VRP-congres 2014_Infrastructuur, participatie en draagvlak. David StevensEls Brouwers
Mobiliteitsinfrastructuur en stadsontwikkeling zijn in de dagelijkse praktijk nog al te vaak twee verschillende werelden. Een meer geïntegreerde aanpak en attitude zijn nodig. Met het congres ‘Infrastructuur in de stad’ (12 mei 2014, Antwerpen) willen de Vlaamse Vereniging voor Ruimte en Planning (VRP) en het Urban Studies Institute (USI) van de Universiteit Antwerpen aantonen dat het anders kan. Het congres ontleedt de complexiteit van infrastructuurprojecten vanuit verschillende disciplines om zo meer aandacht te vragen voor zowel het project als het proces.
De Nederlandse gemeenten ontkomen er de komende jaren niet aan om samen te werken.
Het kabinet zal gemeenten daartoe linksom of rechtsom dwingen
Het is daarom goed dat de gemeenten zelf het initiatief nemen
Een zorgvuldig proces is essentieel over (1) de wens om samen te werken, (2) het besluit om samen te gaan werken, (3) de uitwerking leidend tot de beslissing over de samenwerkings-vorm en de realisatie ervan.
Uit de praktijk blijkt dat een zorgvuldige voorbereiding zichzelf terugverdient in een snelle(re) realisatie
VRP-congres 2014_Infrastructuur, participatie en draagvlak. David StevensEls Brouwers
Mobiliteitsinfrastructuur en stadsontwikkeling zijn in de dagelijkse praktijk nog al te vaak twee verschillende werelden. Een meer geïntegreerde aanpak en attitude zijn nodig. Met het congres ‘Infrastructuur in de stad’ (12 mei 2014, Antwerpen) willen de Vlaamse Vereniging voor Ruimte en Planning (VRP) en het Urban Studies Institute (USI) van de Universiteit Antwerpen aantonen dat het anders kan. Het congres ontleedt de complexiteit van infrastructuurprojecten vanuit verschillende disciplines om zo meer aandacht te vragen voor zowel het project als het proces.
De Nederlandse gemeenten ontkomen er de komende jaren niet aan om samen te werken.
Het kabinet zal gemeenten daartoe linksom of rechtsom dwingen
Het is daarom goed dat de gemeenten zelf het initiatief nemen
Een zorgvuldig proces is essentieel over (1) de wens om samen te werken, (2) het besluit om samen te gaan werken, (3) de uitwerking leidend tot de beslissing over de samenwerkings-vorm en de realisatie ervan.
Uit de praktijk blijkt dat een zorgvuldige voorbereiding zichzelf terugverdient in een snelle(re) realisatie
Wanneer werkt participatie? Een ontwikkelmodel voor inspraak en interactieBart Litjens
Interactie met de samenleving scoort hoog bij gemeenten. Het bestuur wil inspraak, interactieve
beleidsvorming, overleg, samenwerking en zelfs ‘de stad teruggeven aan de burger’. De burger moet
kunnen bijdragen aan beslissingen die hem direct of indirect aangaan, vinden gemeenten. Toch
blijft de praktijk van participatie weerbarstig.
Gemeenten worstelen met de vraag hoe je de inbreng van burgers mee laat tellen bij beleid. ‘Draagvlak voor beleid’ klinkt vaak goed als doelstelling. Maar het blijft nogal een eenzijdige wens; niet de
bijdrage van de burger staat voorop, maar het beleid van de gemeente. De overheid kijkt toch vaak
over de burgers heen in plaats van recht in hun ogen.
Gemeenten willen participatie van de burger. Ze weten wel dat zichtbaar en open lokaal bestuur niet
gemaakt wordt met af en toe een meedenkavond. Participatie werkt pas vanuit een duurzame relatie. Het gaat over wederzijds vertrouwen. Maar hoe creëer je dat? Hoe schep je ruimte voor initiatief
en verantwoordelijkheden van burgers? Hoe betrek je burgers, bedrijven en instellingen constructief
en steeds weer bij beleidskeuzes? En waarom geven inspraakprocedures zo weinig energie en leiden
ze maar zelden tot nieuwe inzichten?
Kortom, wanneer werkt participatie?
Folder meedoen met vervolgacties regel die burgerinitiatievenMark Verhijde
Deze folder bevat het overzicht aan vervolgacties uit het rapport Regel die Burgerinitiatieven, het BZK-onderzoek dat Maarten Bosman (M.Bosman BV) en ik gehouden hebben in 2013. De vervolgacties starten in 2014 en lopen door tot 2016.
Projectcommunicatie als sleutel tot een geslaagd project (artikel in Projectie)Springfish
Hoe zorg je voor betrokkenheid bij je projecten en voorkom je ‘verander-moeheid’? Met de juiste projectcommunicatie bereik je meer bij de stakeholders.
Omgevingswet ambitieraam - royal haskoning dhvBert Groffen
Inzicht in ambitie geeft richting aan de implementatie van de Omgevingswet. Dit ambitieraam helpt raadsleden om het gesprek over ambitie met elkaar aan te gaan. Vanuit dat gesprek kan richting bepaald worden. Daarbij gaat het niet om hoog of laag, goed of fout. Het gaat om het goede gesprek.
Ouderenzorg, onze zorg?; impressie van socratische dialoog in publieke ruimteCreathos bv
In februari 2015 organiseerden wij, drie liefhebbers van het socratische gesprek, een publieke dialoog. Het thema was ouderen zorg. Met een gemêleerd gezelschap onderzochten we dit actuele en complexe thema.
Os recursos energéticos incluem fontes de energia como petróleo, carvão e gás natural, que podem ser explorados para produzir energia. Estes recursos são finitos e não renováveis, o que significa que suas reservas um dia serão esgotadas se continuarmos a utilizá-los ao ritmo atual. Devemos buscar fontes de energia renováveis como a solar, eólica e hidrelétrica para garantir o suprimento de energia de forma sustentável para as futuras gerações.
What have you learnt about technologies from the process of constructing this...iduce20
Through creating a media product, the student learned to use several technologies. The student gained experience using Blogger to upload work chronologically, embed YouTube videos, and add images and text. They also learned to upload videos to YouTube, export videos from iMovie and QuickTime to YouTube, and record computer screens using QuickTime. Additionally, the student used Photoshop for the first time to create all elements of their music magazine, finding it easy to insert images, text, and adjust layers. A survey tool called Survey Monkey was also used to conduct market research.
Dokumen tersebut membahas bahaya merokok bagi ibu hamil dan bayinya. Merokok selama kehamilan dapat menyebabkan berbagai risiko kesehatan bagi ibu dan bayi, seperti gangguan pertumbuhan janin, kelahiran prematur, berat badan lahir rendah, dan kecacatan. Dokumen ini juga menyarankan agar ibu hamil berhenti merokok untuk kesehatan dirinya dan janinnya.
Wanneer werkt participatie? Een ontwikkelmodel voor inspraak en interactieBart Litjens
Interactie met de samenleving scoort hoog bij gemeenten. Het bestuur wil inspraak, interactieve
beleidsvorming, overleg, samenwerking en zelfs ‘de stad teruggeven aan de burger’. De burger moet
kunnen bijdragen aan beslissingen die hem direct of indirect aangaan, vinden gemeenten. Toch
blijft de praktijk van participatie weerbarstig.
Gemeenten worstelen met de vraag hoe je de inbreng van burgers mee laat tellen bij beleid. ‘Draagvlak voor beleid’ klinkt vaak goed als doelstelling. Maar het blijft nogal een eenzijdige wens; niet de
bijdrage van de burger staat voorop, maar het beleid van de gemeente. De overheid kijkt toch vaak
over de burgers heen in plaats van recht in hun ogen.
Gemeenten willen participatie van de burger. Ze weten wel dat zichtbaar en open lokaal bestuur niet
gemaakt wordt met af en toe een meedenkavond. Participatie werkt pas vanuit een duurzame relatie. Het gaat over wederzijds vertrouwen. Maar hoe creëer je dat? Hoe schep je ruimte voor initiatief
en verantwoordelijkheden van burgers? Hoe betrek je burgers, bedrijven en instellingen constructief
en steeds weer bij beleidskeuzes? En waarom geven inspraakprocedures zo weinig energie en leiden
ze maar zelden tot nieuwe inzichten?
Kortom, wanneer werkt participatie?
Folder meedoen met vervolgacties regel die burgerinitiatievenMark Verhijde
Deze folder bevat het overzicht aan vervolgacties uit het rapport Regel die Burgerinitiatieven, het BZK-onderzoek dat Maarten Bosman (M.Bosman BV) en ik gehouden hebben in 2013. De vervolgacties starten in 2014 en lopen door tot 2016.
Projectcommunicatie als sleutel tot een geslaagd project (artikel in Projectie)Springfish
Hoe zorg je voor betrokkenheid bij je projecten en voorkom je ‘verander-moeheid’? Met de juiste projectcommunicatie bereik je meer bij de stakeholders.
Omgevingswet ambitieraam - royal haskoning dhvBert Groffen
Inzicht in ambitie geeft richting aan de implementatie van de Omgevingswet. Dit ambitieraam helpt raadsleden om het gesprek over ambitie met elkaar aan te gaan. Vanuit dat gesprek kan richting bepaald worden. Daarbij gaat het niet om hoog of laag, goed of fout. Het gaat om het goede gesprek.
Ouderenzorg, onze zorg?; impressie van socratische dialoog in publieke ruimteCreathos bv
In februari 2015 organiseerden wij, drie liefhebbers van het socratische gesprek, een publieke dialoog. Het thema was ouderen zorg. Met een gemêleerd gezelschap onderzochten we dit actuele en complexe thema.
Os recursos energéticos incluem fontes de energia como petróleo, carvão e gás natural, que podem ser explorados para produzir energia. Estes recursos são finitos e não renováveis, o que significa que suas reservas um dia serão esgotadas se continuarmos a utilizá-los ao ritmo atual. Devemos buscar fontes de energia renováveis como a solar, eólica e hidrelétrica para garantir o suprimento de energia de forma sustentável para as futuras gerações.
What have you learnt about technologies from the process of constructing this...iduce20
Through creating a media product, the student learned to use several technologies. The student gained experience using Blogger to upload work chronologically, embed YouTube videos, and add images and text. They also learned to upload videos to YouTube, export videos from iMovie and QuickTime to YouTube, and record computer screens using QuickTime. Additionally, the student used Photoshop for the first time to create all elements of their music magazine, finding it easy to insert images, text, and adjust layers. A survey tool called Survey Monkey was also used to conduct market research.
Dokumen tersebut membahas bahaya merokok bagi ibu hamil dan bayinya. Merokok selama kehamilan dapat menyebabkan berbagai risiko kesehatan bagi ibu dan bayi, seperti gangguan pertumbuhan janin, kelahiran prematur, berat badan lahir rendah, dan kecacatan. Dokumen ini juga menyarankan agar ibu hamil berhenti merokok untuk kesehatan dirinya dan janinnya.
This document is an analysis of a magazine review page for a film. It follows conventions of magazine reviews through its use of a headline, column layout, film still, star rating, and information about the filmmaker and release date. Elements like the logo, date, and page number also conform to typical magazine style. The review aims to promote the film and attract readers to go see it through visuals and text that make the film appealing.
The student is instructed to construct an interactive notebook on the digestive system with 7 stapled pages of binder paper covering the front. The cover should include the chapter title, name, and color drawing. Each page will be numbered and include notes on the overview and components of the digestive system, including the digestive tract, accessory organs, and their functions. The notes will also cover the main activities of the digestive system: ingestion, mechanical and chemical digestion, movements, absorption, and elimination.
The document defines sexual orientation as an enduring pattern of emotional, romantic, and/or sexual attractions to men, women, or both sexes. It is traditionally defined as heterosexuality, homosexuality, and bisexuality, with asexuality as a possible fourth category. The document also states that most people experience little to no choice in their sexual orientation, and that efforts to change orientation are unlikely to be successful. Biological factors like genetics, prenatal hormone levels, and birth order may influence sexual orientation.
This document provides an overview of career opportunities in early childhood education (ECE), including child care, preschool teaching, elementary school teaching, education administration, and specialty teaching. It outlines the typical job duties, education requirements, and short-term and long-term career goals for several ECE roles. These include obtaining an associate's degree, bachelor's degree, teaching license, hands-on classroom experience, and ultimately becoming an early childhood educator.
The document discusses how the media product uses and develops conventions of real media forms. Specifically:
- The poster uses conventions like a triangular layout and credits block. Feedback said it looked professional.
- The film uses similar shot types to documentaries but develops them by adding direct address. Location shots are incorporated differently.
- Titles are developed to stand out more. Magazine reviews follow conventions but titles and bold text are developed.
- A film strap line challenges conventions by using a different color scheme for professionalism. Conventions are used, developed, and challenged for authenticity and to catch viewers' attention.
The document discusses the geologic time scale, which divides Earth's history into eons, eras, and periods based on changes in the fossil record found in different rock layers. Scientists use radiometric dating to determine the ages of each rock layer and develop a timeline of life on Earth from single-celled organisms in the Precambrian to mammals becoming dominant in the Cenozoic era.
Deze presentatie behandelt de rol van communicatie bij het opstellen van omgevingsvisie en omgevingsplannen in de nieuwe situatie van de Omgevingswet. Daarbij wordt ingegaan op de niveaus van participatie in de verschillende fasen van planvorming. Toegelicht met een case: visieontwikkeling Zuidas.
Een breed draagvlak is meer dan ooit een kernvoorwaarde
om een beleid, project of idee duurzaam
vorm te geven. Burgers, medewerkers en
klanten eisen terecht en steeds nadrukkelijker
hun plek op bij beslissingsprocessen. Voldoende
aandacht voor inspraak en participatie is dus absoluut
noodzakelijk om te bouwen aan een sterk
draagvlak. Maar er is meer nodig! Het vergt communicatievaardigheden
en een uitstekend people
management. Bart Derwael reikt je de bouwstenen
voor succesvolle draagvlakcreatie in een
logisch en helder 10-stappenplan.
Het project ‘Doen & laten brengt je thuis’ is een vijftien maanden durend project van het Utrechtse samenwerkingsverband van cliëntenorganisaties De Achterkant.
Doen & laten is een nieuwe cliëntgestuurde werkwijze om mensen uit de wijk op eigen kracht te laten wonen en participeren als burger in drie Utrechtse wijken. Ervaringscoaches organiseren ontmoetingsmogelijkheden voor mensen die een steuntje in de rug kunnen gebruiken bij het zelfstandig wonen. Dit om sociaal isolement te doorbreken. Indien gewenst, coachen of ondersteunen ze ook individuele personen.
De impact van het project is in beeld gebracht. Bevindingen:
• Impactratio – algemeen : 2.76.
• Impactratio – gemeente : 2.01.
• 44,7% van de impact komt ten goede aan de formele circuits in de domeinen zorg en welzijn.
Deze waarde wordt gevormd doordat zorg en welzijn profiteren van de additionele inzet van
ervaringscoaches waardoor het bereik wordt vergroot, bruggen tussen de formele en informele
circuits worden geslagen en wederzijds wordt geleerd.
• De waardecreatie ten gunste van formele aanbieders is additioneel aan de vigerende praktijken.
Als op grond van deze impactanalyse wordt besloten de beschikbare budgetten in formele circuits te verminderen, worden de hier gepresenteerde bevindingen misbruikt.
Onderzoek armoedebeleid gemeente GroningenBart Litjens
Evaluatie voor de Rekenkamercommissie Groningen naar het gemeentelijk armoedebeleid.
In de evaluatie staan de cliënten van de gemeente centraal. Wat merken zij van het armoedebeleid? Sluit de gemeente aan op hun situatie en leidt dit tot maatwerk?
Kernconclusie: Het armoedebeleid van Groningen is actiegericht . In goede samenwerking met
partners uit de samenleving wordt uitvoering gegeven aan een groot aantal projecten en regelingen. De gemeente zet actief in op het verbeteren van de communicatie om er voor te zorgen dat minima hier ook gebruik van maken. Wanneer in de uitvoering een nieuwe behoefte wordt ontdekt, speelt de gemeente hier op in.Tegelijkertijd is zichtbaar da t de uitvoering aanbodgericht is. Huishoudens kunnen bij verschillende ‘aanbieders’ langs gaan voor regelingen en projecten, zonder dat er één
aanbieder is die het overzicht houdt, de gezinssituatie goed in kaart brengt en een aanbod op maat organiseert. Ook op politiek-bestuurlijk niveau is veel aandacht voor de uitvoeringspraktijk. Het ontbreekt aan helderheid over wat nu eigenlijk de met het beleid beoogde maatschappelijke effecten zijn en in hoeverre deze gerealiseerd worden. Dit wordt mede veroorzaakt door gebrekkig zicht op de doelgroep en de maatschappelijke opgave bij verschillende subdoelgroepen.
Civic crowdfunding, maatschappelijk crowdfunding, voor de Democratic Challenge. Met welke pivots werkten wij de afgelopen jaar en welke nieuwe aannames hebben wij gedaan om het beleid als Start-up verder vorm te geven
1. Participedia
Is een site van de gemeente Utrecht waar
de gemeente haar kennis en ervaringen
bij participatieprojecten op deelt.
2. Wat vind je op Participedia?
De Utrechtse Participatiestandaard: handvat in vijf
stappen.
1. De Utrechtse werkafspraken: participatieparagraaf bij
bestuursadviezen en meer.
2. Overzicht van participatiemiddelen die bij Utrechtse
projecten zijn gebruikt (inclusief tips).
3. Greep uit Utrechtse participatieprojecten (inclusief
contactpersoon, documenten en tips).
4. Forum (vraagbaak): voor reacties op de Participedia en
tips waar ambtenaren wat aan kunnen hebben.
5. De Participatiewizard: hulpmiddel om snel het (globale)
niveau van participatie te bepalen voor je project.
Onder participatie verstaat de gemeente ‘het in een zo
vroeg mogelijk stadium betrekken van bewoners en
andere belanghebbenden bij beleidsvoorbereiding, -
ontwikkeling, -uitvoering, of -valuatie.’
3. De participatiestandaard:
Is de leidraad voor ambtenaren die zij volgen in
hun verantwoordelijkheid bij beleid en projecten.
De standaard levert maatwerk per project maar
zorgt ook voor verbetering van de kwaliteit van de
participatie en voor standaardisering.
Bij elk project houdt een ambtenaar zich dan ook
vast aan de vijf stappen die de
participatiestandaard aangeeft. Door middel van
deze standaard kan een ambtenaar erachter
komen in welke mate en wanneer bewoners
betrokken moeten worden bij een project.
4. De vijf stappen voor een ambtenaar
zijn:
Maak een krachtenveldanalyse
Bepaal het niveau van participatie
(informeren, raadplegen, adviseren en co-
produceren)
Bepaal de actoren met bijbehorende boodschap
Maak een kalender (planning)
Bepaal welke participatiemiddelen en methoden
je gaat inzetten
6. 2. Bepaal het niveau van participatie
Bepaal het globale participatieniveau van het project of
beleidsontwikkeling. De Utrechtse Participatiestandaard
onderscheidt vier niveaus van participatie: informeren,
raadplegen, adviseren en co-produceren.
6
4
2 1
3
2 2
0
3
1
Dit wordt verderop in de presentatie verder uitgelegd
7. 3. Bepaal de actoren met
bijbehorende kernboodschap
Bepaal aan de hand van de uitkomst van de krachtenveldanalyse
met welke actoren het participatietraject
wordt doorlopen. In principe geldt voor deze actoren
het eerder bepaalde participatieniveau, maar het kan
natuurlijk zijn dat een specifieke doelgroep meer of
minder invloed krijgt in het project dan het overall-beeld
weergeeft. Zo kan bijvoorbeeld de wijkraad toch om een
advies gevraagd worden als het globale participatieniveau
‘informeren’ is.
Formuleer per actor de kernboodschap.
8. 4. Maak een kalender
Maak een planning op basis van de fasen van je project.
vraag bewoners en belanghebbenden om input op
de momenten, waarop hun inbreng nog het best kan
worden meegenomen. De ene fase leent zich meer voor
participatie dan de andere. Bepaal uit welke fasen je
project bestaat en in welke je je bevindt: initiatieffase,
definitiefase, ontwerpfase, voorbereidingsfase, uitvoering.
Wijkraden wordt altijd gevraagd in de eerste fasen van
project of beleidsvoorbereiding mee te denken of te
adviseren. Zorg er ook voor dat je in de initiatieffase al
duidelijk hebt of inspraak wettelijk verplicht is en als
dat niet het geval is of er toch tot inspraak moet worden
besloten.
9. 5. Bepaal welke participatiemiddelen
en methoden je gaat inzetten
Als de actoren bepaald zijn en de kalender is opgemaakt,
kies je de participatiemiddelen. De wens van
bewoners en bestuur om belanghebbenden meer te
betrekken betekent ook wat voor de middelen. Naast
de traditionele middelen (zoals wijkbericht, consultatieavond
en klankbordgroep) kun je ook denken aan meer
vernieuwende middelen, zoals internetpanel, een digitaal
debat of een sociale media om andere doelgroepen
te bereiken en meer opbrengst te krijgen.
11. A
Bij ieder bestuursadvies en raadsvoorstel voeg
je een participatieparagraaf toe. Hierin vermeld je
afhankelijk van de fase waarin het project zich
bevindt
de voornemens op het gebied van participatie
of de resultaten van de participatie en wat daarmee
is gedaan. College en Raad kunnen zo goed
geïnformeerd
een besluit nemen.
12. B
Bij iedere start van een project/beleidsontwikkeling
stel je een communicatie- en participatie/
inspraakparagraaf3 op, waarin op hoofdlijnen de
volgende zaken aan de orde komen:
• wie de belanghebbenden zijn bij dit project/
beleidsontwikkeling,
• het globale niveau van participatie,
• of inspraak wettelijk verplicht is en zo niet of er al dan
niet voor inspraak wordt gekozen,
• wanneer, hoe en in welke vorm een communicatie- en
participatieplan zal worden gemaakt,
• het advies van het wijkbureau.
13. C
Na vaststelling van het startdocument zorg je
ervoor dat een communicatie- en participatieplan
wordt gemaakt. Hierin komen onder meer aan de
orde:
• de resultaten van de krachtenveldanalyse,
• de verschillende actoren,
• de kernboodschap (per actor en fase),
• de doelstellingen (per actor, fase),
• het niveau van participatie (per actor, fase),
• de middelen (per actor en fase),
• de kalender (zowel de formele inspraakprocedure en beslismomenten als
de momenten voor
communicatie en participatie richting bewoners en belanghebbenden),
• het budget (inclusief dekkingsbron).
14. D
Bekijk bij iedere volgende fase of bijstelling van
het communicatie- en participatieplan nodig is.
Klopt de planning nog? Zijn er nieuwe actoren?
Zijn er andere middelen nodig? Maak zo nodig een
nieuwe krachtenveldanalyse.
15. E
Bij schriftelijke communicatie en bij grootschalige
bijeenkomsten wordt een overzicht geboden van
wat er vooraf is gegaan aan participatie en
besluitvormingsmomenten
en wat er nog gaat komen (de
zgn. inspraak/participatiebijsluiter).
16. De participatieniveaus
Over ieder plan moeten bewoners en andere
belanghebbenden
goed geïnformeerd worden, maar het ene
plan leent zich meer voor een verdergaande vorm van
participatie dan het andere plan. Bewoners en wijkraden
hebben laten weten meer betrokken te willen te worden.
Dit kan soms bijten met de wens (ook vanuit bewoners!)
om snel zaken voor elkaar te krijgen. Belangrijk is dus
dat participatie gericht ingezet moet worden en daarbij
is een duidelijke afweging vooraf noodzakelijk.
De Utrechtse Participatiestandaard onderscheidt vier
niveaus van participatie: informeren, raadplegen, adviseren
en co-produceren.
17. 1. Informeren
De gemeente bepaalt zelf de agenda voor
besluitvorming
en houdt betrokkenen op de hoogte. Betrokkenen
hebben geen inbreng. Hun rol is toehoorder.
Feitelijk is
dit geen participatie.
Plannen worden door de gemeente opgesteld
zonder
dat belanghebbenden invloed hebben. Zij worden
wel
geïnformeerd door bijvoorbeeld een
18. 2. Raadplegen
De gemeente bepaalt zelf de agenda, maar ziet betrokkenen
als gesprekspartners bij ontwikkeling van beleid.
Meningen, ervaringen en ideeën worden geïnventariseerd,
maar zijn voor de gemeente niet bindend. De rol
van de participant is geconsulteerde.
Plannen worden door de gemeente opgesteld en voorgelegd
aan belanghebbenden. De reacties van belanghebbenden
worden meegenomen in het vervolgproces.
19. 3. Adviseren
De gemeente bepaalt de agenda, maar betrokkenen
kunnen problemen en oplossingen aandragen. Deze
ideeën spelen een volwaardige rol bij het ontwikkelen
van beleid. De gemeente verbindt zich in principe aan
de resultaten, maar kan bij de uiteindelijke besluitvorming
hiervan beargumenteerd afwijken. De rol van de
participant is adviseur.
De betrokken partijen kunnen ook zelf met een voorstel
komen. Dit hoeft niet aan te sluiten op een plan van
de gemeente of ontwikkelaar. De wijkraad heeft altijd
de bevoegdheid om zowel gevraagd als ongevraagd te
adviseren.
20. 4. Co-produceren
Gemeente en betrokkenen bepalen samen de agenda en zoeken samen naar
oplossingen. De gemeente verbindt zich aan deze oplossingen in de
besluitvorming. De rol van de participant is samenwerkingspartner. De
betrokkenen zitten zelf aan tafel om over uitgangspunten, een plan of ontwerp
mee te denken. Vaak al in een vroeg stadium om ook het proces mede vorm te
geven. Dit heet een open plan proces.
21. De bijzondere rol van de wijkraad
De wijkraad heeft de bevoegdheid om zowel gevraagd
als ongevraagd het college te adviseren. Daarnaast kunnen
voor de wijkraad ook de andere niveaus van participatie
gelden. Bepaal in overleg met de wijkraad (via het
wijkbureau) en het college of en wanneer de wijkraad
om advies wordt gevraagd. Als bijlage is het convenant
tussen gemeente en wijkraden opgenomen.
22. De keuze voor het niveau van
participatie
Onderstaande vragen helpen om het gewenste niveau van participatie te bepalen.
A Wat is het belang van de realisatie van het project: een buurtbelang of een
stedelijk/regionaal belang? Bij een project met buurtbelang is de invloed van
buurtbewoners groter dan bij een stedelijk of regionaal belang.
B Hoe groot is het (vermoede) effect op de leefbaarheid en veiligheid? Als een
project een groot effect heeft op de leefbaarheid en veiligheid in de buurt, dan
wordt betrokkenen meer invloed gegeven dan bij een kleiner effect.
C Is de input (van kennis) vanuit de doelgroepen no-dig? Sommige projecten
kunnen nauwelijks gerealiseerd worden zonder daarbij de kennis van
verschillende
betrokkenen te gebruiken. Bij die projecten ligt een verdergaande vorm van
participatie voor de hand.
D Hoe groot is de beïnvloedingsruimte? Wat ligt al vast in wettelijke of
gemeentelijke kaders of beleid? Als alles al vast ligt, schept participatie enkel
valse verwachtingen. Hoe vroeger je in het proces nadenkt over deze vraag hoe
meer ruimte je vaak nog kunt bieden.
E Zijn er factoren die participatie belemmeren, bijvoorbeeld tijd of geld? Bij
sommige projecten is de haast om iets te realiseren groter dan de behoefte om
wensen van bewoners mee te nemen. Tijd is
dan een beperkende factor voor participatie. Ook het gebrek aan geld of het gebrek
aan belangstelling
om te participeren kan van invloed zijn op het niveau van participatie.