1. Postgraduaat E-Learning & Digitale Didactiek E-Learning Opdrachten Rudi Helven Leerkracht ICT en E-learning CVOHZ

2. Postgraduaat E-Learning & Digitale Didactiek E-Learning Rudi Helven Leerkracht ICT en E-learning CVOHZ Leerstijlen Kolb Vermunt en de anderen

3. Postgraduaat E-Learning & Digitale Didactiek E-Learning Rudi Helven Leerkracht ICT en E-learning CVOHZ Leerstijlen Kolb Vermunt en de anderen

4. Postgraduaat E-Learning & Digitale Didactiek E-Learning Rudi Helven Leerkracht ICT en E-learning CVOHZ Leerstijlen Kolb Vermunt en de anderen David A. Kolb ziet twee dimensies : concrete ervaringen tegenover abstracte begrippen en actief tegenover passief

6. Postgraduaat E-Learning & Digitale Didactiek E-Learning Rudi Helven Leerkracht ICT en E-learning CVOHZ Leerstijlen Kolb Vermunt en de anderen Kolb: Het leren via concrete ervaringen tegenover het leren van abstracte begrippen. De ene mens leert meer door praktijkervaringen op te doen, de ander leert pas als hij de kans krijgt om ervaringen te vertalen in meer algemene begrippen. Het leren door actief bezig te zijn tegenover het leren door het observeren van anderen. De een zal meer baat hebben bij leren door doen, een ander neemt liever wat afstand door eerst de kat uit de boom te kijken. Of: de een gaat het liefst meteen aan de slag, de ander leert van het observeren van praktische gebeurtenissen …

7. Postgraduaat E-Learning & Digitale Didactiek E-Learning Rudi Helven Leerkracht ICT en E-learning CVOHZ Leerstijlen Kolb Vermunt en de anderen

8. Postgraduaat E-Learning & Digitale Didactiek E-Learning Rudi Helven Leerkracht ICT en E-learning CVOHZ Leerstijlen Kolb Vermunt en de anderen Mijn leerstijl: Beslisser Een beslisser is gericht op probleemoplossing en technologische toepassing van begrippen, modellen en theorieën. Hij wordt graag geconfronteerd met problemen waar één juiste oplossing voor gezocht kan worden. Zijn werkwijze is bij voorkeur doelgericht en planmatig. Optimale leeromgeving: · duidelijke rode draad in de stof; · gelegenheid om zelf praktische conclusies te trekken; · duidelijke relatie tussen leerstof en de eigen praktijk; · technieken en aanwijzingen om problemen zelfstandig op te lossen; · deskundige opleiders (moeten het zelf ook kunnen); · gelegenheid om met zelf bedacht oplossingen te experimenteren.

9. Postgraduaat E-Learning & Digitale Didactiek E-Learning Rudi Helven Leerkracht ICT en E-learning CVOHZ Leerstijlen Kolb Vermunt en de anderen Mijn leerstijl: Denker Een denker legt de nadruk op de logische samenhang tussen zaken. Hij wil bezig zijn met het vormen van begrippen en zijn grootste kracht is het maken van theoretische modellen. Logica, nauwkeurigheid en denken in heldere, abstracte begrippen staan voorop. Denkers proberen vanuit theoretische modellen naar de werkelijkheid te redeneren. Optimale leeromgeving: · duidelijke doelen en helder programma; · gelegenheid om naar achtergronden te vragen; · confrontatie met complexe vraagstukken (worden als uitdaging ervaren); · orde en rust; · tijd om zelf met de stof bezig te zijn en deze in eigen kaders te plaatsen.

10. Postgraduaat E-Learning & Digitale Didactiek E-Learning Rudi Helven Leerkracht ICT en E-learning CVOHZ Leerstijlen Kolb Vermunt en de anderen De leerstijlen volgens Vermunt In de theorie van Vermunt wordt het begrip leerstijl meer benaderd vanuit de invalshoek van het schoolse leren, dat wil zeggen: welke leerstijl hanteert de leerling bij voorkeur om zich de stof eigen te maken. Prof.dr. J.D. (Jan) Vermunt studeerde psychologie aan de universiteiten van Nijmegen en Tilburg. Hij promoveerde in 1992 aan Universiteit van Tilburg op een proefschrift getiteld ‘Leerstijlen en sturen van leerprocessen in het hoger onderwijs’. Achtereenvolgens was hij verbonden aan de Universiteit van Tilburg, Universiteit van Amsterdam, Universiteit Leiden en de Universiteit Maastricht. Vanaf 2004 is hij werkzaam aan het IVLOS van de Universiteit Utrecht als hoogleraar ‘Didactiek van het doceren en van het opleiden van docenten´.

11. Postgraduaat E-Learning & Digitale Didactiek E-Learning Rudi Helven Leerkracht ICT en E-learning CVOHZ Leerstijlen Kolb Vermunt en de anderen VERMUNT Reproductiegerichte stijl: een leerling die deze stijl hanteert, gebruikt zijn energie vooral om te memoriseren (stof zo leren dat je het letterlijk kunt reproduceren), te herhalen en de leerstof stapsgewijs te analyseren. De leerling is heel diploma- en toetsgericht. Het eind cijfer is heel belangrijk. Betekenisgerichte stijl: de leerling richt zijn aandacht vooral op de hoofdzaken van de te bestuderen stof. Hij onderzoekt de standpunten, ideeën en conclusies, legt verbanden en neemt ook kritisch stelling. Er wordt eigenlijk geleerd vanuit een persoonlijke interesse. Toepassingsgerichte stijl: zo'n leerling richt zich vooral op de toepassingsmogelijkheden van de leerstof. Hij wilt weten of de leerstof relevant is voor de praktijk en heeft vooral behoefte aan concrete informatie en voorbeelden. Het leren is nu vooral beroepsgericht.

12. Postgraduaat E-Learning & Digitale Didactiek E-Learning Rudi Helven Leerkracht ICT en E-learning CVOHZ Leerstijlen Kolb Vermunt en de anderen Vermunt : de uitslag van een leerstijlentest volgens Vermunt is als volgt: Ongerichte leerstijl: Jouw score is 4 Reproductieve leerstijl: Jouw score is 8 Betekenisgerichte leerstijl: Jouw score is 17 Toegepaste leerstijl: Jouw score is 13 De leerstijl volgens Vermunt zegt iets over de richting die je geeft aan je leren. Wil je leren vanuit persoonlijke interesse, om een diploma te halen, om je beroep te leren of geef je niet zo veel richting aan je leren. Welke leerstijl volgens Vermunt heb jij?

13. Postgraduaat E-Learning & Digitale Didactiek E-Learning Rudi Helven Leerkracht ICT en E-learning CVOHZ Leerstijlen Kolb Vermunt en de anderen

14. Postgraduaat E-Learning & Digitale Didactiek E-Learning Rudi Helven Leerkracht ICT en E-learning CVOHZ Leerstijlen Kolb Vermunt en de anderen

15. Postgraduaat E-Learning & Digitale Didactiek E-Learning Rudi Helven Leerkracht ICT en E-learning CVOHZ Leerstijlen Kolb Vermunt en de anderen

16. Postgraduaat E-Learning & Digitale Didactiek E-Learning Rudi Helven Leerkracht ICT en E-learning CVOHZ Leerstijlen Kolb Vermunt en de anderen 7 Leerstijlen volgens Stacy Mantle Linguistisch, logisch, ruimtelijk, muzikaal, lichamelijk, interpersoonlijk en intrapersoonlijk...

17. Postgraduaat E-Learning & Digitale Didactiek E-Learning Rudi Helven Leerkracht ICT en E-learning CVOHZ Leerstijlen Kolb Vermunt en de anderen Hoe verhouden de leerstijlen zich in mijn organisatie Deze vraag is op te delen in verschillende andere vragen: • hoe verhoudt zich een leerstijl ten opzichte van een persoonlijkheid • hoe verhouden de leerstijlen zich ten opzichte van de leeftijd • hoe verhoudt een leerstijl zich ten opzichte van de vooropleiding • hoe verhouden de leerstijlen zich ten opzichte van de beroepskeuze

18. Postgraduaat E-Learning & Digitale Didactiek E-Learning Rudi Helven Leerkracht ICT en E-learning CVOHZ Leerstijlen Kolb Vermunt en de anderen De resultaten in mijn organisatie Hoe verhouden de leerstijlen zich in de organisatie waar je werkt? Is daar een lijn in te trekken? Zijn universiteitsstudenten denkers en VDAB-cursisten per definitie doeners? Ik heb mijn cursisten (15-85 jaar oud) gevraagd de leerstijlentest van Toll Net af te leggen: http://www.learn-the-e-way.be/e-learner/elearnereleerstijl.htm http://www.123test.nl/leerstijl/ Aantal geteste cursisten : 26 Resultaten zijn niet coherent, niet op leeftijd, niet op leerstijl, niet op beroep noch op opleiding…

19. Postgraduaat E-Learning & Digitale Didactiek E-Learning Rudi Helven Leerkracht ICT en E-learning CVOHZ Leerstijlen Kolb Vermunt en de anderen Conclusie Er is een mix van leerstijlen zoals te verwachten was, de correlatie met leeftijd, vooropleiding en beroep is met een onderzoek op deze kleine schaal niet uit te maken. Opvallend in mijn organisatie is de diversiteit van leerstijlen in een zeer heterogene groep cursisten, typerend voor het volwassenenonderwijs. Ik vermoed als je deze test maakt met de leerkrachten dat we ook deze mix zullen krijgen, aangezien de leeftijd, vooropleiding en beroep ook erg verschillen, we hebben metsers, koks, ingenieurs en architecten binnen onze groep leerkrachten ... Ik denk dat de leerstijlentest vooral voor jezelf belangrijk is zodat je weet hoe je zelf leert en welke technieken bij jou het best uitpakken ... introspectie en zelf evaluatie lijkt me aangewezen, omdat de waarde van de leerstijlen en de testen ter discussie ligt ...

20. Postgraduaat E-Learning & Digitale Didactiek E-Learning Rudi Helven Leerkracht ICT en E-learning CVOHZ Multimedia theorie De multimedia theorie gaat in essentie over meerkanaals leren en de manier waarop via tekst beeld en geluid kan geleerd worden. Er zijn een aantal principes waaraan je je best houdt als je interactief elektronische leermaterialen aanmaakt, deze zijn gebaseerd op de wetenschappelijke bevindingen van Mayer, Baddeley, Paivio en Sweller.

21. Postgraduaat E-Learning & Digitale Didactiek E-Learning Rudi Helven Leerkracht ICT en E-learning CVOHZ Multimedia theorie Algemeen gesteld, stelt de psycholoog Richard E. Mayer met zijn theorie dat multimedia-instructie verbale en visuele mentale voorstellingen stimuleert, die geïntegreerd kunnen worden met de beschikbare voorkennis, waardoor nieuwe kennis geconstrueerd wordt.

22. Postgraduaat E-Learning & Digitale Didactiek E-Learning Rudi Helven Leerkracht ICT en E-learning CVOHZ Multimedia theorie Het SOI model Het SOI-model van R.E.Mayer is terug te voeren onder de noemer van het constructivisme. Constructivistisch leren hangt af van het activeren van verschillende cognitieve processen bij de lerende tijdens het leren. Deze processen zijn het selecteren van relevante informatie, het organiseren van binnenkomende informatie en het integreren van nieuwe informatie binnen het geheel van reeds aanwezige kennis en informatie. Mayer verwijst met zijn SOI-model naar deze drie cruciale stappen in het proces van constructivistisch leren. De S staat voor selecting, het selecteren van relevante binnenkomende informatie; de O staat voor organizing, het organiseren van de binnenkomende informatie; de I staat voor integrating, het integreren van nieuwe informatie en kennis binnen het geheel van reeds aanwezige kennis bij de lerende.

23. Postgraduaat E-Learning & Digitale Didactiek E-Learning Rudi Helven Leerkracht ICT en E-learning CVOHZ Multimedia theorie Het SOI model

24. Postgraduaat E-Learning & Digitale Didactiek E-Learning In zijn Cognitive theory of multimedia learning haalt Mayer aan dat het menselijke werkgeheugen bestaat uit auditieve en visuele kanalen. De informatie die via onze ogen binnenkomt, bijvoorbeeld illustraties, video of tekst zal verwerkt worden door het visuele kanaal. Wanneer de informatie onze oren treft via een vertelling of geluiden, dan zal deze verwerkt worden door het auditieve kanaal. Mayer baseert zich hiervoor op de meest bekende Theorie over het Werkgeheugen, namelijk die van A.D. Baddeley en J.G. Hitch . Het model van het werkgeheugen dat Baddeley en Hitch ontwikkelden, spreekt niet over één type van werkgeheugen, want volgens hen is het werkgeheugen opgedeeld in drie soorten geheugen en een centrale verwerker. De drie soorten geheugen zijn de 'phonological loop', het 'visuo-spatial sketchpad' en de 'episodic buffer'. Deze drie componenten worden ook wel de 'slave systems' genoemd, omdat ze ondergeschikt zijn aan de 'central executive'. Rudi Helven Leerkracht ICT en E-learning CVOHZ Multimedia theorie Werkgeheugen van Baddeley

25. Postgraduaat E-Learning & Digitale Didactiek E-Learning Rudi Helven Leerkracht ICT en E-learning CVOHZ Multimedia theorie Dual Coding theorie van Paivio De Dual-Coding Theorie van Paivio wordt voorgesteld als een algemene theoretische verklaring voor het leren bij lezen. Volgens deze theorie, een variant van de multipele semantische-systeem benadering, worden concrete woorden geassocieerd met informatie opgeslagen in zowel een verbaal ‘linguïstisch’ semantisch systeem als in een non-verbaal ‘beeldend’ ( “imagistic”) semantisch systeem. Abstracte woorden worden primair geassocieerd met informatie opgeslagen in het linguïstische systeem. Een concreet woord activeert initieel linguïstische informatie maar kort hierna begint het ook beeldende informatie te activeren via referentiële links die de linguïstische en beeldende systemen verbinden. Abstracte woorden hebben echter geen of weinig referentiële verbindingen tussen beide systemen en activeren hoofdzakelijk linguïstische representaties.

26. Postgraduaat E-Learning & Digitale Didactiek E-Learning Rudi Helven Leerkracht ICT en E-learning CVOHZ Multimedia theorie Cognitive Load theorie van Sweller Aan de basis van de Cognitive Load Theory ligt het werk van G.A. Miller. Miller was een van de eerste onderzoekers die er op wees dat de capaciteit en de duur van het werkgeheugen beperkt was. Zo stelde hij vast dat de mens slechts in staat was om informatie van zeven plus of min twee cijfers in het kortetermijngeheugen bij te houden. De cognitive load theorie wordt vooral gebruikt om duidelijk te maken hoe mensen kennis verwerven. Sweller stelt immers dat mensen in staat zijn om optimaal te leren wanneer de druk (load?) op het werkgeheugen tot een minimum wordt herleid. Op deze manier kunnen de veranderingen in het langetermijngeheugen immers op een gemakkelijkere manier verlopen. De term Cognitive Load verwijst immers naar de lading/druk op het werkgeheugen tijdens het probleemoplossend denken en redeneren. Een belangrijk aspect van de Cognitive Load Theroy is dus de relatie tussen het langetermijn- en het kortetermijngeheugen, ook wel het werkgeheugen genoemd.

27. Postgraduaat E-Learning & Digitale Didactiek E-Learning Rudi Helven Leerkracht ICT en E-learning CVOHZ Multimedia theorie Cognitive multimedia theorie De cognitivistische visie stelt dat cursisten bij het leerproces schema's bouwen die bewaard worden in het lange termijn geheugen. Deze schema's worden modellen, mentale schema's of interne structuren genoemd. Er zijn 3 processen actief bij het bouwen van deze schema's: • selectieprocessen • organisatieprocessen • integratieprocessen In het selectieproces kiest de cursist relevante informatie op basis van het aanbod, de presentatie en de aanwezige voorkennis. Deze nieuwe kennis wordt georganiseerd. Daarna wordt de nieuwe kennis gekoppeld aan de reeds aanwezige kennis waarbij de bestaande en de nieuwe kennis opnieuw wordt geörganiseerd. In dit leerproces is de multimedia component zeer belangrijk.

28. Postgraduaat E-Learning & Digitale Didactiek E-Learning Rudi Helven Leerkracht ICT en E-learning CVOHZ Multimedia theorie Assumpties van de Cognitive multimedia theorie Dual channel assumptie Paivio, Baddeley en Neath stellen dat we via twee aparte kanalen informatie verwerken: • beelden die we via de ogen waarnemen en in het visuele kanaal tot mentale modellen verwerkt worden • informatie die via de oren en het auditieve kanaal verwerkt worden tot mentale modellen

29. Postgraduaat E-Learning & Digitale Didactiek E-Learning Rudi Helven Leerkracht ICT en E-learning CVOHZ Multimedia theorie Assumpties van de Cognitive multimedia theorie Limited capacity assumptie Deze aanname stelt dat iedereen een beperkte hoeveelheid informatie in het werkgeheugen kan vasthouden. De vastgehouden informatie is slechts een klein deel van de aangeboden of waargenomen informatie. Bij het ontwerpen van leermaterialen moet hiermee rekening worden gehouden. Enkel materiaal aanbieden via één kanaal maakt dat het tweede kanaal genegeerd wordt. Teveel tekst remt af, teveel beelden remmen af !

30. Postgraduaat E-Learning & Digitale Didactiek E-Learning Rudi Helven Leerkracht ICT en E-learning CVOHZ Multimedia theorie Assumpties van de Cognitive multimedia theorie Active processing assumptie Deze denkwijze gaat ervan uit dat lerenden spontaan en actief informatie verwerken tot een samenhangend geheel van schema's of mentale modellen. Men gaat er dus van uit dat de informatie op basis van eigen ervaringen geselecteerd georganiseerd en geïntegreerd wordt met de reeds aanwezige kennis.

31. Postgraduaat E-Learning & Digitale Didactiek E-Learning Rudi Helven Leerkracht ICT en E-learning CVOHZ Multimedia theorie 7 ontwerp principes voor e-materialen 1 het multimedia principe Volgens dit principe leren cursisten beter van woorden (tekst) gecombineerd met beeldmateriaal dan van tekst alleen (beperkter mentaal model).

32. Postgraduaat E-Learning & Digitale Didactiek E-Learning Rudi Helven Leerkracht ICT en E-learning CVOHZ Multimedia theorie 7 ontwerp principes voor e-materialen 2 het spatial contiguity principe Cursisten blijken beter te leren wanneer de afstand tussen tekst en beeld kleiner is, dus dicht bij elkaar op een computerscherm geprojecteerd wordt. Dit is economisch zeker een voordeel. Maar gaan we dan de tekst en het beeld van mekaar scheiden (links rechts opdeling) of de tekst integreren in het beeld. Integratie blijkt betere resultaten op te leveren omdat bij mekaar horende elementen ook vlakbij mekaar te vinden zijn. Zelf actief bij elkaar horende elementen opsporen belast het werkgeheugen onnodig. Dit veroorzaakt cognitieve load en belemmert de opbouw van mentale modellen.

33. Postgraduaat E-Learning & Digitale Didactiek E-Learning Rudi Helven Leerkracht ICT en E-learning CVOHZ Multimedia theorie 7 ontwerp principes voor e-materialen 3 het temporal contiguity principe Dit principe stelt dat cursisten beter leren wanneer tekst en beeld simultaan wordt aangeboden dan wanneer er een tijdspanne tussen tekst en beeld bestaat. Gelijk aanbieden van beeld en tekst vermindert de belasting van het werkgeheugen. Er kunnen sneller relaties gelegd worden tussen de presentaties. De mentale modellen zijn efficiënter.

34. Postgraduaat E-Learning & Digitale Didactiek E-Learning Rudi Helven Leerkracht ICT en E-learning CVOHZ Multimedia theorie 7 ontwerp principes voor e-materialen 4 het coherentieprincipe Dit principe stelt dat je overbodig materiaal niet moet aanbieden. Leren wordt gehinderd door irrelevante informatie of door interessante maar niet relevante informatie ! Laat dus onnodige achtergrondgeluiden tekst beelden of muziek weg. Hou de presentatie "to the point".

35. Postgraduaat E-Learning & Digitale Didactiek E-Learning Rudi Helven Leerkracht ICT en E-learning CVOHZ Multimedia theorie 7 ontwerp principes voor e-materialen 5 het modaliteitsprincipe De cognitieve verwerkingscapaciteit is groter wanneer zowel visuele als auditieve informatie wordt aangeboden en verwerkt. Dit principe stelt dat cursisten beter leren van beelden/animatie met geluid dan van beelden/animatie met on-screen afgedrukte tekst. Cursisten leren in multimedia presentaties beter wanneer ze een gesproken tekst horen en verwerken (beide cognitieve verwerkingskanalen worden gebruikt of anders gezegd oren en ogen worden gebruikt) dan wanneer ze naast een beeld/animatie een gedrukte tekst te lezen krijgen. Een animatie met onscreen tekst en audio is ideaal. Voorbeeld een YouTube instructie filmpje !

36. Postgraduaat E-Learning & Digitale Didactiek E-Learning Rudi Helven Leerkracht ICT en E-learning CVOHZ Multimedia theorie 7 ontwerp principes voor e-materialen 6 het redundantieprincipe Eliminatie van extra en overbodig materiaal resulteert in beter presteren en leren. Cursisten leren beter van animatie met geluid dan van animatie met geluid en tekst ! De dual channel assumptie kan dit verklaren. Wanneer een animatie en een tekst tegelijkertijd worden aangeboden kan dit overload veroorzaken in het visuele kanaal in het werkgeheugen. De limited capacity aanname stelt dat door toevoegen van gedrukte tekst de cognitieve load in het visuele kanaal te groot wordt. Voorzie dus geen on-screen gedrukte tekst als deze al auditief wordt aangeboden !

37. Postgraduaat E-Learning & Digitale Didactiek E-Learning Rudi Helven Leerkracht ICT en E-learning CVOHZ Multimedia theorie 7 ontwerp principes voor e-materialen 7 het principe van de individuele verschillen De vorige 6 principes werken sterker bij cursisten met weinig voorkennis en een groter ruimtelijk inzicht. Cursisten met veel voorkennis kunnen tekorten in multimedia presentaties aanvullen met reeds aanwezige mentale modellen. Deze mogelijkheden bezitten cursisten met een lage voorkennis niet. Ook cursisten met een goed ontwikkeld ruimtelijk inzicht bezitten deze compensatiemogelijkheid. Dit houdt ook in dat als we leermaterialen ontwikkelen we rekening houden met de kenmerken van de doelgroep. Hierin is de voorkennis van belang: • optie 1 leermaterialen worden aangepast aan de cursist • optie 2 de cursist kan kiezen tussen tekst, geluid, beeld of video • optie er wordt een vooropleiding gegeven om voorwaardelijke kennis en vaardigheden aan te brengen

38. Postgraduaat E-Learning & Digitale Didactiek E-Learning Rudi Helven Leerkracht ICT en E-learning CVOHZ Multimedia theorie Welke materialen dienen aangeboden te worden Je kan klassieke cursusmaterialen aanbieden in de klassieke vorm, ik denk dan aan Word documenten maar wel in het oudste bestandsformaat (doc), identiek voor Excel rekenbladen en presentaties (denk ook aan slideshare). Afbeeldingen die cross browser compatiebel moeten zijn bied je best als jpg aan, video als streaming video via het YouTube of Teacher Tube kanaal.

39. Postgraduaat E-Learning & Digitale Didactiek E-Learning Rudi Helven Leerkracht ICT en E-learning CVOHZ Multimedia theorie Welke vormen kunnen ze aannemen ? Liefst online sharing ... op deze manier dienen cursisten zelf geen extra software op de PC/Mac/Linux machine te installeren. Welke multimedia principes kunnen toegepast worden ? De 7 principes hierboven uitgelegd. Zijn web 2.0 alternatieven haalbaar ? Er zijn ontelbare web 2.0 alternatieven beschikbaar, bekijk de REN Vlaanderen digitale folder.

40. Postgraduaat E-Learning & Digitale Didactiek E-Learning Rudi Helven Leerkracht ICT en E-learning CVOHZ Multimedia theorie Games of simulaties Je kan games educatief gebruiken bijvoorbeeld een kinderspel om de kledingstukken te leren benoemen in een taalklas. Welke multimediaprincipes werden gerealiseerd ? In onze school maken we gebruik van het Moodle interactief leerplatform. Er worden multimedia bronnen en activiteiten aangeboden die rekening houden met deze principes... Expertise/budget ? We beschikken over een grote Open Source en gratis software expertise alsook kennis van een groot aantal web 2.0 websites en diensten die educatief kunnen gebruikt worden. Actief gebruiken we bijvoorbeeld het YouTube kanaal, Mindome en Slideshare.

41. Postgraduaat E-Learning & Digitale Didactiek E-Learning Rudi Helven Leerkracht ICT en E-learning CVOHZ Multimedia theorie Belang van motivatieprincipe Als leerkracht dien je gemotiveerd over te komen. Tevens moet je er ook voor zorgen dat je leerlingen gemotiveerd zijn. Dit is niet altijd evident en vele leerkrachten slagen hier niet altijd in. Je kan leerlingen op verschillende manieren motiveren. Belangrijke aandachtspunten zijn: breng een gezonde dosis humor in je les, wees spontaan, laat de leerlingen voldoende ontspannen en geef hen de nodige rustpauzes. De leerlingen willen graag actief bezig zijn, ze willen betrokken zijn en willen zoveel mogelijk beweging. Zorg dus voor wat beweging, begin met iets attractiefs, start met een probleem…sluit aan bij je leerlingen … sluit aan bij de verschillen van je leerlingen … tempo … niveau … instructies op maat …laat de leerlingen zelf initiatieven nemen, keuzes maken, zelf de richting bepalen … blijf bij de realiteit of de werkelijkheid (les over verkeersborden ga op straat)

42. Postgraduaat E-Learning & Digitale Didactiek E-Learning Rudi Helven Leerkracht ICT en E-learning CVOHZ Multimedia theorie Het activiteitsprincipe. Activiteiten van de cursist, het laten werken met de aangeboden leerstof bevordert het leren. Leren is een actief proces waarbij de cursist de leerstof bekijkt, analyseert, door elkaar gooit, in stukjes hakt en in verband brengt met dingen die hij/zij al weet. Het gaat om de volgende activiteiten: samenvattingen maken, leerstof schematiseren, structuur aanbrengen, vragen beantwoorden, opdrachten maken.

43. Postgraduaat E-Learning & Digitale Didactiek E-Learning Bedankt ! Rudi Rudi Helven Leerkracht ICT en E-learning CVOHZ