gebruiken. Deze laatste is een beduidend zwakker loog en kan alleen gebruikt worden als de munten met een zwakzure oplossing gereinigd zijn. Voor het neutraliseren van logen (zoals bijvoorbeeld natronloog) zijn onder andere citroenzuur en natriumbisulfaat te gebruiken. Na neutraliseren en spoelen volgt het drogen. Dit moet grondig gebeuren, want zonder goede droging heeft verontreiniging uit de atmosfeer een grotere inwerking op het oppervlak, waardoor oxidatie versnelt. Drogen kan met een haarföhn of door de voorwerpen op een van gaatjes voorziene plaat op de radiator van de verwarming te leggen, nadat zij eerst met een zachte doek 'handdroog' gedept zijn. Een met nylon vliegengaas bespannen raamwerkje is ook goed te gebruiken. Schoonmaakmiddelen  Gedestilleerd water. Gebruik bij het aanmaken van schoonmaakmiddelen en bij het gehele reinigingsproces altijd gedestilleerd water en geen leidingwater. Dit is noodzakelijk omdat in gedestilleerd water geen bestanddelen voorkomen die schadelijk zijn voor de metalen. Deze treft men wel aan in regen- en leidingwater. Gedestilleerd water kan dan ook niet door gekookt water vervangen worden.  Chemicaliën. Alle genoemde chemicaliën zijn verkrijgbaar bij drogist of apotheker. De genoemde verhoudingen zijn een richtlijn. Het is aan te raden om met zwakkere oplossingen te starten en deze naar metaalsoort, mate van oxidatie en vooral ervaring sterker te maken. Behandel koperen, ijzeren of zinken munten altijd met een base, bijvoorbeeld natronloog, al of niet samen met elektrolyse. Zuur is voor koperlegeringen agressief en zelden volledig te verwijderen of te neutraliseren. De gevolgen ervan zijn op langere termijn moeilijk beheersbaar. o Ammoniak: los 1 deel ammoniak (in een concentratie van 25%) op in 2 delen gedestilleerd water. o Ammoniumcarbonaat: los 1 deel ammoniumcarbonaat op in 4 delen gedestilleerd water. o Azijnzuur: los 1 deel azijnzuur (in een concentratie van 80%) op in 15 delen gedestilleerd water.
  • 23. NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 23 o Citroenzuur: los 1 deel citroenzuurkorrels op in 10 delen gedestilleerd water. o Fosforzuur: los 1 deel fosforzuur op in 7 delen gedestilleerd water; 7 gram gelatine per liter zure oplossing toevoegen. Fosforzuur wordt meestal in hoge concentratie geleverd (40%) en is zeer agressief. Gebruik dit middel bij voorkeur niet. o Huishoudsoda/natriumcarbonaat: los 1 deel huishoudsoda of natriumcarbonaat op in 4 delen gedestilleerd water. o Natronloog: los 1 deel natriumhydroxide op in 10 delen gedestilleerd water. Metalen Munten en penningen zijn gemaakt van diverse metalen, ieder metaal heeft baat bij een eigen reinigingsmethode.  Goud heeft weinig onderhoud nodig, omdat het niet oxideert. Moeten de munten toch gereinigd worden, dan kan het eerste vuil verwijderd worden door ze te wassen met een zeepsopje (van een zachte, niet-bijtende zeep). Zijn de munten na deze behandeling nog niet voldoende schoon, dan kunnen zij gereinigd worden door ze te weken in citroenzuur. Na een paar uur, afhankelijk van de hoeveelheid vuil, de munten voorzichtig afborstelen met een zacht nagelborsteltje. Daarna volgt het eerder beschreven proces van spoelen en drogen. Wanneer na deze behandeling nog onnatuurlijke vlekken met een donkerblauwachtig uiterlijk achterblijven, zijn deze te verwijderen door middel van reductie door galvanisatie. Dit is het oplossen van oxidatie door de scheiding van zuurstof, chloor en zwavel, waaruit de oxidatie op het muntoppervlak bestaat. Deze werkwijze berust op een galvanische stroom, ontstaand wanneer twee verschillende metalen zich in een oplossing van (meestal) een loog met gedestilleerd water bevinden. Het is ook mogelijk om een base te gebruiken. Strooi op een stukje aluminiumfolie wat huishoudsoda (een loog). Leg hier de munt op en strooi er nog wat soda overheen. Vouw het stukje aluminiumfolie dicht en leg het zo ingepakt 10 à 20 minuten in een klein beetje warm water (circa 80 graden, niet koken). Nadat de
  • 24. 24 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden aangegeven tijd verstreken is, het aluminiumfolie verwijderen en de munt goed schoonborstelen. Hierna nog goed spoelen en drogen  Zilver wordt na enige tijd bruin of zelfs zwart. De oorzaak is oxidevorming door verontreiniging (waaronder zwavel) in de atmosfeer. Het is niet altijd raadzaam deze aanslag volledig te verwijderen. Door de lichte verkleuring – patina – hebben deze munten juist een fraaier uiterlijk. Zijn de munten erg vuil of zijn ze overdekt met oxidekorsten, dan is reiniging nodig. Het vuil kan, zeker als het erg vast zit, van zeer verschillende samenstelling zijn. De reinigingsmethode is afhankelijk van het soort vuil. Het is niet altijd direct duidelijk welke methode het doelmatigste is. Het is aan te bevelen om verschillende methoden eerst op een proefmuntje uit te proberen. Het ergste vuil kan, voor zover mogelijk, voorzichtig met een borsteltje worden verwijderd. Daarna kan een van de volgende methoden worden toegepast. Behandeling met citroenzuur: leg de munten en paar uur tot een dag, afhankelijk van de hoeveelheid vuil en de dikte van de oxidekorsten, in een bad citroenzuur. Hierna volgt weer de gebruikelijke handelwijze van het borstelen, spoelen en drogen. Deze methode valt eventueel nog te verbeteren door op de bodem van het bad wat ijzeren spijkertjes te leggen. Door middel van reductie heeft dan een snellere reiniging plaats. Behandeling met ammoniak: laat de munten gedurende ongeveer dertig minuten weken in een ammoniakoplossing, hierna de munten voorzichtig afborstelen, goed spoelen en drogen. Behandeling met een zure vloeistof: lichte vlekken kunnen goed gereinigd worden door ze voorzichtig in te wrijven met een rauwe aardappel of door ze onder te dompelen in zure melk of warme azijn; hierna spoelen, drogen en voorzichtig met een zachte doek opwrijven. Behandeling met silver dip en dergelijke: er zijn een aantal middelen onder allerlei verschillende namen (zoals silver dip, silver quick, silber tauchbad, cillit bang) in de handel. Deze zijn meestal goed te gebruiken om bruin en zwart aangeslagen munten snel en effectief te reinigen. De munten slechts enkele seconden
  • 25. NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 25 onderdompelen in de vloeistof en de aanslag verdwijnt. Hierna spoelen en drogen. Het nadeel van deze middelen is dat de aanslag volledig – te grondig – verwijderd wordt, en dit is meestal niet gewenst. Bij Nederlandse provinciale en Romeinse munten is het beter om ze even te behandelen met een in ammoniak gedrenkt watje, waarna zij gespoeld en gedroogd worden.  Koper, brons en messing zijn moeilijk te reinigen. Een te agressieve behandeling kan de munten onherstelbaar beschadigen. Ook hier geldt: laat een mooi egaal patina onaangetast. Vuil en oxidekorsten die afbreuk doen aan het uiterlijk van de munt, moeten wel verwijderd worden. Hiervoor zijn verschillende methoden, de tijdsduur van de behandeling is sterk afhankelijk van de hoeveelheid vuil. Probeer de methode eerst uit op een proefmuntje, voordat een zeldzaam exemplaar wordt gereinigd. Het ergste vuil kan met voorzichtig een zacht nagelborsteltje verwijderd worden. Reiniging in een bad van soda en glycerine: leg de munten in een bad van 10 delen natriumhydroxide/huishoudsoda, 4 delen glycerine en 100 delen gedestilleerd water. Hierdoor verdwijnt de groene aanslag van de koperen munten en worden de oxidekorsten grotendeels opgelost. Is het noodzakelijk de munten nog verder schoon te maken, bedek ze dan met een pasta bestaande uit 8 delen dierlijke lijm of gelatine, 150 delen aluminium- of zinkpoeder, 4 delen glycerine en 10 delen heet gedestilleerd water. Als deze pasta 24 uur op het metaal heeft kunnen inwerken, worden de munten in heet water ondergedompeld. Hierdoor zal de pasta geheel oplossen. Herhaling van deze behandeling zal leiden tot volledige verwijdering van alle corrosielagen, zodat het blanke metaal overblijft; vaak is het oppervlak dan wel erg pukkelig en geschonden. Hierna goed spoelen, of beter: neutraliseren (zie de algemene regels). Behandeling met citroenzuur: laat de munten 30 minuten tot 1 uur, afhankelijk van de hoeveelheid vuil, weken in een bad citroenzuur. Voor koperen munten is dit een vrij agressieve methode: stel ze dus niet te lang bloot aan het zuur. Hierna neutraliseren en drogen. Behandeling met azijn of azijnzuur: dompel de voorwerpen even onder in azijn of
  • 26. 26 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden azijnzuur water, met eventueel wat keukenzout. De duur van deze behandeling is afhankelijk van de hoeveelheid vuil. Na deze behandeling de munten neutraliseren en drogen. Behandeling met ammoniumcarbonaat: vlekken op koperen munten kunnen verwijderd worden door ze enkele minuten te laten weken in een oplossing van ammoniumcarbonaat in water. Hierna goed borstelen, spoelen en drogen. De munten kunnen eventueel ook met de oplossing ingewreven worden. Na het spoelen even voorzichtig opwrijven met een zachte linnen doek. Koken in sodawater: vaak kan het doel van de reiniging eenvoudig bereikt worden door de munten te laten koken in gedestilleerd water, waar wat huishoudsoda aan toegevoegd is. Behandeling met een zure vloeistof: vlekken op koperen munten kunnen verwijderd worden door ze in te wrijven met karnemelk gemengd met keukenzout; alternatieven daarvoor zijn citroensap of zuurkoolsap en tafelbier. Hierna met heet water naspoelen en met een zachte doek opwrijven. Inwrijven met zuurvrije vaseline: lichte vervuiling, bijvoorbeeld tussen de opschriften, kan worden verwijderd door het voorwerp met zuurvrije vaseline in te wrijven. Laat enige tijd intrekken en veeg daarna met een schoon watje de vaseline met het vuil van de munten af Hierdoor blijft er een dun vetlaagje achter, dat het koper of brons nagenoeg van de lucht afsluit en oxidatie verhindert. Gereinigd koper blijft veel langer mooi als het direct na het neutraliseren en drogen met een in petroleum gedrenkt doekje wordt ingewreven. De petroleum kan eventueel vervangen worden door zuurvrije vaseline. Koper, brons en messing moeten niet in aanraking komen met ijzer, daar dit in vochtige lucht tot het ontstaan van moeilijk te verwijderen vlekken en verkleuringen kan leiden.  Nikkel en kopernikkel zijn duurzame metalen. Net als ijzer is nikkel magnetisch. Nikkel is een erg hard metaal. Het bezit de duurzaamheid die alle edelmetalen kenmerkt. Nikkelen munten oxideren niet en worden niet donker door zwavelverbindingen: zij zijn dus zelden van een aanslag voorzien. Mocht er toch aanslag aanwezig zijn, dan kan deze het beste verwijderd worden door met een in
  • 27. NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 27 ammoniak gedrenkt watje. Hierna spoelen en drogen.  IJzer oxideert snel, wat zich uit in roest. Het is daardoor als muntmetaal niet bijster geschikt. Roest op ijzeren munten vormt in tegenstelling tot zinkroest geen beschermende laag. IJzer is vooral gebruikt voor noodmunten. Behandeling met petroleum: leg de munten in een petroleum-bad en wrijf ze na enkele uren met een watje of een doekje schoon. Dit is geen aangename methode vanwege de geur van de petroleum. Behandeling met een zuur: leg de munten in een bad citroenzuur. Nadat aanslag en roest verwijderd zijn, de munten neutraliseren en drogen.  Zink kent een snelle oxidatie. Het oorspronkelijke, zilverachtige uiterlijk wordt dan grauw en grijs. In tegenstelling tot de oxidatie bij ijzeren munten beschermt de oxidatie bij zinken stukken het voorwerp voor verdere aantasting. Zink is niet magnetisch. Zoiets als 'zinkpest' bestaat niet, er is slechts 'tinpest'. De witte aanslag op de munten is dus geen ziekte, maar slechts oxidatie. Daardoor ontstaan zinkroest, zinksulfide of zinkcarbonaat. De beste en gemakkelijkste methode om de grijs-witte zinkoxidatie te verwijderen is een behandeling met citroenzuur. Leg de munten 10 à 20 minuten in het zuur. De munten moeten gedurende deze tijd wel enige malen omgedraaid worden. Hierna neutraliseren, zachtjes borstelen en drogen. Het is aan te bevelen de munten na deze behandeling in te vetten met vaseline of een andere vettige substantie, omdat anders weer snel verkleuringen optreden. Enige literatuur over het reinigen: R.W.M. de Graaf, Het reinigen van munten en penningen (Stichting Nederlandse Penningkabinetten, ’s-Gravenhage 1984). T. Stambolov, The corrosion and conservation of metallic antiquities and works of art (Amsterdam z.j.). G. Welter, Die Reinigung und Erhaltung von Münzen und Medaillen (Hannover 1965). H. Winkowsky, Münzen pflegen (München 1969).
  • 28. 28 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden Fotohandleiding Bij vondstmeldingen is het meeleveren van foto's wenselijk, omdat zonder foto geen nadere determinatie of controle kan plaatsvinden. Bovendien kan met een foto in de toekomst eenvoudiger nader onderzoek naar het voorwerp worden gedaan. Een munt kan goed worden gefotografeerd aan de hand van de onderstaande aanwijzingen. Foto's van beide zijden Het ligt voor de hand, maar toch: maak van BEIDE ZIJDEN een afbeelding. Slechts met een foto van beide zijden is een goede determinatie mogelijk. Soms lijken bijvoorbeeld verschillende denominaties sterk op elkaar. Scannen Probeer de scanner in te stellen op 300dpi bij 200%. Scan zo weinig mogelijk wit mee zodat het bestand niet onnodig groot wordt. Fotograferen  Houd de camera RECHT boven het object. Een schuin genomen foto vervormt de munt en maakt delen onscherp, waardoor determinatie wordt bemoeilijkt. Een statief is erg handig, ook om het risico op bewogen foto’s te verkleinen.  Het beste resultaat wordt bereikt met fel strijklicht van één zijde. Hierdoor wordt het reliëf op de – vaak gesleten – munt beter zichtbaar. Probeer te fotograferen in zonlicht, bijvoorbeeld op de vensterbank, of bij kunstlicht met een felle lamp.
  • 29. NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 29  Ter voorkoming van slagschaduw is het aan te raden, munten op een glasplaat te leggen. Door de glasplaat op – bijvoorbeeld – een paar boeken te leggen ‘verdwijnt’ de schaduw aan de rand van de munt.  Fotografeer bij voorkeur op een blauwe achtergrond. (De beste kleurnummers zijn ongeveer R80 G100 B230 of #5064e6). Deze kleur blauw komt normaliter niet in munten voor, in tegenstelling tot bijvoorbeeld zwart, wit, grijs, rood, groen en geel. Hierdoor worden de grenzen van de munt duidelijk zichtbaar.  Zorg dat het lichtpunt zich bij voorkeur aan de bovenzijde van de munt bevindt. Bij licht van onderaf lijkt het reliëf soms optisch niet op- maar inwaarts te liggen. Digitale foto’s kunnen direct in NUMIS worden opgenomen. Mocht u alleen papieren foto’s hebben: deze zijn ook meer dan welkom. Zij kunnen ter attentie van NUMIS worden gezonden naar het centrale meldpunt (zie pagina 55). Vermeld achterop de foto bij voorkeur het NUMIS-nummer.
  • 30. 30 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden
  • 31. NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 31 NUMIS voor onderzoekers
  • 32. 32 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden Munten als bron Een munt zonder vindplaats mist de essentiële context en is daardoor grotendeels verloren voor onderzoek. Jaarlijks worden vele honderden munten gevonden. Veelal door archeologen en metaaldetectorspecialisten maar ook door het brede publiek. De vondsten zijn – in combinatie met de vindplaats – stuk voor stuk een unieke getuigenis van het verleden. De koppeling tussen vindplaats en munt blijkt een uitermate kwetsbare factor te zijn omdat deze snel verloren gaat. De in NUMIS opgenomen vondsten zijn een blijvende getuigenis van de geschiedenis voor toekomstige generaties. De data in NUMIS staat ten dienste van onderzoek en van iedereen die geïnteresseerd is in het verleden. Het bestand is raadpleegbaar via het internet op www.numis.geldmuseum.nl. Via NUMIS wordt onder meer inzicht verkregen in de geschiedenis van regio’s en de daarbij behorende economische en monetaire processen. Zo kunnen dankzij vondstregistraties munten nader worden gedateerd en via verspreidingsgebieden komen handelsroutes en -contacten aan het licht. Deze processen zijn lang niet alleen interessant voor archeologische opgravingen (die zo beter kunnen worden gedateerd en verklaard): iedere geïnteresseerde kan immers via NUMIS een beeld krijgen van het verleden van zijn woonplaats. NUMIS is dus een bron waar iedereen gebruik van kan maken, waarbij de interesse kan variëren van een werkstuk voor de basisschool tot interdisciplinair grensoverschrijdend onderzoek. Internationale vondstdatabases Met buitenlandse partners wordt samengewerkt aan gezamenlijke ontsluiting van de diverse landelijke muntvondstdatabases.1 Hierdoor wordt in de toekomst beter onderzoek mogelijk naar grensoverschrijdende processen. Naast NUMIS zijn ook in andere landen databases opgebouwd, die deels via het internet zijn in te zien. Voorbeelden zijn de bestanden van het Portable Antiquities Scheme in het Verenigd Koninkrijk (278.711 munten online, http://finds.org.uk/database) en de 1 Jan Pelsdonk, “Nederlandse muntvondsten in Europees verband. De weg naar koppeling van afzonderlijke databases” De Beeldenaar 37 (2013) 170-172.
  • 33. NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 33 Swiss Inventory on Coin Finds uit Zwitserland en Liechtenstein (http://www.coinfinds.ch/services/coins/muenzen.php) met circa 250.000 munten waarvan er 19.847 online zijn (tellingen 23-5-2013). Ook in landen als Polen, Oostenrijk, Duitsland en Slovenië worden databases opgebouwd. In sommige landen ontbreekt on-line registratie vooralsnog (zie pagina 16). De American Numismatic Society huisvest de site www.nomisma.org, waar internationaal wordt gewerkt aan de standaardisatie van terminologie en meer- talige ontsluiting van numismatische begrippen. Deze internationale standaard kan vervolgens worden gebruikt door andere sites, zoals www.numismatics.org/ocre, Online Coins of the Roman Empire, met een overzicht van spreiding en productie van munten van het Romeinse Keizerrijk over Europa. Doel van de samenwerking is een eenvoudige manier om alle databases op een eenduidige manier te doorzoeken, bijvoorbeeld via een interface zoals in de onderstaande tekeningen. Publicaties Vele vondsten bij elkaar geven bij trouw registreren een beeld, dat tot nieuwe inzichten kan leiden. Er zijn vele grote en kleine onderzoeken op te sommen waarbij NUMIS is gebruikt. Zo heeft Nico Roymans voor de zesde Van Gelder- lezing in 2007 onderzoek gedaan naar het vroegste muntgebruik en de munt- productie in de Nederrijnse regio, waaronder Nederland.2 Andere onderzoeken zijn bijvoorbeeld over de opkomst en ondergang van de Romeinse markteconomie, 2 Nico Roymans, Muntgebruik in een dynamisch grensgebied. Keltische munten in de Nederrijnse regio (Utrecht 2008).
  • 34. 34 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden over het gebruik van IJzertijdmunten, munten uit de Romeinse periode en de Vroege Middeleeuwen.3 Ook hier vervulde NUMIS een belangrijke rol. In De Beeldenaar (2011) is op pagina 199-204 een artikel opgenomen waarin de losse vondsten van Romeinse munten in Nederland worden afgezet tegen die van Engeland en Wales. De grafiek uit dit artikel is hieronder afgebeeld. Deze grafiek had niet gemaakt kunnen worden zonder de registratie van vele honderden soms zwaar gesleten munten. In één oogopslag worden duidelijke verschillen zichtbaar, die wijzen op de manier waarop munten zich verspreidden. Er komen bijvoorbeeld opvallend weinig Republikeinse munten in Engeland terecht. Grafiek: Vondsten van Romeinse munten: eerste productiejaren per periode. 3 Eltjo Buringh, Jan Luiten van Zanden en Maarten Bosker, Soldiers and booze: the rise and decline of a Roman market economy in north-western Europe (2012, nog niet in druk verschenen); Jos Bazelmans, “De Romeinse muntvondsten uit de drie noordelijke provincies” (Utrecht 2003); Jan Pelsdonk, “Muntslag en muntgebruik in Nederland in de pre- en protohistorie. Beeldvorming via geregistreerde munten van vóór onze jaartelling in de vondstdatabase NUMIS” [te verschijnen in Jaarboek voor Munt- en Penningkunde 100 (2013)]; J. Bazelmans, D. Getters en A. Pol, “Metal detection and the Frisian Kingdom” Berichten van de Rijkdienst voor het Oudheidkundig Bodemonderzoek 45 (2002) 220-241; Michael Metcalf en Wybrand Op den Velde, “The Monetary Economy of the Netherlands, c. 690 - c. 760 and the trade with England: A Study of the ‘Porcupine’ Sceattas of Series E” deel I en II Jaarboek voor Munt- en Penningkunde 96 (2009) en 97 (2010); Wybrand Op den Velde en Michael Metcalf, “The Monetary Economy of the Netherlands, c. 690 - c. 715 and the Trade with England: A Study of the Sceattas of Series D” Jaarboek voor Munt- en Penningkunde 90 (2003)
  • 35. NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 35 De kaart hieronder (brongegevens: NUMIS) toont waar in Nederland sceatta’s zijn gevonden. De vele vondsten laten zien dat deze munten met name zijn gebruikt langs de kust en de grote rivieren. Zo komen handelsroutes aan het licht die verborgen blijven als vindplaatsen niet worden vastgelegd. Dankzij systematisch registreren van vondsten komen dit soort processen met één druk op de knop aan het licht.
  • 36. 36 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden Interpretatie van vondsten Vondstmunten zijn ongeschreven bronnen, die fragmenten uit het dagelijks leven tonen. De munten duiden soms onverwacht verbanden aan, die nieuw zijn of afwijken van wat tot nu toe werd aangenomen. Net als bij geschreven bronnen blijft het hierbij belangrijk om kritisch te blijven. Bijna altijd zijn er factoren die het verhaal kunnen verdraaien. Een munt is op een zeker moment vervaardigd, waarna het over een bepaalde periode is gebruikt. Na verloop van tijd is het voorwerp bewust (verborgen, geofferd, weggegooid) of onbewust (verloren, rampen, oorlog) in de bodem terecht gekomen. Bij muntvondsten wordt onderscheid gemaakt tussen schat- vondsten, losse vondsten en muntcomplexen. Schatvondsten bestaan uit twee of meer direct bij elkaar gevonden munten. Losse vondsten bestaan uit één enkele munt, eventueel gevonden in combinatie met andere (niet numismatische) voorwerpen. Munten uit een muntcomplex zijn over een langere periode in de bodem terecht gekomen. Bijvoorbeeld op een terrein waar eeuwenlang een markt is gehouden. De munten uit een schatvondst ‘vertellen’ iets over elkaar. Zij zijn samen uit de muntcirculatie gehaald of bij elkaar gespaard. (In het eerste geval zitten er vaak munten van slechtere kwaliteit en lagere waarde in een vondst, in het tweede geval zijn meestal de beste munten uitgekozen.) Losse vondsten en muntcomplexen tonen het gebied waar munten zijn gebruikt. Onderzoekers dienen zich te bedenken dat de vondsten geen compleet overzicht geven. Dagelijks komen er nieuwe munten bij die het beeld verduidelijken. Het is bijvoorbeeld niet direct duidelijk of een gevonden munt ‘alleen op doorreis’ was of lokaal werd gebruikt. De vondsten tonen gebieden waar mensen woonden, reisden en werkten. Een kaart met stippen toont niets anders dan een verspreidingspatroon. Dit patroon is bovendien beïnvloed door omgevingsfac- toren. Allereerst is er de rol van de eigenaar. Als hij een gouden munt laat vallen, zoekt hij er langer naar dan naar de kleinste pasmunt. In de bodem liggen dus relatief veel laagwaardige munten, zij vormen geen complete afspiegeling van de geldcirculatie. Sommige vondsten zijn verdwenen vanwege natuurlijke
  • 37. NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 37 omstandigheden (zoals de veranderende kustlijn, het door de meanderende rivier overspoelde Romeinse castellum bij Wijk bij Duurstede of de Sint Elisabeths- vloed). In sommige gebieden wordt meer met een metaaldetector gezocht omdat er meer vondsten worden verwacht (een zichzelf vervullende voorspelling) waardoor andere gebieden onbedoeld ‘leeg’ lijken. Bovendien mag niet overal worden gezocht. Niet in de laatste plaats spelen de lokale omstandigheden een rol. Zo laat een harde bodem munten minder snel uit het zicht verdwijnen. Dateringsvraagstukken Een andere belangrijke kanttekening moet worden gemaakt bij de datering van munten. Vanaf ongeveer het derde kwart van de 15de eeuw komen in toenemende mate jaartallen op munten voor. Dit leidt soms een verkeerde verwachting. Munten met het jaartal 1499, geslagen on der Philips de Schone (1499-1506) zijn bijvoorbeeld geslagen tot in 1506 en komen in vondsten voor tot in 1596 (schatvondst Macharen 1999, NUMIS 1019264) en zelfs nog in 1623 (in de schatvondst Haaksbergen 1921, NUMIS 1013115). Dat dit van alle tijden is, bewijzen de guldens van koningin Juliana met het jaartal 1980. Deze zijn – zonder gewijzigd jaartal – ook in 1981 geslagen, waarbij de productie ondanks het muntteken van Utrecht deels is in Engeland plaats vond.4 Bij de komst van de euro werden de guldenmunten ingetrokken. Tot 1-1-2007 konden zij worden ingewisseld, sinds dat moment zijn ze niet langer wettig betaalmiddel. Toch zal het mij niet verbazen als u er nog eentje in de keukenlade heeft liggen. Bij het dateren van vondsten en munten zijn er dus diverse factoren die het beeld kunnen beïnvloeden. 4 H.O.C.R. Ruding en H.E. Koning, Memorie van Antwoord 11-7-1984 op de wijziging van de begroting van het Staatsmuntbedrijf voor het jaar 1982. Archief van de Tweede Kamer der Staten-Generaal, vergaderjaar 1983-1984 dossier 18314 nr 5.
  • 38. 38 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden Datering van schatvondsten is een ander punt van aandacht. In het bovenstaande voorbeeld zijn vier munten (a, b, c en d) en een kruik aangetroffen. Ieder voorwerp heeft een eigen datering. Het vroegst mogelijke tijdstip van verberging (terminus post quem, tpq) wordt bepaald door het eerste productiejaar van het jongste voorwerp. In dit geval is de tpq niet het jaar 1500 (toen bestonden de munten a, b en d nog niet) en ook niet 1570 (toen bestond het jongste voorwerp, munt d, al 40 jaar). Deze schat is dus op zijn vroegst in 1530 in de bodem verzeild geraakt. Lastiger is het bepalen van het tijdstip waarvóór de schat is verborgen, de terminus ante quem (taq). Deze wordt bepaald door allerlei factoren, waaronder de eerder beschreven periode van circulatie. munt a munt b munt c munt d kruik 1490 1500 1510 1520 1530 1540 1550 1560 1570
  • 39. NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 39 NUMIS voor vrijwilligers
  • 40. 40 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden Stappenplan De vrijwilligers kezen zelf de momenten uit waarop zij voor NUMIS actief zijn en hoeveel energie zij in het werk steken. Door allerlei factoren zal de een actiever kunnen zijn dan de ander. De eerste prioriteit is het wegwerken van de determinatieachterstand. Vrijwel tegelijkertijd wordt actief gewerkt aan het verwerven van nieuwe vondstmeldingen. In een latere fase worden de al bestaande records in NUMIS doorgelicht en aangevuld zodat de doorzoekbaarheid wordt vergroot. Allereerst komen daarbij de elementaire, maar leeg gebleven velden – zoals datering – aan bod. Deze velden zijn rood gemarkeerd in bijlage 4. Dankzij de digitale fotografie wordt het logistiek mogelijk om een oproep onder oud-melders te verspreiden om fotomateriaal aan te leveren ter completering van vondstmeldingen van lang geleden. Het is echter evident dat veel records nooit een foto zullen dragen. Uitleg bij het invoeren van de belangrijkste velden in NUMIS In museale collecties wordt het beste van het beste bewaard. Dat geldt niet voor NUMIS. Veel vondsten zijn van matige kwaliteit. In combinatie met de vindplaatsen geven deze munten echter een schat aan gegevens prijs. Het is een uitdaging om iedere keer weer zo veel mogelijk informatie uit de munten te halen en op te nemen in NUMIS, ten dienste van toekomstig onderzoek. Het determinatieteam heeft in het begin doorgaans alleen foto’s, diameters en massa’s tot zijn beschikking. Bovendien zijn veel van de munten in NUMIS niet in Nederland vervaardigd. Dat betekent dat de kennis van de determinator iedere keer weer op de proef wordt gesteld. De velden op pagina 41 worden het meest gebruikt. De rood gekleurde velden zijn daarbij van primair belang. Zonder invulling kan het record niet worden opgewaardeerd naar ‘gedetermineerd’. De blauwe velden zijn aan te bevelen maar optioneel en de groene velden bevatten extra’s. Zwart zijn de al gegeven velden, waaronder vindplaats en NUMIS nummer. Het NUMIS nummer is onveranderlijk. Het kan worden gebruikt in publicaties en via de URI (bijvoorbeeld: www.numis.geldmuseum.nl/nl/1103983), zijn koppelingen naar sites mogelijk.
  • 41. NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 41 Veldnaam Toelichting NUMIS nummer uniek registratienummer van het specifieke voorwerp Massa gewicht in gram Formaat diameter (of grootste formaat) in millimeters Stempelstand verdraaiing van voor- en keerzijdestempel, van 0,5 tot 12 uur Voorwerp munt, penning, muntgewicht etcetera Politieke eenheid naam van de staat ten tijde van de fabricage Huidig land huidige politieke eenheid Autoriteit muntheer, muntheren (kan bijvoorbeeld ook een stedelijke overheid zijn) Muntsoort naam van het object (niet-munten tussen haakjes) Datering periode waarin het object is gemaakt Van Eerste jaar van de periode Tot Laatste jaar van de periode Materiaal goud, zilver, koper, lood, papier etcetera Klop later aangebrachte instempeling Catalogi standaardbeschrijving in de literatuur Muntplaats plaats van vervaardiging, eventueel met alternatieve spelling tussen haakjes, zoals Antwerpen (Anvers) en bij de Romeinen Lyon (Lugdunum) Maakwijze geslagen, gegoten, gegraveerd etcetera Status of functie specifieke (afwijkende) functie van het object Latere bewerking doorboring, gravering etcetera Conditie goed, matig of slecht, eventueel met toevoeging (gesleten), (gecorrodeerd) etc. Voorzijdebeeld beschrijving van afbeelding Voorzijdetekst op- en/of omschrift Keerzijdebeeld beschrijving van afbeelding Keerzijdetekst op- en/of omschrift Muntteken teken van het munthuis Maker naam van de medailleur(s) of stempelsnijder(s) Muntmeester naam van de betrokken muntmeester(s) Muntmeesterteken teken van de muntmeester Publicaties publicatie over dit specifieke voorwerp Opmerkingen aanvullende gegevens (bijvoorbeeld over de rand)
  • 42. 42 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden Beschrijf het voorwerp aan de hand van een catalogus en neem deze op in het veld “catalogi”. Afwijkingen worden vermeld in het opmerkingen-veld, voeg in dat geval “variant” aan de literatuurverwijzing toe. Hiermee wordt aangeduid dat de munt lijkt op het in de catalogus beschreven exemplaar, maar toch afwijkt. Bij het maken van een beschrijving is het niet de bedoeling om klakkeloos een catalogus over te schrijven. De gevonden munt kan namelijk afwijken van de standaard en het is juist de uitdaging om te speuren naar onbekende munten. Gebruik bij twijfel meerdere catalogi, want een niet in de literatuur gevonden munt zegt vaker iets over de determinator dan over de zeldzaamheid van het object. Bij problemen kan ook NUMIS worden geraadpleegd om te kijken welke catalogi zijn gebruikt bij soortgelijke munten. Algemeen geldt, dat niet op het voorwerp vermelde (of niet zichtbare) afbeeldingen en teksten tussen haakjes worden geplaatst. Bijvoorbeeld: (15)78. De vermelding (geen) toont dat er geen sprake is van een klop, latere bewerking, muntteken etcetera. De term (onbekend) wordt gebruikt als de informatie niet in de gebruikte literatuur is te vinden. Bijvoorbeeld: muntplaats (onbekend). Ook (ondetermineerbaar) komt geregeld voor, bijvoorbeeld als het muntteken door slijtage of corrosie is verdwenen. Gebruik geen afkortingen (met uitzondering van z.j.) omdat dit voor verwarring zorgt bij gebruikers. Alle velden in NUMIS zijn in het Nederlands ingevuld. Het gebruiken van meerdere talen maakt objecten lastiger vindbaar. Achter een autoriteit worden tussen haakjes zijn regeringsjaren opgenomen. Bijvoorbeeld: Jan I (1268-1294). Meerdere autoriteiten worden van elkaar gescheiden door “; ”. Muntnamen worden voluit (géén getallen) en zonder hoofdletter geschreven. Datering: bij munten jonger dan 1475 wordt – indien geen jaartal is vermeld – “z.j.” toegevoegd voor een jaar of periode. Bijvoorbeeld: z.j. (1506-1521). Om onduide- lijkheid te voorkomen worden negatieve getallen gescheiden door een slash. De
  • 43. NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 43 velden “van” en “tot” zijn bedoeld voor één jaartal van vier cijfers, eventueel voorafgegaan door een min (-). Twee voorbeelden: datering (-7 / 14) van -0007 tot 0014 datering 1289 AH (1871-1872 AD) van 1871 tot 1872 Teksten worden in principe in kapitalen geschreven. Iedere tekstonderbreking wordt aangegeven met een liggend streepje (-) en iedere nieuwe regel (of andere locatie van een tekst) met een slash (/). Bijvoorbeeld: DIVVS - AVGV - STVS / S - C . Het omschrift divus Augustus wordt twee keer onderbroken door de afbeelding. Op een andere locatie (in het veld in dit geval) staat SC, eveneens door de afbeelding gescheiden. De u in divus wordt – net zoals op de munt – als v genoteerd. Tussen afzonderlijke woorden staat één spatie. Leestekens, interpunctie en initiaalteken: gebruik bij voorkeur geen speciale tekensets (Arabisch, Grieks, Windings enzovoorts) ter voorkoming van problemen met het exporteren van gegevens uit NUMIS. Met name de volgende leestekens worden toegepast: + . , : ; ‘ ’ - / * o x Ze worden (met uitzondering van een komma of apostrof) tussen spaties geplaatst, dus niet aan een woord vast. Leestekens mogen alleen worden vermeld als ze zichtbaar zijn. Weggesleten tekens of tekstonderdelen kunnen tussen haakjes worden toegevoegd: PH(S’ DE)I betekent dat alleen PHI leesbaar is en dat er naar alle waarschijnlijkheid S’ DE tussen heeft gestaan. Een zwevende punt wordt als een lage punt weergegeven, een rozet als asterisk *. Afwijkende tekens tussen haakjes aangeven bijvoorbeeld “(kroon)” of met een verklaring zoals “(lees : als twee o-tjes boven elkaar)”. Een kruis wordt ongeacht de versiering als + weergeven. Op pagina 44 en 45 volgen twee invulvoorbeelden.
  • 44. 44 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden NUMIS nummer 1049626 Massa 3,524 gram Formaat 22 mm Stempelstand h Voorwerp munt Politieke eenheid Batenburg Huidig land Nederland Autoriteit Herman Diederik van Bronckhorst (1573-1602) Muntsoort dukaat Datering (15)78 Van 1578 Tot 1578 Materiaal goud Klop (geen) Catalogi Purmer (2009) Ba09 Muntplaats Batenburg Maakwijze geslagen Status of functie Latere bewerking (geen) Conditie Voorzijdebeeld staande, geharnaste man (Herman Diederik van Bronckhorst) met geheven zwaard in rechterhand, linkerhand op gevest van tweede zwaard Voorzijdetekst THE . D . BRO . L . - BA - R . I . B . Z . STEI - . Keerzijdebeeld wapenschild van Bronckhorst-Stein (of Blankenheim-Stein) met als hartschild Batenburg, tussen afgekort jaartal Keerzijdetekst *. MONE . NO . AVREA . DNI . HERM . / 7 - 8 Muntteken (geen) Maker (onbekend) Muntmeester Hendrik Velthuysen (1576-1578) Muntmeesterteken (geen) Publicaties Opmerkingen imitatie van de dukaten van Richard van de Palts-Simmeren
  • 45. NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 45 NUMIS nummer 1087719 Massa 3,265 gram Formaat 16x16mm Stempelstand 6 h Voorwerp muntgewicht Politieke eenheid Amsterdam Huidig land Nederland Autoriteit (particuliere productie) Muntsoort (muntgewicht; excelente, spaanse dukaat) Datering z.j. (1576-1654) Van 1576 Tot 1654 Materiaal messing Klop (geen) Catalogi Pol (1989) p. 95, 119 en 133 Muntplaats Amsterdam Maakwijze geslagen Status of functie Latere bewerking (geen) Conditie Voorzijdebeeld ster boven twee naar elkaar gewende hoofden Voorzijdetekst (geen) Keerzijdebeeld letters om opgestoken zwaard (of ponjaard) Keerzijdetekst G D N Muntteken (geen) Maker Guilliam de Neve (1576-1654) Muntmeester Muntmeesterteken Publicaties Opmerkingen
  • 46. 46 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden
  • 47. NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 47 Gedragscodes
  • 48. 48 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden Algemeen De betrokkenen bij NUMIS houden zich verre van illegale praktijken. Er worden via NUMIS geen voorwerpen verhandeld of waardebepalingen aan voorwerpen gegeven. Het doel van NUMIS is puur wetenschappelijk, gericht op het vastleggen en ontsluiten van gegevens over voorwerpen in combinatie met vindplaatsen. Gedragsregels voor metaaldetectiespecialisten Vinders, meestal metaaldetectiespecialisten, opereren zelfstandig in het veld. Zij doen dit doorgaans hobbymatig. In speciale gevallen kunnen zij zich bij NUMIS laten registreren als NUMIS-ambassadeur voor een bepaalde regio. De bij NUMIS meldende metaaldetectiespecialisten houden zich aan de volgende gedragsregels:  Ongeschreven wet o Een prettig contact tussen de metaaldetectiespecialist, landeigenaar, beheerder en autoriteiten werkt ten voordele van iedereen.  Terreinen o Per land of regio kunnen de regels voor het gebruik van een metaaldetector verschillen. Leef deze na. o Vraag aan de landeigenaar of beheerder van de grond altijd toestemming om te mogen zoeken. o Zoek alleen op archeologische terreinen met toestemming van de bevoegde instanties, om mee te helpen bij een archeologische opgraving. o Voorkom schade, maak geen gaten (bijvoorbeeld in een grasmat). o Zoek niet na zonsondergang, zeker zonder toestemming van de landeigenaar. Iemand die ’s nachts zoekt is verdacht bezig.  Speciale vondsten o Laat munitie liggen. Markeer indien nodig de locatie en waarschuw de politie. o Neem zoveel mogelijk gevonden metalen afval – zoals lood en koper – mee en lever dit bij uw gemeente in ten voordele het milieu.
  • 49. NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 49  Melden o Als de eigenaar niet is te achterhalen, zijn de vinder en de grondeigenaar beide voor 50% eigenaar van de vondst. o Vondsten die zijn gedaan bij een opgraving worden eigendom van de provincie waarin de vondst is gedaan. o Een extract uit de wettelijke Nederlandse bepalingen: vondsten waarvan redelijkerwijs kan worden aangenomen of het vermoeden bestaat dat deze van wetenschappelijke cultuurhistorische waarde zijn, dienen te worden gemeld bij de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.5 De Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) voert deze taak uit namens de minister. Het Geldmuseum heeft met de RCE de afspraak gemaakt dat een melding (van munten) bij NUMIS beschouwd kan worden als een melding aan de RCE, waarmee dus de vinder aan zijn wettelijke verplichting heeft voldaan. In de praktijk is het verstandig om de melding eveneens te doen bij de gemeente- of provinciaal archeoloog en het meldpunt bodemvondsten. Het Geldmuseum helpt u bij twijfel wie te benaderen graag verder. De vondsten dienen tijdelijk ter beschikking te worden gesteld ter bestudering.6 o Numismatische vondsten: na aanmelding bij NUMIS (www.numis.geldmuseum.nl) wordt de vondst (contactgegevens + vindplaats + beschrijving) door de coördinator doorgemeld aan de hierboven genoemde archeoloog. Dit gebeurt in overleg met de melder om een dubbele vondstmelding te voorkomen. Het voordeel van deze route is dat de archeoloog niet met determinaties wordt belast en de vondst blijvend via NUMIS toegankelijk is. Ter onderzoek ingenomen vondsten worden altijd geretour- neerd aan de inbrenger. 5 Monumentenwet 1988, Artikel 53, eerste lid. 6 Monumentenwet 1988, Artikel 53, tweede lid.
  • 50. 50 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden Gedragsregels voor NUMIS-ambassadeurs NUMIS-ambassadeurs vormen een beperkte groep van door de coördinator aangewezen personen die het vinden en registreren van muntvondsten begeleidt. Het werk van de NUMIS-ambassadeur omvat in hoofdlijnen de volgende taken:  Helpen van vinders en eigenaars bij het registreren van hun voorwerpen in NUMIS.  Beantwoorden van vragen over het NUMIS-samenwerkingsverband.  Opspeuren van nog niet geregistreerde vondsten bij particulieren, in musea en in publicaties, ter registratie in NUMIS.  Zelf toevoegen van gevonden voorwerpen in NUMIS.  Adviseren van verbetermogelijkheden en melden van problemen rondom het gebruik van NUMIS.  Sporadisch: beschrijven van vondsten, al dan niet in overleg met het determinatieteam en de vondstadviseurs. Een NUMIS ambassadeur zal nooit:  Vertrouwelijke informatie buiten NUMIS verspreiden zonder toestemming van de vinder.  Zonder overleg met de vinder zelf gaan zoeken op in vertrouwen aangeduide locaties.  Zelf met een metaaldetector aan de slag gaan zonder de gedragsregels voor metaaldetectiespecialisten na te leven.
  • 51. NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 51 Gedragsregels voor het determinatieteam Het NUMIS determinatieteam wordt gevormd door een groep van door de coördinator aangewezen specialisten die nieuw geregistreerde vondsten beschrijft. Het werk van de determinatiespecialist omvat in hoofdlijnen de volgende taken:  Beantwoorden van vragen over het NUMIS-samenwerkingsverband.  Beschrijven van vondsten, al dan niet in overleg met andere specialisten en de vondstadviseurs.  Adviseren van verbetermogelijkheden en melden van problemen rondom het gebruik van NUMIS.  Sporadisch: opspeuren van nog niet geregistreerde vondsten bij particulieren, in musea en in publicaties, ter registratie in NUMIS.  Sporadisch: zelf toevoegen van gevonden voorwerpen in NUMIS. Een determinatiespecialist zal nooit:  Vertrouwelijke informatie buiten NUMIS verspreiden zonder toestemming van de vinder.  Zonder overleg met de vinder zelf gaan zoeken op in vertrouwen aangeduide locaties.  Zelf met een metaaldetector aan de slag gaan zonder de gedragsregels voor metaaldetectiespecialisten na te leven.
  • 52. 52 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden NUMIS Ambassadeur Ondersteuning van vondstregistraties H. Ulpkracht Sint Juttemisdreef 18 1234AB Vindersdorp 012-3456789 email@mijnmail.nl lid sinds 2013 Deze persoon is voor werkzaamheden aan NUMIS geregistreerd en werkt volgens afspraak volgens de op de keerzijde vermelde gedragsregels NUMIS is het landelijke registratiebestand voor munten en andere numismatische voorwerpen in Nederland. In de database (www.numis.geldmuseum.nl) worden gevonden munten samen met de vindplaats geregistreerd en ontsloten door een grote groep vinders en vrijwilligers. De NUMIS ambassadeur doet op vrijwillige basis de volgende werkzaamheden: Het opspeuren van nog niet geregistreerde vondsten Het helpen van vinders en eigenaars bij het registreren Het beantwoorden van vragen over NUMIS Het aan NUMIS toevoegen en eventueel beschrijven van gevonden voorwerpen De NUMIS ambassadeur zal nooit: Vertrouwelijke informatie buiten NUMIS verspreiden zonder toestemming van de vinder Zonder overleg met de vinder zelf gaan zoeken op in vertrouwen aangeduide locaties Met een metaaldetector aan de slag gaan zonder de gedragsregels voor metaaldetectiespecialisten na te leven. NUMIS ambassadeurs vormen een beperkte groep aangewezen personen die het vinden en registreren van muntvondsten begeleiden. Meer informatie over NUMIS, de complete gedragscode en het melden van vondsten is op te vragen bij de coördinator. www.numis.geldmuseum.nl, 030-2143341 (op donderdagen en vrijdagen), numis@geldmuseum.nl NUMIS wordt financieel ondersteund door: Stichting Nederlandse Koninklijk Nederlands Genootschap Penningkabinetten voor Munt- en Penningkunde Ledenpas Met de ledenpas kan de NUMIS-ambassadeur in voorkomende gevallen zijn intenties kenbaar maken of onderbouwen. De pas wordt jaarlijks uitgegeven. Van de persoon die de gedragsregels niet naleeft en die niet van zins is om hierin verandering aan te brengen, wordt de registratiepas ingenomen danwel niet verlengd. 20 2013
  • 53. NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 53 Contactgegevens
  • 54. 54 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden Lidmaatschap, donateurschap en ANBI Het Lidmaatschap van NUMIS is gratis omdat de leden een belangrijke bijdrage leveren in de vorm van vrijwilligerswerk. Het onderhouden en verbeteren van het NUMIS-netwerk kost echter geld. Daarom is het mogelijk donateur van NUMIS te worden. U wordt donateur door een bedrag naar keuze over te maken op rekeningnummer 5382308 van de Stichting Nederlandse Penningkabinetten (SNP) onder vermelding van ‘NUMIS’ en uw naam- en adresgegevens. IBAN: NL35INGB0005382308, BIC INGBNL2A. De SNP is een Algemeen Nut Beogende Instelling (ANBI). Sinds 1 januari 2012 is de geefwet van kracht, waarmee giften tot €5000 tegen de gangbare voorwaarden tijdelijk voor 125% van het belastbaar inkomen kunnen worden afgetrokken. In de hoogste belastingschijf levert een schenking van €100 een maximale belastingteruggave van €65 op, waardoor de gift de schenker uiteindelijk slechts €35 kost. Zie www.belastingdienst.nl voor uitgebreide informatie over giften en de geefwet. Voor een nadere toelichting over de mogelijkheden kunt u contact opnemen met de SNP (contactgegevens op pagina 56).
  • 55. NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 55 Contactgegevens Database NUMIS www.numis.geldmuseum.nl Informatie Centraal meldpunt Geldmuseum Postbus 2407 3500GK Utrecht 030-2143341 (do-vrij) numis@geldmuseum.nl Coördinatie en beheer Jan Pelsdonk 030-2143341 (do-vrij) j.pelsdonk@geldmuseum.nl ICT ondersteuning Jasper Letschert 030-2143351 j.letschert@geldmuseum.nl In verband met financiële problemen bij het Geldmuseum wijzigen de contactgegevens waarschijnlijk eind 2013. In de volgende versie van dit document vindt u de nieuwe contactgegevens.
  • 56. 56 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden Donateurschap (via de Stichting Nederlandse Penningkabinetten) Toon Opdam (penningmeester) 0316-340521 t.opdam@liemerscollege.nl Martin Bloemendal (vice-voorzitter) 078-6145453 martin@bloemendal.net Vondstadviseurs Prehistorie en Romeinse Tijd Paul Beliën 030-2143368 p.belien@geldmuseum.nl Middeleeuwen en Moderne Tijd Jan Pelsdonk 030-2143341 j.pelsdonk@geldmuseum.nl NUMIS Ambassadeurs Steunpunten voor vondstregistratie Het is de bedoeling dat in de volgende versie van deze publicatie een lijst met namen en contactgegevens wordt opgenomen van personen die voor NUMIS een contactpersoon in een provincie of specifieke regio zijn. Bij het on-line gaan van NUMIS wordt deze lijst nog vormgegeven. Hebt u interesse? Neem contact op met het Centraal Meldpunt.
  • 57. NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 57
  • 58. 58 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden NUMIS Determinatieteam De teamleden werken naar keuze onder eigen naam of pseudoniem. Zij zijn actief op de NUMIS website www.numis.geldmuseum.nl. Leden van het determinatieteam zorgen voor een beschrijving van de vondsten. Mocht u interesse hebben in versterking van dit team of meer informatie over de werkwijze wensen, dan kunt u zich richten tot het centraal meld- punt of een NUMIS Ambassadeur.
  • 59. NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 59 Fotoverantwoording Omslag voor: overzichtsfoto van de schatvondst Molenaarsgraaf 2006 (NUMIS 1061665). Pagina 2: overzichtsfoto van de schatvondst Tzummarum 1991 (NUMIS 1029555). Pagina 6: antoninianus van Postumus (259-268), gevonden rond 1860 in Utrecht (NUMIS 1053599). Pagina 8: styca van Eadberth (737-758), in 2007 gevonden in Wijk bij Duurstede (NUMIS 1085401). Pagina 9: groot van Arnhem (1482-1496) uit de schatvondst Zelhem 1894 (NUMIS 1085033). Pagina 17: groot van Jan van Kleef, graaf van Marck (1448-1481) uit de schatvondst Loerbeek 1887 (NUMIS 1049647). Pagina 29: kwart groot uit Vlaanderen van Philips de Goede (1419-1467) in 2012 gevonden in de gemeente Borsele (NUMIS 1103933). Pagina 30: overzichtsfoto van de schatvondst Vechten 2006 (NUMIS 1112915). Pagina 31: gouden florijn uit Florence (1303-1310) in 2011 gevonden op Texel (NUMIS 1101929). Pagina 33: overgenomen uit Ina Lehmann en Roji Varughese, Interface Meta portal for searching across different coin finds information sources (Diplomarbeit, Frankfurt am Main 2008). Pagina 34: overgenomen uit artikel ‘Verloren Verleden’ (Pelsdonk, De Beeldenaar 2011 p 199-204). Pagina 35: kaart: Nationale Onderzoeksagenda Archeologie (www.noaa.nl), gegevens: NUMIS (www.numis.geldmuseum.nl). Pagina 38: denarius van Lodewijk de Vrome (814-840) in 2007 gevonden in Wijk bij Duurstede (NUMIS 1085412). Pagina 39: groot uit Holland van Albrecht van Beieren (1389-1404), in 2005 te Woerden gevonden (NUMIS 1051807). Pagina 44: gouden dukaat van Batenburg, in 1889 gevonden te Heeswijk (NUMIS 1049626). Pagina 45: muntgewicht van Guilliam de Neve (1576-1654) voor een excelente of spaanse dukaat, in 2007 in Nijefurd gevonden (NUMIS 1087719). Pagina 46: Weckfles met 200 bankbiljetten uit het Interbellum, gevonden te Uden in 2009 (NUMIS 1114807). Pagina 47: penning van Karel V (1506-1555), rond 1520 gemaakt door Conrad Meit (1480- 1550/51), in 2003 in Zwijndrecht gevonden in stortgrond uit het centrum van Rotterdam (NUMIS 1035300). Pagina 51: halve albus van de stad Zutphen, uit de schatvondst Zelhem 1894 (NUMIS 1085030). Pagina 53: dubbele soeverein van Albert & Isabella (1598-1621) uit Brussel, uit de schatvondst Schijndel 2003-I (NUMIS 1039007). Pagina 54: Friese sceatta van het Wodan/monster-type, in 2007 gevonden in Menaldumadeel (NUMIS 1088128). Pagina 55: kwart groot van Utrecht op naam van Frederik van Blankenheim (1393-1423) uit de schatvondst Elst 1946-1948 (NUMIS 1095070). Pagina 57: zilveren rijder van Holland uit het wrak van het Vliegend Hert † 1735 (NUMIS 1090559). Pagina 58: goudgulden uit Luxemburg uit de schatvondst Grave 2004 (NUMIS 1089058). Omslag achter: overzichtsfoto van de schatvondst Hansummerweerd 2002 (NUMIS 1088370).
  • 60. 60 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden De volgende verenigingen en instellingen ondersteunen NUMIS: www.geldmuseum.nl Koninklijk Nederlands Genootschap voor Munt- en Penningkunde www.koninklijkgenootschap.nl Stichting Nederlandse Penningkabinetten www.koninklijkgenootschap.nl www.cultureelerfgoed.nl www.neha.nl www.socialhistory.org Oriëntal Numismatic Society www.onsnumis.org Vereniging voor Penningkunst www.penningkunst.nl www.detectoramateur.nl Versie 1, 19 juli 2013