2. Prof. Dr. Anja Van den Broeck
◦ Human Relations Research Group
HUBrussel
Warmoesberg 26
1000 Brussel
anja.vandenbroeck@hubrussel.be
◦ Onderzoeksgroep Arbeids-, Organisatie-, en
personeelspsychologie
KULeuven
Tiensestraat 102
3000 Leuven
anja.vandenbroeck@ppw.kuleuven.be
En u?
◦ Wie bent u?
◦ Wat motiveert u voor deze sessie?
4. Regulaties (motivaties) Controlled Autonomous
Doelen (waarden, aspiraties)
Intrinsic Values
Extrinsic Values
Basisbehoeften A B C
5.
6. Negatief mensbeeld Positief mensbeeld
(Theory X, McGregor) (Theory Y. McGregor. 1960)
Passief Actief
Lui, weinig ambitieus, wil geen Groeigericht
verantwoordelijkheid nemen,
voorkeur voor geleid worden Interactie
Reactief omgeving
7.
8. Intrinsieke
A-motivatie Extrinsieke motivatie
motivatie
Geen Externe Introjectie Identificatie Integratie Intrinsieke
regulatie
- Geen Anderen Zelf - Belangrijk - Opnemen in - leuk
activiteit - beloningen - trots zijn - interessant
- hulpeloos - Straf - Schuld &
schaamte
“MOET” “WIL”
Gecontrolleerd Autonoom
9. XX motivatie
“Vooraleer je begint wil ik je een aantal dingen vertellen die je zult
moeten doen. Er bestaan hier regels over de manier waarop je
schildert. Je moet het schildermateriaal proper houden. Je kan enkel
op deze kleinere tekening schilderen; het is verboden om te morsen
op de grotere tekening. Je moet je borstel uitspoelen en uitdrogen
vooraleer je een nieuwe kleur gebruikt, zodat de verschillende
kleuren niet gemengd geraken. In het algemeen wil ik dat je
gedraagt als een flinke jongen/meisje (schuldinductie) en maak geen
rotzooi van de schildertekeningen.”
10. XX motivatie
“Vooraleer je begint wil ik je even vertellen hoe we hier in de klas schilderen. Ik weet
dat het soms plezant is om gewoon de schilderborstels en verf te laten
rondslingeren, (empathie) maar hier wordt het schildermateriaal en de klas proper
gehouden voor de andere die het willen gebruiken (verantwoording). Je kan
schilderen op het kleinere blad, maar niet op het grote blad er rond. Dat dient om de
tafel netjes te houden. Het schildermateriaal proberen we proper te houden; de
borstels dienen dus uitgewassen te worden en afgedroogd te worden vooraleer je
een ander kleur gebruikt. Ik besef dat sommige kinderen het niet leuk vinden om de
ganse tijd proper te moeten werken (empathie), maar nu is het de tijd om netjes te
zijn.”
14. 243 leidinggevenden uit verschillende sectoren en hun
ondergeschikten
jobtevredenheid
.21**
.11** Autonome vs.
Transformationeel
gecontroleerde
leidershap
motivatie .12**
Organisatie-
betrokkenheid
Waarden Inspireren
Intellectueel Individueel
stimuleren waarderen
15. Vragen:
◦ wat met verschillende vormen van motivatie?
◦ wat met de kwaliteit versus kwantiteit van motivatie
Combinaties van motivaties zijn mogelijk (Gagné et
al., 2010)
16. Wie:
◦ representatieve Belgische sample
◦ (ook Nederlandse call-center medewerkers en medewerkers van een
Belgische stad)
OV : Vanuit welke motivatie doe je moeite voor je job?
◦ Gecontroleerde motivatie: extrinsie beloningen of introjectie
◦ Autonome motivatie: waardevol, leuk, interessant
AV :
◦ Tevredenheid
◦ Enthousiasme/bevlogenheid
◦ Stress / Uitputting gecontrolleerd
Methode: Clusteranalyse
autonoom
28. Resultaten
IV IV + EV EV
stress 2.66 3.40 4.04
taskorientation 3.20 2.70 2.26
performance 6.58 6.07 5.57
Niet hoe meer, hoe beter
29. Wie: 12-jarige vormelingen
Wat: meedoen met de damiaanactie
OV :
◦ Omgeving:
Extrinsieke (soc. Erkenning)
Intrinsieke waarden (bijdrage samenleving)
◦ Persoon:
Extrinsieke (soc. Erkenning)
Intrinsieke waarden (bijdrage samenleving)
AV :
◦ Motivatie, leren en volhouden
30. Autonome Diepgaand Oppervlakkig Persistentie
motivatie leren leren (OR = )
( =) ( =) ( =)
I vs. E manipulatie .43*** .31*** .13 .17***
I vs. E
.17* .01 -.05 1.22
taakperceptie
Manipulatie x
-.08 -.01 -.06 .94
taakperceptie
1. Belang van de context
2. (beperkter) belang van eigen waarden
3. Geen overeenkomst nodig /wenselijk
31.
32. Denk aan een situatie waarin u zich
echt goed voelde.
Wat kenmerkte deze situatie?
33. "Those nutriments that must be procured by a
living entity to maintain its growth. integrity and
health"
(Ryan & Deci. 2000. p. 326)
Autonomy Belongingness Competence
• deel zijn van een team • een impact hebben
• eigenaarschap gedrag
• bereidheid • lief hebben en geliefd
• keuze zijn
35. • Sample 1 • Sample 2
• 170 HR medewerkers • 261 call center agents
• 67% vrouwen • 54% vrouw
• gem leeftijd 36.70 • gem leeftijd 28.23
• 15% master • 5% masters
Correlaties tussen de behoeften en verschillende aspecten van
optimaal functioneren
Need for Need for Need for
Autonomy Competence Relatedness
Sample Sample Sample Sample Sample
Sample 2
1 2 1 2 1
Job Satisfaction .66** .54** .18* .15* .41** .40**
Vigor .54** .49** .41** .31** .38** .40**
Exhaustion -.52** -.28** -.27** -.26** -.32** -.23**
Life Satisfaction .30** .22** .24** .16** .41** .32**
Organizational
.51** .58** .18* .18** .36** .42**
Commitment
Performance .31** .21** .44** .35** .19* .18**
36. Hoe zouden de behoeften gerelateerd zijn
aan de regulaties en de doelen?
37. Hoe ziet uw werksituatie er uit?
• Welke vervelende dingen zijn er?
• Welke uitdagingen zijn er ?
• Wat is er leuk?
38. Hindrances .30*** burnout
-.23*** -.55***
ABC
Challenges -.13***
.57***
.16***
.69***
Resources .13*** engagement
Heterogene groep van Vlaamse werknemers
39. Relaties tussen omgeving, basisbehoeften en performantie betrokkenheid
163 werknemers van Singapore
Fit persoon-
Autonomie
organisatie
Organisatie-
betrokkenheid
Fit persoon-
Verbondenheid
groep
Performantie
Fit
Eisen job –
Competentie
capaciteiten
persoon
40. Relaties tussen omgeving en persoonlijkheid, basisbehoeften en
performantie en welzijn
Wie: 698 werknemers van een investeringsbank
.57** Performance
Supportive
Climate .24**
Basic needs
.14**
.46**
Autonomous Adjustment
causality High vitality
low anxiety
orientation low somatisation
41. •Initiatief aanmoedigen (individueel/in groep)
•Keuzes aanbieden waar mogelijk
Autonomie •Redenen geven voor opgelegde doelen
•Empathie: Perspectief aannemen
•Emotie-regulatie
Verbondenheid
•Positieve feedback
•Opbouwende negatieve feedback
•Structuur bieden
Comptentie
