6. • Uit het Leiedal. Volksopstootjes
Evenals menig naburig dorp komt Deerlijk ook een dezer alles behalve aangename
volksopstootjes te beleven. De oeroorzaak ligt hierin: de gemeente heeft
tengevolge de weerbarstigheid van zekere landbouwers over het inleveren van het
opge‐eiste graan, haar aangegane verplichtingen ten aanzien van het gewestelijk
Hulp‐ en Voedingscomiteit niet kunnen naleven. Voor een drietal weken stond
langs hier op muren en poorten het leuk bericht te lezen “Donderdag om 9 uren
naar de boeren te gaan”. Het was dus blijkbaar dat er iets op til was onder de
noodstandige werkersbevolking doch op aanraden der overheid die voorgaf een
laaste beroep te doen op de landbouwers, werd er tot deze optocht niet
overgegaan. Bij gedrukte berichten en in een speciaal belegde vergadering werd
er de landbouwers gewezen op de kritische toestand met bevel voltallig het ge‐
eiste graan te leveren op gevaar of strenge afstraffing. Feitelijk werd er een
potsierlijk onbenullig kgr. graan geleverd met het natuurlijke uitvloeisel dat
allelevering van wege het Komiteit geschorst werd, en dat het onderstandsgeld
werklozen ingetrokken werd. Verbittering alom. De donderdagnamiddag 9 dezer
trokken een vijftigtal mannen naar de hoeve van Petrus Callens waar het nogal
rumoerig toeging. De vrijdag voormiddag vergaderde de gemeenteraad en na lang
beraadslagen trok de talrijke schaar werklozen rond het gemeentehuis
samengezwalpt en ruim 500 in getal met de overheid en de politie aan het hoofd
naar de hoeven der onwillige boeren om deze tot betere gedachten te brengen.
(De Vlaamsche Post, 17/12/1915)