Bernard Elsman
Als je zelf niet in je verhaal gelooft, hoe ga je er dan voor zorgen dat je publiek het wel doet? Een goede presentatie valt of staat met het geloof in jezelf en je boodschap.
In deze workshop laten we je aan de hand van een aantal voorbeelden zien welke voor- waarden er zoal nodig zijn om een presentatie te doen slagen. Als introductie tonen we
een presentatie waarbij je zelf ervaart waarom iets wel of niet kan slagen. Je wordt actief betrokken doordat je zelf, in groepjes, met de zojuist opgedane kennis korte presentaties gaat voorbereiden.
Introductieworkshop over Bloggen volgens de hink-stap-sprong Boeien - Begrijpen - Beklijven. Voordat je blog gelezen wordt moet je blog eerst opvallen en befrepebn worden. Storytelling loopt als een rode draad door deze workshop.
Bernard Elsman
Als je zelf niet in je verhaal gelooft, hoe ga je er dan voor zorgen dat je publiek het wel doet? Een goede presentatie valt of staat met het geloof in jezelf en je boodschap.
In deze workshop laten we je aan de hand van een aantal voorbeelden zien welke voor- waarden er zoal nodig zijn om een presentatie te doen slagen. Als introductie tonen we
een presentatie waarbij je zelf ervaart waarom iets wel of niet kan slagen. Je wordt actief betrokken doordat je zelf, in groepjes, met de zojuist opgedane kennis korte presentaties gaat voorbereiden.
Introductieworkshop over Bloggen volgens de hink-stap-sprong Boeien - Begrijpen - Beklijven. Voordat je blog gelezen wordt moet je blog eerst opvallen en befrepebn worden. Storytelling loopt als een rode draad door deze workshop.
De presentatie geeft tips, trucs en tools voor een overtuigende Elevator Pitch met Plakracht. Doelstelling van deze aanpak is: zorg voor een Elevator Pitch die je gemakkelijk kunt onthouden en doorvertellen.
Wat is narcisme (narcistische persoonlijkheid stoornis (NPS)) en wat is er mogelijk binnen de communicatie. En het Narcistisch Slachtoffer Syndroom (NSS) uitgelegd. Je krijgt handvatten mee aan de hand van tips en trucs die direct toepasbaar zijn. Workshop wordt via de Lady Letters academie aangeboden: http://academie.ladyletters.nl
Psychologie van het motiveren met o.a. Dan ArielyHans Janssen
Nieuw seminar met de allerbeste inzichten over motivatie, prestatie en drive.
Met o.a. Dan Ariely, Joris Luyendijk, Janka Stoker, Arend Ardon, Andreas Wismeijer en Jim Stolze.
22 juni - Bussum!
MBA in één dag NEN - Edwin Martherus over strategie
Samenvatting Toveren met taal - 3 maart 2015
1. Toveren
met
taal
Blok
1
Jaap
Toorenaar
1)
Overtuigingskracht
Geef
anderen
nooit
het
gevoel
dat
je
ze
wilt
overtuigen.
Elke
vorm
van
argumentatie
roept
tegenargumentatie
op.
Truc:
Gebruik
factieve
werkwoorden,
zoals:
betreuren,
zich
realiseren,
beseffen.
Zij
kondigen
een
feit,
de
waarheid
aan.
Voorbeeld:
Mijn
broer
deugt
niet
(klinkt
als
een
mening)
Ik
betreur
het
dat
mijn
broer
niet
deugt
(klinkt
feitelijker)
Let
op:
taal
belazert
de
kluit.
Voorbeeld:
De
rijke
landen
worden
steeds
rijker
en
de
arme
landen
steeds
armer.
Dit
suggereert:
de
rijke
landen
worden
rijker
ten
koste
van
de
armen
(een
schijnverband).
Woorden
zijn
als
een
zaklantaarn,
ze
belichten
iets
slechts
van
één
kant
en
de
waarheid
heeft
vele
kanten.
2)
Herinneringswaarde
verhogen
Waarom
blijft
die
ene
slogan
wél
hangen?
Hoe
doe
je
dat?
• Gebruik
rare
woorden
(rund,
stunt,
retteketet,
fratsen)
• Laat
mensen
een
fractie
van
een
seconde
nadenken
met
een
woordspeling
of
een
paradox.
(‘de
kogel
kwam
van
links’
’Er
gaat
niets
boven
Groningen’
‘Gratis,
maar
niet
goedkoop’)
• Goeie
slogans
horen
maar
bij
één
merk
• Verzin
nieuwe
woorden
(plofkip,
woekerpolis,
omfietswijn,
BOB)
2. Pieter
Frijters
Toveren
met
lichaams-‐taal
begint
met
waarnemen;
alles
zien
en
nergens
op
letten.
Dat
is
5x
effectiever
dan
gefocust
kijken.
Dat
wat
je
focus
heeft,
gaat
veel
te
zwaar
wegen.
Let
op:
Kijk
niet
langer
dan
2
seconden
iemand
recht
ín
de
ogen.
Je
komt
in
een
tunnel
terecht,
je
kunt
niet
meer
bij
informatie
komen.
Belangrijk
in
communicatie:
-‐
Luisteren,
is
een
visueel
proces:
vorm
een
beeld
van
wat
de
ander
zegt.
Kijk
af
en
toe
naar
boven,
naar
dat
beeld.
Dit
geldt
ook
voor
spreken.
-‐
Houd
je
ogen
in
het
midden.
Zijn
je
beide
oren
zichtbaar?
Dit
maakt
je
zekerder.
-‐
Werk
naar
een
doel
toe:
Niet
vragen
wat
is
jouw
probleem,
maar
vragen:
wat
is
jouw
wens?
Wat
zou
jij
nou
graag
(wel)
willen?
-‐
Kies
de
juiste
toon:
wees
resoluut.
Als
je
resoluut
wilt
overkomen,
moet
de
toon
niet
omhoog
gaan
aan
het
einde
van
de
zin.
Eindig
je
zin
laag
en
zacht.
-‐
Taal
die
doordringt:
Gebruik
je
handen
om
je
spreken
te
ondersteunen.
Beweeg
je
armen
rustig
en
beheerst
om
rustig
en
beheerst
te
spreken.
-‐
Mindtuning:
Tover
met
de
taal
in
jezelf.
Gemiddeld
zijn
de
helft
van
onze
gedachten
over
onszelf
kritisch
negatief.
Behandel
jezelf
zoals
je
door
een
ander
behandelt
wilt
worden!
3. Blok
2
Ronald
Giphart
Schrijven
1)Alles
draait
om
het
eindproduct.
Eerst
vrijuit
schrijven,
daarna
kritisch
(met
anderen)
de
tekst
bekijken
2)
De
schrijver
is
God
en
beslist
3)
Schrijven
is
techniek,
niet
romantiek
Vervreemding
Een
belangrijk
doel
van
de
literatuur:
de
perceptie
van
de
wereld
vernieuwen
en
verfrissen
door
een
element
uit
de
werkelijkheid
te
belichten
en
daardoor
weer
bijzonder
te
maken.
Woordniveau:
Framing
(forshadowing):
mensen
voorbereiden
op
wat
komen
gaat.
Woordvelden:
gebruik
woorden
die
met
elkaar
te
maken
laten
hebben.
Zinsniveau:
Afwisseling:
gebruik
bijvoorbeeld
allemaal
lange
zinnen,
en
één
korte
zin.
Die
korte
valt
meteen
op.
Woordvolgorde:
Je
belangrijkste
woorden
staan
achterin
de
zin!
Alinea-‐
niveau:
Een
goed
verhaal
bestaat
uit
een
combinatie
van
de
volgende
vormen:
Dehnung-‐
Heel
veel
taal
gebruiken
om
heel
weinig
te
beschrijven
Deckung-‐
Evenveel
woorden
gebruiken
om
de
werkelijkheid
te
beschrijven;
een
dialoog,
een
script
(één
op
één)
Raffung-‐
Heel
weinig
taal
gebruiken
om
heel
veel
te
beschrijven
(afraffelen)
Principes
in
scenes
à
Bedenk:
wat
is
het
ergste
dat
er
kan
gebeuren?
Of
wat
is
het
leukste
dat
er
kan
gebeuren?
à
Show,
don’t
tell
Humorformule
EH
=
PE
.
C/Tp
+
BM
Effect
van
humor
=
personal
empathie
x
complexiteit/Time
spent
on
solution
+
Background
moods
(stemming)
Humor
is
bijna
altijd
gevolg
van
vervreemding;
er
gebeurt
iets
onverwachts.
4. Huib
Hudig
Toveren
met
taal:
Met
klanken
uitstoten,
emoties
bij
anderen
losmaken,
dát
is
toveren.
Spreken
in
het
openbaar.
1.
Fysieke
voordracht
2.
Wat
zeg
je
nou
eigenlijk?
Bij
presenteren
is
het
leidershap
van
de
spreker
van
belang.
Waarom
zou
ik
naar
jou
luisteren?
Let
op!
Kies
je
informatie:
maximaal
3
dingen
blijven
hangen.
De
opbouw
van
een
normaal
betoog:
-‐Vraagstelling
-‐Argumenten
-‐Conclusie
Bij
deze
opbouw
verlies
je
langzaam
maar
zeker
de
energie/aandacht.
Een
goede
speech
is
meestal
niet
langer
dan
tien
minuten:
A.
Aandacht
grijpen
/
verrassen
en
inleiding
(persoonlijk
verhaal)
Belangrijk:
sympathie
en
autoriteit
B.
Mensen
raken
/
betoog
voeren
Begin
met
een
fundamentele
waarheid
benoemen.
Mensen
moeten
denken:
dít
is
echt
belangrijk.
C.
Mensen
ergens
naar
toe
brengen
/
inspireren
-‐
Visie
van
de
toekomst
bieden
met
een
concreet
beeld,
of
-‐
Een
breder
perspectief
Afsluiten
met
‘call
to
action’
Terugkomen
op
je
verrassende
begin
Tip:
kom
met
een
‘prop’
het
podium
op,
dat
prikkelt
het
publiek.
Wat
is
dat
voor
een
ding?
Wat
is
het
verhaal
daar
achter?
5. Blok
3
Sarah
Gagestein
Gelijk
hebben
/
krijgen
98%
van
de
informatie
die
er
binnenkomt
in
je
brein
wordt
op
een
reflexieve
manier
behandeld
(associaties,
emoties).
We
overschatten
onze
ratio
enorm.
Het
gaat
er
niet
alleen
om
wat
je
zegt,
maar
om
hóe
je
het
zegt.
Framing:
mensen
met
woorden
en
beelden,
die
slechts
één
kant
van
de
werkelijkheid
belichten,
onbewust
richting
een
interpretatie
sturen.
Framing
Bedenk
eerst:
1. Tegen
wie
heb
ik
het
eigenlijk?
2. Wat
raakt
die
ander?
3. Welke
woorden
passen?
Zijn
dit
wel
woorden
die
ik
bedoelde?
Ø Beeldspraak
is
de
ultieme
krachtpatser.
Metaforen
gebruiken
we
om
elkaar
te
gebruiken.
Zonder
metaforen
kunnen
we
niet
nadenken
en
de
abstracte
wereld
te
begrijpen.
Metaforen
zetten
een
verhaal
in
gang
in
je
hoofd.
Ø Nieuwe
woorden:
zonder
woord
bestaat
het
niet.
Formule:
Verbeeldend
woord
(concreet)
Moreel
duidingswoord
+
_______________________________________
toverwoord
Voorbeeld:
haatprofeet,
plofkip,
kopvoddentax
Ø Ontkennen
=
erkennen
Hoe
vaker
ik
zeg
dat
ik
iets
niet
ben,
hoe
meer
jullie
denken
dat
ik
dat
wél
ben.
Ontkenningen
zijn
dodelijk,
blijf
er
van
weg.
Zorg
dat
je
woorden
voor
je
gaan
werken,
in
plaats
van
tegen
je.
Zorg
dat
jouw
oplossing,
dé
oplossing
is.
6. Aartjan
van
Erkel
2-‐5%
van
de
beslissingen
die
je
neemt
heb
je
bewust
gemaakt.
De
overige
98%
onbewust.
Het
heeft
dus
weinig
zin
om
rationeel
te
overtuigen.
Conversiekiller
nummer
1:
80
%
vergeet
op
een
website
het
antwoord
te
geven
op
de
vraag:
Wat
is
dit?
Het
antwoord
op
die
vraag
is
de
tagline
-‐Beantwoord
deze
vraag
vlakbij
het
logo
-‐Beantwoord
zo
kort
mogelijk
-‐100%
objectief
Geweldloze
hersenspoeling:
gebruik
de
kracht
van
‘ja’,
stapje
voor
stapje.
Mensen
willen
consequent
gedrag
vertonen.
Elke
klik
is
een
ja.
‘Voet
tussen
de
deur’
–techniek:
eerst
een
klein
verzoek
doen
en
dan
pas
je
grotere
verzoek
waar
het
écht
om
gaat.
Neuro
-‐copywriting:
Doe
je
je
klanten
wel
genoeg
pijn?
Oplossingen
voor
het
reptielbrein
bieden.
Het
reptielbrein
beschermt
jou
en
het
neemt
98%
van
de
beslissingen.
Dus
vertel
de
klant
over
zijn
probleem.
Slecht
nieuws
alarmeert.
Hoe
pas
je
dit
toe?
Het
onderbewuste
triggeren:
1)
Het
instinct
activeren
door
het
urgentste
probleem
te
dramatiseren,
realistisch
worst
case
scenario.
2)
Maak
het
emotioneel
door
de
consequenties
te
benoemen.
Eindelijk
iemand
die
mij
begrijpt.
3)
Geef
hoop
door
de
oplossing
te
beschrijven
(de
klant
kan
weer
ontspannen).
4)
Laat
het
bewijs
zien
dat
jouw
oplossing
werkt.
Ga
met
je
klanten
praten.
Wat
is
het
probleem?
Vraag
door
tot
ze
emotioneel
worden.
Overtuig
daarna
je
klanten
met
hun
eigen
woorden.